A
A-aandeel | Beleggingsfondsen met een notering in Luxemburg hebben doorgaans meerdere klassen aandelen. Elke klasse is bedoeld voor een specifieke groep beleggers. De verschillen zijn terug te voeren op de hoogte van de beheerkosten, het dividendbeleid en de nationaliteit van de beleggers die de betreffende aandelen mogen kopen. De A-klasse is de standaard klasse, de beheervergoeding is circa 1,5% en de aandelen zijn bedoeld voor de standaard belegger. Uit de beheervergoeding is een deel beschikbaar als bestandsvergoeding. I-aandelen zijn bedoeld voor institutionele beleggers (de kosten zijn dan meestal lager maar u moet wel ten minste, in veel gevallen zelfs, US$ 5 miljoen investeren. Z-klasse aandelen zijn aandelen waarin de beheervergoeding is verlaagd (tot circa 1%) maar uit deze vergoeding wordt geen bestandsvergoeding betaald. |
A-la-baisse gaan | Het verkopen van effecten die men niet in bezit heeft. Ook de aankoop van Putopties valt onder dit begrip, dat ook Short Gaan genoemd wordt. |
AAA Rating | Triple-A Rating. Het hoogste niveau in het algemeen aanvaarde ratingsysteem voor kredietwaardigheid. |
AAC | Average Annual Change. De gemiddelde verandering over een bepaalde (jaar) periode. |
Aanbrengfee | Een vergoeding van een financiële instelling aan een andere instelling zoals bijvoorbeeld een tussenpersoon voor het feit dat deze andere instelling cliënten onderbrengt bij de financiële instelling dan wel producten verkoopt van deze financiële instelling aan zijn eigen cliënten. In Nederland is dit type vergoeding inmiddels verboden. |
Aandeelhoudersregister | De meeste besloten vennootschappen kennen een aandelenkapitaal maar hebben geen bewijzen hiervan uitstaan. In een dergelijk geval worden de aandeelhouders, met naam en adres, hun nominale deelneming, de nummers van hun aandelen etc. in een administratie bijgehouden. Soms maken ook niet-besloten vennootschappen gebruik van een dergelijk register. |
Aandeelhouderswaarde | Het betreft de waarde van het uitstaande aandelenkapitaal. Maar het heeft vooral betekenis gekregen vanuit het (vaak onverantwoordelijk) streven van directie en ook van bepaalde aandeelhouders om deze waarde omhoog te duwen teneinde een grotere waarde te krijgen voor hun aandelen- en/of optiebezit. |
Aandelen Selectie Systeem | van Martti Luoma en Annukka Jokipii. Uitgegaan wordt van vier grootheden waarvan de eerste twee positief gewaardeerd worden en de laatste twee negatief. Het zijn de Earnings per Share en de Earnings Growth; de Risk-Free Interest Rate en de Equity Interest Rate. Iedere som van de procentuele veranderingen van deze vier heeft een proportioneel veel grotere invloed op de waarde van het betreffende aandeel, waarbij de mate van invloed voor ieder aandeel verschillend is. |
Aandelen wokken | Term waarmee de Chinese wijze van beleggen in aandelen wordt bedoeld. Korte termijn en vaak met geleend geld. |
Aankoopkosten | Deze (bank)kosten worden betaald bij de aankoop van een effect. |
Aanlappen | Op de beurs verkopen. |
Aanvullend kapitaal | Onderdeel van het Toetsingsvermogen. Uitgaande van het risico dat gedragen wordt in de balans van de onderneming komt dit kapitaal na het kernkapitaal. Het is verdeeld in twee categoreën: Aanvullend hoger kapitaal of Uppertier2 en Aanvullend lager kapitaal of Lowertier2 kapitaal. Het totale Aanvullend kapitaal mag niet groter zijn dan het kernkapitaal. |
Aanwijzing | of assignment. Als de bezitter van een optie zijn recht aanzegt, krijgt de schrijver de plicht om de aandelen te leveren (in geval van een calloptie) of af te nemen (in geval van een putoptie). |
Abandoned Baby | Een zeldzaam Candlestick patroon, dat bestaat uit een Doji die omhoog of omlaag gapt t.o.v. zowel de vorige als de daarna komende candle. Het is een belangrijk omkeerpatroon en vergelijkbaar met het westerse Eiland Omkeerpatroon. |
ABCP | Asset Backed Commercial Paper. |
Abenomics | Een Keynesiaans stimuleringspakket, waarvan de ontwerper is premier Shinzo Abe van Japan en waarvan de uitvoerders de regering van Japan en de Japanse Centrale Bank zijn. |
ABI | Associazione Bancaria Italiana. |
Above Below Indicator | De som van het totaal aantal aandelen waarvan de koers stijgt, van het tienweeks voortschrijdend gemiddelde van de aandelen waarvan de slotkoers stijgt, van het dertigweeks voortschrijdend gemiddelde van de aandelen waarvan de slotkoers stijgt, en van het totaal aandelen waarvan de slotkoers hoger is dan het tienweeks gemiddelde en waarvan dit gemiddelde weer hoger is dan het dertigweeks gemiddelde. Deze indicator levert een simpel te berekenen maatstaf op voor het aantal aandelen waarvan op een gegeven ogenblik de trend stijgende is. |
Above the Stomach | Een candlestick patroon. Een zwarte candle, die niet groot hoeft te zijn, wordt gevolgd door een witte, die opent en sluit op of boven het midden van de voorgaande zwarte candle. Volgens Thomas N. Bulkowski is het het meest betrouwbare bullish reversal patroon, met een success rate van 66%. Het is volgens hem ook het meest voorkomende patroon (32 maal tegen 1 voor de meeste van de 103 door hem onderzochte patronen). |
ABS | Asset-Backed Securities. Investeringsobjecten waaraan een onderliggende waarde (bijvoorbeeld een hypotheek) is gekoppeld die als garantie fungeert. Zij lijken daarmede op de CDO maar het onderpand is verschillend. |
Accelerated Book Building | Een korte termijn niet officieel bekend gemaakte aanbieding van effecten door een Book Runner. Meestal duurt dit proces slechts 1 of twee dagen. |
Acceleration/Deceleration Indicator | AC van Bill Williams. Het is het verschil tussen de Awesome Oscillator en een 5-daags Eenvoudig Voortschrijdend Gemiddelde daarvan. De uitkomst toont de delta die, weergegeven in de vorm van een histogram, de toename en de afname van de onderliggende krachten van de koersbeweging laat zien. Als de AC groter is dan de voorgaande bar wordt hij groen gekleurd en als hij kleiner is wordt hij rood gekleurd. Volgens Williams verandert hij van kleur voordat de trend van richting verandert. |
Accommoderend beleid | Groeibevorderend beleid van de Centrale Bank, gekenmerkt door het streven naar een lage rente en een ruime kredietverlening. |
Accrued Interest | Rente die verschuldigd is na de laatste rentebetaling. |
Accumulatie | Men spreekt ook van Accumulatie als de som van today’s High+Low+Close groter is dan die van gisteren. |
Accumulatie | De eerste fase van een bullmarkt. Het tijdstip waarop de goed geïnformeerde beleggers aandelen beginnen te kopen van beleggers die het bijltje er bij neer gooien. De berichten omtrent de beurs en de beursgenoteerde ondernemingen zijn in deze periode meestal het slechtst en het beleggend publiek heeft genoeg van de aandelenmarkt. De omzetten staan op een laag pitje en nemen slechts mondjesmaat toe bij de rallies. |
Accumulatie/Distributie Indicator | van Larry Williams. Een indicator die veranderingen in de prijs combineert met veranderingen in het volume/omzetten. De indicator is gebaseerd op het principe dat naarmate een bepaalde prijsbeweging met meer volume gepaard gaat het belang van de prijsbeweging groter is. Divergenties van deze indicator ten opzichte van de koersbeweging zelf wijzen op een naderende verandering van de richting van de prijsbeweging. Zie ook A/D line van Chaikin. Zie ook Effecief Volume. Formule: {(close-open) / (high-low)} * volume |
Accumulation Swing Index | Een cumulatief totaal van de Swing Index. Als de dagelijks berekende waarde van de Swing index positief is wordt hij opgeteld bij de voorgaande waarde van de Accumulation Swing Index. Als hij negatief is wordt hij afgetrokken. |
Accumulation-Distribution Line | van Marc Chaikin. Deze A/D line betrekt zowel het Volume als de intraday koers in zijn berekening. Zie ook A/D indicator van Williams en de Twiggs Indicator. Zie ook Effectief Volume. Formule: {(close-low) – (high-close)} / (high – low) * volume |
Achtergestelde lening | Een schuld waarvan de schuldeisers bij een faillissement van de schuldenaar pas worden uitbetaald als alle andere schuldeisers zijn afbetaald. De schuldenaar is achtergesteld bij de overige schuldenaars. De achtergestelde schuldenaar heeft nog wel voorrang boven de aandeelhouders. |
Achtergestelde winstdelende obligaties | Er wordt slechts rente op deze obligaties betaald naarmate er winst is gemaakt. |
Acid Test | Vlottende activa minus voorraden gedeeld door de schulden op korte termijn. Een ratio groter dan 1 (een) duidt op een uitermate gezonde liquiditeitspositie. |
Actieve Fondsen | Ondernemingen waarvan de aandelen gedurende de hele beursdag worden verhandeld op de Amsterdamse Effectenbeurs. |
Actieve High Frequency Traders | High Frequency Traders die ingaan op aanbiedingen van prijs en hoeveelheid die gedaan worden door derden. |
Action-Reaction | Roger Ward Babson paste tesamen met George F. Swain de derde wet van Newton (actie=reactie) toe op de analyse van de beurs. Hij trok een lijn door de op en neer gaande golfbewegingen die in het koersverloop te onderkennen zijn en trachtte vanuit deze aanpak het verloop van de beurs te voorspellen (zo voorspelde hij met deze techniek de beurskrach van 1929). Alan Hall Andrews ging een stap verder en ontwikkelde vanuit deze theorie zijn Pitchforktechniek. |
Activa | De vaste en vlottende bezittingen van het bedrijf. |
Active Share | Een maatstaf ontwikkeld door Martijn Cremers om te zien of een beleggingsfonds actief belegt. Het is een percentage van het aantal aandelen in de portefeuille van de fondsmanager dat verschilt van de aandelen waaruit de betreffende index is samengesteld. Cremers toonde aan dat fondsen met een Active Share groter dan 80% een rendement haalden dat gemiddeld 1,5% netto boven dat van de benchmark lag. Het fonds heeft daarmee een positieve alpha. Zie ook Tracking error. |
Activistische aandeelhouder | Een aandeelhouder die niet alleen de onderneming kritisch volgt en daarin zijn verantwoordelijkheid neemt maar daarbij ook als lastig beschouwd wordt. |
Adam Bottom | Een spitse, V-vormige bodem, die ook wel Spike Bottom wordt genoemd. Het is een bullish patroon. Een onmiddellijk op de bodem volgend candlestick patroon geeft meestal de bevestiging. |
Adam Theorie | van Welles Wilder. Het meest waarschijnlijke toekomstige koers-verloop kan worden ingeschat door de afgelopen periode te spiegelen. Een willekeurige periode (zeg 2 maanden) wordt 180 graden gedraaid en de beginkoers van de in te schatten periode (gelijk aan de slotkoers van de afgelopen periode) sluit men aan aan de genoemde slotkoers. |
Adam Top | Een spitse top meestal met een piek. De dubbele Adam top is onder de vier verschillende mogelijkheden van de dubbele Adam en Eva Top combinatie de meest betrouwbare. |
Adapting Moving Average | Ook wel AMA genoemd. Het is een Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde waarin het exponentiele percentage variabel is gemaakt afhankelijk van de beweeglijkheid van de markt. Hoe hoger de Volatiliteit hoe groter het exponentiele percentage. |
Adaptive Price Zone | APZ van Lee Leibfarth. Een Exponentieel Voort-schrijdend Gemiddelde (5) van een Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde (5) van de slotkoersen wordt vermeerderd met een dubbel Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde (5) van de High minus de Low en daarnaast ook verminderd hiermee. Hierdoor ontstaan twee tradingbanden. Doorschrijding van de banden triggert het innemen van posities. De ADX wordt als filter hierbij gebruikt omdat het systeem alleen maar effectief is in non-trending markets. |
Adjustable Bands Z-Test | Jacinta Chan maakt gebruik van het principe van de Efficacy Ratio om de parameters van de Bollinger bands automatisch aan te passen aan de marktomstandigheden. Hij gaat uit van een Voortschrijdend gemiddelde van 21 dagen en hij gebruikt de regel dat er alleen gehandeld wordt als de prijs boven 1 of onder -1 maal de standaarddeviatie komt. |
Adjustable Preferred Stock | Een preferent aandeel waarvan het dividend niet vast ligt, maar afhankelijk is van een of meerdere factoren, zoals vastgelegd in het prospectus. |
Adjustable Rate Mortgage Bonds | Hypothecair schuldpapier waarvan de rente variabel is en afhankelijk is van de ontwikkeling van bepaalde vooraf gedefinieerde grootheden. |
Administratiekantoor | Instelling die certificaten van aandelen uitgeeft tegen ontvangst van de aandelen. Het administratiekantoor oefent het stemrecht uit op de aandelen die het in bezit heeft. |
ADR | American Depositary Receipts. Certificaten op buitenlandse aandelen uitgegeven door een Amerikaanse Bank en die in Amerika kunnen worden verhandeld als binnenlandse aandelen. |
Advance Block | Drie stijgende witte candles die ieder op zich kleiner zijn dan de voorgaande of waarvan de tweede en de derde candle grote schaduwen aan de bovenzijde hebben. Het duidt op een relatieve vermindering van de koopkracht in de markt of op een versterking van de verkoopkrachten. |
Advance/Decline-lijn | De voortschrijdende som van het aantal aandelen waarvan de slotkoers gestegen is ten opzichte van de voorgaande dag minus de voortschrijdende som van het aantal aandelen waarvan de slotkoers gedaald is ten opzichte van de voorgaande dag. Formule: AD=Σn AI -Σn DI waarbij AI = Advancing issues; DI = Declining Issues; n = de dagen waarop de studie betrekking heeft. Er zijn analisten die het aantal issues dat gelijk blijft ook willen laten meespelen. Het voordeel hiervan is dat het totale aantal genoteerde aandelen, dat in de loop van de tijd verandert, nu geen rol meer speelt. Daarnaast zorgt opname van het aantal gelijkblijvende aandelen voor een eerdere aankondiging van een eventuele vertraging van de koersbeweging omdat het aantal gelijkblijvende issues in een dergelijk geval de neiging heeft te stijgen. Formule: AD=Σn AI -Σn DI/Σn GI waarbij GI = Unchanged issues. Hamilton Bolton nam de vierkantswortel uit de wekelijks berekende A/D lijn om een beter inzicht te krijgen in de ontwikkeling van ongewogen indexen (Value Line Composite). |
Adverse Excursion | Verliezen die te wijten zijn aan een prijsbeweging die ingaat tegen de positie die men ingenomen heeft. |
Adviesfee | De kosten die men betaalt voor het inwinnen van advies. Vaak is het een percentage van het te investeren vermogen. |
Advieskoers | Voordat de officiële koersnotering van een fonds wordt opgemaakt kan de betreffende hoekman een indicatie van deze koers verstrekken. |
ADX | Average Directional Movement Indicator. Een indicator die gebaseerd is op de DMI analyse en die men gebruikt om een verandering in de trend te herkennen. Deze indicator werd ontworpen door J. Welles Wilder. |
ADXR | Een gemiddelde van twee uit elkaar gelegen ADX waarden. Meestal wordt aangenomen dat een waarde boven 25 van deze rating een trending market aangeeft. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen down- en uptrend. Deze indicator werd ontwikkeld door J. Welles Wilder. |
AEX Index | Een gemiddelde van de 25 meest verhandelde en grootste aandelen van de Amsterdamse beurs. Opties op de AEX Index zijn van het Europese type. |
AEX-EXT Index | Een index in Amsterdam van Euronext dat de AEX Index volgt van 8.00 uur ‘s ochtends tot 18.30 uur ‘s avonds. De bedoeling hiervan is dat men langer op de AEX Index kan handelen. |
Aflosbonus | Het voordeel, vaak van fiscale aard, dat men zou kunnen verkrijgen als men een hypotheek vervroegd aflost. |
Aflossingskoers | De prijs waartegen een obligatie wordt terugbetaald cq afgelost. Soms worden obligaties bij afloop uitbetaald tegen een hogere koers dan de nominale waarde. Dit komt onder andere voor bij spaarbrieven of bij zero coupon obligaties. |
AFM | Autoriteit Financiële Markten. De in Nederland door de wet aange-wezen toezichthouder op financiële instellingen, vermogensbeheerders, vermogensadviseurs en pensioenfondsen werkzaam in Nederland. |
Aframax | Een tanker ter grootte 80.000 tot 120.000 dwt. |
Aggressive versus Defensive | Aggressive versus Defensive van Martin Luoma en Seppo Punnönen. Zij stellen dat de verhouding in de koersstijging van Groei aandelen en Waarde aandelen een indicatie kan zijn voor draaiingen in de trend. In een Bull markt stijgen koersen van Groei aandelen sneller dan van Waarde aandelen en omgekeerd. Als de markt trending is en de Groei aandelen stijgen minder hard dan de Waarde aandelen dan waarderen zij dat met 1. Als de markt dalende is en de Waarde aandelen dalen sneller dan de Groei aandelen dan waarderen zij dat ook met 1. In alle andere gevallen noteren zij een 0. De uitkomsten worden in een Exponential Weighted Moving Average afgezet, waarbij de laatste observatie met een derde wordt gewaardeerd en de historische data met twee derde. Hoge waarden (>0,7) duiden op een aanstaande trendomkeer. |
Agio | Een voordelig koersverschil ten opzichte van de nominale waarde bij de uitgifte van een effect. Ook wel gebruikt bij closed-end funds als het aandeel hoger noteert dan de intrinsieke waarde. |
Agioreserve | Deze rekening geeft de ontvangsten weer uit hoofde van agio. |
Ahrens Moving Average | AMA van Richard D. Ahrens. Ahrens probeerde de zigzags die gemiddeldes vaak geven, te verhinderen. Hij kwam tot de hiernavolgende formule, die inderdaad een gemiddelde oplevert dat gladder is dan de normale gemiddeldes. Ahrens meldt ook betere resultaten met alle indicatoren, doordat hij de gebruikte gemiddeldes vervangt door zijn formule. Dit gaat echter niet op voor de MACD. Formule: A0 = A1 + [V0 – {(A1 + A9)} / 2] /9 waarbij A een element is van het gemiddelde; V een element van de data die men wil middelen; 9 de periode van het gemiddelde. |
AIBD | The Association of International Bond Dealers. |
Aibor | Amsterdam Interbank Offered Rate. Het rentepercentage waartegen algemene banken in Nederland deposito’s in Euro aanbieden aan andere algemene banken in Nederland. |
AIFMD | Alternative Investment Fund Managers Directive. Een richtlijn van de Europese Commissie om de interne markt van beleggingsfondsen in de EU te regelen. Zo dient de bewaarder te controleren of de beheerder van het fonds zich houdt aan de vastgelegde beleggingsstrategie. |
AIG27 | Een index samengesteld door de Amerikaanse verzekeraar AIG die 27 aandelen representeert die genoteerd zijn aan de Nairobi Stock Exchange. |
AIM | Advance Issues Momentum. Het is een n-dagen Momentum van de advanced issues (uit de advance-decline verhouding) van een gecorrigeerd mandje met aandelen van een representatieve markt index. Ontworpen door Lawrence Chan and Louis Lin. |
AIM | De Britse tegenhanger van Alternext. |
Alert-Triggered-Orders | Orders aan de broker die geactiveerd worden zodra een bepaald feit, zoals bijvoorbeeld het bereiken van een koersdoel, zich heeft voorgedaan. |
Alexander Filter | Een hulpmiddel uit de Technische Analyse dat de mate van prijsveranderingen meet met behulp van een percentage van de koers zelf. Men gaat meestal uit van een terugkijk periode van 12. Een hoog percentage wijst op een koopsignaal en omgekeerd. Formule: AF = {(P1 – (P1-n))-1}*100 waarbij P1 = koers op het moment analyse; P1-n = koers aan het begin van de terugkijk periode; n = aantal tijdseenheden terug. |
Algoritme | Een set van regels die tot een specifieke (beleggings) beslissing leiden. |
Algotrader | Handelaar die met rekenkundige modellen speurt naar oneven-wichtigheden in de markt. Snelheid en directe markt toegang zijn voorwaarden voor succes. |
Aliasing | Het fenomeen dat door het samenvoegen van signalen een resultaat ontstaat, waarbij de oorspronkelijke signalen niet meer te onderscheiden zijn. Er valt door de samenvoeging informatie weg. |
Allfinanz | Naam voor een combinatie van bank- en verzekeringsdiensten in hetzelfde bedrijf. |
Alligator Indicator | van Bill Wiliams. Het is een volgsysteem bestaande uit drie Voortschrijdende Gemiddelden van 13, 8 en 5 perioden die verschoven zijn met 8 respectievelijk 5 en 3 dagen. De lange wordt genoemd “de Kaak”, de middelste heet “de Tanden”en de laatste is “de Lippen”. |
Alligator Spread | Een positie in Calls en Puts waarvan de gezamenlijke commissies zo hoog zijn dat het onmogelijk is deze met winst af te sluiten. |
Alpha | Het extra rendement dat een beheerder haalt ten opzichte van het vergelijkbare marktrendement als gevolg van de specifieke beleggingsmethodiek die de beheerder hanteert. Alpha is tevens de naam van een plaatselijke valuta van Alphen aan de Rijn. |
Alt-A | Alternative A-paper. Een type hypotheek in Amerika die om uiteenliggende redenen als minder solide gezien wordt dan de Prime hypotheken maar meer solide dan de Subprime hypotheken. |
Alternatieve Beleggingsinstrumenten | Onder deze categorie vallen onder anderen hedgefunds, vastgoed en private equity. Omdat de waarde van deze alternatieve beleggings-instrumenten zich onafhankelijk beweegt ten opzichte van andere instrumenten zoals aandelen, verminderen zij het totale risico van de portefeuille. |
Alternation Principle | Een wetmatigheid uit de Elliott Wave theorie. De duur van Wave 4 kan berekend worden uit de duur van Wave 2 als volgt: Time W(4) = n * Time W(2) |
Alternative Investment Fund | Het AIFMD verstaat hieronder elk beleggingsfonds, dat niet valt onder het UCITS directive. |
Alternext | De kweekvijver van Euronext. Een beurs voor beginnende bedrijven met een marktkapitalisatie tussen €10 mln en €80 mln. |
Ambachtsheerlijkheid | Een zeer oude vorm van gemeenschappelijke bedrijfsvoering op agrarisch gebied die in Nederland bijna niet meer bestaat. |
Ambachtsporties | Eigendomsbewijzen van een Ambachtsheerlijkheid. In juridische zin worden ze beschouwd als onroerend goed. Zij vallen onder een speciaal fiscaal regime. |
American Style Optie | Een optie die op elk moment gedurende de looptijd door de houder uitgeoefend kan worden. Zie ook European Style optie. |
AMEX | American Stock Exchange. |
AMH | Adaptieve Markt Hypothese. Een nieuwe versie van de Efficiënte Markt Hypothese welke ervan uitgaat dat mensen fouten maken, handelen in eigen belang en zich aanpassen. Concurrentie is hiervoor een belangrijke voorwaarde. Natuurlijke selectie vormt de markt-ecologie en evolutie bepaalt de dynamiek van de markt. Deze theorie wordt gezien als een consensus tussen de Efficiënte Markt Hypothese en Behavioural Finance. |
AMLF | Abcp Mmmf Liquidity Facility. Een term uit het pakket overheids-maatregelen uit de crisis van 2009. Noodkrediet voor geldmarkt-fondsen dat wordt beschikbaar gesteld met commercieel papier als onderpand. |
Amortisatie | Afschrijving van goodwill. |
Amortisatiebewijs | Een recht op terugbetaling op obligaties als de financiële situatie van een bedrijf in moeilijkheden, dit toelaat. |
Amortisatiefonds | of Sinking Fund. Een fonds dat dient om de aflossingen en interestbetalingen op obligatieleningen te voldoen. |
AmvB | Algemene Maatregel van Bestuur. Dwingende regelgeving opgesteld door de AFM. |
Analysis Paralysis | Teveel indicatoren worden gebruikt waardoor een goede conclusie wordt verhinderd. |
Anchor Bars | Bars in een barchart, die gekenmerkt worden door hoog Volume. Zij worden onder anderen gebruikt bij de keuze van de Swing Highs en de Swing Lows voor het vaststellen van Support and Resistance Lines. |
Anchored VWAP | Volume Weighted Average Price. Formule: VWAP = Σ(NS*PR)n/NS waarbij NS = Number of shares per trade; PR = Price, n = Number of trades. |
Angel Investor | Een private investeerder die bij voorkeur een achtergrond heeft als ondernemer. Hij treedt op als investeerder in start-ups en biedt naast zijn financiële participatie zijn ervaring als inbreng. |
Angstpremie | Het verschil tussen de Verwachte Volatiliteit in opties en de gerealiseerde Volatiliteit. Dit verschil zou voorkomen in de prijs van opties op indexen maar niet in die van opties op aandelen. Door via opties short te gaan in de index en long in het onderliggende aandelenpakket zou men van dit verschil kunnen profiteren. |
Animal Spirits | Een term gebruikt door John Maynard Keynes, waarmede hij wees op de emoties die het menselijke gedrag bepalen en die hun uiting vinden in het consumenten vertrouwen. Naast de instabiliteit van de markten ingegeven door speculatie is er de instabiliteit veroorzaakt door het emotionele gedrag. |
Annuïteitenlening | Bij deze hypotheekvorm blijft de periodieke betaling gedurende de looptijd van de lening gelijk. Het aflossingsgedeelte stijgt echter bij iedere betaling. Het rentebestanddeel daarentegen daalt. |
Anomalie op basis van Fundamentele Ratio's | Een vorm van Marktanomalie. Men gebruikt voor de selectie fundamentele ratio’s zoals bijvoorbeeld de Koers/winst verhouding of de Koers/cashflow verhouding. |
Anova | Analysis of Variance of Variantie Analyse. Men test hierbij via de nulhypothese of verschillende groepsgemiddelden van de populatie gelijk aan elkaar zijn door de variantie van het groepsgemiddelde te stellen tegenover de varianties van de gemiddelden in de groep. |
Anti-Benchmark Beleggen | Het Franse beleggingshuis TOBAM propageert een beleggingsstrategie gebaseerd op de Moderne Portfolio theorie van Markowitz. Met behulp van een eigen, gepatenteerd wiskundig model wordt het niveau van diversificatie en het aantal bronnen van risico bepaald. Men zoekt dus niet naar de beste aandelen maar naar een zo groot mogelijk en zeer gediversifieerd aantal aandelen (obligaties) met het geringste risico. |
Anti-Martingale Strategie | Een methode om de grootte van de positie in een bepaald beleggingsobject vast te stellen. Bij verlies wordt de omvang van verliesgevende posities verlaagd teneinde opkomende verliezen af te remmen. |
APE | Average Peak Excursion. Een analysevorm waarmee de gemiddelde opwaartse uitslag van pieken wordt bepaald van een specifieke prijsreeks. |
API | Algemene PensioenInstelling. Een door de Nederlandse wetgever in het leven geroepen juridisch lichaam dat onder bepaalde voorwaarden pensioenen voor derden mag beheren. |
Appreciatie | Koersstijging van een financiële grootheid zoals bijvoorbeeld een valuta-eenheid ten opzichte van een gelijksoortige andere financiële grootheid. Bijvoorbeeld: de koersstijging van de euro ten opzichte van de dollar heet een appreciatie van de euro ten opzichte van de dollar. |
April effect | Uit onderzoek is gebleken dat in de maand April het minste aantal bodems voorkomt. Hieruit trekt men de conclusie dat in deze maand juist verkocht moet worden. Zie ook Oktober effect. |
APT | Arbitrage Pricing Theory. Een variant op het CAPM model waarbij ook het risico van andere geprijsde factoren wordt meegenomen. |
APX-Endex | Nederlands-Britse energiebeurs. |
APZ | Adaptive Price Zone van Lee Leibfarth. Een Exponentieel Voort-schrijdend Gemiddelde (5) van een Exponentieel Voortschrijdend Ge-middelde (5) van de slotkoersen wordt vermeerderd met een dubbel Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde (5) van de High minus de Low en daarnaast ook verminderd hiermee. Hierdoor ontstaan twee tradingbanden. Doorschrijding van de banden triggert het innemen van posities. De ADX wordt als filter hierbij gebruikt omdat het systeem alleen maar effectief is in non-trending markets. |
Arbitrage | Het gelijktijdig kopen en verkopen van effecten of valuta op verschillende markten teneinde gebruik te maken van prijsverschillen die bestaan in deze markten. |
Arbitrage Pricing Theory | APT. Een variant op het CAPM model waarbij ook het risico van andere geprijsde factoren wordt meegenomen. |
Arbitrage Risk | Iedere Arbitrage strategie vereist tenminste één tegenpartij. De kwaliteit van de tegenpartij bepaalt het risico dat de handelaar loopt. |
ARCA | Voorheen bekend als ArcaEx ofwel Archipelago Exchange. Het is een effectenbeurs waarop zowel aandelen als opties verhandeld worden. Deze beurs is eigendom van NYSE Euronext. |
Arcades of trading boutiques | Zelfstandige traders die bij elkaar gaan zitten en rechtstreeks op de schermen van een beurs handelen. |
Archipelago Exchange | Voorheen bekend als ArcaEx ofwel Arca. Het is een effectenbeurs waarop zowel aandelen als opties verhandeld worden. Deze beurs is eigendom van NYSE Euronext. |
Area Gap | Een Gap die voor komt tijdens congestieperiodes. Hij maakt geen nieuwe Highs of Lows en wordt meestal na een paar dagen weer gesloten. Hij wordt ook wel Common Gap of Pattern Gap genoemd. |
ARIMA | Auto Regression Integrated Moving Averages van Box and Johnson. Het is een techniek om de koersontwikeling van Goederen en Aandelen te voorspellen. Uitgaande van historische prijzen wordt in eerste instantie een verwachting voor de prijs van morgen vastgesteld. Daarna wordt de afwijking van de werkelijke prijs berekend alsmede de Voortschrijdende Gemiddeldes van beide. Met behulp van mathematische technieken (differentiatie/integratie) wordt een absolute waarde gezocht van de afwijking. Gesteld wordt dat men op deze wijze komt tot voorspelde prijzen die hooguit 1,5% van de werkelijkheid afwijken. |
ARM | Adjustable Rate Morgage Bonds. Hypothecair schuldpapier waarvan de rente variabel is en afhankelijk is van de ontwikkeling van bepaalde vooraf gedefinieerde grootheden. |
Arms Index | van Richard Arms. Ook wel genoemd Trin Index. Het is het quotiënt van de Advance-Decline Lijn en de voortschrijdende som van de hoeveelheid aandelen welke die dag verhandeld werd waarvan de slotkoers gestegen is ten opzichte van de voorgaande dag gedeeld door de voortschrijdende som van de hoeveelheid aandelen welke die dag verhandeld werd waarvan de slotkoers gedaald is ten opzichte van de voorgaande dag. Formule: Arms =(Σn AI – ΣnDI) / (ΣnUv / ΣnDv) waarbij AI = Advancing issues; DI = Declining issues; Uv = Up volume; Dv = Down volume; n = de dagen waarop de studie betrekking heeft. |
Aroon Indicator | Bepaalt met behulp van twee lijnen, de Aroon-up en de Aroon-down, of een aandeel zich in een trend bevindt. Hij geeft tevens aan wanneer een trend start en hoe sterk hij is. De indicator combineert tijd en prijs en werd ontworpen door Tushar Chande. Signalen worden gegeven wanneer de aroon-up en aroon-down lijnen elkaar kruisen. |
Aroon Oscillator | Het is het verschil tussen de Aroon-up en de Aroon-down. |
Aroon-down | In het geval van dalende koersen stijgt de Aroon-down. Tussen 70 en 100% (met een Aroon-up tussen 0 en 30) is de trend sterk dalende. Zodra hij het niveau van 100 bereikt geeft dit aan dat er een nieuwe low bereikt is in de periode welke de Aroon-down bestrijkt. Doorkruising van het 50% niveau in benedenwaartse richting betekent dat de dalende trend zich verzwakt. Formule: Aroon-Down = 100*(N-Nl)/N waarbij N = aantal dagen van de referentieperiode; Nl = het aantal dagen sinds de lowest low in de referentie-periode. |
Aroon-up | In het geval van stijgende koersen stijgt de Aroon-up. Tussen 70 en 100% (met een Aroon-down tussen 0 en 30) is de stijgende trend sterk. Zodra hij het niveau van 100 bereikt geeft dit aan dat er een nieuwe top bereikt is in de periode welke de Aroon-up bestrijkt. Doorkruising van het 50% niveau in benedenwaartse richting betekent dat de stijgende trend zich verzwakt. Formule: Aroon-Up = 100*(N-Nh)/N waarbij N = aantal dagen van de referentieperiode; Nh = het aantal dagen sinds de highest high in de referen-tieperiode. |
Arrival Price | De prijs van een effect op het moment van het verzenden van de order. |
ARSI | De Aangepaste RSI van René van Mourik. Hij normaliseert de RSI met de grenswaarden van de Bollinger Bands. Hierdoor maakt hij de RSI’s van verschillende fondsen niet alleen vergelijkbaar maar hij komt ook tot een veel eenduidiger identificatie van oversold- en over-boughtsituaties. |
ASCX Index | De Amsterdam Small Cap Index. Een gemiddelde van 25 kleine en middelgrote bedrijven genoteerd aan de beurs in Amsterdam. |
ASE Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Griekse beurs. |
Asean | Association of South East Asian Nations. Een geopolitieke en economische organisatie van 10 landen die gelegen zijn in Zuidoost Azië. De leden zijn Brunei, Cambodja, Filippijnen, Indonesië, Laos, Maleisië, Myanmar (Birma), Singapore, Thailand en Vietnam. |
Asian Option | Een optie die uitbetaald wordt op basis van de gemiddelde prijs van de onderliggende waarde over een van te voren vastgestelde periode. |
Asian Tail | Dit is een gestructureerd product waarbij de gegarandeerde eindwaarde gebaseerd is op een gemiddelde waarde gedurende een bepaalde periode. De producent van het gestructureerde product maakt in feite gebruik van Asian opties om de eindwaarde te verzekeren. Dit is goedkoper maar geeft in het geval van een stijgende beurs een lagere uitkering omdat van een gemiddelde wordt uitgegaan en niet van de hogere eindkoers of van de hoogste geklickte waarde. |
ASK | of Laten. De handel is bereid tegen de genoemde prijs aan u te verkopen. |
Asset Allocatie | Bij asset allocatie wordt gezocht naar een optimale verdeling van het vermogen over de diverse beleggingscategorieën (= assets). Het bepalen van de asset allocatie is een belangrijk onderdeel van het beleggingsproces omdat de goede verdeling een aanzienlijk bijdrage aan het uiteindelijke resultaat kan leveren. Brinson e.a. hebben aangetoond dat 90% van de winst uit een goede beleggingsstrategie wordt bepaald door de asset allocatie en 10% door het gebruikte stockpickingsysteem. |
Asset Backed Securities | Investeringsobjecten waaraan een onderliggende waarde (bijvoorbeeld een hypotheek) is gekoppeld die als garantie fungeert. Zij lijken daarmede op de CDO maar het onderpand is verschillend. Zij geven recht op het onderpand, maar in tegenstelling tot Covered Bonds geven zij geen vordering op de uitgevende instelling. |
Asset Impairment | Een boekhoudkundige term. Men duidt hiermede op een plotselinge daling van de waarde van bepaalde activa. Impairment kan bijvoorbeeld ontstaan door jurdische restricties, schade of veroudering. |
Asset Quality Review | Analyse, uitgevoerd door de ECB, van de risico’s die banken in de Europese Unie lopen op hun bezittingen. |
Assignment | Als de bezitter van een optie zijn recht aanzegt, krijgt de schrijver de plicht om de aandelen te leveren (in geval van een calloptie) of af te nemen (in geval van een putoptie). |
Assumable Mortgage | Een hypotheek die overgedragen kan worden zonder dat hierdoor de voorwaarden veranderen. |
Astrophysical cycle | Iedere cyclus, zoals bijvoorbeeld een marktcyclus, waarvan op wetenschappelijke wijze aangetoond werd dat deze afhankelijk is van planetaire fysica. |
ASX Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Australische beurs. |
Asymmetrische RSI | ARSI van Sylvain Vervoort. In de oorspronkelijke Wilder formule, wordt het aantal dagen in het RS gedeelte waarover gemiddeld wordt vervangen door het aantal updagen en het aantal downdagen. De ARSI is volatieler dan de RSI. Hij geeft sneller signalen en divergeert meer en duidelijker. |
At Arm's Length | Een door derden op objectieve wijze vastgestelde prijs. |
At-the-Money | De uitoefenprijs van een optie is nagenoeg gelijk aan de prijs van de onderliggende waarde. |
AT1 Obligatie | Additional Tier-1 Effecten. Een obligatie of rentedragend effect uitgegeven door banken waarop afgeschreven wordt als de solvabiliteit van de uitgevende bank beneden een bepaalde drempelwaarde komt. Het zijn achtergestelde stukken zonder vaste aflossingsdatum. De toezichthouder kan bepalen, dat geen rente of zelfs geen aflossing mag plaatsvinden. Het zijn dus een soort semi-aandelen waarop wel verlies geleden kan worden door waardedaling maar geen winst gemaakt kan worden door waardestijging van de onderliggende bank. Zie ook Coco’s. |
ATX | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Oostenrijkse beurs. |
Auction Market Value Theorie | AMTV van Donald Jones. De waarde van een product (lees aandeel) wordt uiteindelijk bepaald door de deelnemers aan de markt. Om inzicht in deze waarde te krijgen dient het prijsniveau op een gegeven tijdstip (periode) geïdentificeerd te worden aan de hand van het aantal keren dat kopers en verkopers met elkaar in contact kwamen op dat bepaalde prijsniveau en met welke hoeveelheden. Zie ook Markt Profiel. |
Auction Rate Securities | Obligatie met variabele rente. Een schuldbekentenis met een lange looptijd waarvan de couponrente periodiek vastgesteld wordt via een Dutch Auction. Het betreft ook wel eens preferente aandelen waarvan het dividendpercentage opnieuw wordt vastgesteld via dit type veiling. |
Authorized Shares | Het aantal aandelen dat nog niet werd uitgegeven maar wel kan worden uitgegeven omdat er reeds toestemming van aandeelhouders voor gegeven is. |
Autocallable Note | Een obligatie waarbij de uitkering afhangt van de prestaties van de onderliggende waarde, zoals een aandeel of een index. De waarde van de Note wordt periodiek op de zogenaamde peildatum berekend. Als deze waarde hoger of gelijk ligt aan de referentiekoers, meestal de beginwaarde, dan volgt uitkering. Er zijn vaak meerdere peildata. De Callable Note biedt een zekere kapitaalbescherming maar er is in het algemeen een groot eigen risico ingebouwd. Een ondergrens van 80% van de referentiekoers is vrij normaal. |
Autocorrelation / Autocorrelatie | Men spreekt van autocorrelation als er daags na een hogere Close (lagere Low) opnieuw een hogere Close (lagere Low) wordt neergezet. |
Autonome winstgroei | Het realiseren van hogere netto-inkomsten uit eigen activiteiten. |
AvD | Aggressive versus Defensive van Martin Luoma en Seppo Punnönen. Zij stellen dat de verhouding in de koersstijging van Groei aandelen en Waarde aandelen een indicatie kan zijn voor draaiingen in de trend. In een Bull markt stijgen koersen van Groei aandelen sneller dan van Waarde aandelen en omgekeerd. Als de markt trending is en de Groei aandelen stijgen minder hard dan de Waarde aandelen dan waarderen zij dat met 1. Als de markt dalende is en de Waarde aandelen dalen sneller dan de Groei aandelen dan waarderen zij dat ook met 1. In alle andere gevallen noteren zij een 0. De uitkomsten worden in een Exponential Weighted Moving Average afgezet, waarbij de laatste observatie met een derde wordt gewaardeerd en de historische data met twee derde. Hoge waarden (>0,7) duiden op een aanstaande trendomkeer. |
Average Annual Change | AAC. De gemiddelde verandering over een bepaalde (jaar) periode. |
Average Price Function | De Mediaan van de prijs. Men telt de opening, de close, de high en de low bij elkaar op en men deelt dit door 4. |
Average Range | Het gemiddelde van het verschil tussen de dagelijkse High en de Low van de elementen uit een data serie. De Average Range wordt vooral gebruikt in de analyse van intraday data omdat hij gevoeliger is dan de Average True Range, omdat men daarin de interday prijsgaps mist. |
Average True Range | AvTrR. Het voortschrijdend gemiddelde van de High van de dag onder studie of de Close van de voorgaande dag welke de hoogste is, minus de Low van de dag van studie of de Close van de voorgaande dag welke de laagste is. Zie ook Normalized Average True Range. De Average True Range wordt geprefereerd boven de Average Range wanneer er sprake is van veel prijsgaps. |
Average Win/Average Loss Range | Een begrip uit de Performance Analyse. De gemiddelde winst behaald per transactie in een bepaalde periode volgens een bepaalde strategie wordt gedeeld door het gemiddelde verlies behaald per transactie in de genoemde periode volgens dezelfde strategie. |
Average Yield to Maturity | Een vergelijkingsmaatstaf voor ETF’s die beleggen in obligaties. Het is de disconteringsvoet die de cashflow van een ETF gelijk maakt aan de contante marktprijs. De berekening wordt uitgevoerd voor de afzonderlijke waarden waaruit de portefeuille van de betreffende ETF bestaat, waarna een gemiddelde wordt bepaald. Kosten worden niet in aanmerking genomen. |
Avondhandel | De niet-officiële handel die start om 17.30 uur nadat de beurs in Amsterdam is gesloten. |
Avondster | of Evening Star. Een patroon van drie op elkaar volgende candlesticks waarbij de eerste een lang wit lichaam heeft. De tweede opent duidelijk hoger dan het slot van de eerste en heeft een klein wit of zwart lichaam en de derde opent lager dan het slot van de voorgaande dag en sluit diep in de eerste (grote witte) kandelaar. Het is een bearish omkeer patroon. |
AvPTrR | Average Percentage True Range van Vitali Apirine. Van de True Range formule van Welles Wilder wordt de middelste waarde genomen waarmede de uitkomsten gedeeld worden. Apirine wil daarmede de True Range uitkomsten van verschillende onderliggende waarden met elkaar vergelijkbaar maken. |
Awesome Oscillator | Het verschil tussen een 34-daags Eenvoudig Voortschrijdend Gemiddelde en een 5-daags Eenvoudig Voortschrijdend Gemiddelde van de hoogste koers minus de laagste koers gedeeld door 2. Hij wordt meestal afgebeeld als een histogram. Hij genereert aan- en verkoopsignalen waarbij het meest gebruikte signaal ontstaat bij een kruising met de nullijn. Formule: AO = MA(High-Low/2,5) – MA(High-Low/2,34) waarbij MA = Enkelvoudig Voortschrijdend Gemiddelde. |
B
Back End | Het uitvoeren van orders. Zie ook Front End. |
Back Month | De contractmaand die in het verleden ligt. Dit in tegenstelling tot de Expiratiemaand en de Spotmaand. |
Backfill Bias | Resultaten uit het verleden worden alleen meegenomen als ze positief zijn. |
Backtesten | Het uitproberen van een mechanische handelstechniek op koersen uit het verleden. Het wordt ook wel In-Sample testen genoemd. |
Backwardation | Een term uit de commodity handel vooral uit de markt voor oliefutures. Het geeft aan dat de prijs voor directe levering hoger is dan de prijs van een future van drie of zes maanden. |
Bad bank | Een door de overheid gecreëerd instituut waaraan bestaande banken hun rommelkredieten kunnen verkopen. |
Bai` `Inah | Een begrip uit de Islamitische financieringswereld. Het heeft betrekking op de verkoop van assets met een terugkoopregeling op latere datum. |
Baikal | Het orderboek van de London Stock Exhchange waarop beleggers buiten de beurs om aandelen kunnen verhandelen. |
Bail-In | Alle participanten waaronder aandeelhouders, obligatiehouders en ook depositohouders dragen bij aan het oplossen van de crisis waarin de betreffende bank zich bevindt. Zie ook Deysselbloem Doctrine. |
Bail-In Kapitaal | Vreemd vermogen dat omgezet kan worden in aandelen. Een hedendaags voorbeeld is de COCO. Zie ook Bail-In. |
Bail-Out | De situatie waarbij een in crisis verkerende bank gered wordt door het ter beschikking stellen van publieke gelden. |
Baisse | Een term die gebruikt wordt voor een beurs waarop over een breed front de koersen dalen. |
Baisse positie | Het op een bepaald moment totaal aantal uitstaande aandelen die verkocht zijn à la baisse. |
Baisse premie | Een Putoptie die niet aan de beurs genoteerd is en daarmede beperkt verhandelbaar is. Uitoefenprijs, hoeveelheid en uitoefendatum zijn niet gestandaardiseerd. |
Baissier | Iemand die effecten verkoopt in de verwachting dat de koersen zullen dalen. |
Balance of Power Indicator | BOP van Igor Livshin. De berekening van deze indicator is als volgt: X- daags Voortschrijdend Gemiddelde van de Slotkoers minus de Openingskoers gedeeld door de Hoogste Koers minus de Laagste Koers. De BOP varieert daarmede tussen +1 en -1. Signalen worden gegeven als de -0,3 lijn of de +0,3 lijn gekruist wordt. Divergenties en Overbought en Oversold situaties zijn belangrijk. De uitkomsten van de BOP zijn in het algemeen vergelijkbaar met die van de RSI. |
Balans | Een momentopname van de boekhoudkundige toestand van een bedrijf bestaande uit activa (de linkerkant van de balans) en passiva (de rechterkant van de balans). |
Balloon Payment Mortgage | BPM. Een hypotheekvorm waarbij de periodieke betaling niet voldoende is om gedurende de looptijd ook de hoofdsom volledig af te lossen. Het resterende bedrag wordt dan aan het einde van de looptijd van de hypotheek ineens betaald. |
Baltic Dry Index BDI | Een graadmeter voor de tarieven in de bulk-scheepvaart. Hij wordt dagelijks berekend door de Londense Baltic Exchange. Hij wordt samengesteld op basis van de tarieven die betaald worden om droge grondstoffen te vervoeren op de 25 drukstbevaren scheepvaartroutes. Hij luidt in US dollars. De index is zeer volatiel. Er kan niet op deze index worden gespeculeerd. De Baltic Dry Index is van belang, omdat deze de wereldeconomie vrijwel direct volgt zonder politieke of andere invloed. Zie ook Harpex Index, die zich op containervrachtkosten richt. |
Baltic Mercantile and Shipping Exchange | Kortweg London Baltic Exchange genoemd. Met meer dan 550 leden omvat deze beurs het merendeel van alle belangen in de scheepvaart. Deze scheepvaartbeurs is gevestigd in hartje Londen en verstrekt een grote hoeveelheid informatie inzake het vervoer van goederen over zee. Onder anderen publiceert zij dagelijks de door haar berekende Baltic Dry Index. |
Bami Crash | De beurscrash van China, die plaats vond in juni 2015. |
Bancor | Het is de naam van de munt die John Maynard Keynes in 1944 voorstelde wereldwijd te introduceren en waaraan nationale munteenheden gekoppeld zouden kunnen worden. |
Band Rejection Filter | Het tegenovergestelde van de Band Pass Filter. Koersen die de gekozen band niet passeren worden geïdentificeerd. Ook wel Band Stop Filter genoemd. |
Band Stop Filter | Het tegenovergestelde van de Band Pass Filter. Koersen die de gekozen band niet passeren worden geïdentificeerd. Ook wel Band Rejection Filter genoemd. |
Band Width Indicator | De BWI drukt de breedte van de Bollinger Bands uit in een percentage van het Voortschrijdend Gemiddelde van de koers. Hoge BWI waarden duiden op een uitputting van de trend. Lage BWI waarden vormen vaak het begin van een Break Out. Formule: BWI = BBB – OBB/VG waarbij BBB = Bovenste Bollinger Band; OBB = Onderste Bollinger Band; VG = Voortschrijdend Gemiddelde van de koers. |
Bandpass Filter | Een indicator die signaleert wanneer de koers buiten de gekozen band komt te liggen. |
Banging the Close | Men plaatst opdrachten in de laatste tien seconden van de handelstijd teneinde opwaartse druk uit te oefenen op de Settlement prijs van die dag. Zie ook Painting the Screen. |
Bankbrief | Een obligatie ten laste van algemene banken welke tot nadere aankondiging doorlopend wordt uitgegeven. |
Bankenunie Eurozone | Politiek besluit van de Eurozone landen dat de grootste banken van de Eurozone onder toezicht van de ECB plaatst. |
Bankvergunning-light | Het idee om de concurrentie in het Nederlandse bankenland te stimuleren door de toetredingscriteria voor nieuwe banken te verlichten. |
Bar Chart | Methode om koersen in een grafiek te zetten waarbij de hoogste en de laagste koers worden verbonden door een verticale lijn en de opening- en slotkoers worden aangegeven met horizontale lijntjes. |
Bareboat Charter | Het verhuren of leasen door het ene bedrijf aan het andere van vaartuigen waarbij de huurder zorgt voor de bemanning. De huurder draagt naast de huurprijs (leaseprijs) ook alle andere kosten. |
Barking Twice | Bij de berekening van gemiddeldes wordt de extra invloed van koers-sprongen tweemaal gevoeld. Eenmaal als de koerssprong binnentreedt in de range en een tweede maal als hij eruit valt. |
Barrier Equal Strike Speeder | Barrier Equal Strike Ook wel Limited Speeder genoemd. In tegenstelling tot de Speeder waarbij het StopLoss niveau in principe ligt op het Uitoefenniveau, ligt de StopLoss bij de Best Speeder op het Financieringsniveau. De prijs van de Best Speeder is gebaseerd op de future prijs, waardoor interesten en dividenden in de prijs verwerkt zijn. |
Barrier Lening | Een lening waarvan de voorwaarden veranderen als een van te voren gedefinieerde grens is bereikt. Meestal gaat het om leningen waarvan de bescherming vervalt zodra de prijs van de onderliggende waarde onder een bepaalde grens (de barrier) daalt. |
Barrier Options | Opties die tot uitbetaling komen als een bepaald prijsniveau wordt geraakt of overschreden. Voorbeelden zijn de One Touch option of de Double No Touch option. |
Barrier Stop | Een stoploss systeem dat gebaseerd is op het penetreren door de koers van een bepaalde barrià¨re. Meestal neemt men voor deze barrià¨re een Trendlijn, een Fibonacci Retracement Line, Support of Resistance Lines of iets dergelijks. |
Barro Misery Index | van Robert Barro. Het is een variant op de Okun Misery Index. Barro voegde gegevens over het bruto nationaal product en de renteontwikkeling toe. |
Barron's Confidence Index | Men deelt het gemiddelde rendement van high grade Bonds door het gemiddelde rendement van intermediate grade Bonds. Een stijgend quotiënt wijst op een stijgende interesse bij beleggers voor verhoogd risico en dus op meer vertrouwen in de economie. |
Barter | Een rechtstreekse ruiling zonder de dat men geld gebruikt. |
Base Currency | Een term uit de valuta handel. Een valuta wordt altijd uitgedrukt in een andere valuta. De basis is de Base Currency en de tweede wordt genoemd de Counter Currency. |
Base/Cross | Een term van de Forex. De base is de eerste currency van het paar waarin men handelt. Cross is de tweede currency. Men handelt altijd in de base. Om short te gaan in de dollar moet de Amerikaan bijvoorbeeld de euro (the base currency) kopen. |
Basel 3 | Verplicht de banken hun kapitaalbuffers te vergroten. |
Basel Akkoorden | Een aanduiding van de aanwijzingen voor wet- en regelgeving gericht op het bankwezen, opgesteld door het Basel Committee on banking Supervision, teneinde te komen tot internationale standaarden vooral op het gebied van risicobeheer en solvabiliteit. |
Basic Advance | Het is de totale opgang van Ultimate Low naar Ultimate High in de Standard Time Spans van George Lindsay. Hij maakt verschil tussen Secondary Advances eindigend in een Secondary High en Ultimate Advances eindigend in een Ultimate High. Dit onderscheid is nodig om het juiste begin vast te stellen van een Basic Advance zodat koersdoelen berekend kunnen worden. |
Basic Cycle | van George Lindsay. Hij berekende de Lange Cyclus sinds 1790 en kwam op een duur van ongeveer 20 jaar. De lange cyclus valt uiteen in twee Multipele Cycli en deze bevatten ieder 2 tot 4 Basic Cycles. |
Basic Decline | Het is de totale neergang van Ultimate High naar Ultimate Low in de Standard Time Spans van George Lindsay. Hij maakt verschil tussen Secondary Declines eindigend in een Secondary Low en Ultimate Declines eindigend in een Ultimate Low. Dit onderscheid is nodig om het juiste begin vast te stellen van een Basic Decline zodat targets berekend kunnen worden. |
Basis Punt | Een maatstaf voor de opbrengst van obligaties. Een basispunt is gelijk aan 0,01 van de opbrengst. |
Bats Chi-X Europe | De alternatieve beurs die ontstaan is uit de fusie van Chi-X en Bats. Interessant is het, dat deze beurs als eerste aan de klant de mogelijkheid biedt om tussen Clearing-instellingen te kiezen. De belegger kan kiezen uit LCH Clearnet, EMCF, EuroCCP en Six x-clear. |
BATS Europe | Een multilateraal handelsplatform gevestigd in Londen. Inmiddels gefuseerd met Chi-X Europe tot Bats Chi-X Europe. |
BB Impulse | van John Bollinger. Deze meet prijsveranderingen en tegelijkertijd veranderingen in de bandbreedte via de dagelijkse verandering in %b: %b this period – %b last period. |
BB Momentum | van John Bollinger. Het is de dagelijkse verandering in prijs ten opzichte van de bandbreedte. Het meet dus de prijsverandering zeg over een periode van 10 dagen als een functie van de bands. |
BB Trend | van John Bollinger. In feite is dit een klassieke trendmeter zoals de ADX. Hij neemt bijvoorbeeld de Bollinger bands van 20 periodes en 50 periodes. In een uptrend zullen de bovenste banden mooi samenvallen. In een downtrend is dit het geval met de onderste banden. |
BBB Rating | Het tweede grote niveau in het algemeen aanvaarde ratingsysteem voor kredietwaardigheid. |
BBP | Bruto Binnenlands Product. De totale productie van goederen en diensten binnen een land. Het is gelijk aan de totale vraag naar deze goederen en diensten plus de export en minus de import. |
BBP Kickers | Aan het BBP gelinkte obligaties. Zie ook Trill. |
Bclear | Het derivatenplatform van Euronextdochter Liffe. Op deze markt kunnen sinds 1 januari 2009 Credit Default Swaps verhandeld worden. |
BCR | Beleggerscompensatieregeling. Een regeling onder beheer van de DNB en opgezet om beleggers te compenseren wanneer een vermogens-beheerder in Nederland veroordeeld wordt tot een schadevergoeding en indien het vermogen van deze beheerder onvoldoende groot is om de schadepost te voldoen. |
BDC | Business Development Companies. Speciale Investeringsmaatschappij(en) in de Verenigde Staten, die onder voorwaarde dat zij 90% van hun winst uitkeren als dividend, dit dividend in mindering mogen brengen op hun belastbare winst. Zij zijn voor wat de operationele kant betreft vergelijkbaar met venture capital bedrijven en voor hun fiscale positie zijn zij vergelijkbaar met REITS. |
BDI | Baltic Dry Index. Kortweg London Baltic Exchange genoemd. Met meer dan 550 leden omvat deze beurs het merendeel van alle belangen in de scheepvaart. Deze scheepvaartbeurs is gevestigd in hartje Londen en verstrekt een grote hoeveelheid informatie inzake het vervoer van goederen over zee. Onder anderen publiceert zij dagelijks de door haar berekende Baltic Dry Index. BDI staat ook voor Bundesverband Deutscher Banken. |
Bear | Een belegger die negatief staat ten opzichte van de toekomstige marktontwikkeling. |
Bear Flattener | Een situatie waarin de (lagere) kortetermijnrente stijgt ten opzichte van de langetermijnrente. De yieldcurve wordt daardoor vlakker. |
Bear Hug | Berenknuffel. De bieder op de aandelen van een bedrijf, die geen gehoor vindt bij het management, probeert beleggers achter zich te krijgen door zijn bod in de publiciteit te brengen. |
Bear Markt | Engelse term voor een markt die in zijn geheel een dalende trend laat zien. In essentie is het een periode waarin de aandelen in een lange termijn dalende trend zitten die vaak onderbroken wordt door scherpe rallies. Een bear markt bestaat normaal gesproken uit drie fasen. De eerste fase is topvorming ofwel distributie, de tweede fase bestaat uit een constant dalende markt en de derde fase bestaat uit bodemvorming welke vaak gepaard gaat met paniek uitmondend in een blow-off waarin zelfs de meest optimistische belegger zijn stukken verkoopt. Men gaat ervan uit dat van een Bear Markt gesproken kan worden als er sprake is van een daling van 20% die voorafgegaan is door een stijging van 20%. |
Bear Put Spread | Koop een Put en verkoop een Put met een hogere Uitoefenprijs. |
Bear Spread | Een constructie die erop gericht is te profiteren van een dalende markt. |
Bear Trap | Een signaal dat suggereert dat de stijgende trend hervat is hetgeen later blijkt niet waar te zijn. |
Bearish 3-Line Strike | Een Bearish continuatie Candlestickpatroon in een Downtrend. Het zijn drie zwarte Candles die gevolgd worden door een grote witte. Maar Thomas N. Bulkowsky stelt dat in 84% van de gevallen dat hij dit patroon vond, het een Bullisch Reversal patroon was. Als het slot van de vierde Candle hoger sluit dan het begin van het patroon dan, zo stelt hij, verandert het patroon in een Bullish omkeerpatroon. |
Bearish Breakaway | Een Bearish Candlestickpatroon in een Uptrend bestaande uit vijf Candles. De eerste is een grote witte Candle gevolgd door een gap tussen de twee lichamen van de volgende witte candle (dus de Shadows kunnen overlappen). De derde candle kan zowel wit of zwart zijn maar de Close is hoger dan de Close van de voorgaande Candle. De vierde is een witte Candle met opnieuw een hogere Close en de vijfde is een zwarte Candle die sluit ergens in de Gap tussen de eerste en de tweede Candle. |
Bearish Engulfing | Zie Engulfing patroon. Thomas Bulkowski stelde vast dat deze candlestick in een uptrend in 79% van de gevallen waarin hij voorkwam, op correcte wijze een bearish reversal aankondigde. Hiermede bestempelt hij het als het beste omkeerpatroon in een bullmarkt. Thomas N. Bulkowski zet dit patroon op de derde plaats van de acht meest betrouwbare candlestick patronen. |
Bearish Engulfing Pattern | Een zwarte candlestick waarvan het lichaam het voorgaande lichaam omsluit dat wil zeggen dat de opening hoger ligt dan het voorgaande slot en waarvan de slotkoers lager ligt dan de voorgaande opening. De Low is bovendien lager dan de voorgaande Low. Zie Bearish Engulfing. |
Bearish Gap | Een Gap waarbij de High van de betreffende dag onder de Low ligt van de voorafgaande dag. Hij wordt ook wel Gap Down genoemd. |
Bearish Indicator | Uit 3000 omslagverhalen van Time Magazine is gebleken dat 4 van de 5 gevallen waarin een financieel onderwerp als hoofdartikel (of op vergelijkbare wijze) werd belicht, de conclusies binnen een jaar werden achterhaald door een tegengestelde beweging. Daarmee wordt Time Magazine gezien als een buitengewoon betrouwbare Bearisch Indicator. |
Bedrijfsresultaat | Omzet minus kosten van de gewone bedrijfsuitoefening, exclusief de financiële baten en lasten en de belastingen (EBIT). |
Bedrijfswaarde | Er zijn verschillende methodes om de waarde van een onderneming te bepalen. De meest voorkomende zijn de Discounted Cashflow, de Intrinsieke Waarde, de Rentabiliteitswaarde en de Ratiomethode. |
BEER | Bond Equity Earnings Yield Ratio. Een maatstaf om de relatie tussen opbrengsten van obligaties en die van aandelen te vergelijken. In de teller vindt men de benchmark van de obligatieopbrengsten (bijvoorbeeld het effectieve rendement op de 10-jaars Treasury) en in de noemer vindt men de benchmark van de opbrengst van de aandelen (bijvoorbeeld de S&P500 Index). |
Begin Point | BP. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Iedere Swing heeft 3 belangrijke punten. Het begin (BP), het einde (EP) en het midden, het 50% punt (TP). |
Begrotingstekort | Negatief verschil tussen inkomsten en uitgaven van de centrale overheid. |
Begrotingstsaar | Men duidt hiermede de Europese Commissaris aan, die belast is met het toezicht op de begrotingen van de Eurolanden. |
Behavourial Finance | BF. Deze theorie stelt dat beleggers vaak irrationeel zijn en daarmede voorspelbaar gedrag vertonen dat met grote waarschijnlijkheid niet tot efficiënte markten leidt en daarmede bovengemiddelde rendementskansen biedt voor actieve beleggers. |
Beheerkosten | De remuneratie van de beheerder. |
Beheermaatschappij | Een rechtspersoon die zich bezighoudt met het beheren en financieren van werkmaatschappijen waarin ze middels aandelenbezit of financiering deelneemt, maar die zelf geen onderneming drijft. |
Beheervergoeding | Een betaling van een cliënt aan een financiële instelling zoals een vermogensbeheerder voor het beheer van het vermogen van de betreffende cliënt. |
Beige Book | Een samenvatting van de rapporten van de twaalf afzonderlijke Federal Reserve Banks betreffende economische ontwikkelingen in hun district, uitgegeven door een van de Federal Reserve Banken, die daartoe wordt aangewezen op roterende basis. Het verschijnt 8 maal per jaar. |
Bel 20 Index | Een gemiddelde van de twintig meest verhandelde en grootste aandelen van de Belgische beurs, vergelijkbaar met de AEX Index in Nederland. |
Beleggen in Goudmijnaandelen | Koop goudmijnaandelen als de Barron’s Gold Mining Index gedeeld door de Gold Bullion Index beneden 1,45 komt en verkoop deze aandelen als de index boven 1,9 komt. |
Beleggen in Rente gevoelige aandelen | Koop Interest Rate Sensitive aandelen als de 12 maand’s ROC in de Barron’s Gold Mining Index gedurende 13 achtereenvolgende weken negatief is of beneden minus 35 komt en verkoop deze als de ROC12 gedurende 13 weken positief is of groter wordt dan plus 35. |
Beleggen in Small Cap aandelen | van Stephen Leeb. Koop als de AAC over 5 jaar van de CPI groter is dan de AAC10 van de CPI. Verkoop als de AAC5 kleiner is dan de AAC10. |
Beleggers Coöperatie Nederland | Een commerciële onderneming die aan deelnemers de mogelijkheid biedt mede te delen in het resultaat op het verschil tussen de geschatte expiratieprijs en de werkelijke expiratieprijs van de AEX Index. |
Beleggingshorizon | De termijn waarover men het resultaat van de portefeuille beoordeelt. |
Beleggingsinstelling | In het kader van de WFT: Term die wordt gebruikt om instellingen in Nederland te classificeren die onder het toezichtregime van de Wtb, de Wet Toezicht Beleggings-instellingen staan (inmiddels de Wwft). En in het kader van de fiscale wetgeving: Een beleggingsfonds dat vrijgesteld is van het betalen van vennootschapsbelasting mits de ontvangsten welke in de particuliere sfeer onder de Inkomstenbelasting vallen jaarlijks voor een bepaalde datum aan aandeelhouders worden uitgekeerd. |
Beleggingsmaatschappij | Onderneming die geld van deelnemers bijeenbrengt en dat collectief belegt met een deskundige staf. De zeggingsmacht van deelnemers is meestal van ondergeschikt belang. |
Belening | Het in onderpand geven van effecten of andere zekerheden tot zekerheid van een lening. |
Beleningrente | Rentetarief waartegen banken bij de Centrale Bank tegen onderpand kredieten kunnen krijgen met een vastgestelde looptijd. In Nederland is dit meestal een week. Zie ook Reporente. |
Belex 15 | Een gemiddelde van de koersen van de 15 meest liquide aandelen van de Servische beurs. |
Bellwether | Hiermee worden de grootste en langst genoteerde aandelen van een beurs bedoeld. In de V.S. zijn Exxon en General Motors bijvoorbeeld Bellwethers, in Nederland zijn Koninklijke Olie en Unilever Bellwethers. |
Bellwether theorie | Robert H. Stovall stelde dat indien een dalende markt vier maanden aanhoudt zonder dat het aandeel General Motors een dieptepunt noteert, de bodem gepasseerd is. Omgekeerd geldt dat, indien het aandeel General Motors na een beurshausse van vier maanden nog geen nieuwe top bereikt heeft, de top in de totale markt reeds gezet is. |
Belt Hold | Een lange Candlestick die wit (bullish) of zwart (bearish) kan zijn maar die onder noch boven een schaduw heeft. Deze candle wordt ook wel genoemd White Opening Shaven Bottom (bullish) en Black Opening Shaven Head (bearish). Thomas Bulkowski stelde vast dat de bullish versie van dit candlestickpatroon in een downtrend in 71% van de gevallen waarin hij voorkwam, op correcte wijze een bullish reversal aankondigde. |
Benchmark | De vergelijkingsmaatstaf waaraan wordt afgemeten of het behaalde rendement beter dan wel slechter is dan gemiddeld. |
Berenval | Een situatie waarbij beleggers die short zijn gegaan verrast worden, door een plotseling stijgende markt. |
Bermudan Option | Een optie die uitgeoefend kan worden op bepaalde regulaire data. |
Beschermingsconstructie | Maatregelen die erop gericht zijn het eigendom van de aandeel-houders te beschermen tegen een vijandige overname. |
Best Execution Rule | De verplichting van handelaren om de orderuitvoering te verrichten tegen de beste prijs die haalbaar is op dat moment. Daarbij moet ook op andere beursplatformen gecontroleerd worden of elders niet een betere prijs te verkrijgen is. |
Best Speeder | Barrier Equal Strike Ook wel Limited Speeder genoemd. In tegenstelling tot de Speeder waarbij het StopLoss niveau in principe ligt op het Uitoefenniveau, ligt de StopLoss bij de Best Speeder op het Financieringsniveau. De prijs van de Best Speeder is gebaseerd op de future prijs, waardoor interesten en dividenden in de prijs verwerkt zijn. |
Bestandvergoeding | Een betaling van een financiële instelling aan een financiële adviseur, zoals een vermogensbeheerder, die is gekoppeld aan de omvang en duur van beleggingen die door de adviseur bij de financiële instelling (zoals bijvoorbeeld een beleggingsfonds) zijn ondergebracht. In Nederland is deze vergoeding inmiddels verboden. |
Beste Kans Techniek | Een kwantitatieve Analyse en Beleggingsmethode ontworpen door A. Mentzel en gebruikt door Vladeracken b.v. gebaseerd op de Scenario Analyse Technieken uit de statistiek. |
Bestens Order | Een order die moet worden uitgevoerd tegen de beste actuele markt-voorwaarden. |
Bet Index | Een gemiddelde van de koersen van de 15 meest liquide aandelen van de Roemeense beurs. |
Béta Coëfficiënt | Kwantitatieve maatstaf voor het marktrisico van een aandeel. Zij geeft aan in welke mate een individueel aandeel zich ten opzichte van een benchmark beweegt. De beta’s van de AEX- en Midkapfondsen zijn te vinden op www.fd.nl/beurs. |
Beursplein 5 | Het adres in Amsterdam waarop de Euronext Amsterdam gevestigd is. |
Beursvacantiedagen | Als beursvakantiedagen worden in de Verenigde Staten gezien: Oude Jaar’s avond; President’s day; Pasen; Memorial day; Fourth of July; Labor Day; Thanksgiving day; Christmas. |
Beurswaarde | Het aantal uitstaande aandelen maal de koers. |
Beveridge Curve | van William Henry Beveridge. Het geeft de verhouding weer van beschikbare banen en de werkloosheid, waarbij een stijgende curve een verslechtering van de verhouding aangeeft. |
Bevoorrechte Obligatie | Bij vereffening van de vennootschap worden bevoorrechte obligaties terugbetaald alvorens tot vergoeding van de gewone obligaties wordt overgegaan. |
Bewaarloon | De administratieve lasten die de bank in rekening brengt voor het bewaren van effecten, het inwisselen van effecten en het verzorgen van de dividend- en renteuitbetalingen (deze laatste twee worden soms separaat afgerekend). |
BF | Behavioural Finance. Deze theorie stelt dat beleggers vaak irrationeel zijn en daarmede voorspelbaar gedrag vertonen dat met grote waarschijnlijkheid niet tot efficiënte markten leidt en daarmede bovengemiddelde rendementskansen biedt voor actieve beleggers. |
BFD | Besluit Financiële Dienstverlening. Dit is een uitvoeringsregeling van de WFD, opgesteld door de AFM. |
BFI | Zie Bijzondere Financiële Instelling. |
Bias | Het verschil tussen de verwachte waarde en de werkelijke waarde. |
Bid | De handel is bereid voor het genoemde bedrag van u te kopen. |
BID Indicator | Vikram Mansharamani stelde vast dat een top in de prijs van het aandeel Sotheby’s Holding een top voorspelt in een of meerdere markt indexen. Hogere prijzen van kustvoorwerpen drijven de winst en daarmede de aandeelprijs van het betreffende veilinghuis op. Zodra er tegen lagere prijzen wordt geveild is dit een teken van uitputting van de koopkracht van de zeer koopkrachtige kopers en daarmede ook van de grote deelnemers van de betreffende financiële markt. |
Bid-Ask Spread | De afstand tussen Bieden en Laten. |
Bid-Offer Spread | De afstand tussen Bieden en Laten. |
Bid-to-Cover ratio | Dit is de verhouding van de actuele inschrijvingen (op een emissie) en de gezochte inschrijving. |
Bieden | De handel is bereid voor het genoemde bedrag van u te kopen. |
Biedprijs | De prijs waarvoor de markt bereid is te kopen. |
Big Board | Het orgaan van de New York Stock Exchange dat verantwoordelijk is voor de bepaling van de politiek van de beurs, voor de controle van de activiteiten van de leden, voor de overdracht van zetels op de beurs, voor de opname van fondsen en voor de beoordeling van kandidaatleden. |
Big Mac Index | Men gebruikt de prijs van de Big Mac hamburger om prijsniveaus in verschillende landen te kunnen vergelijken. Er wordt gesteld dat deze een betere indruk van het lokale inflatieniveau biedt dan welke andere index ookinflatieindex biedt |
BIITS | Een afgeleide van de term BRICS. BIIS staat voor Brazilië, India, Indonesië, Turkije en Zuid Afrika. |
Bijzondere Financiële Instelling | BFI. Onderneming die zich vanwege het gunstige fiscale financieringsklimaat in Nederland heeft gevestigd. |
BIK | Besluit Informatieverstrekking Kredietinstellingen. |
Billy Index | Bloomberg berekent jaarlijks de inflatie aan de hand van de prijzen van een boekenkast (type Billy) uit de catalogi van IKEA uit een veertigtal landen. |
Binaire Indicator | Een combinatie van meerdere Indicatoren. Iedere Indicator krijgt een 1 of een 0 toegewezen afhankelijk van de vraag of hij volgens vooraf vastgestelde regels positief dan wel negatief is. De verkregen waarden worden opgeteld en deze tesamen vormen de Binaire Indicator. |
Binary Option | Dit type optie wordt Binary genoemd omdat er slechts twee mogelijkheden zijn op de expiratiedatum: 0 of 100. De optie betaalt dus niets of alles uit. Er zijn twee soorten: de cash-or-nothing optie en de asset-or-nothing optie. Men noemt deze ook wel Fixed Return Option of Digital Option. |
Binary Wave | Een combinatie van meerdere Indicatoren. Iedere Indicator krijgt een 1 of een 0 toegewezen afhankelijk van de vraag of hij volgens vooraf vastgestelde regels positief dan wel negatief is. De verkregen waarden worden opgeteld en deze tesamen vormen de Binaire Indicator. |
BIS | Bank for International Settlement. |
BIS ratio | De BIS ratio geeft een indruk van de solvabiliteit van de betreffende bank. Het is de ratio tussen het risico-dragend kapitaal en de risico-gewogen bezittingen van de bank. Men kan de ratio betrekken op het eigen vermogen en op het totaal vermogen. In het eerste geval dient de ratio tenminste 4% te zijn en in het tweede geval tenminste 8%. |
Bitcoin | BTC. Een vorm van elektronisch geld. Tegelijkertijd is het de naam van de open source software die is geformuleerd om elektronisch geld te gebruiken. Bitcoins worden opgeslagen op de computer. De Bitcoin is gebaseerd op het werk van Wei Dai en geïmplementeerd door Satoshi Nakamoto. |
BKA | Besluit Krediet Aanbiedingen. |
Black & Scholes Model | Een model dat de theoretische waarde van een optie berekent. Formule: C = S*N(d1)-(E/(e*r*t))*N(d2) waarbij C = theoretische waarde van de optie; S = koers aandeel; N(d1) en N(d2) = een bepaalde waarschijnlijkheids-maatstaf; E = uitoefenprijs; e = het getal 2,71828; r = rentestand; t = resterende looptijd van de optie in jaarfractie. |
Black Friday | Dit is de vrijdag na Thanksgivings Day in de Verenigde Staten. De Retail handel creëerde deze dag om haar verkopen te stimuleren. Sindsdien geldt de hoogte van de verkopen die dag als een indicator van de consumentenuitgaven in de V.S. Zie ook Cyber Monday. |
Black Line | Een candlestick waarvan het slot lager ligt dan de opening. |
Black Lower Shadow | Een zwarte candle van normale of groter dan normale afmeting met een onderste schaduw die tenminste even groot als het lichaam. Het is een bearish candle. |
Black Opening | Shaven Head. Zie Belt Hold. |
Black Swan | Zwarte Zwaan. Een begrip geïntroduceerd door Nassim Taleb. Op onregelmatige en niet voorziene momenten ontstaat er op de beurzen een crisis die in omvang veel groter is dan verwacht. Vaak worden deze crises veroorzaakt door plotselinge, zeldzame, gebeurtenissen (de kans op het plaatsvinden van de gebeurtenis is dan scheef verdeeld). Beleggingsmodellen houden hier vaak geen rekening mee. Prognoses die hiermede wel rekening houden zijn in het algemeen zeer afwijkend van gewone voorspellingen (zie ook Tail Risico). |
Black Upper Shadow | Een zwarte candle van normale of groter dan normale afmeting met een bovenste schaduw die tenminste even groot als het lichaam. Het is een bearish candle. |
Blind Pool | Een lege huls die naar de beurs wordt gebracht met de belofte om bepaalde activiteiten te ontplooien. Dit vehikel wordt vooral in de vastgoedwereld gebruikt waarbij dan de Blind Pool een plan heeft om vastgoed te kopen maar welke projecten het zijn wordt niet bekend gemaakt. |
BLM Indicator | Een consensus indicator ontwikkeld door Brad L.Matheny. Deze indicator omvat een groot aantal technische indicatoren waarvan de resultaten een gezamenlijk resultaat aangeven. Het bespaart de analist de studie van afzonderlijke indicatoren. |
Blockchain | Een systematiek waarbij elke mutatie in een reeks door een onafhankelijke derde partij geautoriseerd dient te worden. Het is een softwaresystematiek die onder meer gebruikt wordt bij de administratie van transacties in cryptomunten. |
Blocking Minority | Een minderheid die sterk genoeg is om besluiten van de meerderheid tegen te houden. Als er sprake is van een Qualifying Majority kan 34% tegen een bepaalde regeling stemmen. |
Bloemetjesgeld | Een speciaal potje bij bedrijven om opdrachtgevers in de watten te leggen. |
Bloot schrijven | Het verkopen van opties zonder dat men de aandelen bezit. Men doet dit vaak met puts als men van plan is de aandelen te kopen. |
Blue Chip | Een steraandeel, dit is een aandeel van een fonds met een grote beurskapitalisatie en dat zich kenmerkt door een brede spreiding. |
BMV | Bolsa Mexicanos de Valores. De belangrijkste beurs van Mexico. |
BMX Index | Een index die berekend wordt als de waarde van de S&P500, waarop iedere maand een call geschreven wordt die het dichtste boven de S&P500 koers van dat moment ligt (at-the-money call). Bovendien wordt bij de berekening van de index rekening gehouden met herbelegging van dividenden. |
BMX2 | BoxMaker indeX. Koersindex berekend als het gemiddelde van 10 Amerikaanse computeraandelen te weten Apple, Dell, Gateway, Hewlett Packard, IBM, Network Appliance, Sony, Sun Micro, Unisys en Veritas Software. |
BNP | Bruto Nationaal Product. Het BBP plus het saldo van de primaire (financiële) inkomsten uit het buitenland. |
Bobl | Dit is een hypothetische Duitse obligatie met een coupon van 6% en een resterende looptijd van 3,5 tot 5,25 jaar. Op de Eurex worden futures op deze obligatie verhandeld en op deze futures zijn turbo’ s verkrijgbaar. |
Bodem | Dieptepunt in de koersontwikkeling. Men onderscheidt onder andere de dubbele, de triple, de broadening, de V en de extended bodem. Eén van de manieren om de aanwezigheid van een bodem vast te stellen is de volgende regel: iedere koers welke voorafgegaan wordt door drie hogere en gevolgd wordt door twee hogere slotkoersen, kan beschouwd worden als een bodem. |
Bodemvissen | Proberen op het laagst punt van de markt te kopen. |
Boekwaarde | Aanschaffingswaarde van een bezitting minus de afschrijvingen daarop. Zie Book Value of Eigen vermogen. |
Boekwaarde Effect | Een fundamentele Marktanamolie. Aandelen van fondsen met een hoge boekwaarde zouden het op de lange termijn beter doen dan aandrlen van fondsen met een lage boekwaarde. |
Boekwinst | De meerdere opbrengst bij verkoop van een bedrijfsmiddel boven de boekwaarde. |
Boiler Room | Illegale maar zeer professioneel handelende bedrijven die proberen waardeloze effecten te verkopen via telefoon en internet. Zie ook Recovery Room. |
Bollinger %B | Dit is een analytisch hulpmiddel bij het gebruik van de Bollinger Bands. In de vorm van een percentage geeft deze indicator weer waar binnen de Bollinger Bands de prijs zich historisch gezien bevindt. Indien de indicator een waarde van of groter dan 0,8 heeft wordt de trend als zeer sterk beschouwd. Formule: %B = Slotkoers minus onderste BB/ bovenste BB – onderste BB. |
Bollinger Bands | Twee lijnen die aan weerszijde getekend worden waarbij de afstand tot de koersen bepaald wordt door een aantal te kiezen standaarddeviaties (meestal twee) van de koers tot aan een te kiezen voortschrijdend gemiddelde van de koersen. Deze lijnen worden geacht Weerstand en Steun aan te geven. Formule: Band 1 = SMA(x) + BandFactor*STDEV(x) en Band 2 = SMA(x) – BandFactor*STDEV(x) waarbij SMA = eenvoudig voortschrijdend gemiddelde; STDEV = standaarddeviatie van de dagelijkse slotkoers; x = de periode. Bollinger gebruikte de doorschrijding van de banden door de koers als signalen. De bevestiging zocht hij in het short term On Balance Volume en in een Money Flow Indicator. |
Bollinger Bandwidth | Een formule om de Bollinger bandbreedte uit te drukken in een percentage van het voortschrijdend gemiddelde. Formule: BW = Bovenste band – onderste band / voortschrijdend gemiddelde. |
Bond Equity Earnings Yield Ratio | BEER. Een maatstaf om de relatie tussen opbrengsten van obligaties en die van aandelen te vergelijken. In de teller vindt men de benchmark van de obligatieopbrengsten (bijvoorbeeld het effectieve rendement op de 10-jaars Treasury) en in de noemer vindt men de benchmark van de opbrengst van de aandelen (bijvoorbeeld de S&P500 Index). |
Bond Yield | Doorgaans wordt hieronder verstaan het effectieve rendement op 10-jaars staatspapier. |
Bondrating | Vergelijkend waarderingssysteem van de solvabiliteit van obligaties door onder andere Moody’s Investors Services of Standard and Poors. De waardering wordt uitgedrukt in een kwaliteitsaanduidingsysteem dat loopt van AAA (hoogste) tot DDD (laagste) resp. A3 tot D3. |
Bonen-in-blik Indicator | Tijdens de malaise in 2009 stegen in Engeland de verkopen van bonen in blik met 23%. Blijkbaar probeerden consumenten in die tijd hiermede hun uitgaven voor voedsel te beperken. |
Bonus Certificaat | Een in Duitsland veelvuldig verhandeld derivaat, dat waarde krijgt als de koers een van tevoren vastgestelde bovenkant of onderkant doorbreekt. Zie Knock-In en Knock-Out Opties. |
Bonusaandeel | Een uitkering in aandelen, welke verricht wordt ten laste van de reserves. |
Book | Een verzameling biedingen (Book Building) op een bepaald effect die buiten de beurs om worden verkregen door de Book Runner. |
Book Building | Het verzamelen van biedingen op de uitgifte van effecten. Dit kan geschieden voorafgaande aan een emissie of wanneer een grote investeerder zijn belang kwijt wil. De bedoeling is om tot een juiste prijsdefiniëring te komen. Het Book wordt gehouden door een Securitites Underwriter ook wel Bookrunner genoemd. De overdracht van effecten die verkregen worden via Book Building geschiedt buiten de beurs om. |
Book Runner | Een Securities Underwriter die het Book beheert waarin de biedingen op een bepaald effect worden geregistreerd. |
Book Value | Het op de balans zichtbare verschil tussen bezittingen en schulden. |
Book-to-Market Ratio | De verhouding tussen de boekwaarde van een bedrijf en de markt-kapitalisatie. |
Booster | Het is een type Turbo, maar de Hefboom is groter, doordat het Financieringsniveau dicht bij de koers van de onderliggende waarde wordt gehouden. Het Stoplossniveau is altijd gelijk aan het Financieringsniveau. Ook de kosten zijn hoger omdat er met een opslag gerekend wordt. Dit is nodig omdat het risico onder het Stoplossniveau bij de uitgevende instelling ligt. Een uitgevende instelling is bijvoorbeeld de RBS. |
Boston Option | Een optie waarvan de prijs betaald wordt op de expiratiedag en niet bij aankoop, zoals te doen gebruikelijk. Dit type optie wordt vooral verhandeld op de LIFFE. |
Bounty Hunting | Inspanningen van klokkenluiders, die geactiveerd worden door de hoge uitgeloofde beloning. |
Bouwsparen | Sparen voor een eigen huis al of niet met een gunstige belastingregeling. |
Bovespa | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Braziliaanse beurs. |
Box | In de optiehandel is dit een combinatie van een Callspread en een Putspread. Via een Box probeert men wel goedkoop geld te lenen. Omdat de opbrengst van de combinatie van te voren bekend is kan men uitrekenen hoeveel de Box mag kosten gegeven een bepaald rentepercntage. Met dit doel voor ogen maakt men het liefst gebruik van langlopende opties. |
BoxMaker indeX | BMX2. Koersindex berekend als het gemiddelde van 10 Amerikaanse computeraandelen te weten Apple, Dell, Gateway, Hewlett Packard, IBM, Network Appliance, Sony, Sun Micro, Unisys en Veritas Software. |
Bozu Line | Belt Hold. Een lange Candlestick die wit (bullish) of zwart (bearish) kan zijn maar die onder noch boven een schaduw heeft. Deze candle wordt ook wel genoemd White Opening Shaven Bottom (bullish) en Black Opening Shaven Head (bearish). Thomas Bulkowski stelde vast dat de bullish versie van dit candlestickpatroon in een downtrend in 71% van de gevallen waarin hij voorkwam, op correcte wijze een bullish reversal aankondigde. |
Bracket Order | Een combinatie van drie beursorders bestaande uit een limietopdracht tot koop (verkoop) een limietopdracht tot winstneming en een opdracht voor een stoploss. |
Brady Bonds | De obligaties die banken in de jaren tachtig kregen onder het plan van de Amerikaanse Minister van Financiën, Brady, in ruil voor de obligaties die zij bezaten van Zuid-Amerikaanse landen. De nieuwe obligaties, nog steeds op de oude debiteuren, hadden een langere looptijd en waren 30% minder waard dan de oorspronkelijke, maar zij werden door Amerikaanse Staat gegarandeerd. |
Break of Bulk | Opdeling van een grote partij massagoed in kleinere partijen voor distributie naar eindbestemmingen in het achterland. |
Break-even Effect | De neiging van beleggers om verliesgevende posities uit te breiden met de bedoeling om verliezen sneller te kunnen compenseren. |
Break-even point | Een omzetniveau dat winst noch verlies genereert. |
Break-even punt BEP | Bij opties en warrants is BEP het koersniveau van de onderliggende waarde dat minimaal bereikt moet worden voordat uitoefenen van het recht interessant wordt. Formule: BEP = uitoefenprijs + (koers van het recht * pariteit). |
Break-even stop | Een stop die gelegd wordt op de entry price van de positie. |
Break-out | Een uitbraak die optreedt als een aandeel een bepaald koerspatroon verlaat of een belangrijke trendlijn doorbreekt. |
Breakaway Gap | Engelse term voor een plaats in de bar chart waar niet gehandeld is. Een gap is een koerspatroon waarbij een sprong gemaakt wordt ten opzichte van de koers van de voorgaande dag. Een breakaway gap ontstaat als een aandeel uit een koerspatroon breekt en is meestal de voorloper van een belangrijke koersbeweging. Normaal gesproken komt een breakaway gap tot stand onder een hoog volume. Meestal wordt een breakaway gap niet meer opgevuld. Het is de Gap met de beste Risk-Reward Ratio. |
Breedte | Het fenomeen dat de meeste aandelen op een beurs stijgen (“de marktstijging wordt breed gedragen”) versus de situatie waarbij slechts enkele aandelen verantwoordelijk zijn voor een stijging van de index (“de markt heeft geen breedte”). Hetzelfde fenomeen doet zich in een dalende trend voor. |
Breedte Momentum | De Momentum techniek die uitgaat van prijs en volume werd door Martin Pring uitgebreid naar hele groepen aandelen teneinde specifieke markten beter te kunnen bestuderen. Hij ging uit van de stelling dat hoe minder aandelen een bepaalde beweging indiceren hoe zwakker de beweging is. Divergenties vastgesteld in groepen van aandelen of in hele markten bestempelde hij daarom als meer betrouwbaar. Pring gebruikte voor zijn studies de AD Ratio, de Diffusion Index en High/Low data met de Arms Index. |
Brexit | Hiermede wordt een exit van het Verenigd Koninkrijk uit de Euro aangeduid. Men noemt het ook wel Brixit. |
BRIC Landen | Brazilië, Rusland, India en China. |
Brick | Begrip uit de Renko Charttechniek. Het is het blokje dat getekend wordt als de slotkoersverandering gelijk of groter is dan het gekozen interval. De Brick wordt ook wel Renga genoemd. |
Brixit | Hiermede wordt een exit van het Verenigd Koninkrijk uit de Euro aangeduid. Men noemt het ook wel Brexit. |
Broad Index | Ook genoemd Trade Weighted US Dollar Index. Een index gecreëerd door de Federal Reserve waarin 27 valuta op gewogen wijze zijn opgenomen. De bedoeling is een accurate methode te verkrijgen waarmede de dollarwaarde kan worden gemeten. |
Broadening Formation | Een koerspatroon in de vorm van een omgekeerde driehoek. De achtereenvolgende toppen en bodems liggen dus hoger respect-ievelijk lager. In het algemeen is dit een bearish patroon. |
Broken Wing Butterfly | Skip Strike Butterfly. Het is een variant op de Butterfly Spread waarbij het risico aan een van de twee kanten van de spread is gelegd. Men doet dit door te variëren in de afstand tussen de Uitoefeningsprijzen. |
Broker | Een Engelse term voor wat in het Nederlands genoemd wordt een commissionair of effectenbank. |
Broodfonds | Een fonds van een beperkt aantal ZZP’ers, die redelijk dicht bij elkaar wonen en die uit hun gezamenlijke inleg een toelage voor levensonderhoud kunnen toekennen aan deelnemers, die arbeidsongeschikt zijn. De toelage is beperkt in duur. Als het fonds gedurende twee jaar geen uitkeringen verricht wordt de inleg terugbetaald. Een dergelijk fonds komt in de plaats van een (dure) arbeidsongeschiktheid verzekering. |
Brownian Motion | Een model, genoemd naar de Engelse Botanicus Robert Brown, dat de random bewegingen van pollen in water beschrijft. Louis Bachelier stelde dat de bewegingen van de prijs van een aandeel kunnen worden gemodeleerd als een Brownian Motion. Met behulp van een aangepaste vorm van het model toonde Paul Samuelson aan dat de veranderingen in logarithmische aandelenkoersen een normale verdeling volgen. |
Bruto Binnenlands Product | BBP. De totale productie van goederen en diensten binnen een land. Het is gelijk aan de totale vraag naar deze goederen en diensten plus de export en minus de import. |
Bruto Nationaal Product | BNP. Het BBP plus het saldo van de primaire (financiële) inkomsten uit het buitenland. |
Brutowinst | Winst voor aftrek van afschrijvingen en belastingen. |
BSE | Botswana Stock Exchange. |
BTA | Besluit Toezicht Accountantsorganisaties. |
BTB | Besluit Toezicht Beleggingsinstellingen. |
BTC | Bitcoin. Een vorm van elektronisch geld. Tegelijkertijd is het de naam van de open source software die is geformuleerd om elektronisch geld te gebruiken. Bitcoins worden opgeslagen op de computer. De Bitcoin is gebaseerd op het werk van Wei Dai en geïmplementeerd door Satoshi Nakamoto. |
BTW carrouselfraude | Elkaar snel opvolgende financiële transacties, waarbij steeds hetzelfde goederenpakket, al of niet virtueel, verhandeld wordt. De reeks verkopers in de carrousel ontvangen wel BTW maar er is steeds een schakel in de keten, die de BTW niet afdraagt. In Engeland wordt dit MTIC Fraud genoemd. Zie ook Daisychain. |
Bubblecovery | van Jesse Colombo. Een economische opleving die wordt aangejaagd, doordat overheden en centrale banken de geldkraan opendraaien (forse monetaire financiering). |
Buff Spread | van Buff Pelz Dormeier. Een combinatie van de Volume Multiplier en de Trend Thrust Indicator, waarbij een spread berekend wordt door het korte MA af te trekken van het lange. |
Buffet Indicator | Market Cap gedeeld door GDP. Oorspronkelijk gebruikte Buffet als noemer het GNP. |
Buffet Ratio | De totale waarde van de genoteerde aandelen in de USA gedeeld door het GNP. |
Buffett Formule | Warren Buffett publiceerde een vereenvoudigde formule waarop zijn selectie berust. In eerste instantie moet de verwachte opbrengst van dividenden en koersgroei hoger dan 15% zijn. Pas dan komt een aandeel in aanmerking voor verdere analyse. Daarna eist hij dat de intrinsieke waarde van een aandeel hoger ligt dan de koers. Voor de bepaling van de intrinsieke waarde gebruikt hij de volgende formule: IW = WPA*(8,5 + 2*GVWPA) waarbij IW = Intrinsieke Waarde; WPA = Winst per Aandeel; GVWPA = Groeivoet Winst per Aandeel. De koers mag hooguit 2/3de van de intrinsieke waarde zijn, wil er van voldoende veiligheidsmarge sprake zijn. Tot slot beoordeelt Buffett de stabiliteit van de winstmarge en de verhouding vreemd en eigen vermogen, welke laatste in ieder geval niet hoger mag zijn dan 50%. |
Buffett Indicator | Warren Buffett berekent de ratio van de totale marktwaarde van de genoteerde bedrijven en het Bruto Nationaal Product. Om de totale marktwaarde te berekenen wordt vaak uitgegaan van de Wilshire 5000 Total market Index. Als deze ratio beneden 70 tot 80% komt dan is het tijd om aandelen te kopen. Maar als de 200% genaderd wordt dan wordt het tijd om aandelen te verkopen. |
Building Cycle | Kusnetz Cyclus. Simon Kusnetz identificeerde een 16,5- tot 18-jaars cyclus door de bestudering van de vastgoedprijzen in Amerika. Daarom wordt deze cyclus ook wel de Building Cycle genoemd. Er wordt hedentendage van uitgegaan dat hij 15 tot 20 jaar bestrijkt. Het ritme van deze cyclus schijnt gebaseerd te zijn op demografische factoren. |
Building the Fix | Het coördineren door handelaren van hun transacties vlak voordat de koers wordt vastgesteld teneinde deze een bepaalde kant uit te doen gaan. De Fix is daarbij de settlementkoers. |
Buitengewone Baten en Lasten | Incidentele opbrengsten of kosten, die niet tot de normale bed-rijfsuitoefening gerekend kunnen worden. |
Bulkcarrier | Zeevarend vrachtschip voor droge massalading zoals kolen, graan etc. |
Bulkcarriers | Schepen voor het vervoer van droog massagoed. |
Bulkproduct | Grote partij massagoed. |
Bull | Een belegger die positief staat ten opzichte van de toekomstige marktontwikkeling. |
Bull Markt | Engelse term voor een markt die zich in een stijgende trend bevindt. Normaal gesproken is dit een lange periode waarin de aandelen stijgen. Deze bull markt is, net als de bear markt, te verdelen in drie fasen. De eerste fase is accumulatie, de tweede fase is een periode van geleidelijk stijgende prijzen gecombineerd met een stijgend volume. De derde fase bestaat meestal uit een periode waarin het grote publiek de aandelenmarkt ontdekt en speculeert op als maar verder stijgende koersen. Men gaat ervan uit dat van een Bull Markt gesproken kan worden als er sprake is van een stijging van 20% die voorafgegaan is door een daling van 20%. |
Bull Spread | Een constructie die er op gericht is te profiteren van een stijgende markt. Hij bestaat uit een gekochte Call en een verkochte Call waarbij de laatste een hogere uitoefenprijs heeft. |
Bull Trap | Een signaal dat suggereert dat de dalende trend hervat is hetgeen later blijkt vals te zijn. Zie ook Sucker’s Rally. |
Bullet | Een obligatie die in een keer wordt afgelost. |
Bullet Swap | Een Swap kan worden afgewerkt via periodieke betalingen of door een betaling ineens aan het einde van de looptijd. In dit laatste geval spreekt men van een Bullet swap. |
Bulletlening | Lening die aan het einde van de looptijd in één keer in zijn geheel wordt afgelost. |
Bullets | Ook wel married puts genoemd. Het is een combinatie van diepe in-the-money puts en aandelen in een dergelijke verhouding dat de delta ongeveer neutraal is. |
Bullion Coin | Een cryptomunt van Andrew Maguire gedekt door goud. |
Bullish Engulfing Pattern | Een witte candlestick waarvan het lichaam het voorgaande lichaam omsluit dat wil zeggen dat de opening lager ligt dan de voorgaande slotkoers en waarvan het slot hoger ligt dan de voorgaande opening. De High is bovendien hoger dan de voorgaande High. |
Bullish Gap | Een Gap waarbij de Low van de betreffende dag boven de High ligt van de voorafgaande dag. Hij wordt ook wel GAP Up genoemd. |
Bullish Percentage Image | BPI Men neemt iedere dag het aantal aandelen uit een bepaald universum dat een koopsignaal geeft. Dit getal wordt gedeeld door het aantal aandelen in het universum en het resultaat wordt uitgezet in een grafiek. Zie ook Vladeracken Index. Martin Zweig noemde zijn 10-daags Voortschrijdend Gemiddelde van de RHPI een Bullish Percentage Index. |
Bullish Percentage Indicator | Deze indicator berekent van alle aan de New York Stock Exchange genoteerde aandelen of zij boven of onder hun 200-daags Voortschrijdend Gemiddelde liggen. Als tenminste 50% er boven ligt dan noemt men de markt bullish. |
Bund | Dit is een Duitse hypothetische obligatie met een coupon van 6% en een resterende looptijd van 8,5 tot 10,5 jaar. Op de Eurex worden futures op deze obligatie verhandeld en op deze futures zijn turbo’ s verkrijgbaar. |
Bunga-Bunga Bonds | Een spottende naam voor Italiaanse obligaties. |
Burn Rate | De snelheid waarmede een bedrijf geld verbruikt, ook welk gezegd “verbrandt”. Het is gelijk aan de negatieve cashflow van een bedrijf. |
Burrito Bonds | Een noviteit aangeboden door Chilango uit Mexico aan Britse beleggers. Het betreft een obligatielening die uitgegeven wordt door Crowdcube (een website voor Crowd Financing). De looptijd is vier jaar en de couponrente is 8% per jaar. Als men tenminste $10.000 inlegt krijgt men iedere week een gratis burrito. Crowdcube verwacht dat deze lening vele volgers zal hebben. Er is hier sprake van gehele of gedeeltelijke “payment in kind”. |
Business Cycle | Zie Juglar Cycle. |
Business Development Companies | BDC. Speciale Investeringsmaatschappij(en) in de Verenigde Staten, die onder voorwaarde dat zij 90% van hun winst uitkeren als dividend, dit dividend in mindering mogen brengen op hun belastbare winst. Zij zijn voor wat de operationele kant betreft vergelijkbaar met venture capital bedrijven en voor hun fiscale positie zijn zij vergelijkbaar met REITS. |
Business Development Company | BDC. Speciale Investeringsmaatschappij(en) in de Verenigde Staten, die onder voorwaarde dat zij 90% van hun winst uitkeren als dividend, dit dividend in mindering mogen brengen op hun belastbare winst. Zij zijn voor wat de operationele kant betreft vergelijkbaar met venture capital bedrijven en voor hun fiscale positie zijn zij vergelijkbaar met REITS. |
Business-unit | Een organisatorische bundeling van werkmaatschappijen uit dezelfde deelmarkt; de business-units zijn resultaatverantwoordelijk. |
Butterfly Patroon | Een reversal patroon bestaande uit een dubbele dalende top waarvan het eindpunt lager ligt dan het beginpunt terwijl de middelste bodem hoger ligt. Fibonacci verhoudingen zijn belangrijk zoals bijvoorbeeld de eis dat de middelste Low op een 38% retracementniveau moet uitkomen. Ook de andere pivotpoints die de formatie kenmerken moeten aan Fibonacci eisen voldoen. |
Butterfly Reversal | Een Gartley Reversal, waarbij de impulsgolf kleiner is dan de correctiegolf. Daarenboven wordt het einde van het patroon {de laatste neergang (opgang)} bepaald door Fibonacci verhoudingen, waarmede dus ook een doelstelling van het patroon kan worden berekend. |
Butterfly Spread | Een optieconstructie waarbij een hoge en een lage serie worden verkocht en tweemaal de daartussen liggende serie wordt gekocht. |
BUX Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Hongaarse beurs. |
Buxl | Dit is een Duitse hypothetische obligatie met een coupon van 4% en een resterende looptijd van 20 tot 30 jaar. Op de Eurex worden futures op deze obligatie verhandeld en op deze futures zijn turbo’ s verkrijg-baar. |
Buy and Build Strategy | Een methode waarbij een investeerder een minderheidsbelang in een bedrijf neemt. Vervolgens spoort men het bedrijf aan om soortgelijke ondernemingen te laten aankopen teneinde meerwaarde door een sterkere marktpositie te creëren. Het bedrijf wordt daarbij met financiering geholpen indien nodig. |
Buy flip | Een koop (verkoop) signaal uit de Sequential techniek. |
Buy-and-hold methode | Eenmaal aangekochte aandelen worden in portefeuille gehouden ongeacht dalingen of stijgingen op de beurs. Men voert dus een niet-actieve beleggingspolitiek. |
Buy-at-the-market | Een kooporder die uitgevoerd moet worden tegen de geldende marktprijs. |
Buy-Sell Ratio | Het percentage analisten met een koopadvies minus het percentage met een verkoopadvies. |
Buy-Sell Spread | De afstand tussen Bieden en Laten. |
Buy-side Analist | Gespecialiseerde analisten in dienst van beleggers die de gesprekspartners zijn van de Sell-side analisten en die de adviezen, door de Sell-side analisten gegeven, binnen het eigen bedrijf verspreiden. |
Buyback | Een strategie van het management van een bepaald bedrijf om eigen aandelen in te kopen. Dit kan geschieden ten behoeve van de interne beloningsprogramma’s waarbij werknemers (zoals directieleden) aandelenopties uitgekeerd krijgen, maar ook om het uitstaande aantal aandelen te verminderen en zo de koers te laten oplopen (waardoor bijvoorbeeld stockopties meer waarde krijgen). |
Buying Power | De hoogste koers minus de openingskoers van de dag. |
BVMT | Bourse des Valeurs Mobilià¨res de Tunis. De effectenbeurs in Tunis. |
BWI | Band Width Indicator. Een afgeleide van de Bollinger Bands. Hij plot het verschil tussen de bovenste en de onderste band. De uitkomst wordt gedeeld door de waarde van de gebruikte MA-lijn zodat fondsen onderling vergelijkbaar zijn. Formule: BWI = (Band1 – Band2) / MA(x) waarbij Band1 = bovenste Bollinger Band; Band2 = onderste Bollinger Band; x = periode. |
BXD | De DJIA BuyWrite Index. De waarde van de index is gelijk aan 1/100ste van de indexwaarde van de DJIA plus de waarde van een 1- maands-at-the-money-calloptie op de DJIA. Deze laatste wordt automatisch doorgerold op het einde van de maand naar de volgende. |
C
Cabotage | Scheepvaarttransport van goederen tussen twee havens in hetzelfde land. |
CAC | Collective Action Clause. Vanaf 1 januari 2013 zijn alle Eurolanden verplicht hun obligatieleningen te voorzien van de CAC clausule. Onder deze voorwaarde kan medewerking afgedwongen worden van alle schuldeisers om aan een eventuele herstructurering mee te werken. Een algemene voorwaarde is dat twee derde van de schuldeisers bereikt wordt en dat met driekwart hiervan overeenstemming wordt bereikt. |
CAC 40 Index | Een gemiddelde van de 40 meest verhandelde en grootste aandelen van de Franse beurs. |
Call optie | Een call optie geeft de koper van de optie het recht om de onderliggende waarde te kopen tegen een vastgestelde prijs (uitoefenprijs) binnen een bepaalde termijn (de looptijd of uitoefenperiode). Tegelijkertijd verplicht de optie de verkoper van de optie tot het leveren van de onderliggende waarde tegen een vastgestelde prijs gedurende een bepaalde looptijd. Zie ook onder Optie. |
Call spread | Een constructie die enkel bestaat uit calls. |
Call/Put-Ratio | Het aantal callopties dat op een dag verhandeld is, gedeeld door het aantal putopties dat op diezelfde dag verhandeld is. Een extreem lage waardering wijst op een relatief groot aantal verhandelde put opties en is daarmede een maat voor het pessimisme in de markt. De ratio wordt als contraire indicator gebruikt. |
Callable Preferred Stock | Een preferent aandeel dat op initiatief van de uitgevende instelling verplicht kan worden ingekocht of omgewisseld in gewone aandelen. |
Callgeld | Een vorm van krediet om zeer korte liquiditeitkraptes te overbruggen. De opzeggingstermijn bedraagt 24 uur of minder. |
Calmar Ratio | De netto jaarlijkse Opbrengst gedeeld door de maximum Drawdown. |
Can Slim | Een beleggingsmodel dat aandelen selecteert op basis van winst en relatieve sterkte. Het is dus een combinatie van fundamentele en technische analyse. De ontwerper van dit model dat in vele variaties voorkomt is Bill O’Neil. Hij noemde zeven criteria met behulp waarvan men de winner kan identificeren: 1. Current Quarterly Earnings moeten stijgend zijn; 2. Annual Earnings moeten stijgend zijn; 3. New Products, New Management, New Highs; 4. Shares of common stock: de Float moet overzienbaar zijn; 5. Leader or Laggard: het bedrijf moet lijdend op zijn gebied zijn; 6. Institutional sponsorship; 7. Market Direction. |
Candlestick | Een manier om koersen in een grafiek te tekenen. Hierbij worden de hoogste en de laagste koers verbonden door een rechte lijn en worden horizontaal op deze lijn de openingskoers en de slotkoers getekend. Deze laatste twee worden vervolgens verbonden door een verticale balk breder dan de eerst getekende lijn. De balk ook wel body of lichaam genoemd, is gearceerd of zwart wanneer de openingskoers onder de slotkoers ligt. De balk is open wanneer de openingskoers boven de slotkoers ligt. De dunne lijnen die boven en onder het lichaam kunnen uitsteken worden shadow of schaduw genoemd. |
Candlevolume | Een combinatie van Candlesticks en Equivolume. De candlestick breedte wordt aangepast aan de grootte van het volume. |
CAP | Veel gestructureerde producten werken met een bovengrens voor het rendement. Als deze grens (de cap) bereikt is, is het maximum rendement bereikt. |
Cape10 Ratio | Cyclical Adjusted Price Earnings Ratio van Robert Schiller. Het is een alternatief voor de P/E Ratio om de relatieve waarde van de Stock Exchange in de Verenigde Staten vast te stellen. Schiller stelt de huidige earnings tegenover het voor inflatie aangepaste gemiddelde van de laatste 10 jaar van de S&P500 bedrijfswinsten. Bij een waarde van 6 koopt hij en bij een waarde van 22 verkoopt hij. |
Capesize | Bulkcarrier met een omvang van 100.000 dwt of groter. |
Capex | Kapitaal Investeringen. |
Capital Asset Pricing Model | CAPM van Markowitz, Sharpe en Lintner. Dit waarderingsmodel voor aandelen gaat ervan uit dat er maar één waardebepalende factor bestaat en dat is het risico. Dit risico wordt in het model aangegeven als de standaarddeviatie van de in het verleden behaalde rendementen. Er worden twee soorten risico’s onderscheiden: het marktgerelateerde risico en het specifieke risico, ook wel eigen risico genoemd. Zie ook Security Market Line. |
Capital Market Line | CML. Een definitie geïntroduceerd door James Tobin. Hij intro-duceerde het leverage principe in “the efficient market portfolio”. Hij combineerde risico-vrije investeringen met portfolios op de efficient frontier, waardoor hij portfolios kon samenstellen die een hogere risico-return ratio geven dan portfolios gelegen op de efficient frontier zelf. Hiermede werd de weg vrij gemaakt om een gewenste RR-ratio te introduceren in de portfolio. |
CAPM | Capital Asset Pricing Model van Markowitz, Sharpe en Lintner. Dit waarderingsmodel voor aandelen gaat ervan uit dat er maar één waardebepalende factor bestaat en dat is het risico. Dit risico wordt in het model aangegeven als de standaarddeviatie van de in het verleden behaalde rendementen. Er worden twee soorten risico’s onderscheiden: het marktgerelateerde risico en het specifieke risico, ook wel eigen risico genoemd. Zie ook Security Market Line. |
Capped Floored Floater | Een Floored Floater waarvan de rente bovendien aan een maximum is gebonden (de cap). |
Carhart four-factor model | Carhart breidde het Fama-French three factor model uit met een vierde factor: de momentum anomalie van Jagadeesh Titman. |
Carry Trade | Men verkoopt een bepaalde valuta met lage rentetarieven en men investeert de opbrengst in valuta met duidelijk hogere rentetarieven. Een risico ontstaat uit de verhouding tussen de valuta. |
Carve-out | Hiervan is sprake als men bedrijfsmiddelen naar de beurs brengt voor een separate notering. |
Case 30 Index | De kapitaal gewogen index van de Egyptische beurs, waarin de 30 meest verhandelde en hoogst-gekapitaliseerde fondsen zijn opge-nomen. |
Cashes | Converteerbare obligaties zonder conversiedatum. |
Cashflow | De nettowinst na belastingen plus afschrijvingen en reserveringen. |
Cashflow-to-Price Ratio | De cashflow per aandeel gedeeld door de koers van het aandeel. |
Cashindex | De waarde van de index waartegen deze contant verhandeld wordt. Dit begrip staat tegenover de waarde van de future die deze index als onderliggende waarde heeft. |
Cashless CDO | Een variant op de normale CDO, waarbij slechts een coupon wordt ontvangen. Er bestaat een verplichting van de houder van de cashless CDO om, indien er onvoldoende geld is, geld te betalen ter aanzuivering van dit tekort. De coupon is daarmede eigenlijk een verzekeringspremie voor verliezen en de houder van de Cashless CDO is gelijk te stellen met een kredietverzekeraar. |
Cashmanagement | Dit is het proces van beheersing en zo goed mogelijk gebruik van de eigen en vreemde geldmiddelen van een onderneming. |
CAT-Obligatie | Een Catastrofe obligatie, waarmede men zich kan indekken tegen natuurrampen. Is er sprake van een bepaalde natuurramp dan worden de voorwaarden van de obligatie geschonden waarmede de inleg van de belegger vervliegt. Een typische Cat-Obligatie keert maandelijks een rente uit die gelijk is aan een vast percentage boven de variabele geldmarktrente. Obligaties hebben doorgaans een korte looptijd van een of twee jaar en als de ramp zich niet voordoet krijgen beleggers hun inleg terug. Voor particulieren is het bijna onmogelijk om hierin te beleggen. |
Cat's Ears Pattern | Een continuation pattern van Giorgos E. Siligardos. Een koersdaling wordt gevolgd door een pauze, waarin de koers zich horizontaal beweegt. Hierna schiet de koers omhoog om daarna weer terug te vallen (left ear). De koers gaat weer een horizontale beweging in (cat’s scalp) om daarna opnieuw omhoog te schieten, waarna hij terugvalt (cat’s right ear) en doorschiet verder naar beneden. Het Volume kan aantrekken tijdens de vorming van de oren maar is laag tijdens de scalping periode. Toppen en horizontale periodes hoeven niet persé op gelijk niveau te liggen. Een doel kan berekend worden door de afstand tussen de top van de oren en de scalp in percenten uit te drukken. Door de scalp te vermenigvuldigen met 100 minus dit percentage krijgt men het doel. Een RSI 14 zal het rechteroor vaak bevestigen met een hogere top. |
Catastrofe obligatie | Een CAT-obligatie, waarmede men zich kan indekken tegen natuurrampen. Is er sprake van een bepaalde natuurramp dan worden de voorwaarden van de obligatie geschonden waarmede de inleg van de belegger vervliegt. Een typische Cat-Obligatie keert maandelijks een rente uit die gelijk is aan een vast percentage boven de variabele geldmarktrente. Obligaties hebben doorgaans een korte looptijd van een of twee jaar en als de ramp zich niet voordoet krijgen beleggers hun inleg terug. Voor particulieren is het bijna onmogelijk om hierin te beleggen. |
CATS | Zie Certificates of Accrual on Treasury Securities. |
CBI | Chartmill Bear Indicator van Dirk Vandycke. Een extreem goede dag gaat gepaard met een relatief zwak en abnormaal laag slot, ter hoogte van de Low van de dag. Deze tendens moet enkele consecutieve dagen voorkomen en niet slechts op een enkele dag. |
CBOE | Chicago Board Options Exchange. |
CBOT | Chicago Board of Trade. |
CBS | Centraal Bureau voor Statistiek. |
CBS All-Shares | Een door Het CBS dagelijks berekende, algemene, naar beurswaarde gewogen koersindex op basis van de slotkoersen van alle op het Damtak genoteerde Nederlandse gewone aandelen exclusief die van vastgoedfondsen, beleggingsfondsen en houdstermaatschappijen. |
CBS Herbelegging | Dagelijks berekende CBS-index op basis van de slotkoersen van alle beursgenoteerde Nederlandse aandelen met uitzondering van vastgoed aandelen, beleggings- en houdstermaatschappijen. Het uitgekeerde dividend wordt meegenomen door te veronderstellen dat het wordt geherinvesteerd in dezelfde aandelen waarop het eerst ontvangen werd. |
CBT | Chicago Board of Trade. |
CCC Rating | Een rating af te geven door rating bureaus aan bedrijven die grote moeite hebben om aan hun verplichtingen te voldoen. Er bestaat een gerede kans dat deze bedrijven failliet gaan. |
CCCP Grondstoffen | Benaming van Goldman Sachs. Het zijn de vier cyclische Commodities. Crude Oil, Copper, Cotton en Platinum. |
CCI van dr. Bob | Bob Ferrari ontwikkelde een handelssysteem gebaseerd op de CCI. Hij nam een CCI van 50 en van 14. Volgens dr. Bob gebruikte Woody deze suggestie als basis voor de Woodies CCI. Afgezien van de parameters zijn beide systemen aan elkaar gelijk. Zie verder CCI van Woody. |
CCI van Woody | Ken Woody ontwikkelde een systeem gebaseerd op de CCI voor korte termijn handel in valuta. Hij gebruikte een 14- en 6-daagse CCI waarbij de laatste als trigger fungeerde. Daarnaast introduceerde hij een 0-lijn, een regressielijn van 25, een chopzone (zone boven plus 100 en onder min 100) en een Sidewinder (zone boven plus 200 en onder min 200). Hij formuleerde daarbij 8 setups voor het innemen van long en shortposities en hij ontwikkelde exitsignalen. Later werd een EMA34 toegevoegd. |
CCP | Clearing Counterparty. Een centrale tussenpersoon ten behoeve van de handel in Credit Default Swaps in Europa. In opdracht van de Europese Commissie treedt dit organisme vanaf eind juli 2009 op als enige tegenpartij in alle handelstransacties van CDS. |
CDO | Collateralised Debt Obligation. Schuldbekentenis met onderpand. Een CDO is een beleggingsobject (obligatie) uitgegeven door een instelling die belegt in een portefeuille van bedrijfs- of andere schulden. Deze schulden vormen het onderpand van de CDO. De instelling geeft “CDO Tranches” uit met ieder een bepaald risico / rendement-verhouding. In de Verenigde Staten mogen slechts vermogende particulieren en institutionele beleggers geld in CDO’s steken, in Europa zijn dergelijke producten voor iedere belegger beschikbaar. Zie ook Synthetische CDO, Tranches, Russian Doll en CDO Squared. |
CDO Squared | of Russian Doll. Collateralised Debt Obligation die weer bestaat uit andere CDO’s. |
CDPC's | Credit Derivative Product Companies. Dit type bedrijven werd opgezet om credit default swaps en andere derivaten te ontwikkelen, te garanderen en/of als intermediair op te treden in de verspreiding van deze producten. |
CDR | Continental Depositary Receipt. Certificaten van (buitenlandse) aandelen die op Beursplein 5 of op andere beurzen worden verhandeld. De bedoeling is de handel te vergemakkelijken. Het initiatief tot uitgifte ligt altijd bij de onderneming zelf. |
CDS | Credit Default Swap. Een verzekering tegen deconfitures. Deze kredietderivaten worden gebruikt om het risico van wanbetaling op obligaties af te dekken. Hierdoor wordt het risico op faillissementen verhandelbaar gemaakt. |
CEBS | Committee of European Banking Supervisors, de overkoepelende Europese banktoezichthouder waarvan het toezichtsdepartement van DNB in Nederland de vertegenwoordiger is. |
CECE Composite Index | Een index in Euro bestaande uit 30 aandelen uit Tsjechië, Polen en Hongarije. |
Cedula | Obligatie uitgegeven door Spaanse banken met hypotheken als onderpand. Dit soort obligaties geldt als veiliger dan gewone bankobligaties omdat er sprake is van een dubbel onderpand. |
Celops | Europees college van toezichthouders op verzekeraars. |
Central Securities Depository | CSD. In Nederland worden de effecten gedeponeerd bij het Centraal bewaarinstituut Euroclear Nederland. |
Centrale Bank | De Bank der banken. Bij deze bank kunnen andere banken terecht om geld te lenen en om geld te parkeren. De CB houdt toezicht op de financiële positie van de banken en zij is verantwoordelijk voor de uitgifte van bankbiljetten. In Nederland is het De Nederlandsche Bank (DNB). In Europees verband werkt zij samen met de Europese Centrale Bank en in het kader van Euroland is zij daaraan in zekere zin ook ondergeschikt. In de V.S. vervult de FED de rol van Centrale Bank. |
Centralized Securities Lending Exchange | Een beurs in China waarop leners en uitleners van effecten samenkomen onder de bescherming van een onafhankelijke partij. |
Centre of Main Intrest | COMI. Multinationals hebben soms de mogelijkheid om te kiezen in welk land zij surseance van betaling aanvragen. Zij moeten dan bewijzen dat dit hun belangrijkste markt is. |
CEO | Chief Executive Officer. In grote concerns is de bestuursraad in twee lagen opgesplitst. De CEO is daarin de verantwoordelijk bestuurder voor het algemene beleid en de (lange termijn) strategie van de onderneming. Hij / zij is de uiteindelijke hoogste baas. |
Certificaat | De aandelen worden ontdaan van hun stemrecht door tussenkomst van een Administratiekantoor dat tegenover de gewone aandelen die in het bezit van het Administratiekantoor zijn “certificaten” van aandelen uitgeeft die geen stemrecht hebben. Er zijn royeerbare en niet-royeerbare certificaten. |
Certificates of Accrual on Treasury Securities. | CATS. Zie ook Strips. De CATS werden uitgegeven op Treasuries door tussenpersonen maar toen de overheid in de Verenigde Staten zelf Strips ging uitgeven werden zij overbodig. |
Certificering van aandelen | De aandelen worden ontdaan van hun stemrecht door tussenkomst van een Administratiekantoor dat tegenover de gewone aandelen die in het bezit van het Administratiekantoor zijn “certificaten” van aandelen uitgeeft die geen stemrecht hebben. Er zijn royeerbare en niet-royeerbare certificaten. |
Certified Financial Technician | CFTe. Een erkenning door de International Federation of Tecnical Analysts op basis van twee examens, bedoeld om de vakbekwaamheid te onderstrepen. Zie ook CFA, CMT en CTA. |
CESI | Citigroup’s Economic Surprise Index. Index die de verwachtingen van economen en andere analisten t.a.v. de (Amerikaanse) economie afzet tegen de feitelijke ontwikkelingen. Een positieve waardering betekent dat de groei beter uitvalt dan verwacht. |
CESR | Committee of European Securities Regulators, de overkoepelende Europese toezichthouder waarvan de AFM in Nederland de vertegenwoordiger is. |
CF-stuk | Centrum Fondsadministratie-stuk. Een giraal leverbaar effect. |
CFA | Chartered Financial Analyst. Een erkenning door het CFA Institute, bedoeld om de vakbekwaamheid te onderstrepen. Zie ook CFTe, CMT en CTA. |
CFD | Contract For Difference. Een soms niet-beursgenoteerd beleggings-product, waarbij belegd wordt in een specifiek aandeel of in een index. Het product lijkt veel op een future. Er kan een gegarandeerde stop worden opgegeven. Er is geen expiratie. Beleggers betalen een borgsom vastgesteld door de aanbiedende partij (de marketmaker in Nederland is Today’s Brokers) die in de regel op 20% van het aankoopbedrag ligt. Men kan zowel long als short gaan. Er zijn geen vaste kosten maar wel rentekosten in geval van een longpositie en rentebaten in geval van een shortpositie. |
CFO | Chief Financial Officer. De eerst verantwoordelijke bestuurder voor de financiele huishouding van een bedrijf. CFO staat tevens voor Cashflow. De nettowinst na belastingen plus afschrijvingen en reserveringen. |
CFTC | De Commodity Futures Trading Commission. Een Amerikaanse overheidsinstantie die ten doel heeft de transparantie van de futuremarkten in de Verenigde Staten te vergroten. |
CFTe | Certified Financial Technician. Een erkenning door de International Federation of Tecnical Analysts op basis van twee examens, bedoeld om de vakbekwaamheid te onderstrepen. Zie ook CFA, CMT en CTA. |
Chaikin Money Flow Indicator | CMF. Een indicator ontworpen door Marc Chaikin die is gebaseerd op de 21-daagse som van de Accumulation/distribution indicator gedeeld door de 21-daagse som van het volume. |
Chaikin Oscillator | Een indicator ontworpen door Marc Chaikin die probeert vast te stellen of een koerspatroon accumuleert of distribueert. Hij gebruikt de PVO maar in plaats van het volume gaat hij uit van de Advance/Decline. |
Chaikin Volume Indicator | Dit is het verschil tussen het 3- en het 10-daags Voortschrijdend Exponentieel gemiddelde van de Accumulatie en de Distributie van het volume. De middenkoers bepaalt het verschil tussen deze twee. |
Chande Band | van Tushar Chande. Vidya en DMI worden gebruikt om deze channels te berekenen. |
Chandelier Exit | Alexander Elder’s exit is een variant van de Channel Exit. De Highest High of de Lowest Low wordt gecorrigeerd voor de Volatiliteit teneinde de StopLoss in sterk beweeglijke markten iets verder weg te leggen. Als maatstaf voor de Volatiliteit wordt de Average True Range gebruikt. |
Chang Mai Initiatief | Een fonds van China, Japan, Zuid-Korea en de tien Asean-leden, bedoeld om de aangesloten landen financieel te ondersteunen als zij een tekort aan liquididteiten hebben. |
Change of Control Put | Een regeling soms opgenomen in de voorwaarden van een obligatielening. Bij verandering van eigenaar van de onderneming kunnen obligatiehouders aflossing van de lening eisen. |
Change of Polarity Principle | Het proces waardoor steungebieden of -lijnen weerstandgebieden of -lijnen worden en omgekeerd. |
Channel Breakout | Hierop zijn vele handelstechnieken gebaseerd. De theorie gaat ervan uit dat wanneer de koers het voorgaande prijsniveau doorbreekt er een nieuwe trend is begonnen. |
Channel Checks | Adviseurs die institutionele beleggers vitale maar niet algemeen beschikbare informatie verschaffen van bedrijven zoals bijvoorbeeld productiecijfers van technologische bedrijven, zodat deze beleggers een inschatting kunnen maken over verwachte omzetten en rendementen. Met name Hedgefondsen maken van hun diensten gebruik. |
Channel Exit | Een Trailing StopLoss systeem dat gebaseerd is op de Highest High of de Lowest Low van een X-aantal laatste bars. Hij onderscheidt zich van de Moving Stoploss doordat hij uitgaat van de Highs en de Lows en niet van het Slot. |
Channel Lines | Een parallelle lijn of channel line is de lijn die parallel loopt aan de basis trendlijn. In een stijgende trend wordt de basis trendlijn gevormd door de lijn die de dieptepunten met elkaar verbindt en de parallelle lijn wordt in een dergelijk geval gevormd door de trendlijn die parallel aan de basis trendlijn getrokken kan worden over de eerste top, die tussen de eerste twee raakpunten (bodems) van de basistrendlijn ligt. In een dalende markt wordt de basislijn over twee toppen getrokken. |
Chaos theorie | Een begrip uit de wiskunde dat met behulp van non-lineaire dynamische analyses de onderliggende orde probeert aan te tonen van abnormaal en complex gedrag. In de analyse van de aandelenmarkt probeert men met behulp van deze theorie de toekomstige richting van de aandelenkoersen te voorspellen. |
Chapter 11 | Amerikaanse bedrijven die aan de rand van een faillissement staan kunnen opteren voor de “chapter 11 regeling” waaronder zij in een bepaalde periode regelingen kunnen treffen met hun schuldeisers zonder daadwerkelijk in faillissement te kunnen worden gebracht door hun schuldeisers. |
Chart Analog Scenario | De situatie waarbij een prijsformatie uit een bepaalde periode correleert met een bepaald prijsverloop uit het verleden. |
Chartered Financial Analyst | CFA. Een erkenning door het CFA Institute, bedoeld om de vakbekwaamheid te onderstrepen. Zie ook CFTe, CMT en CTA. |
Chartered Market Technician | CMT. Een diploma uitgereikt door de Amerikaanse Market Technicians Association op basis van een examen, bedoeld om de vakbekwaamheid te onderstrepen. Zie ook CFTe, CFA en CTA. |
Chartist | Beleggingsdeskundige die op grond van speciale grafieken (charts) beleggingsbeslissingen neemt. |
Chartmill Bear Indicator | CBI van Dirk Vandycke. Een extreem goede dag gaat gepaard aan een relatief zwak en abnormaal laag slot ter hoogte van de Low van de dag. Deze tendens moet enkele consecutieve dagen voorkomen en niet slechts op een enkele dag. |
Chartmill Channel | van Dirk Vandyke. De Donchian Channel wordt door Vandyke dynamisch gemaakt, doordat hij een optimum zoekt tussen de hoogte (laagte) van de lijn en de lengte ervan. De lijn wordt verhoogd (verlaagd) met de laagst mogelijke constante zolang de lengte van de channel daarbij nog accelereert. De techniek wordt vooral gebruikt om uitbraken uit langdurige consolidaties te herkennen. |
Chartmill Value Indicator | CVI van Dirk Vandijcke. Met deze indicator probeert Vandijcke de nadelen van de Smoothing en Range Compression indicators te ondervangen. Hij neemt de mediaan van de koersen en deelt deze door een Volatiliteitmaat zoals de True Range. Iedere waarde tussen 4 en -4 wordt gezien als normaal. Tussen 4 en 8 of -4 en -8 is een lichte overbought of oversold waarde. Boven 8 of onder -8 is sterk overbought of oversold. |
Chemicaliëntankers | Schepen met meerdere tanks en gescheiden leidingen om gelijktijdig verschillende vloeibare chemicaliën te vervoeren. |
Chi-X | Een pan-Europees multilateraal handelsplatform. Het is een dochtermaatschappij van Instinet dat op zichzelf een dochter is van Nomura Holdings. Inmiddels gefuseerd met Bats Europe tot Bats Chi-X Europe. |
Chi-X Delta | De Dark Pool van Chi-X. |
Chiemgauer | Duitse regionale munteenheid uit Rosenheim. Zie ook Gelre. |
Chikou Spanline | Onderdeel van de Ichimoku Chart techniek, bestaande uit een lijn welke de slotkoersen verbindt maar die terug verschoven wordt met 22 dagen. Deze lijn vormt een controlelijn op de verkregen signalen. De Bears hebben de overhand als een signaal zich voordoet onder deze lijn en omgekeerd hebben de bulls de overhand als een signaal zich voordoet boven de lijn. |
Chinese Walls | Onzichtbare muren tussen afdelingen van eenzelfde bedrijf teneinde belangenverstrengeling te voorkomen. |
CHL/LLF Exitsysteem | Adam White stelde dat men nooit een Entry system mag gebruiken om exitsignalen te generen. Hij definieerde het Concurrent Highest Lows patroon om toppen te identificeren en gebruikte dit als signaalgenerator en de Lows to Low Fall indicator als de trigger. Hij gebruikt het systeem voor longposities (en in omgekeerde vorm – dus High voor Low) voor shortposities. |
Chop Stocks | Aandelen die ten prooi gevallen zijn aan Pump and Dump praktijken. |
Choppiness Index | van Bill Dreiss. Het is een index die aangeeft of een markt trending is dan wel consoliderend. Men berekent de True Range voor iedere periode (default 14) en deze waarden worden bij elkaar opgeteld. Daarna wordt de hoogste True High en laagste True Low gezocht. Het verschil bepaalt de hoogte van een 14 perioden box. De som van de True Ranges wordt daarna gedeeld door 14 (perioden), waarna de logaritme (basis 10) hiervan wordt berekend. De uitkomst wordt dan gedeeld door Log 14 (basis 10) en vermenigvuldigd met 100. Er worden aan de grafiek Fibonacci grenzen gegeven van 61,8% en 38,2%. Een overschrijding van de bovenste grens betekent een consoliderende markt en waarden onder 38,2 wijzen op een trending markt. |
Christmas Rally | Hiermede wordt een rally bedoeld die in 70% van de onderzochte jaren een positief resultaat op Longposities gaf. Men koopt op de eerste van 3 handelsdagen voor Kerstmis en men verkoopt op de derde handelsdag na Kerstmis. |
Churning | Het overmatig handelen op rekeningen van derden onder beheer, met het oog op de te ontvangen (retour)provisie. |
CIF | Cost, insurance and freight. |
CINS | Cusip International Numbering System. Het Cusip-nummer is een getal bestaande uit 9 cijfers waardoor een specifiek buitenlands (voor Amerika en Canada) effect wordt geïdentificeerd. Deze classificatie wordt niet veel meer gebruikt omdat het achterhaald werd door het systeem van ISIN-codes. |
Citigroup's Economic Surprise Index | CESI. Index die de verwachtingen van economen en andere analisten t.a.v. de (Amerikaanse) economie afzet tegen de feitelijke ontwikkelingen. Een positieve waardering betekent dat de groei beter uitvalt dan verwacht. |
Claim | Een voorkeursrecht van obligatie- of aandeelhouders bij emissies dat soms verhandelbaar is. De theoretische waarde van een claim kan als volgt berekend worden: C = B-D-E/N+1 waarbij B = Beurskoers và³à³r emissie; D = Dividend (mits de nieuwe aandelen daar geen recht op hebben); E = Emissiekoers; N = Aantal uitstaande aandelen / aantal nieuwe aandelen. |
Clarksea Index | Een gewogen index waarmede het Britse Clarkson de stand van zaken in de markt van de containervaart wil tonen. Hij is gebaseerd op de containervaarttarieven, die in de gehele wereld worden gerealiseerd. De weging wordt bepaald door het aantal schepen in iedere vlootsector. |
Clean Pricing | Een obligatie waarvan de opgebouwde rente niet in de koers is verwerkt. Op de afrekennota staat de opgebouwde te betalen c.q. te ontvangen rente apart vermeld. |
Clear method | van Ron Black. In plaats van de Open of de Close gebruikt Black de gehele dagrange. Hij beschouwt de dagelijkse prijs veranderd als de bar onder studie de voorgaande referentie bar niet meer raakt. De referentiebar wordt bepaald door de Highest High of de Lowest Low. De korte termijn trend is daarmede van richting veranderd. Zie ook Noise Bars. |
Clearing | De afhandeling van een effectentransactie (administratie, levering en betaling) op een overeengekomen tijdstip. |
Clearing Corporation | Dit is het registratie- en garantie- instituut voor optie- en future- contracten. |
Clearing Member | CM. Een lid van de Clearing Corporation. Hij staat daar ingeschreven en transacties worden op zijn naam geboekt. |
Click Fonds | Een beleggingsfonds waarbij de koerswinsten worden veiliggesteld door z.g. clicks. Als op van te voren vastgestelde data de koers gestegen is en/of de koers komt boven een bepaald niveau dan wordt de winst vastgelegd. |
Climactic Move | Van Jo Granville. En sterke beweging die volgens Granville ook het einde van de beweging inhoudt. Op een stijgende climax moet men sneller reageren dan op een dalende omdat de daling nu eenmaal veel sneller verloopt. |
Climax Indicator | van Joseph Granville. In het geval van een bullish CI is het het aantal aandelen uit de Dow Jones Industrials Index waarvan de OBV een nieuwe High maakt ten opzichte van de voorgaande High en omgekeerd als men over een bearish CI spreekt. |
CLO | Collateralized Loan Obligations. Een verhandelbaar pakket (meestal een Closed Pool) waarin vorderingen (op banken) zijn samengebracht en dat daarna als beleggingsobject een eigen zelfstandig leven gaat leiden. |
Closed End Fund | Vrije toe- dan wel uittreding is niet mogelijk. Eigen aandelen worden door het fonds niet teruggekocht. De beurskoers is daarmede afhankelijk van vraag en aanbod. |
Closed Pool | Een pakket van vorderingen, dat als zelfstandig beleggingsproduct verhandeld kan worden, maar waaraan geen nieuwe vorderingen kunnen worden toegevoegd. Wel worden aflossingen ingebracht, zodat de totale waarde aan vorderingen kan dalen. Een closed Pool kan gestructureeerd worden. Het totaal aan vorderingen wordt dan in tranches verdeeld waaraan een onderlinge hiërarchie wordt toegekend. De aflossingen van alle tranches worden dan in eerste instantie voor de eerste tranche gebruikt en daarna pas voor de volgende tranche. Zie ook CLO en CDO. |
Closed-End-Usage-Fund | Ook wel genoemd Fracrtional Investing. Een voorbeeld is een vastgoed-cv dat tegelijkertijd vakantieclub is. De belegger koopt het jaarlijkse recht op verblijf gedurende een bepaalde periode in een appartement, bungalow of op een schip. Anders dan bij Time-Sharing investeert de deelnemer ook in de gebouwen / schepen. |
Closet Index Fund | Een beleggingsfonds dat in theorie een eigen actieve beleggingsstrategie volgt maar zich in werkelijkheid volledig richt op de Benchmark. Teneinde vast te kunnen stellen of de beheerder daadwerkelijk zijn vastgelegde beleggingsstrategie volgt gebruikt men de R-square van het fonds en de gegeven index. Een Closet Fund is per definitie duur, want men moet betalen voor een inspanning die niet geleverd wordt. Zie ook Index Hugger. |
Closet Indexers | Een fonds dat alleen maar de index volgt en daar (te) hoge kosten voor berekent. Zie ook Index Knuffelaar en Index Huggers. |
Closing Agent | De organisatie die de transactie tussen een koper en een verkoper verder afwerkt door de effecten over te dragen aan de koper en de betaling te verzorgen aan de verkoper. In de vastgoedwereld zorgt de Settlement Agent voor het overdragen van de interesse van de koper aan de verkoper en voor de overdracht van de eigendomstitel aan de koper. Hij wordt ook wel Settlement Agent genoemd. |
Closing Buy | Uitstaande shortposities worden geheel of gedeeltelijk teruggekocht. |
Closing Sell | Uitstaande longposities worden geheel of gedeeltelijk teruggekocht. |
Cloud Bank Patroon | van Thomas N. Bulkoswski. Dit patroon heeft betrekking op een lange periode van consolidatie. Meestal ziet men hem in de vorm van een lange Dalende Driehoek of een Horizontaal Kanaal. Een daling vanuit de Cloud Bank van meer dan 56% geeft een ideaal signaal om in te stappen want de koers keert terug naar de Cloud Bank, aldus Bulkowski. Om het draaipunt te herkennen van de terugkeer neemt hij een 30-weeks Voortschrijdend Gemiddelde en een doorbraak door de koers van dit gemiddelde vormt het koopsignaal. |
CMBS | Commercial Mortgage Backed Securities. Banken verkopen door middel van dit type papier hun vastgoedposities door aan beleggers. Zie ook Securitiseren. |
CME | Chicago Mercantile Exchange. Dop deze beurs huist ook de International Money Market. |
CMF | Chaikin Money Flow Indicator. Een indicator ontworpen door Marc Chaikin die is gebaseerd op de 21-daagse som van de Accumulation/distribution indicator gedeeld door de 21-daagse som van het volume. |
CMO | Collateralised Mortgage Obligation. Schuldbekentenis met vastgoed als onderpand. Een CMO is een beleggingsobject (obligatie) uitgegeven door een instelling die belegt in een portefeuille hypotheken. Zie ook CDO. |
CMS-rente | Constant Maturity Swap-rente. Euro Interest Swap Rate. Per bedrijfscategorie bestaat er een CMS-tarief voor elke gangbare looptijd. Het betreft hier de rente waarmee een specifieke onderneming zichzelf kan financieren in de markt met een vergelijkbare looptijd. Zie ook onder Constant Maturity Swap. |
CMT | Chartered Market Technician. |
CMT-rente | Dollar Interest Swap Rate. |
CNAV | Constant Asset Value MMFs. Dit zijn Money Market Funds die een constante waarde garanderen per aandeel van een Euro, ongeacht de in- en uitstroom van kapitaal. |
CO Plus | Nederlandse Beleggers Coöperatie. Een commerciële onderneming die aan deelnemers de mogelijkheid biedt mede te delen in het resultaat op het verschil tussen de geschatte expiratieprijs en de werkelijke expiratieprijs van de AEX Index. |
COCO | COntingent COre tier-1 effecten, ook wel COntingent COnvertible genoemd. Achtergestelde obligaties met een vaste rente die niet meetellen bij het kernkapitaal maar die in tijden van nood automatisch omgezet worden in aandelen. |
Cofer | Currency Composition of Official Foreign Exchange Reserves. De ranglijst van reserves die de Centrale Banken aanhouden bij het IMF. De geïdentificeerde valuta ziijn de US dollar, het Pond Sterling, de Japanse Yen, de Zwitserse Frank, de Canadese dollar en de Euro (gealloceerde reserves). Alle andere valuta zitten in de groep Other Currencies (niet-gealloceerde valuta). |
Cohort Fondsen | Men spreekt hierover in verband met de organisatie van pensioenfondsen. Men deelt de pensioenverplichtingen in naar generaties. Men wil hiermede bereiken dat iedere generatie voor zichzelf zorgt. Een bezwaar is dat de pensioenen door dit onderscheid in het algemeen zullen dalen. |
CoinMarketCap | Een website die de prijzen van cryptomunten geeft. |
Cold Calling | Agressieve methode waarbij via de telefoon geprobeerd wordt beleggers over te halen te investeren in (vaak duistere) beleggingsobjecten. |
Collapsing Doji Star | Een zeer zelden voorkomend bullish patroon bestaande uit een stijgende gappende Candle gevolgd door een dalende Gap en een Doji die gevolgd wordt door een dalende Gap en een zwarte Candle. |
Collar | Een synthetisch aandeel met verschillende uitoefenprijzen. Men bedoelt hier ook wel mee een gekocht aandeel met een gekochte put at-the-money en een verkochte call welke out-of-the-money is. |
Collateralized Debt Obligations | CDO. Schuldbekentenis met onderpand. Een CDO is een beleggingsobject (obligatie) uitgegeven door een instelling die belegt in een portefeuille van bedrijfs- of andere schulden. Deze schulden vormen het onderpand van de CDO. De instelling geeft “CDO Tranches” uit met ieder een bepaald risico / rendement-verhouding. In de Verenigde Staten mogen slechts vermogende particulieren en institutionele beleggers geld in CDO’s steken, in Europa zijn dergelijke producten voor iedere belegger beschikbaar. Zie ook Synthetische CDO, Tranches, Russian Doll en CDO Squared. |
Collateralized Loan Obligations | CLO. Een verhandelbaar pakket (meestal een Closed Pool) waarin vorderingen (op banken) zijn samengebracht en dat daarna als beleggingsobject een eigen zelfstandig leven gaat leiden. |
Collectieve Bank Garantieregeling | Een samenwerkingsverband van financiële instellingen onder toezicht van De Nederlandsche Bank dat in geval van faillis-sement of in werkingtreding van de “Noodregeling” van een van de onder toezicht van de DNB staande instelling zo spoedig mogelijk een jaarlijks geïndexeerd bedrag uitkeert op op-naam- gestelde schuldvorderingen op deze instelling. |
Collective Action Clause | CAC. Vanaf 1 januari 2013 zijn alle Eurolanden verplicht hun obligatieleningen te voorzien van de CAC-clausule. Onder deze voorwaarde kan medewerking afgedwongen worden van alle schuldeisers om aan een eventuele herstructurering mee te werken. Een algemene voorwaarde is dat twee derde van de schuldeisers bereikt wordt en dat met driekwart hiervan overeenstemming wordt bereikt. |
Combimomentum | van Frans Schreiber. Schreiber neemt 4 ROC’s (3 maanden, 6 maanden, 9 maanden en 12 maanden) die ieder op zich gewogen worden. De resultaten van deze exercitie worden bij elkaar opgeteld. De weging geschiedt door iedere ROC met een factor te vermenigvuldigen. Deze factoren zijn. 3 maanden: 1; 6 maanden: de 2de machtswortel uit de betreffende ROC; 9 maanden: de derde machtswortel uit de betreffende ROC; 12 maanden: de vierde machtswortel uit de betreffende ROC. Schreiber gebruikt het aldus verkregen resultaat om een Relatieve Sterkte lijst op te stellen met behulp waarvan hij zijn selectie van koopwaardige aandelen maakt. |
Comfort Index | Een indicator van Vector Vest, die aangeeft of een aandeel bestand is tegen sterke en/of langdurige prijsdalingen. |
COMI | Centre of Main Interest. Het land dat Multinationals kunnen kiezen om Surseance van betaling aan te vragen. Dit land moet hun belangrijkste markt zijn. |
Commercial Mortgage-Backed Securities | CMBS. Gesecuritiseerd pakket hypotheekleningen. Banken verkopen door middel van dit type papier hun vastgoedposities door aan beleggers. Zie ook Securitiseren. |
Commercial Paper Market | Grote ondernemingen, die over een bond rating beschikken, zetten op deze markt hun overtollige liquiditeiten uit of nemen er kortlopende leningen op. De maximale looptijd is 270 dagen. Particulieren hebben geen toegang tot deze markt. Dit gevoegd bij de korte looptijd van de leningen betekent, dat de markt niet onder het toezicht staat van de SEC. Kosten en tijd worden hierdoor bespaard. |
Commissaris voor de notering | Functionaris van de Vereniging voor de Effectenhandel die erop toeziet dat de handel op de beursvloer volgens de voorschriften verloopt. |
Commissie | De kosten die de Broker of Commissionair in rekening brengt bij de aan- en vekoop van effecten. |
Commissionair | Iemand die voor rekening van derden of voor zichzelf handelt in effecten. |
Commitment of Traders | Een rapport dat gepubliceerd wordt door de CFTC dat het sentiment level kwantificeert van verschillende soorten handelaren. |
Commodities | Goederen welke verhandeld worden. Dit kan fysiek zijn of op termijn. |
Commodity Channel Indicator | CCI van Donald Lambert. Een indicator die er van uitgaat dat 70% tot 80% van alle prijsfluctuaties valt tussen +100 en -100. Een longpositie wordt ingenomen als het niveau van +100 wordt bereikt en een short positie wordt ingenomen als het niveau van -100 wordt bereikt. Veel beleggers gebruiken deze indicator ook als een overbought (> +100) en oversold (< -100) indicator. |
Commodity Pool | Een private investerings structuur – meestal een limited partnerschip – dat een bijdrage van meerdere investeerders verzamelt en beheert om met gebruikmaking van futures en opties in de commodities markt te opereren. |
Commodity Trading Advisor | CTA Een assetmanager, die systematisch een set van handelsregels volgt. Men vindt ze vooral in de commodity- en in de futuresmarkten. In Amerika worden ze geregistreerd door de NFA (National Futures Assoiciation). Zie ook CMT, CFTe en CFA. |
Common Gap | Een Gap die voor komt tijdens congestieperiodes. Hij maakt geen nieuwe Highs of Lows en wordt meestal na een paar dagen weer gesloten. Hij wordt ook wel Area Gap of Pattern Gap genoemd. |
Communality | Een begrip uit de statistiek. Met behulp van factor-analyse onderzoekt men welke (hoeveel) bewegingen door dezelfde oorzaak worden gevoed. Hoe meer beurzen meedoen aan de rally, hoe meer er sprake is van communality (en des te meer bewijs we krijgen voor het feit dat aandelen nog steeds in de stijgende trend zitten). |
Compensabele Verliezen | Verliezen die in een later boekjaar op de belastbare winst in mindering gebracht kunnen worden alvorens de verschuldigde belasting wordt vastgesteld. |
Competitive Returns Model | van John Hussman. Een Timing Model dat een aankoopsignaal geeft als de regels een optelsom geven van 2 of meer en een verkoopsignaal als de regels 1 of 0 punten opleveren: 1 punt als de opbrengst op de 90 dagen T-Bills minder is dan 24 weken geleden; 1 punt als de opbrengst op de 30 jaar T-bonds minder is dan 24 weken geleden; 1 punt als de CPI inflatie index minder is dan 24 weken geleden; 1 punt als de dividendyield van de S&P500 minder is dan 24 weken geleden. |
Complex product | ook wel Packaged Retail Investment Product genoemd. Hieronder vallen bijvoorbeeld beleggingsverzekeringen en bankspaarhypotheken. In Europa gelden verscherpte zorgplicht regels voor aanbieders van complexe producten. |
Compound Fulcrum | Een dubbele congestieperiode vergelijkbaar met een dubbele Eva bodem. De Compound Fulcrum is vooral zichtbaar in week- en maandgrafieken en komt meestal voor aan het einde van een Bearmarkt. |
Compound Option | Een optie op een optie. Hierdoor ontstaat een zware leverage en de compound option is daardoor een high risk – high reward product. |
Comprehensive Assessment | Asset Quality Review, Stresstests en volgend daarop het toezicht van de ECB, tezamen, zoals geïntroduceerd in 2014. |
Concealing Baby Swallow | Een zelden voorkomend Candlestickpatroon. Het patroon komt voor in een Downtrend en begint met twee zwarte Marubozus gevolgd door een derde zwarte Candle met een lange Shadow aan de bovenkant. Deze derde Candle gapt naar beneden maar de Shadow komt tot ver in het voorgaande lichaam. De vierde en laatste Candle is een zwarte die een Engulfing vormt met de voorgaande inclusief diens lange schaduw aan de bovenkant. |
Concurrent Highest Low Patroon | Een filter van Adam White om toppen te kunnen identificeren. Het filter is positief als de hoogste Low van de laatste vijf dagen ook de hoogste Low is van de laatste 19 dagen. Zodra er een vijf- dagen break-out aan de onderzijde voorkomt is de top gedefinieerd. White combineert dit systeem met een trigger (de LLF Indicator) om een exit van een longpositie aan te geven. Voor shortposities gaat hij uit van het omgekeerde patroon. |
Conditional Pass through Covered Bonds | Een variant op de pandbrief waarbij in geval van problemen de onderliggende hypotheek niet verkocht wordt, als dat niet voldoende oplevert om de obligatiehouders helemaal af te betalen. |
Condor | Een optieconstructie bestaande uit 4 Calls (of Puts), waarvan de eerste Call (de gekochte) at-the-money is en waarbij de tweede en de derde Call (die verkocht worden) en de vierde Call (die gekocht wordt) ieder een niveau hoger liggen. |
Conduit | Buiten de balans geplaatste activa. Banken doen dit wel met hypotheken of andere leningen. |
Congestie | Een periode waarin de prijzen zijdelings bewegen gepaard gaande met een contractie van de trading range. In tegenstelling tot het begrip Consolidatie vormt een Congestie geen rustperiode maar meer een periode waarin de koersen zijn vastgelopen. Het is dus goed mogelijk dat een congestieperiode leidt tot een richtingverandering. |
Conglomeraat | Een onderneming die werkmaatschappijen heeft in verschillende takken van nijverheid. |
Conjunctuur | Golfbeweging in de economische activiteiten. |
Consecutive Closes | Opeenvolgende dagen laten een slotkoers zien steeds in dezelfde richting. Beleggers die van de sterkte (of de zwakte) van de markt gebruik willen maken, volgen deze signalen, maar ze worden ook gebruikt om tegengestelde posities aan de koersbeweging in te nemen ervan uitgaande dat er altijd een reactie zal komen. |
Consolidated Tape | Een informatiesysteem in de Verenigde Staten waarin alle prijzen, volumes en transacties van alle beurzen op eenduidige manier worden gerapporteerd. Sinds kort worden ook de kleine aandelentransacties hierin opgenomen waarmede ze tot in kleine details zichtbaar zijn geworden. |
Consolidatie | Een periode waarin de koersen tijdelijk in zijwaartse richting ten opzichte van de aan de gang zijnde trend bewegen. In het algemeen geldt dat de prijzen even rust nemen alvorens hun weg te vervolgen. Zie ook congestieperiode. |
Consortium | Een gelegenheidscombinatie van financiële instellingen die zich ertoe verbinden een emissie van aandelen of obligaties geheel of ten dele over te nemen. |
Constant Maturity Swap | CMS De rente die een onderneming moet betalen op leningen met een vergelijkbare vaste looptijd wanneer zij nieuw geld uit de markt haalt. Deze rente is meestal gelijk aan het effectieve rendement van een mandje van obligaties die van een vergelijkbaar aantal debiteuren zijn en die als leidraad voor de rente van de betreffende onderneming gelden. Zie ook Steepener. |
Constant Proportion Debt Obligation | Een product van de ABN AMRO Bank uit 2006. Naarmate het product meer in het verlies kwam werd de leverage verhoogd. |
Constant Proportion Portfolio Insurance | De investeerder bepaalt vooreerst bijvoorbeeld de waarde in dollars die hij maximaal wil toelaten in zijn beleggingsportefeuille. Als dit zijn hoge-risico gedeelte is dan staan daartegenover minder risicovolle investeringen of liquide middelen. Afhankelijk van de ontwikkeling van de waarde van de portefeuille zal hij deze herschikken waarbij geldt dat, zodra de waarde van de portefeuille gedaald is tot de hoogte van het geaccepteerde risicovolle gedeelte (plafond) hij de gehele portefeuille zal liquideren. |
Consumer Discretionaries | Aandelensector die bestaat uit aandelen in bedrijven, die producten maken en/of verkopen, die geen directe noodzaak zijn zoals bijvoorbeeld hotelketens, luxegoederen, dure auto’s, reisketens, dure kleding, restaurants. Zie ook Consumer Staples. |
Consumer Price Index | CPI. Het Consumenten Prijs Index Cijfer uit de Verenigde Staten. Dit is de index die gebruikt wordt voor de herrekening van de TIPS. |
Consumer Staples | Aandelensector die bestaat uit aandelen in bedrijven die gangbare consumentengoederen produceren en/of verkopen zoals voedingsmiddelen, drank, wasmiddelen. Zie ook Consumer Discretionaries. |
Container | Een volgens standaardmaten gebouwde metalen laadkist voor goederenvervoer. |
Containerconsolidatie | In een container samenvoegen van verschillende ladingen. |
Contango | Een term uit de commodity handel vooral uit de markt voor oliefutures. Het geeft aan dat de prijs voor directe levering lager is dan de prijs van een future van drie of zes maanden. |
Contante waarde | De waarde van een belegging wordt theoretisch bepaald door de contante waarde van de toekomstige opbrengsten. Het contant maken van een belegging noemt men disconteren. Formule: CW =Σn * r / 100 waarbij CW = Contante Waarde; n = het aantal jaren waarover de contante waarde wordt berekend; r = het rente percentage. |
Contante waarde uitkering | De huidige waarde van de toekomstig uit te betalen som. Deze wordt berekend door de toekomstige waarde terug te rekenen m.b.v. de geldende rentevoet, waarbij rekening wordt gehouden met de sterftekans. Zie ook Contante Waarde. |
Continental Depositary Receipts | Certificaten van (buitenlandse) aandelen die op Beursplein 5 of op andere beurzen worden verhandeld. De bedoeling is de handel te vergemakkelijken. Het initiatief tot uitgifte ligt altijd bij de onderneming zelf. |
Contingency Order | Een order die alleen maar mag worden uitgevoerd als aan bepaalde condities is voldaan. |
Contingent Convertible Note | CNN. Een suggestie van de Rabobank om het onbeperkt risico nemen door banken, te beteugelen. Het is een obligatie met een looptijd van 10 jaar, waarbij, als de eigenvermogensbuffer van de bank onder bepaalde grenzen daalt, automatisch 75% van de lening wordt afgeschreven (en door de Rabobank dus aan het eigen vermogen wordt toegevoegd). Het restant van 25% wordt dan uitgekeerd, waardoor de obligatiehouders een verlies lijden van 75%. Het rendement zou circa 2% hoger moeten liggen dan op gewone obligaties. Rabobank heeft de daad bij het woord gevoegd en een eerste CNN uitgegeven. Zie ook Coco. |
Contingent Orders | Een set van orders die automatisch worden uitgevoerd als ze getriggerd worden door marktbewegingen of door de uitvoering van onderdelen van de Contingent Order. Zie OTO, OCO, Trailing Stop and Alert-triggered Order. |
Continuation Gap | Een Gap die voor komt in een rechte lijn stijgings- of dalingspatroon. Hij wordt gevolgd door een nieuwe top/bodem en wordt zelden gesloten. Meestal komt hij voor ongeveer in het midden van een beweging. Hij wordt ook wel Runaway Gap of Measuring Gap genoemd. |
Continuïteitsfactor | Uit de bedrijfsrisico analyse genaamd de Twente Toets van Jan van Bilderbeek. Het is een onderdeel waarbij de onderneming als going concern wordt gewaardeerd. |
Contract For Difference | CFD. Een derivaat waarvan de voorwaarden niet geregeld zijn en dat buiten de beurs om verhandeld wordt. Het is een contract tussen handelaar en belegger, waarbij de laatste de al of niet negatieve opbrengst van het contract krijgt. Het derivaat geeft recht op het verschil in de prijs van de onderliggende waarde tussen de datum van afsluiting en de expiratie van het contract. |
Contracting Fibonacci Spiral | Een spiraal die zich samentrekt in een ritme, dat bepaald wordt door Fibonacci’s guldenregelgetal 0,618. Vele analisten zijn van mening dat hierdoor de grote trends in de economie en op de effectenbeurzen zichtbaar kunnen worden gemaakt. |
Contrarian | Dit is een belegger die tegen de richting van de trend of de algemene opinie ingaat. Dit geschiedt met name als er een zeer grote consensus (90%) bestaat bij de overige beleggers. |
Controlled Account | of Discretionary Account. Een rekening waarvoor de broker de bevoegdheid gekregen heeft van de rekeninghouder om op eigen gezag te handelen al of niet onderworpen aan bepaalde restricties. Dit wordt ook wel een Managed of een Controlled Account genoemd. Het gaat hier om een vorm van vermogensbeheer. |
Convenant Holiday | Hieronder verstaat men dat de afspraken, die men heeft met financiers heeft, tijdelijk opgeschort worden. Men denkt dan bijvoorbeeld aan de afspraak om iedere drie maanden de resultaten te toetsen aan de doelstellingen. |
Convergence Traders | Handelaren, die hun strategie baseren op de afstand tussen de actuele koers en de onderliggende trend. Prijzen tenderen ernaar om naar hun lange termijn trend terug te keren. Zodra men meent dat de afwijking tਠgroot is neemt men positie in. Men maakt vaak gebruikt van (optie) spreads. |
Convergency Bonds | Obligaties van landen die mettertijd toe moeten gaan treden tot de Euro-ruimte. De rente in deze landen is meestal hoger en door de noodzaak tot convergeren bestaat de verwachting dat deze hogere rente zal gaan dalen, waardoor er een aantrekkelijk rendement ontstaat. |
Conversieprijs | De prijs waartegen omgewisseld kan worden. Bijvoorbeeld obligaties tegen aandelen. |
Convertible Preferred Stock | Preferente aandelen waaraan een conversierecht gehecht is. |
Conveyencer | of Settlement Agent. De organisatie die de transactie tussen een koper en een verkoper verder afwerkt door de effecten over te dragen aan de koper en de betaling te verzorgen aan de verkoper. In de vastgoedwereld zorgt de Settlement Agent voor het overdragen van de interesse van de koper aan de verkoper en voor de overdracht van de eigendomstitel aan de koper. Hij wordt ook wel Closing Agent genoemd. |
Conviction Buy List | Lijst met sterke koopaanbevelingen. |
COO | Chief Operating Officer. In grote concerns is de bestuursraad in twee lagen opgesplitst. De COO is daarin de verantwoordelijk bestuurder voor de dagelijkse operationele gang van zaken. |
Coppock Curve | van E.S.C. Coppock. Het is een hulpmiddel uit de Technische Analyse om het begin van een Bullmarkt te identificeren. De som van een 14 maands- Rate of Change en een 11 maands- Rate of Change wordt gemiddeld met een 10 maands- Voortschrijdend Gemiddelde. Een koopsignaal wordt gegeven als de indicator beneden 0 ligt en vanuit een dieptepunt daarna de nullijn kruist. Verkoopsignalen worden niet gegenereerd. In eerste instantie refereerde Coppock aan deze indicator als het Trendex Model. Formule: Coppock = 10MA(ROC14+ROC11) waabrij 10MA = 10 maands- Voortschrijdend Gemiddelde; ROC14 = 14 maands- Rate of Change; ROC11 = 11 maands- Rate of Change. |
Coppock Indicator | van E.S.C. Coppock. Het is een hulpmiddel uit de Technische Analyse om het begin van een Bullmarkt te identificeren. De som van een 14 maands- Rate of Change en een 11 maands- Rate of Change wordt gemiddeld met een 10 maands- Voortschrijdend Gemiddelde. Een koopsignaal wordt gegeven als de indicator beneden 0 ligt en vanuit een dieptepunt daarna de nullijn kruist. Verkoopsignalen worden niet gegenereerd. In eerste instantie refereerde Coppock aan deze indicator als het Trendex Model. Formule: Coppock = 10MA(ROC14+ROC11) waabrij 10MA = 10 maands- Voortschrijdend Gemiddelde; ROC14 = 14 maands- Rate of Change; ROC11 = 11 maands- Rate of Change. |
Core Equity Ratio | Het is de verhouding tussen risicodragend vermogen van een kredietinstelling en haar voor risico’s gewogen assets. Beide grootheden worden bepaald door de Basel akkoorden, waarbij na 2012 de strengere Basel III akkoorden bepalend zullen zijn. |
Core PCE Deflator | De prijzencomponent in de index consumentenbestedingen in de Verenigde Staten. Deze component wordt door de FED gebruikt als ijkpunt voor zijn rentebeleid. |
Corner Stone Growth Strategy | van James P.O’Shaugnessy. Het is een selectiemethode waarbij uitgegaan wordt van: 1. Koers/omzet is lager dan 1,5; 2. De winst per aandeel is hoger dan het voorgaande jaar; 3. Het aandeel toont een betere groei dan het gemiddelde van de markt in de laatste 12, 6 en 3 maanden; 4. O’Shaughnessy belegt in 50 fondsen (Amerika) en herziet zijn portefeuille iedere drie maanden. |
Corner Stone Value Systeem | van James O’Shaughnessys. Het is een fundamenteel Selectiesysteem dat enkel uitgaat van het beschikbare cijfermateriaal en dat probeert uit te blinken door eenvoud. De kriteria zijn als volgt: 1. Price to Sales Ratio < 1,5; 2. Een bovengemiddelde Kasstroom; 3. Een bovengemiddelde Marktkapitalisatie; 4. Een bovengemiddeld aantal uitstaande aandelen; 5. Het hoogste dividendrendement; 6. Aandelen in Amerikaanse nutsbedrijven worden uitgesloten. |
Cornering | Wanneer er een opwaartse druk op de koersen ontstaat moeten de baissiers zich indekken. Wanneer de eigenaren van de betreffende stukken dit door hebben kunnen zij een afwachtende houding aannemen met de verkoop daarvan, waardoor de opwaartse druk wordt versterkt. De baissiers die zich in moeten dekken worden daardoor in een hoek gedreven. Dit komt voor zowel op de aandelen als op de goederenmarkt en heeft vooral effect als de betreffende stukken geconcentreerd zijn in een beperkt aantal handen. |
Corona Charts | van John F. Ehlers. Corona charts gaan uit van de dominerende cyclus en kunnen zich derhalve aanpassen aan veranderende marktoms-tandigheden. Er zijn vier indicatoren in de Corona charts: 1. Het Spectrum van waaruit de dominerende cyclus (minimaal 6 en maximaal 30 bars) wordt berekend; 2. Het Cyclussignaal versus de ruis; 3. De Swing positie; 4. De Trend Vigor. Op de chart ziet men de Corona als een wolk rondom het midden van de Range en hij wijst erop dat een verandering van de trend nog niet aanstaande is. In feite krijgt men een multi-dimensionaal beeld van de marktactiviteiten. |
Correctie | Een daling van de koersen met van tenminste 10%. |
Correctie periode | Dit is een periode waarin de koersen tijdelijk in zijwaartse of tegen-gestelde richting ten opzichte van de aan de gang zijnde trend bewegen. |
Corrective Trend | Countertrend. Een begrip uit de Elliott Wave Theorie. Het is de beweging die volgt op de Impulse Wave. Normaliter bestaat hij uit drie bewegingen, genoemd A, B en C. |
Correlatie | Het fenomeen dat koersen van aandelen gelijk of tegengesteld bewegen aan de ontwikkeling van andere grootheden. Bijvoorbeeld als de rente daalt in een rentegedreven markt stijgen doorgaans de koersen van aandelen. Dit betekent dat aandelenkoersen een omgekeerde, positieve correlatie ten opzichte van de dalende rente vertonen. |
Correlatie Swap | In tijden van stress hebben correlaties tussen beleggingscategorieën nog al eens de neiging om op te lopen, waardoor onder anderen het nut van spreiding afneemt. Met een correlatieswap kan men een vaste positie omruilen in een variabele positie zodat men kan profiteren van deze oplopende correlatie. Zie ook Variance Swap. |
Cost Averaging | Een techniek om timingproblemen te ontlopen. Iedere maand wordt eenzelfde bedrag toegevoegd aan een fonds, een portfolio of een individueel aandeel. |
Cost of carry | De kosten van een future. Deze omvatten de rente op de aangehouden margin en de te betalen dividenduitkeringen in het geval van shortposities dan wel de misgelopen dividenduitkeringen in het geval van longposities. |
Cost of Funds Index | COFI. Een streekgebonden index van kosten die financiële instellingen moeten maken om gelden aan te trekken. Deze index wordt dan gebruikt om tarieven vast te stellen voor bijvoorbeeld Adjustable Rate Mortgages. |
COT | Een wekelijks op vrijdag verschijnend rapport van de CFTC dat inzicht geeft in de openstaande posities van beleggers op diverse futuremarkten. Het geeft de totale Open Interest en de Open Interest gesplitst naar Commercials (hedgers), Noncommercials (speculators en Funds), Nonreportables (small speculators) en de Spreaders. |
Counter Attack Lines | Een zwarte (witte) candle in een downtrend (uptrend) wordt gevolgd door een witte (zwarte) candle die sterk gapt bij de opening maar die sluit op het slot van de voorgaande candle. Dit patroon duidt op een patstelling tussen Bulls en Bears. |
Counter Currency | Een term uit de Valuta handel. Een valuta wordt altijd uitgedrukt in een andere valuta. De basis is de Base Currency en de tweede wordt genoemd de Counter Currency. |
Countermove | Een price-bar die een tegenovergestelde beweging laat zien ten opzichte van een price-bar uit een eerdere periode. |
Countertrend | Zie Corrective Trend. |
Countertrendbeweging | Een prijsbeweging in de tegenovergestelde richting van de aan de gang zijnde trend. |
Coupon | Een deel van een effect dat afgeknipt kan worden en dat ingeleverd dient te worden om rente of dividend te ontvangen. Zie ook couponrente. |
Coupon rente | Een periodieke uitkering op obligaties niet zijnde de eindaflossing. |
Couponrendement | De jaarlijkse opbrengst van een lening gedeeld door de koers in procenten. |
Courtage | De kosten die een tussenpersoon in rekening brengt voor het uitvoeren van een order. |
Cov-Lite | In economische hoogtijdagen worden Covenants bij leningen vaak weggelaten of geschrapt. De lening is dan Cov-Lite. |
Cove Light | Kwalificatie voor leningen met ruime tot geen voorwaarden die aan de crediteur gesteld zijn zoals targets die gehaald moeten worden om de lening te laten bestaan. Beleggers in dit soort lenigen hebben nauwelijks enige bescherming. |
Covenant | Ratio’s waarvan de bank eist dat een bedrijf eraan moet voldoen, eventueel boven de zekerheden in activa die gesteld werden, bij het verstrekken van leningen door de bank. Bijvoorbeeld kan de bank een zekere mate van Solvabiliteit eisen en als deze niet gehaald wordt kan de lening worden opgezegd of worden rentecondities aangescherpt. |
Covenant Breach | Het niet voldoen door leningnemers aan de extra voorwaarden die als zekerheden gesteld zijn aan een lening. Indien er bijvoorbeeld een solvabilitetisratio geëisd is van 20% en deze wordt niet gehaald dan is er sprake van een covenant breach en wordt de lening opeisbaar. |
Cover | Een contract terugkopen dat in eerdere instantie was verkocht. |
Covered Bonds | Dit zijn obligaties uitgegeven door een bank, waaraan voor de houder in enigerlei vorm een onderpand is verbonden, zoals een hypotheek of een hypotheekportefeuille. Zie ook Pandbrieven. |
Covered Writing | Het verkopen van een Call optie als men de onderliggende waarde in bezit heeft. Markos Katanos is van mening dat slechts het gedeeltelijk gebruiken van het onderpand (hij kiest voor 50%) een veel betere opbrengst geeft tenminste als men ook nog met support en resistance levels werkt. |
CPDO | Constant Proportion Debt Obligation. Een kredieterivaat ontwikkeld door ABNAmro, bedoeld voor investeerders die uitkijken naar een langetermijn exposure aan kredietrisico. Deze CPDO’s maken gebruik van leverage. |
CPFF | Commercial Paper Funding Facility. Een faciliteit waaronder de Centrale Bank rechtstreeks kortlopend schuldpapier opkoopt van bedrijven. |
CPI | Consumenten prijsindex in de Verenigde Staten. Zie Consumer Price Index. |
CPPI | Constant Proportion Portfolio Insurance. De investeerder bepaalt vooreerst bijvoorbeeld de waarde in dollars die hij maximaal wil toelaten in zijn beleggingsportefeuille. Als dit zijn hoge-risico gedeelte is dan staan daartegenover minder risicovolle investeringen of liquide middelen. Afhankelijk van de ontwikkeling van de waarde van de portefeuille zal hij deze herschikken waarbij geldt dat, zodra de waarde van de portefeuille gedaald is tot de hoogte van het geaccepteerde risicovolle gedeelte (plafond) hij de gehele portefeuille zal liquideren. |
Crack-and-Snap Patroon | Een term gebruikt voor een candlestick patroon waarbij de koers onder de voorgaande bodem komt, maar daarna snel weer stijgt. Het is een valse uitbraak. |
Crack-Spread | Een spread tussen Crude Oil en daaruit verkregen (gekraakte) petroleumproducten. Het betreft met name gasoline en heating oil. Deze spreads worden verhandeld op de NYMEX die zowel futurespreads als optiespreads aanbiedt. |
Crash Index | Barry D. Moore gebruikt een 50-daags en een 100-daags voortschrijdend gemiddelde op een semi-logaritmische schaal van de weekkoersen van de S&P500. Hij ziet een verkoopsignaal als de koers gedurende drie achtereenvolgende dagen onder beide gemiddeldes ligt. Een koopsignaal volgt als aan de voorwaarden van het verkoopsignaal niet meer voldaan wordt. Als de prijs in een week tijd meer dan 4,5% daalt dan ziet hij dat als een waarschuwing voor slechtere tijden. |
Crash Signalen | 1. Prijzen en omzetten stijgen sterk en de voorspellingen zijn dat de stijging verder zal gaan; 2. Allerwegen stelt men dat een nieuw tijdperk is aangebroken waarin de prijzen op een fundamenteel hoger niveau gaan liggen; 3. Oude waarderingsmaatstaven worden verworpen als zijnde achterhaald; 4. Onervaren speculanten treden op grote schaal toe tot de financiële markten; 5. Een breed scala aan dubieuze beleggingsproposities met hoge rendementen wordt aangeboden; 6. Van leverage wordt op grote schaal gebruik gemaakt; 7. De handel wordt gekenmerkt door zeer hoge beursomzetten; 8. Er is sprake van onbeheerst gedrag van het publiek dat niettegenstaande scherp stijgende prijzen toch wil instappen. |
CRD | Capital Requirements Directive. |
CRD IV | Capital Requirements Directive IV. Een onderdeel (de vierde in de reeks) van de Europese regelgeving voor financiële instellingen, welke voorwaarden stelt aan de kapitaalratio’s van deze instellingen. In Nederland zal de richtlijn naar verwachting begin 2014 van toepassing worden. |
CreationUnits | De kleinste hoeveelheid die gekocht of verkocht kan worden tegen de Net Asset Value. |
Credit Crunch | Er is een gebrek aan vertrouwen waardoor Banken onderling maar ook banken aan het bedrijfsleven en/of het grote publiek slechts aarzelend krediet kunnen en/of willen geven. De beschikbaarheid van krediet neemt daardoor in snel tempo af. |
Credit Cycle | van Matt King, Citygroup. Een cyclus gebaseerd op de rente/liquiditeiten en de aandelen/(korte) obligatiemarkten. Een indicatie voor de fase waarin de cyclus zich bevindt wordt gegeven door het verschil in rente tussen slechte bedrijfsleningen en solide staatspapier. In de eerste twee fasen dalen de spreads en in de laatste twee stijgen ze. De Credit Cycle kent vier fasen: Fase I – Long Credit, Short Equity, obligates zijn in trek; Fase II – Long Credit, Long Equity, obligaties en aandelen zijn in trek; Fase III – Short Credit, Long Equity, aandelen zijn in trek; Fase IV – Short Credit, Short Equity, obligaties noch aandelen zijn aantrekkelijk. |
Credit Default Swap | CDS. Een verzekering tegen deconfitures. Deze kredietderivaten worden gebruikt om het risico van wanbetaling op obligaties af te dekken. Hierdoor wordt het risico op faillissementen verhandelbaar gemaakt. |
Credit Event | Een fase waarin schuldeisers gedwongen worden om mee te doen aan schuldherstructurering. Er hoeft dan nog geen sprake van een faillissement te zijn. Een Credit Event maakt het mogelijk om uitbetaling van de betreffende CDS’en te eisen. |
Credit Long | Een begrip uit onder andere de Credit Cycle. De hoeveelheid liquiditeiten in de markt neemt toe. De Centrale Banken treden stimulerend op door middel van de korte termijn rente en het interbancaire krediet. |
Credit Rating | Zie Bond Rating. |
Credit Score | Een getalsmatige opinie over de kredietwaardigheid van een persoon gebaseerd op gegevens beschikbaar gesteld door gespecialiseerde kredietbureau’s. |
Credit Short | Een begrip uit onder andere de Credit Cycle. De hoeveelheid liquiditeiten in de markt neemt af. De Centale Banken treden verkrappend op door middel van de korte termijn rente en het interbancaire krediet. |
Credit Spread | Het verschil in waarde tussen twee opties, waarbij de waarde van de verkochte optie die van de gekochte te boven gaat. |
Creditor Committee | Een comité waarbinnen leninggevers samenkomen wanneer het betreffende bedrijf moeite heeft om zijn verplichtingen na te komen. |
Crony Capitalism | Vriendjeskapitalisme. Deze term wordt ook gebruikt door Dr. Wescott, waarmee hij de verwevenheid benoemt van de Amerikaanse politiek onder Trump met specifieke bedrijven enerzijds en de bemoeienis met bedrijven door President Trump via zijn twitter-activiteiten anderzijds. |
Cross Default Clause | Een clausule die de aflossing van een lening inroept als een of meerdere van de aan de leningnemer gelieerde maatschappijen hun betalingen stopzetten. |
Cross-Over | Een analyse methode waarbij twee (of meerdere) indicatoren gebruikt worden, ieder met een verschillende lengte. De kruising geeft een signaal. Indien dit in opwaartse richting gebeurt dan vormt het een koopsignaal. Indien het in benedenwaartse richting geschiedt dan is het een verkoopsignaal. |
Crowd Butching | Het gezamenlijk kopen, slachten en daarna eventueel opslaan van een eetbaar dier. |
Crowd Funding | Een financieringsvorm waarbij vele individuen onder geleide van een Crowd Funding Platform ieder voor zich met een klein bedrag participeren in de financiering van een idee of onderneming. Deze investeerders krijgen geen zeggingsmacht in het bedrijf dat zij financieren. Beloning en tijdstip van terugbetaling zijn vaak niet van te voren voorzien. |
Crowd Funding Platform | Een samenwerkingsverband van personen die met behulp van moderne communicatiemiddelen geïnteresseerden in Crowd Funding en bedrijfsvoerders (vaak starters) bij elkaar brengen. Daarnaast verlenen of organiseren zij vaak technische ondersteuning. Indien zij aan bepaalde voorwaarden voldoen zijn deze platforms niet onderworpen aan het toezicht of vergunning van de AFM en DNB. De te verzamelen gelden worden voor ieder apart project samengebracht in afzonderlijke stichtingen. |
Crowd Sourcing | Een vorm van Crowd Funding waarbij geïnteresseerden reeds in een zeer vroeg stadium betrokken worden bij het te financieren project. |
Crowded Trades | Een situatie waarin teveel geld in dezelfde richting stroomt. |
Crown Jewels Constructie | Hierbij draagt de onderneming haar meest profijtelijke activiteiten in eigendom over aan een derde die vervolgens deze weer in licentie terug overdraagt. |
CRS | Corrective Recovery System. Een set van regels die het mogelijk maakt om te profiteren van de rebound na scherpe correctieve dagen die zich in de Chinese markt gemiddeld iedere 8 dagen zouden voordoen. |
Crude | Ruwe olie |
CSCE | De koffie, suiker en cacao beurs in New York. |
CSD | Central Securities Depository en Clearing Settlement Depositary & Payment Systems. In Nederland worden de effecten gedeponeerd bij het Centraal bewaarinstituut Euroclear Nederland. |
CSE General Index | Een gemiddelde van de koersen van 35 aandelen die genoteerd zijn op de Main en Parallel market van Cypres. |
CSI | Commodity Selection Index van Welles Wilder. Deze index maakt de vergelijking mogelijk tussen trades in verschillende commodities of futures. Formule: CSI = ADXR*AvTrR14*100. |
CSI 300 Index | Een index van 300 A- aandelen van de Shanghai en Shenzhen Stock Exchanges, gewogen naar kapitalisatie. |
CTA | Commodity Trading Advisor. |
CTA-model | Commodity Trading Advisor. Model. Een trendvolgende strategie vooral gebruikt in de Future handel. |
Cti1 | Een professionele benaming van de Floor Traders op de LDB. |
Cti2 | Een professionele benaming van Commercial Clearingmembers van de LDB. |
Cti3 | Een professionele benaming van de Off-floor Members van de LDB. |
Cti4 | Een professionele benaming van de Public Clearing Members van de LDB. Het zijn long-term traders. |
Cubes | Ook wel aangeduid als QQQ. Het zijn Trackers (volgers) van de Nasdaq 100 Index genoteerd op de AMEX. |
Cum notering | Aandelen die verhandeld worden inclusief een betaalbaar gesteld dividend, claim, stock of bonus. Het is het tegenovergestelde van Ex notering. |
CumProfit Methode | Teneinde de resultaten op objectieve wijze te kunnen berekenen van handelssystemen, die gebruik maken van een Algoritme, gebruikt Giorgos E. Siligardos drie methoden. Het zijn de CumProfit Methode, de MuliFracProfit Methode en de CumProfit% Methode. De CumProfit Methode bestaat uit de sommatie van alle positieve en negatieve winstpunten die het Algoritme oplevert gedurende de onderzochte periode. |
CumProfit% Methode | Teneinde de resultaten op objectieve wijze te kunnen berekenen van handelssystemen, die gebruik maken van een Algoritme, gebruikt Giorgos E. Siligardos drie methoden. Het zijn de CumProfit Methode, de MuliFracProfit Methode en de CumProfit% Methode. De CumProfit% Methode bestaat uit de sommatie van alle positieve en negatieve winstpunten uitgedrukt in procenten van de investering, die het Algoritme oplevert gedurende de onderzochte periode. |
Cumulatief Preferent Aandeel | Een preferent aandeel dat ook voorgaat boven andere aandeelhouders ten aanzien van het gemiste dividend uit voorgaande jaren. |
Cup with Handle | Zie Kop met Schotelpatroon. |
Currency Board | Een systeem waarbij een land een vaste wisselkoers handhaaft door de nationale geldhoeveelheid één op één te koppelen aan zijn valutareserves. |
Current Ratio | De mate van liquiditeit berekend door de vlottende activa te delen door de vlottende passiva. |
Current Tradeable Top | van Thomas Sobom. Hij maakt een trend indicator door het gemiddelde te nemen van de procentuele daling van 450 aandelen vanuit hun top van de laatste honderd dagen. |
Curve | Een grafisch beeld van een getallenreeks. |
Curve-Fitting | Een optimalisatiemethode van de parameters van een handelssysteem over een vaste periode waarbij de geoptimaliseerde parameters de koop- en verkoopsignalen geven die de hoogste opbrengst opleveren. |
CUSIP | Committee on Uniform Securities and Identification Procedures. Een organisatie in Amerika van de American Bankers Organisation die het classificatie systeem van Amerikaanse en Canadese effecten opstelt en onderhoudt. Zie ook Cusip Number. |
Custodian | Aparte juridische entiteit die als enige taak heeft het beheren en het administreren van effecten. |
Custom Segregated Funds | Deposito’s van cliënten, die afgescheiden zijn van de bezittingen van de broker die de deposito’s houdt. |
CVI | Chartmill Value Indicator van Dirk Vandijcke. Met deze indicator probeert Vandijcke de nadelen van de Smoothing en Range Compression indicators te ondervangen. Hij neemt de mediaan van de koersen en deelt deze door een Volatiliteitmaat zoals de True Range. Iedere waarde tussen 4 en -4 wordt gezien als normaal. Tussen 4 en 8 of -4 en -8 is een lichte overbought of oversold waarde. Boven 8 of onder -8 is sterk overbought of oversold. |
CWRS | Citygroup World Radar Screen. Een selectiesysteem dat fundamentele en technische elementen samenbrengt. Er wordt uitgegaan van de stelling dat goedkope aandelen met een sterk Momentum dure aandelen met een zwak Momentum zullen outperformen. Het model bestaat uit twee componenten: 1. de relatieve waarde en 2. het composite Momentum. Om de waarden te vergelijken wordt de P/E ratio of de PBV ratio gebruikt. De tweede component bestaat uit drie bouwstenen: 1. de onderlig-gende prijstrend op basis van de lineaire regressie over 260 dagen; 2. het 3- maands Momentum en 3. het Earningsmomentum. |
Cyber Monday | In navolging van Black Friday heeft de handel in de Verenigde Staten de maandag volgend op Black Friday uitgeroepen als de dag van aankopen-via-internet. Een aantal andere landen heeft dit initiatief gevolgd. |
Cycle of Market Participation | Martha Stokes stelt dat cycli door de onderscheidene deelnemers aan het marktgebeuren, ieder volgens zijn eigen gedragsregels, verschillend van elkaar, hun invloed op de markt en daarmede op de cyclus, uitoefenen. Hierdoor ontstaat een nieuwe cyclus die zij de Cycle of Market Participation noemt. Zij onderscheidt 8 niveaus die elkaar opvolgen in de trend: 1. Institutional Investor; 2. Institutional Trader; 3. Corporations, Midsized Funds; 4. Individual wealthy Investors; 5. Small Funds, Nonprofit Funds, Investment Groups; 6. Retail Traders; 7. Small Investors; 8. Odd-Lot uninformed Investor. |
Cycli | Terugkerende en herkenbare patronen op financiële markten die een bepaalde regelmaat in de tijd in de koersbeweging suggereren. In het algemeen onderscheidt men de 54-jarige cyclus (Kondratieff), de 18-jarige cyclus, de 10-jarige cyclus, de 41-maanden cyclus en verder vele kleine cycli waaronder ook de seizoenspatronen. |
Cyclische Aandelen | Aandelen die meer dan gemiddeld gevoelig zijn voor conjunctuurschommelingen en waar een periode van hoge winsten steeds gevolgd wordt door een aantal magere jaren. |
D
Dagen van de Maand | Als men de dagen van de maand indeelt in 5 segmenten (1ste tot de 6de dag etcetera) dan kan men statistisch aantonen dat de AEX Index in het eerste en het derde segment de beste resultaten oplevert. De gemiddelde rendementen over een periode van 20 jaar (begin 1986) zijn: 1ste segment 0,16%; 2de segment – 0,06%; 3de segment 0,10%; 4de segment – 0,05%; 5de segment 0,08%. |
Dagen-van-de-Week | Vele handelaren gaan ervan uit dat de maandag en de dinsdag en in mindere mate de woensdag betere dagen zijn om op te handelen dan de donderdag en de vrijdag. De Donderdag wordt daarbij als de slechtste aangezien. In Amerika denkt men daar anders over. In de periode 1952 tot 1995 bleek vrijdag gemiddeld de beste beursdag en maandag de slechtste. |
Daggeld | Een vorm van krediet om zeer korte liquiditeitkraptes te overbruggen. De opzeggingstermijn bedraagt 24 uur of minder. |
Dagong | Chinees rating bureau. Zie ook Rating. |
Daily Cash Settlement | Future prijzen bewegen dagelijks op en neer en hiermede gaat de marktwaarde van de openstaande posities van de klanten van Future Brokers omhoog en omlaag. De daaruit resulterende winsten en verliezen worden dagelijks op de rekening van de betreffende klant geboekt. |
Daily Range | Het verschil tussen de hoogste en de laagste koers van een handelsdag. |
Daisychain | Elkaar snel opvolgende financiële transacties, waarbij steeds hetzelfde goederenpakket, al of niet virtueel, verhandeld wordt. Zie ook MTIC Fraud, en BTW Carrouselfraude. |
Dalende trend | De trend is simpel gezegd de richting van de markt. Een dalende trend wordt gekenmerkt door een proces van lagere toppen en lagere bodems, m.a.w. de toppen en bodems komen steeds op een lager niveau te liggen. |
Dam | Alternatieve munt in Rotterdam. |
DAO | Distribution Autonomous Organisation |
DAPP | Distribution Application |
Dark Cloud Cover | Een zwarte candlestick die volgt op een witte candlestick maar die hoger opent en sluit beneden het midden van de voorgaande witte. Een bearish patroon. |
Dark Pool | Een orderboek waarop aandelen verhandeld worden net als op de gewone beurs maar in dit geval kunnen kopers en verkopers elkaar’s orders niet zien. |
Darknet Channels | Een systeem van John Broussard en Jay Kaeppel, dat ontworpen is om patronen te herkennen, die niet of niet gemakkelijk door het blote oog herkend kunnen worden. In het kort komt het er op neer dat iedere dag opnieuw de regressielijn en dus ook de regressiehelling wordt bepaald van een vooraf gedefinieerd aantal dagen. Door deze lijnen te vergelijken kan men de hoogste en de laagste helling bepalen alsmede diegene, die het dichtst bij nul ligt. Door deze drie punten worden aan elkaar parallelle lijnen getrokken die de kanalen vormen. |
DarvasTechniek | Nicholas Darvas uit Hongarije creëerde in de zestiger jaren van de vorige eeuw een handelstechniek uitgaande van trendanalyse gebaseerd op een dynamisch support en resistance concept. Daartoe zette hij de dagelijkse koersen om in boxen waarvan de bovenste lijn bepaald wordt door een high die gevolgd wordt door 3 koersen met lagere highs en de onderste lijn door een low die gevolgd wordt door drie hogere lows. Koersen die buiten de box komen te liggen vormen de aan- en verkoopsignalen. De stoploss wordt bepaald door de grenzen van de voorgaande box. |
Dash | Een cryptomunt die zich onderscheidt van zijn concurrenten doordat het privacy aanbiedt doordat de transacties anoniem zijn gemaakt. |
Data Mining | In de 5% marge van de waarschijnlijkheidstheorie gebaseerd op de Kromme van Gaus vallen per definitie ook hypothesen die tijdens experimenten als waar aangemerkt kunnen worden. En deze mogelijkheden komt men onherroepelijk tegen als men maar voldoende hypothesen loslaat op dezelfde dataset. In de Technische Analyse doet dit probleem zich voor door altijd maar uit te gaan van een en dezelfde datareeks. |
Data Snooping | In de 5% marge van de waarschijnlijkheidstheorie gebaseerd op de Kromme van Gaus vallen per definitie ook hypothesen die tijdens experimenten als waar aangemerkt kunnen worden. En deze mogelijkheden komt men onherroepelijk tegen als men maar voldoende hypothesen loslaat op dezelfde dataset. In de Technische Analyse doet dit probleem zich voor door altijd maar uit te gaan van een en dezelfde datareeks. |
DAX Index | Een gemiddelde van de 30 meest verhandelde en grootste aandelen van de Duitse beurs. |
Day Stop | Een stopniveau dat slechts gehandhaafd blijft gedurende de dag waarop het uitgegeven wordt. |
Daytrading | Men koopt een positie en verkoopt die nog diezelfde dag. |
DBRS | Een onafhankelijk Rating Instituut in Canada. Zie ook Rating. |
DDM | Dividend Discount Model. Een model om de lange termijn waarde van een aandeel te bepalen waarbij uitgegaan wordt van de dividenden die naar verwachting betaald zullen worden en die naar heden contant gemaakt worden. |
Dead Cat Bounce | Een tijdelijk herstel in een dalende markt. Zie ook Sucker’s Rally. |
Dead Cross | Een bearish signaal dat gegeven wordt wanneer een korter termijn voortschrijdend gemiddelde een langer termijn voortschrijdend gemiddelde in benedenwaartse richting kruist. Als standaard voor een baisse-signaal wordt aangenomen dat het 50-daags het 200-daags Voortschrijdend Gemiddelde naar beneden moet kruisen. |
Dead Zone | Het is de periode tussen begin mei en eind oktober. Sinds 1949 daalde de markt in deze periode in 45% van de gevallen. 80% van alle schade veroorzaakt door bearmarkten valt in deze periode. De Skewing van de Power Zone en de Dead Zone komt voor in 30 grote markten in de wereld. |
Deadweight | DWT. Het laadvermogen van een schip. |
Debit spread | Een spread van twee opties waarbij de longpositie een hogere waarde heeft dan de shortpositie. |
Debt Ratio | Vreemd vermogen gedeeld door totaal vermogen. |
Debt Service Coverage Ratio | DSCR. Dit is de mate waarin de activa opbrengst kunnen genereren om de schulden af te kunnen lossen. Om dit te berekenen deelt men het netto Operating Income door het totaal van de Schulden. |
Debt Valuation Adjustment | DVA. Boekhoudkundige regels in Amerika maken het mogelijk schuld tegen een lagere (beurs)waarde te waarderen. |
December Effect | Vanaf midden december tot aan half januari zouden de Small Caps beter presteren dan de Blue Chips. |
December-Low Indicator | Lucien Hooper stelde ergens in de zeventiger jaren, dat een Low in de DJIA in het eerste kwartaal onder de voorafgaande December-Low een aankondiging was van problemen in de rest van dat jaar. |
Decennium jaren | Een selectiemethode waarbij uitgegaan wordt van het laatste cijfer van een jaartal. Hierbij zijn de jaartallen eindigend op een 5 het meest interessant, gevolgd door de jaartallen eindigend op een 8. De jaartallen eindigend op een 0 zijn duidelijk het minst interessant gevolgd door de jaartallen eindigend op een 7. Het was Edgar Lawrence Smith die in 1939 als eerste wees op deze cyclus. |
Decimalisation | Dit is de omzetting van een non-decimale notering in een decimale. |
Decomposition | Het uiteenrafelen van de koers. Men bestudeert naast de close ook de andere onderdelen van de koers zoals de Low, de High en de Open ieder voor zich afzonderlijk. In de praktijk komt dit erop neer dat in de verschillende formules die men gebruikt de Close door een ander onderdeel van de koers wordt vervangen. |
Deelneming | Het belang van een bedrijf in een ander bedrijf. |
Deep Discount Bonds | Schuldbekentenissen die ver onder pari worden uitgegeven terwijl de couponrente ook duidelijk beneden het geldende tarief ligt. Het effectieve rendement wordt verhoogd door de forse aflossingswinst. |
Deep-in-The-Money | DTM. De situatie waarin de prijs van een optie ver boven (in het geval van een Call) of ver onder (in het geval van een Put) de uitoefenprijs ligt. |
Default | Het niet nakomen van financiële verplichtingen als gevolg van faillissement, surseance van betaling of aankondiging in het geval van landen-schuldenaren. |
Defended Price Lines | DPL van Melvin A. Dickover. Het is een system waarbij prijs- en volumedata de steun- en weerstandniveaus bepalen. Een RVI van tenminste 2 standaarddeviaties en een hoge FOM ten opzichte van zijn voorganger geven de zone aan waarin de DPL gezocht dient te worden. |
Defensief Aandeel | Een aandeel in een onderneming die actief is in een min of meer volwassen markt en waarvan de winstontwikkeling niet of nauwelijks gecorreleerd is aan de conjuncturele ontwikkeling. |
Defined Ambition | In dit pensioensysteem neemt de deelnemer de beleggings- en de renterisico’s op zich. Het fonds draagt de indexatieambitie. |
Defined Benefit | Dit begrip verwijst naar de wijze waarop de pensioenopbouw wordt gefinancierd. In dit geval bepaalt het eindloon of het middenloon het pensioen. |
Defined Contribution | Dit begrip verwijst naar de wijze waarop de pensioenopbouw wordt gefinancierd. In dit geval bepalen beschikbare premies het pensioen. |
Deflatie | Daling van het gemiddelde prijspeil. Dit begrip staat tegenover Inflatie. |
Dekken | of Short covering. Het terugkopen van effecten die men eerder verkocht heeft. |
Dekkingsgraad | De verhouding tussen bezit en verplichtingen. Onder bezit kan dan worden verstaan het vermogen of de uitstaande longpositie(s) en de schulden of de uitstaande shortpositie(s). |
Deliberation | Een candlestick patroon waarbij een klein wit lichaam sluit op de top of daarboven van een groot wit voorafgaand lichaam. Soms is er ook nog een klein wit lichaam dat aan het grote voorafgaat. Het is een indicatie dat de markt een voorlopige top heeft bereikt. Ook wel aangeduid met Stalled Pattern. |
Deliberation Pattern | Een candlestick patroon waarbij een klein wit lichaam sluit op de top of daarboven van een groot wit voorafgaand lichaam. Soms is er ook nog een klein wit lichaam dat aan het grote voorafgaat. Het is een indicatie dat de markt een voorlopige top heeft bereikt. Ook wel aangeduid met Stalled Pattern. |
Delta | De mate waarin een optie- of warrantpremie verandert als de prijs van de onderliggende waarde verandert. Deze delta wordt ook wel Hedge Ratio genoemd omdat men hiermede kan berekenen hoeveel opties men moet kopen als men een bepaalde belegging wil afdekken. |
Delta Hedged | Een positie die afgedekt is op basis van de deltawaarde. |
Delta Neutraal | Een aantal short en longposities die tezamen een relatief ongevoelige positie ten aanzien van prijsbewegingen geven. |
Delta Phenomenon | Volgend op het werk van George Marechal ontwikkelden Welles Wilder en Jim Sloman The Delta Phenomenon. Men gaat uit van een verborgen orde (vaste cycli) in de financiële markten die de basis is voor alle marktbewegingen in de tijd gezien. Met behulp van tellingen verschillend voor ieder time frame en voor iedere onderlinge waarde probeert men deze orde (The Delta Phenomenon) zichtbaar te maken zodat men draaipunten in de markt kan voorspellen. |
DEMA | Double Exponential Moving Average. Een Exponentieel Voort-schrijdend Gemiddelde van een Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde. Het voordeel van een Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde is dat het langzaamaan dichter bij de koersen komt te liggen. Dit in vergelijking tot een Simpel Voortschrijdend Gemiddelde. Een aantal nadelen van het laatstgenoemde gemiddelde wordt hiermede ondervangen. Formule: DEMA = ExpAverage(ExpAverage(Close,n1),n2) = ExpAverage(EMA(n1),n2). |
Demand Index | Een index die de buying en selling power weergeeft door mathematische berekeningen vanuit prijs en volume ratios. |
Depositogarantieregeling | DGS. Een garantie voor spaartegoeden, gegeven door de Staat of door een daartoe opgericht fonds, voor gevallen waarin een bank niet meer in staat is aan haar verplichtingen te voldoen. In Nederland geldt hiervoor een maximum van €100.000 per persoon (augustus 2009) en dus voor een en/of rekening voor twee personen samen € 200.000. |
Depreciatie | Koersdaling van een munt ten opzichte van een andere. |
Depressie | Een langdurig krimpende economie. |
Depth Of Market Panel | DOM Panel. Het is een platform dat het handelaren mogelijk maakt om te kijken in het Handelsboek van een specifieke Future Markt. |
Derivaat | Dit is een financieel instrument of een contract dat de drie volgende kenmerken bezit: 1. de waarde verandert als gevolg van veranderingen in een bepaalde rentevoet, een commodity prijs, een valutakoers, een index van prijzen of rentevoeten, de kredietwaardigheid of een andere variabele, soms onderliggende waarde genoemd; 2. er is geen netto aanvangsinvestering benodigd of slechts een geringe in verhouding tot andere contracten die op vergelijkbare wijze reageren op veranderingen in marktfactoren; 3. het wordt op een tijdstip in de toekomst of bij het bereiken van een vooraf bepaalde doelstelling afgewikkeld. |
Desinvestering | Verkoop of sluiting van een bedrijf, een onderdeel van een bedrijf of van individuele bedrijfsmiddelen. |
Detrend Oscillator | Het verschil tussen de koers van vandaag en die van enkele dagen geleden levert een gemiddelde op. Vervolgens neemt men het verschil tussen de koers van vandaag en enkele weken geleden. Dat levert een tweede gemiddelde op. Tenslotte wordt het verschil genomen van deze twee gemiddeldes, dat levert de detrend oscillator op. Het is een manier om de trend uit te schakelen waardoor men de korte termijn fluctuaties zichtbaar maakt. |
Deutsche Börse | De Duitse beurs in Frankfurt. |
Devaluatie | Verlaging van de officiële waarde van een valuta ten opzichte van een andere munteenheid. |
Dey Stop | C.A. Kase ontwikkelde een StopLoss systeem waarbij hij uitgaat van de True Range berekend over twee opeenvolgende waarnemingen. Hij neemt een voortschrijdend gemiddelde van deze True Range van 30 dagen voor Intraday koersen en 20 dagen voor dagkoersen. Daarna berekent hij de Standaarddeviatie en afhankelijk van waar men zich bevindt in de trend, gebruikt hij een factor van 1,2 tot 3,50. Het getal dat hij krijgt wordt opgeteld bij de hoogste koers of afgetrokken van de laagste koers. Kase gebruikt drie verschillende stops: een Narrow stop vroeg en laat in de trend, een Medium stop gedurende de trend om de omvang van de trade aan te passen bij correcties, een Wide stop die hij normaliter gebruikt. |
Deysselbloem Doctrine | In geval van een reddingsoperatie van een bank dienen alle participanten hieraan bij te dragen. Deysselbloem heeft het dan over aandeelhouders, obligatiehouders – achtergestelde maar ook gewone – en depositohouders. Zie ook Bail-In. |
DFL | Defended Price Lines van Melvin A. Dickover. Het is een systeem waarbij prijs- en volumedata de steun- en weerstandsniveaus bepalen. Een RVI van tenminste 2 standaarddeviaties en een hoge FOM ten opzichte van zijn voorganger geven de zone aan waarin de DPL gezocht dient te worden. |
DFM General Index | Algemene Index van de Dubai Financial Market. |
DFMxls | Een representatieve index van de aandelenbeurs in Dubai. |
DGA-Constructie | Een situatie waarin eigendom, leiding, relatie tot werknemers en afnemers is georganiseerd conform de in het betreffende land opgestelde regels (in Nederland code Tabaksblat). |
DGS | Depositogarantieregeling. Een garantie voor spaartegoeden, gegeven door de Staat of door een daartoe opgericht fonds, voor gevallen waarin een bank niet meer in staat is aan haar verplichtingen te voldoen. In Nederland geldt hiervoor een maximum van €100.000 per persoon (augustus 2009) en dus voor een en/of rekening voor twee personen samen € 200.000. |
Diagonale Spread | Optieconstructie waarbij men gelijktijdig opties koopt en verkoopt met verschillende uitoefenprijzen en verschillende uitoefendata maar met dezelfde onderliggende waarde. |
Diamond | Een tracker op de Dow Jones Industrials Index. |
Diaspora Bonds | Griekse Staatsobligaties waarop ingeschreven kan worden door Grieken die in het buitenland wonen. |
Diaspora Taks | Een belasting door het moederland op haar landslieden, die in het buitenland wonen. |
Dichte Constructie | Een strategie uit de optiewereld. De winst in een dergelijk geval is zeker, omdat de investering lager is dan de strijkprijs van de optieposities. Men koopt bijvoorbeeld een aandeel en een put op dit aandeel en men verkoopt een call (met dezelfde uitoefenprijs). Als de totale investering minder dan de strijkprijs van beide opties is dan maakt men gegarandeerd winst op de constructie. Uiteraard zijn hierbij niet aanmerking genomen de kosten, zoals de gederfde rente op het geïnvesteerde bedrag. |
Dieselgate | Het schandaal waarbij autoproducenten middels ingebouwde software de emissiewaarden van dieselmotoren valselijk omlaag gebracht hebben. Volkswagen was de eerste producent die hiermee in een kwaad daglicht kwam te staan in 2015. |
Diffusion Index | Een index die het aantal fondsen aangeeft dat hoger ligt dan het gemiddelde of de representatieve index van de totale groep. |
Diffusion Ranking | Rangschikking van aandelen of sectoren op basis van de Relative Strength. |
Digital options | De naam voor Binary Options in de Forex/Interest markt. |
Digital Touch | Een instrument waarmede gepoogd wordt aan beleggers een hoger rendement te bieden op hun liquide middelen, door gebruik te maken van het verschil in wisselkoers dollar en euro. Stel de wisselkoers beweegt zich in de volgende drie maanden tussen 1,044 en 1,106 bij een huidige koers van $1,07 voor €1, dan ontvangt men 7% op jaarbasis. Wanneer de wisselkoers buiten deze grenzen stijgt of daalt dan is het rentepercentage 0,25. Er zijn vele varianten zoals het Tower Deposit, de Step Up, de Digital Touch of de No Touch. |
Dimsum Obligatie | Schuldpapier luidende in Chinese Yuans, dat uitgegeven wordt in Hongkong. De Dimsum Obligaties zijn vernoemd naar de kleine gestoomde hapjes uit de keuken van Hongkong en Zuid China. |
Direct Market Access | DMA. Directe markt toegang die het mogelijk maakt om zonder tussenpersonen rechtstreeks op de effectenmarkt te handelen. Vaak wordt daarbij gebruik gemaakt van vergunningen van anderen. |
Directe Veiling | De opening van een nieuwe veiling staatsobligaties. Eindbeleggers leggen via de Primary dealer hun biedingen direct in. De inschrijvers zijn bij het Ministerie van Fianciën bekend en de banken hoeven geen staatsobligaties op hun balans te houden. Bij een directe veiling kan het te plaatsen bedrag groter zijn dan bij een indirecte veiling. |
Directional Movement | van J. Welles Wilder. Het verschil tussen de High van een bepaalde dag en de High van de voorgaande dag. Dit is de +DM. Het verschil tussen de Low van een bepaalde dag en de Low van de voorgaande dag. Dit is de -DM. |
Directional Movement Indicator | DMI. Het quotiënt van de +DM en de True Range heet de +DMI en het quotiënt van de -DM en de True Range heet de -DMI. Deze indicator werd ontworpen door J. Welles Wilder. |
Directional Ratio | Van John Jay Norris. Men kan drie bewegingen onderscheiden: omhoog, omlaag en zijdelings. Daarnaast neemt Norris drie tijdframes: dag, 240 minuten, 60 minuten. De Directional Ratio bestaat uit de 9 mogelijke combinaties. Voor ieder van deze mogelijkheden wordt de beweging bepaald. De richting van het signaal is de richting van de beweging zoals vastgesteld in het naast hogere tijdframe. |
DirectListing | Een beursgang waarbij geen nieuwe aandelen worden uitgegeven. |
Dirty Pricing | In de koers van de obligatie is de opgebouwde rente verrekend. Op de dag waarop de rente wordt uitbetaald daalt de koers dus met een gelijk bedrag. |
Disagio | Een nadelig koersverschil ten opzichte van de nominale waarde, de uitgiftekoers of de genoteerde koers of ten aanzien van de intrinsieke waarde. |
Disconteren | De waarde van een belegging wordt theoretisch bepaald door de contante waarde van de toekomstige opbrengsten. Het contant maken van een belegging noemt men disconteren. Formule: CW =Σn * r / 100 waarbij CW = Contante Waarde; n = het aantal jaren waarover de contante waarde wordt berekend; r = het rente percentage. |
Discontopercentage | De rente die de Centrale Bank in rekening brengt aan de banken als deze geld bij haar lenen. |
Discount to NAV | Als een ETF onder zijn Net Asset Value wordt verhandeld spreekt men van een Discount to NAV. |
Discretionary Account | Een rekening waarvoor de broker de bevoegdheid gekregen heeft van de rekeninghouder om op eigen gezag te handelen al of niet onderworpen aan bepaalde restricties. Dit wordt ook wel een Managed of een Controlled Account genoemd. Het gaat hier om een vorm van vermogensbeheer. |
Discretionary Trader | Een handelaar die zijn persoonlijke inschatting gebruikt om signalen te evalueren. |
Disinflatie | Structureel dalende trend in de inflatie, waarbij het algemene prijspeil nog steeds stijgt maar langzamer dan voorheen. |
Disparity Index | DIX van Dan Valcu. Deze indicator meet de afstand van de koers tot een (Exponentieel) Voortschrijdend Gemiddelde over een bepaalde periode. Het overschrijden van de Nullijn is een vroeg signaal van het inzetten van een trend en extreme waarden van deze indicator duiden op een omslag in de markt.Wat een Extreme waarde is dient per fonds vastgesteld te worden. Formule: Disparity Index (%) = 100*(Cl-MA)/Cl waarbij Cl = Close; MA = Voortschrijdend Gemiddelde. |
Disposition Effect | De neiging van beleggers om winsten snel te realiseren en om verliezen langer vast te houden. |
Disruptors | Onrustzaaiers. Aandelen die vaak met veel tam-tam naar de beurs worden gebracht en waarvoor beleggers bereid zijn exorbitante bedragen te betalen. |
Distressed Debt | Schulden van bedrijven of overheden die bankroet zijn of op het punt staan bescherming onder vigerende bankroetwetten aan te vragen. |
Distressed Securities | Effecten van bedrijven waarvan het bestaan onzeker is geworden zoals bedrijven in surseance van betaling. |
Distributie | De eerste fase van een bearmarkt. Tijdens deze fase hebben de goed geïnformeerde beleggers in de gaten dat de toekomstige winsten van bedrijven tegen zullen vallen. Zij verkopen derhalve voorzichtig hun aandelen. |
Distribution Yield | Een vergelijkingsmaatstaf voor ETF’s die beleggen in obligaties. Men berekent de jaarlijkse opbrengst die een investeerder zou ontvangen als de uitdeling van het fonds constant zou blijven. De uitdeling wordt geannualiseerd en daarna gedeeld door de Net Asset value. |
Divergent Bars | van Bill Williams. Een bullish (bearish) Divergent Bar wordt gevormd als de koers een lagere (hogere) Low (High) bereikt ten opzichte van een vorige Pivot Low (High) maar toch afsluit in de bovenste (onderste) helft van de bar van die dag. Formule: Bullish divergent Bar = Lown < Lown-1 en {(Closen-Lown)/ (Highn-Lown)} > 0,5; Bearish divergent Bar = Highn < Highn-1 en {(Highn-Closen)/ (Highn-Lown)} > 0,5. |
Divergentie | Een situatie waarbij een koersbeweging van een aandeel of van een index niet bevestigd wordt door het koersverloop van een indicator of van een andere index. Het is een vroege indicatie voor een mogelijke trendomkeer. |
Divergentie Index | van Matt Storz. Een index die op systematische wijze de sterkte van de divergentie meet. |
Diversificatie | Het beperken van het beleggingsrisico door de middelen te spreiden over niet-gecorreleerde asset categorieën. De algemene regel is dat naarmate de correlatie kleiner is de risico’s elkaar meer opheffen en het totale beleggingsrisico derhalve minder is. |
Dividend Aristocrats | Een lijst van grotere bedrijven uit de S&P500 Index die gedurende tenminste 25 consecutieve jaren een politiek van stijgende dividenden hebben gevolgd. Naar analogie van deze lijst is er ook een Europese lijst van Dividend Aristocrats verschenen. Er zijn beleggers die van deze lijsten gebruikmaken. De aandelen worden dan gerangschikt naar het hoogste Dividendrendement en men belegt in de aandelen die in de top figureren. Men noemt deze fondsen de High Yield Dividend Aristocrats. Een systematische belegging hierin zou de index ook systematisch hebben verslagen. |
Dividend disconteringsmodel | Waarderingsmodel van aandelen. De waarde van het aandeel wordt bepaald door de gedisconteerde waarde van de kasstromen die het aandeel in de toekomst zal genereren. Het normale disconterings-percentage wordt vaak gecorrigeerd met een opslag voor het specifieke risico of het wordt aangevuld met een groeivoet van het dividend of de winst per aandeel wordt in de berekening betrokken. |
Dividend Yield | Het dividend dat uitgekeerd word, wordt gedeeld door de prijs van het betreffende aandeel. Door de jaren heen is het Dividend Yield een belangrijke indicator geweest in het voorspellen van dalende markten. Een lage Dividend Yield duidt op hoge aandelenprijzen. De markt heeft geen andere mogelijkheid meer, zo wordt aangenomen, dan te dalen. In het algemeen wordt het niveau van 2,8 aangemerkt als het keerpunt. Een niveau van 7 wordt gezien als een welhaast zekere indicatie dat de markt gaat stijgen. De Dividend Yield kan worden berekend voor alle gemiddelden van aandelenkoersen. Anthony Spare en Nancy Tengler gebruikten deze indicator als selectiemiddel. Zij vergeleken daartoe de Dividend Yield van het aandeel met de Dividend Yield van de markt als geheel. Hoge waarden vergeleken met de gemiddelde waarde identificeerden zij als koopsignalen en omgekeerd lage waarden als verkoopsignalen. |
Dividendrendement | Het dividend dat uitgekeerd word, wordt gedeeld door de prijs van het betreffende aandeel. Door de jaren heen is het Dividend Yield een belangrijke indicator geweest in het voorspellen van dalende markten. Een lage Dividend Yield duidt op hoge aandelenprijzen. De markt heeft geen andere mogelijkheid meer, zo wordt aangenomen, dan te dalen. In het algemeen wordt het niveau van 2,8 aangemerkt als het keerpunt. Een niveau van 7 wordt gezien als een welhaast zekere indicatie dat de markt gaat stijgen. De Dividend Yield kan worden berekend voor alle gemiddelden van aandelenkoersen. Anthony Spare en Nancy Tengler gebruikten deze indicator als selectiemiddel. Zij vergeleken daartoe de Dividend Yield van het aandeel met de Dividend Yield van de markt als geheel. Hoge waarden vergeleken met de gemiddelde waarde identificeerden zij als koopsignalen en omgekeerd lage waarden als verkoopsignalen. |
DJ Euro Stoxx 50 | Een van oorsprong door de Dow Jones Corporation samengestelde index waarin de 50 grootste Europese beursgenoteerde ondernemingen zijn opgenomen. |
DJ Stoxx | Een algemene naam voor meestal sectorindexen welke door Dow Jones Corporation zijn gedefinieerd. De toevoeging DJ is in 2009 komen te vervallen. Er is bijvoorbeeld de Stoxx Media, Stoxx Tech, Stoxx Telecom. |
DJ15 | DJUA. Dow Jones Utilities Average. |
DJ20 | DJTA. Dow Jones Transportation Average. |
DJIA Dividend Ratio | Dit is het omgekeerde van de Dividend Yield. Alhoewel deze ratio kan worden berekend voor alle aandelen indexen hebben berekeningen betrekking hebbende op de Dow Jones Industrials Index en het totale bedrag aan kwartaaldividenden dat werd uitbetaald in de voorafgaande 12 maanden, uitgewezen dat wanneer deze ratio op 30 komt de aandelenmarkt binnen 2 tot 4 kwartalen een nieuwe top zal neerzetten. Studies laten zien dat in de twintigste eeuw deze Ratio 12 keer op 30 voorkwam en 12 keer volgde inderdaad een top. |
DJSI | Dow Jones Sustainability Index. In deze index zijn wereldwijd de bedrijven opgenomen, die het best presteren op het gebied van duurzaam ondernemen. De totale lijst wordt eenmaal per jaar gepubliceerd in de maand september. |
DJTA | DJ20. Dow Jones Transportation Average. |
DJUA | DJ15. Dow Jones Utilities Average. |
DJUA Timing Model | van Dennis Meyers aangepast door Nelson Freeburg, waarvan de regels als volgt zijn: Q = De wekelijkse Close van de DJUA gedeeld door de wekelijkse Close van de S&P500; R = Q van deze week minus Q van 24 weken geleden; U = De Close van de DJUA minus de Close van de DJUA van 24 weken geleden; Koop als R>1,4; Verkoop als U |
DJX | Dow Jones Index Options. |
DMI | Directional Movement van J. Welles Wilder. Het verschil tussen de High van een bepaalde dag en de High van de voorgaande dag. Dit is de +DM. Het verschil tussen de Low van een bepaalde dag en de Low van de voorgaande dag. Dit is de -DM. |
DMI Stochastics | van Barbara Star. In de Stochastic(10,3,3)-formule wordt de Slotkoers vervangen door de 10DMI. Star meent hiermede betere instappunten te kunnen vinden in een bestaande trend. |
DNB | De Nederlandsche Bank NV. |
DNS | Do Not Ship. Een optie die de opdrachtgever heeft om een NBBO niet te laten uitvoeren als de extra kosten te hoog worden geacht. |
Do Not Ship | DNS. Een optie die de opdrachtgever heeft om een NBBO niet te laten uitvoeren als de extra kosten te hoog worden geacht. |
Dochtermaatschappij | Een deelneming van 50% of meer. Indien zeggingsmacht in een dochtermaatschappij verkregen is (gebruikelijk bij meer dan 50%) kan overgegaan worden tot consolidatie. |
Dodd-Frank Act | Een wet in de Verenigde Staten uit 2010, die het raamwerk aangeeft waarbinnen de SEC regels kan opstellen die de financiële stabiliteit van de VS moeten beschermen. |
Dogcoin | Virtuele munteenheid |
Doji | Een candlestick waarvan de opening en het slot geheel of bijna geheel samenvallen. Dit patroon geeft besluiteloosheid van de markt aan. |
Doji Star | Doji bike. Een candle waarvan de open en close ongeveer samenvallen en met twee niet te grote schaduwen die gapt van een voorgaande witte of zwarte candle. In een uptrend is hij bearish, in een downtrend is hij bullish. Confirmatie is nodig. Door deze confirmatie verandert hij gemakkelijk in een Evening of een Morning Star. |
Dollar $XEO | Standard & Poor’s 100 Index. Hij is van het Amerikaanse type. Het was de eerste index waarop in 1983 futures werden verhandeld op de CBOT. Deze index wordt ook verhandeld onder het tickersymbool $XEO. |
Dollar-Up Indicator | Jeffrey Saut vermeldt dat de dollar op jaarbasis gezien zeven keer met meer dan 10% steeg. In alle zeven jaar na een dergelijke stijging steeg ook de S&P50 Index. |
DOM Panel | Depth Of Market Panel. Het is een platform dat het handelaren mogelijk maakt om te kijken in het Handelsboek van een specifieke Future Markt. |
Donchian Channel | van Richard Davoud Donchian. Een trendvolgend break-out systeem waarvoor een kanaal rondom het koerspatroon wordt getekend uitgaande van de hoogste (laagste) koers uit een vaste, van te voren bepaalde, lookback periode. Uitbraken uit dit kanaal vormen de signalen. |
Doorn Patroon | Een sterke opwaartse (neerwaartse) beweging die onmiddellijk zonder pauze gevolgd wordt door een sterke neerwaartse (opwaartse) beweging. Het Doorn Patroon onderscheidt zich door een onnatuurlijk scherpe stijging van de trendlijn. Het komt vaak voor na nieuwsberichten die vallen in een weinig liquide markt. |
Doorrollen | Het verlengen van de looptijd van opties dan wel het veranderen van de uitoefenprijs van opties. Men liquideert een bepaalde optie en men neemt opnieuw een zelfde positie in maar nu met een latere uitoefendatum of een hogere of lagere uitoefenprijs. |
Doorstroomvennootschap | Bedrijf, vaak eigendom van trustkantoren, dat met geen of nagenoeg geen personeel als draaischijf dient tussen buitenlandse bedrijven en natuurlijk personen. Het betreft meestal royalty’s die belastingvrij worden doorgesluisd naar de eigenaar van de rechten. |
Doorzet | In- en uitslag van goederen in de scheepvaart. |
Double 7s | Een handelssysteem op ETF’s van Larry Connors en David Penn. De ETF moet boven zijn 200MA liggen en hij moet sluiten op een seven day Low. De Exit wordt genomen op een seven day High. Gedurende bearmarkten wordt er gehandeld op Inverse ETF’s. |
Double Diagonal | Een short en een long Straddle waarbij de ene een kortere looptijd heeft dan de andere. |
Double Dip | of W-Vorm. Grafische voorstelling van de wijze waarop de post-recessie-economie zich kan presenteren. In feite is het een dubbele V. De economie stort na een evenwichtig herstel opnieuw in en neemt vaak een ernstiger vorm aan dan gedurende de eerste helft van de recessie. Men noemt deze vorm ook wel Double Dip. |
Double Doji | Twee achtereenvolgende Doji’s wijzen vaak op een verhoging van de marktvolatiliteit. Optiehandelaren maken hier wel gebruik van. In het algemeen geldt dat meerdere Doji’s binnen een korte tijd op een krachtige beweging wijzen. |
Double Key Reversal | Een omkeerpatroon geïdentificeerd door Hadik. Het zijn twee achtereenvolgende Key Reversals. Het patroon komt niet vaak voor maar is zeer betrouwbaar. |
Double No Touch Option | Een Barrier option die uitbetaalt als geen van de twee vooraf vastgestelde niveaus binnen een vooraf vastgestelde tijdsperiode is geraakt. |
Double Stochastics | van Walter Bressert. Een variant van de Stochastics Indicator die vrij nauwkeurig toppen maar vooral bodems herkent. De formule gaat uit van een cyclus van 20 bars (variatie tussen 15 en 25). Bressert gebruikt de 10- en de 5-periode Double Stochatics. De laatste, geeft ten opzichte van de 10-Double Stochastics, de Mid Cycle Low het beste aan. |
Double-up certificaten | Dit zijn certificaten op aandelen met een looptijd van 1 jaar. Zij worden uitgegeven op aan de beurs genoteerde aandelen. Bij stijging van de waarde van het onderliggende aandeel tot de einddatum wordt 200% van deze stijging bij expiratie uitgekeerd met een maximum, het “double-up niveau”. Bij een daling wordt het aandeel geleverd. Er wordt geen dividend uitgekeerd. |
Dow Jones Industrials Index | Een gemiddelde van de 30 meest verhandelde en grootste (industriële en financiële) aandelen van de beurs in New York en op de Nasdaq. |
Dow Jones Stoxx 600 | Index van de 600 grootste Europese beursfondsen. |
Dow Jones Stoxx Enlarged Selected Dividend | Een index die de performance meet van fondsen uit de nieuwe EU landen die het hoogste dividend uitkeren vergeleken met andere fondsen uit hun regio. |
Dow Theorie | In 1897 heeft Charles Dow twee indices geconstrueerd. De Dow Jones Industrial Average bestond uit 12 aandelen, de Dow Jones Transportation Index bestond uit twintig aandelen. De Dow theorie is af te leiden uit een serie artikelen die Charles Dow heeft gepubliceerd in de Wallstreet Journal in de jaren 1900 en 1902. De theorie stelt in de kern dat de beide indices elkaar moeten bevestigen. Doen zij dat niet dan zal een van beiden de ander vroeg of laat toch gaan volgen. De uitgangspunten van de Dow theorie zijn: 1. alle informatie is verwerkt in de prijs; 2. de markt kent drie soorten trends: primair, secundair en tertiair; 3. de belangrijke trends kennen drie fasen; 4. de indices moeten elkaar bevestigen; 5. het volume moet de trend bevestigen; 6. een trend blijft bestaan totdat het tegendeel bewezen is. |
Dow/Gold Ratio | De koers van de DJIA gedeeld door de prijs van een troy ounce Goud. Men meent hierin een nauwe correlatie te zien met goede economische performance (de ratio piekt dan) en tijden van economische stagnatie, recessie en depressie. In augustus 2012 was de waarde van de ratio zodanig, volgens bepaalde commentatoren, dat deze wees op een economische malaise voor langere tijd en een terugval van de beurs met 75%. |
Downside Tasuki Gap | Een candlestick patroon waarbij in een downtrend een zwart lichaam een nieuwe Low zet nadat een gap met de voorgaande zwarte candlestick gemaakt is. Dit kleine lichaam wordt daarna gevolgd door een wit lichaam van circa dezelfde grootte dat opent ongeveer in het midden van het voorgaande zwarte lichaam. Dit is een bearish continuation patroon. Tasuki gaps komen niet vaak voor. |
Downside-bà¨ta | De Bà¨ta gemeten in een dalende Markt. Er wordt aangenomen, dat deze een betere verklaring van toekomstige aandelenrendementen geeft dan de normale Bà¨ta. |
Downstep Patroon | Een Candle Patroon van Sylvain Vervoort. Het is een zwarte candle na of op een Pivot, die opent binnen of op de High van de voorgaande candle en die sluit onder de Low daarvan. De voorgaande candle kan wit of zwart zijn. |
DPL | Defended Price Lines van Melvin A. Dickover. Het is een system waarbij prijs- en volumedata de steun- en weerstandniveaus bepalen. Een RVI van tenminste 2 standaarddeviaties en een hoge FOM ten opzichte van zijn voorganger geven de zone aan waarin de DPL gezocht dient te worden. |
Dr. Copper | Men duidt hiermede de koperprijs aan. Reeds lang wordt de koperprijs gebruikt als een indicator voor de economische groei, omdat koper sterk verbonden is met de bouwsector. |
Drag Along | of Meesleepregeling. Hiervan is sprake in het geval dat een meerderheidsaandeelhouder in een joint-venture zijn belang wil verkopen aan derden en wanneer de minderheidsaandeelhouders dan verplicht zijn hun aandeel eveneens aan deze derden aan te bieden tegen dezelfde prijs. |
Draghi Put | De uitspraak van de President van de ECB (2012), dat hij er alles aan zal doen om de Euro te redden. |
Dragon Fly Doji | Bij deze kandelaar vallen de open, de high en de close ongeveer samen. De low creëert een lange schaduw aan de onderkant. Na een langdurige downtrend kan hij een draai in de markt aankondigen. Na een langdurige uptrend kan de lange schaduw het potentieel voor een downswing aangeven. Thomas N. Bulkowski zet dit patroon op de vierde plaats van de acht meest betrouwbare candlestickpatronen. |
Draw Down | Het maximale verlies dat een constructie, een portefeuille of in algemeen een investering laat zien, of heeft laten zien. |
Drie % Regel | Een koers wordt geacht uitgebroken te zijn als de slotkoers op een afstand komt van 3% van het uitbraakniveau. Zie ook Two Day rule. |
Driedubbele Bodem | Drie op elkaar volgende dieptepunten in de koersontwikkeling die min of meer op gelijk niveau liggen. Vaak betreft het een trendomkeer. |
Driehoeken | Koerspatronen in de vorm van een driehoek. Zij hebben een grote voorspellende waarde. |
Driepoot Optie Strategie | Het is een combinatie van een short Strangle en een gekochte Call en Put. Door de hoge Leverage is het een constructie met hoog risico. |
Drive-By-Market | Men heeft het in dit geval over een markt waarin beleggers geen gebruik maken van analyses of systemen, maar enkel en alleen maar reageren op het nieuws van de dag. |
Drop Lock Stock | Een Engelse term voor een obligatie waarvan de rente periodiek wordt aangepast aan de marktrente, maar die vast wordt zodra een van tevoren vastgesteld minimum is bereikt. |
Drummand Geometry | Een analysetechniek ontwikkeld door Charles Drummond. Hij maakt gebruik van PLdot lijnen en van tijdvensters. Bijvoorbeeld als de dagchart een koopsignaal geeft met behulp van de PLdot lijn, wacht hij een uurchart af die dit moet bevestigen, daarna wacht hij op de trigger die gegeven moet worden door de 5-minutenchart. Ter berekening van de PLdot neemt hij drie dagen voor de dagchart en 2 dagen voor de andere charts. |
Drunkard's Walk | of Random Walk. Een theorie die stelt dat prijzen van aandelen onvoorspelbaar zijn, geen relatie hebben tot voorgaande prijzen en enkel en alleen maar een reactie zijn op de verhouding tussen vraag en aanbod. |
DSCR | Debt Service Coverage Ratio. Een ratio die vooral in de zorgsector wordt gebruikt om de banken een inzicht te geven in de betalingscapaciteit ten opzichte van de financiële verplichtingen. |
DSL | Dutch State Loan. Kapitaalmarkt obligatie(s) van de Nederlandse Staat. |
DSM 20 | De Index van de beurs in Qatar. |
DTC | Days to Cover. Het aantal dagen dat nodig is om de totale uitstaande short positie in een aandeel op te ruimen. Men maakt hierbij gebruik van een gemiddelde omzet per dag. |
DTM | Deep-in-the-Money. De situatie waarin de prijs van een optie ver boven (in het geval van een Call) of ver onder (in het geval van een Put) de uitoefenprijs ligt. |
Dual Cashflow Technique | Een analysetechniek waarbij de operationele activiteiten van een bedrijf en de investeringsactiviteiten ieder afzonderlijk bestudeerd worden. De cashflow valt daarbij uiteen in cashflow uit operationele, financiële en investeringsactiviteiten. |
Dual Currency Deposit | Een stallingsrekening waarop men liquiditeiten kan storten die men wil omzetten in een andere currency/valutaeenheid. Men krijgt het bedrag al of niet uitgekeerd in de gewenste currency afhankelijk van de koers die bij expiratie bereikt is. |
Dual Purpose Fund | Een beleggingsfonds met tweedelige kapitalisatie. Een voorbeeld is de situatie dat de kapitalisatie bestaat uit gewone aandelen en obligaties of preferente aandelen. De aandelen profiteren dan vooral van de vermogensgroei en de obligaties en preferente aandelen van de jaarlijkse inkomsten van het fonds. |
Dubbele Bodem | Twee op elkaar volgende dieptepunten in de koersontwikkeling die min of meer op gelijk niveau liggen. Vaak betreft het een trendomkeer. |
Dubieuze Debiteuren | Schuldenaren die waarschijnlijk niet of onvolledig aan hun verplichtingen kunnen voldoen. |
Duck | Verschillende indicatoren wijzen allemaal op het zelfde moment op delfde plaats in dezelfde richting. Het komt nog al eens voor dat men te laat is met het ondernemen van actie, doordat men blijft wachten op teveel “Ducks”. |
Duck List | Verschillende indicatoren wijzen allemaal op het zelfde moment op delfde plaats in dezelfde richting. Het komt nog al eens voor dat men te laat is met het ondernemen van actie, doordat men blijft wachten op teveel “Ducks”. |
Dumpling Top | Dit candlestick patroon is vergelijkbaar met de Westerse Rounding Top. Het zijn een aantal candles na elkaar waarvan de toppen in het begin van het patroon langzaam stijgen en daarna langzaam dalen. Het einde van dit patroon wordt gekenmerkt door een gap naar beneden. |
Dun-door-de-broek Index | Een contraire indicator, die uitgaat van het principe dat de markt het beleggersentiment volgt op een afstand van 6 maanden. |
Duration | Looptijdmaatstaf voor obligaties/effecten waarbij rekening wordt gehouden met de toekomstige kasstromen. Het getal wordt vooral berekend om daarmede een modified duration van een obligatie te kunnen bepalen. |
Durfkapitaal | of Venture Capital. Kapitaal dat verschaft wordt aan ondernemingen die pas zijn begonnen en die de potentie hebben een snelle groei door te maken. Het valt onder de noemer hoog risico. |
Dutch Auction | Een biedingproces waarbij de beleggers hun effecten kunnen aanbieden voor een prijs binnen een vooraf vastgestelde range. Vervolgens wordt vastgesteld wat de hoogste prijs is waartegen alle aangeboden effecten kunnen worden verkocht. Dit wordt de verkoopprijs. In de oorspronkelijke betekenis begint de veilingmeester met een hoge prijs die telkens verlaagd wordt tot een bieder is gevonden. Zie ook Tender systeem. |
Dutch Discount | Het is een term die uit de jaren tachtig stamt. Nederlandse bedrijven werden in die tijd op de beurs relatief laag gewaardeerd. Men schrijft dit toe aan de vele beschermingsconstructies die toen in gebruik waren. |
DVA | Debt Valuation Adjustment. Boekhoudkundige regels in Amerika maken het mogelijk schuld tegen een lagere (beurs)waarde te waarderen. |
DVD | Standaard Dienst Verlenings Document. Een document van de AFM ten behoeve van consumenten, die zich willen oriënteren op financieel advies bijvoorbeeld ten behoeve van een hypoheek of een programma voor pensioen opbouw. Alle financiële adviseurs in Nederland moeten een DienstVerleningsDocument aan klanten kunnen voorleggen. |
DWT | Deadweight. Het laadvermogen van een schip. |
Dynamic Pivot | De Dynamic Pivot meet de High en de Low van een periode. Daarna zet men Retracement Levels uit op 25, 50 en 75% van de Dynamic Pivot Points. Men neemt ook wel andere afstanden zoals Fibonacci Retrracement Levels. Men gaat long en blijft daarna long als de koers boven de 75% ligt en men gaat short en blijft short als de koers beneden 25% ligt. |
Dynamic Reward/Risk | DRR. Giorgos Siligardos ontwikkelde een formule waarbij de Reward/Risk Ratio (RRR) automatisch wordt herrekend naarmate de koers verandert. Hij slaagt er daarmede in om een barrier stop te ontwikkelen die rekening houdt met de te bereiken doelstelling. Voor een longpositie geldt dan dat de trailingstop altijd groter is dan de barrierstop en kleiner voor een shortpositie. Formule: SB = P – (T – P) / minDRR waarbij SB = Barrier Stop; P = de actuele koers; T = de doelstelling; MinDRR = de constante RRR welk van tevoren is vastgesteld. |
Dynamic RSI | ook wel genoemd Dynamic Momentum Index (DMI) Deze heeft een variabele lengte. Tushar Chande slaagde erin de RSI dynamisch te maken door hem te indexeren met de Market Volatility. Hij gebruikt een 10-daags voortschrijdend gemiddelde van een vijf- daagse standaarddeviatie van de slotkoersen. Er wordt ook wel gebruik gemaakt van de Bollinger Bands en dan bij voorkeur een 14-daagse RSI met een Standaarddeviatie van 1. |
Dynamic Sentiment Model | van Ned Davis Research. Een Timing Model dat luidt als volgt: R = Wekelijkse aantal bulls gedeeld door bulls plus bears; Y = Het gemiddelde van de opbrengst op de 3 jaars- en de 5 jaars-Treasury note. Als het resultaat lager uitkomt dan dat van 29 weken geleden is de zogenaamde monetary filter bullish, als het resultaat hoger uitkomt is de monetary filter bearish; Als de laatste 4% swing in de Value Line Geometric Index omhoog gericht is, is de prijsfilter bullish, als de laatste 4% swing omlaag gericht is, is de prijsfilter bearish; Koop als de prijsfilter en de monetary filter bullish zijn en R 52 (let niet op de prijsfilter). |
E
E-Mini | Electronisch verhandelde contracten die een fractie inhouden van een S&P500 contract. Zij worden verhandeld op de CME. Op dezelfde beurs vindt men ook E-Mini’s op de Nasdaq 100 en op de Russell 2000. Op de CBOE vindt men E-Mini’s op de DJIA. |
Early Entry | Een sterke prijsbeweging in een bepaalde richting binnen 15 minuten na de opening. |
Earnings Momentum | Registreert per kwartaal de acceleratie/deceleratie in de winstverwachting per aandeel van de afzonderlijke bedrijven. |
Earnings per Share | EPS. Winst per aandeel. |
Earnings Surprise | Aandelen die voor wat betreft hun winst verrassen in positieve dan wel negatieve zin. Het is statistisch aangetoond dat Waarde-aandelen in het algemeen beter reageren op positieve Earnings Surprises dan Groei aandelen en omgekeerd. In Hedging strategieën wordt hier wel gebruik van gemaakt. |
Earnings Yield | De inverse koers-winstverhouding. Dit is dus het rendement op de investering in termen van de verwachte winst van de betreffende onderneming, wanneer tegen de geldende aandelenprijs gekocht wordt. |
Earnings-Bond Yield Ratio | Een waarderingsmaatstaf van de Belgische Bank KBC voor de relatieve aantrekkelijkheid van huizenprijzen. In tegenstelling tot de gebruikelijke maatstaven die de huizenprijzen relateren aan het inkomen of de huren, gebruikt deze formule een ratio tussen de inverse van de prijs ten opzichte van de huurprijsratio en de lange termijn rente. |
Earnings-to-Price Ratio | Het omgekeeerde van de Price-to-Earningsratio. |
Ease of Movement Indicator | Deze indicator van Edward Quinn meet de ratio Volume/Prijs. Grote prijsbewegingen onder laag Volume geven een hoge Ease of Movement. De indicator ligt dan boven 0. Lage negatieve waarden van de indicator wijzen op gemakkelijke prijsdalingen onder laag volume. |
EB Indicator | Twee Voortschrijdende Gemiddeldes die elkaar moeten kruisen. Gewoonlijk gebruikt men een 10-daags en een 26-daags MA. Kruisingen geven de signalen. |
EBA | European Banking Authority. In 2010 heeft het Europese Parlement tezamen met de Europese Commissie deze toezichthouder op de banken in de EEG opgericht. EBA staat ook voor European Banking Association. In 1985 hebben een aantal commerciële banken en de EIB een samenwerkingsverband opgericht om het betalingsverkeer binnen Euroland te faciliteren. |
EBF | Europese Banken Federatie. |
EBIT | Earnings Before Interest and Taxes. Zie ook bedrijfsresultaat. |
EBITDA | Earnings Before Interest and Taxes Depreciation and Amortization. |
EBRD | European Bank for Reconstruction and Development. Dit instituut werd opgericht in 1991 om democratieën en economieën te helpen opbouwen (oorspronkelijk in de voormalige communistische landen) door middel van financiering van private sectoren. De bank is gevestigd in Londen en 61 landen zijn aandeelhouder. Investeringen door de bank geschieden voornamelijk in private bedrijven tezamen met commerciële partners. |
ECN | Electronic Communications Network. Een onafhankelijk uitvoering-systeem in de VS opgezet door brokers teneinde nieuwe gelimiteerde orders te matchen met vergelijkbare orders die al in het systeem zijn opgenomen. |
Ecofin | Raad van Europese Ministers van Financiën. |
ECRI Index | Een Index van het Economic Cycle Research Institute in de VS die waarschuwt voor recessies. Hij bestaat uit deelindicatoren zoals voorraadopbouw, uurloon, aantal gewerkte uren of nieuwe orders, maar het instituut weigert mededeling te doen over de exacte samenstelling. De index verschijnt wekelijks. De absolute omvang is minder van belang. Men zoekt in eerste instantie naar divergentie met de aandelenkoersen. Ecri publiceert ook een visie op de internationale markten. |
Eenhoorns | Startups die meer dan $1 mrd waard zijn. |
Eensgevend Geld | Een notering in valuta (bijvoorbeeld euro) dit in tegenstelling tot een notering in procenten. |
Eerste Date Indicator | Match.com is van mening dat zij in slechte economische tijden veel meer Eerste Dates zien. Daardoor is het aantal Eerste Dates voor hen een indicatie van de economische gang van zaken. |
EEU | Euraziatische Economische Unie. Op dit moment betreft het Rusland, Kazachstan, Armenië en Wit-Rusland. |
Effectenbank | Iemand die voor rekening van derden of voor zichzelf handelt in effecten. |
Effectenkredietinstelling | EKI. Een bedrijf dat in hoofdzaak bemiddelt bij de handel in effecten op de beurs. Het beheert ook effecten- en geldrekeningen. |
Effectief rendement | De berekening van het rendement op obligaties waarbij rekening wordt gehouden met de terugbetalingprijs en de looptijd van de obligatie. De berekeningsformule luidt: V = C/(1+R1) +C/{(1+R1)*(1+R2)}+…+ (C+P)/{(1+R1) *(1+R2) *”¦*(1+Rn)} waarbij V = marktprijs/aankoopprijs; C = couponopbrengst; P = hoofdsom; n = aantal jaren; R(..) = effectief rendement. |
Effectief Volume | EV van Pascal Willain. Teneinde de tekortkomingen van de Acumulation-Ditstribution Line op te vangen introceert hij een aangepaste formule: EVn = EVn-1+[{(closen-closen-1) ± PI} / (THn-TLn+PI)] * volume, als closen niet gelijk is aan closen-1 en anders EVn = EVn-1 als closen = closen-1 waarbij THn = True High; TLn = True Low; PI = Prijs Interval (=0,01, althans meestal). |
Efficacy Ratio | Een handelssysteem dat automatisch het gebruikte Voortschrijdend Gemiddelde en de Standaarddeviatie aanpast aan de actuele marktomstandigheden. In een trending markt, als de langere termijn prijzen minder beweeglijk zijn dan de kortere termijn prijzen, zal een korter Voortschrijdend Gemiddelde gebruikt worden en een lagere parameter voor de Standaarddeviatie. Hij bereikt hiermede dat er sneller wordt ingestapt. Het omgekeerde is het geval wanneer de beweeglijkheid van de kortere termijn prijzen minder is dan die van de langere`termijn prijzen (men spreekt dan van een ranging markt). |
Efficiency Ratio | ER van Perry Kaufman. De ER geeft aan hoe efficiënt een fonds daalt of stijgt. Men krijgt hierdoor een idee over de beweeglijkheid van de koers. De ER wordt berekend door het absolute verschil te nemen tussen de koers van vandaag en die van een jaar geleden en dit te delen door de som van de absolute verschillen van de koersen van de opeenvolgende dagen van dit jaar. |
Efficient Market Theory | Alle bekende informatie is verdisconteerd in de markt en wordt gereflecteerd door de marktprijzen omdat de participanten in de markt handelen op basis van de bekende informatie. |
EFS | Exchanges of Futures for Swaps. Derivatenconstructie waarbij partijen buiten de beurs om een swap overeenkomen om risico’s af te dekken. |
EFSF | European Financial Stability Facility. De Europese leenfaciliteit, ook wel het noodfonds genoemd. Leningen uitgegeven door dit fonds worden gegarandeerd door leden van Euroland in verhouding tot hun aandeel in de ECB. Het fonds is opgevolgd door het ESM. |
EFSM | European Financial Stability Mechanism. Een fonds van de Europese Commissie, dat, met als onderpand het EU budget, kredietfaciliteiten kan creëren ter ondersteuning van Europese landen die niet behoren tot Euroland en die in financiële nood verkeren. |
Egan-Jones | Een kredietbeoordelaar uit de Verenigde Staten. |
EGX | Egyptian Stock Exchange. |
EIB | Europese Investerings Bank. |
Eigen Vermogen | Het gestort kapitaal + alle reserves + ingehouden winst (zie ook boekwaarde). |
Eight or Ten New Lows | Na acht of tien steeds lagere bodems zal de selling pressure afnemen. Zodra er dan een bullish candlestick verschijnt is koop aangewezen. |
Eight or Ten New Records | Na acht of tien steeds hogere toppen zal de buying pressure afnemen. Zodra er dan een bearish candlestick verschijnt is verkoop aangewezen. |
Eight Year Presidential Cycle | Adam White analyseerde de Presidential Election Cycle, die 4 jaar omvat en kwam tot de conclusie dat het statistisch gezien waarde heeft om tegelijkertijd een acht jaars cyclus in de studie te betrekken, omdat het tweede viertal gematigder blijkt te zijn dan het eerste en omdat het zesde jaar zich als zwak manifesteert. |
Eiland Reversal | Zie Island Reversal. |
Eindemaandseffect | Larry Connors en Kevin Hagerty onderzochten de meest profijtelijke dagen van de maand op de Amerikaanse beurzen en kwamen tot de conclusie dat de 24e, de 25ste en de 26ste dag van de maand het meest winstgevend waren. Ook van de eerste dag van de maand bleek de winst duidelijk boven het gemiddelde te liggen. Zij nemen aan dat dit fenomeen verklaard kan worden uit de instroom van geld op het einde van de maand van mensen die dan hun salaris ontvangen hebben. |
EIOPA | European Insurance and Occupational Pensions Authority. De toezichthouder in Europa op verzekeraars en pensioenfondsen. |
ELA | Emergency Liquidity Assistance. Een noodkrediet dat een centrale bank ter beschikking kan stellen aan een bank-in-moeilijkheden (als er tenminste nog een kans op overleven bestaat). De faciliteit kan ook door de ECB beschikbaar gesteld worden aan landen, maar dan moeten de bij de ECB aangesloten landen daar wel toestemming voor geven. DNB verstrekte een dergelijk krediet aan de DSB bank. Toentertijd eiste DNB, dat de DSB bank onder curatele gesteld zou worden welke eis door de rechtank pas in tweede instantie werd toegewezen. |
Elasticiteit | De mate waarin de koers van de call (warrant) verandert bij een verandering van 1% van de koers van de onderliggende waarde. Elasticiteit wordt ook wel gearing of omega genoemd. Formule: Elasticiteit = hefboom * delta. |
Elasticity Index | of Disparity Index van Dan Valcu. Deze indicator meet de afstand van de koers tot een (Exponentieel) Voortschrijdend Gemiddelde over een bepaalde periode. Het overschrijden van de Nullijn is een vroeg signaal van het inzetten van een trend en extreme waarden van deze indicator duiden op een omslag in de markt.Wat een Extreme waarde is dient per fonds vastgesteld te worden. Formule: Disparity Index (%) = 100*(Cl-MA)/Cl waarbij Cl = Close; MA = Voortschrijdend Gemiddelde. |
Elliott Wave | Theorie ten aanzien van het marktgedrag ontwikkeld door R.N. Elliott. De uitgangspunten van deze theorie zijn: 1. Patronen, ratio en tijd in volgorde van belangrijkheid; 2. Patronen refereren aan de golfpatronen (Waves) die een belangrijk deel van de theorie uitmaken; 3. Ratio analyse is van belang bij countertrend bewegingen en bij het bepalen van koersdoelen; 4. De factor tijd wordt gebruikt om de golfpatronen en koersdoelen te bevestigen. Concepten die van belang zijn bij deze theorie: a. Actie wordt gevolgd door reactie; b. Er zijn 5 golven in de richting van de hoofdtrend, afgewisseld met 3 correctiegolven; c. Een 5-3 beweging completeert een cyclus en wordt daarna onderdeel van de naast hogere 5-3 cyclus; d. Het 5-3 patroon blijft constant aanwezig, alleen het tijdselement kan verschillen; e. Koersdoelen worden bepaald door de afstand te meten tussen de verschillende bewegingen. |
ELSA | Een marktneutrale index van UBS. Men selecteert uit een universum van 3000 aandelen met behulp van het Earnings Momentum 50 aandelen met de beste en 50 aandelen met de slechtste vooruitzichten. De index neemt een longpositie in de 50 beste en een shortpositie in de 50 slechtste aandelen. |
ELTIF | European Long Term Investment Funds. Fondsen die langlopende leningen aan het mdden-en kleinbedrijf verstrekken. Het initiatief ontstond omdat de Europese Commissie van mening is dat de banken hun buffers moeten vergroten hetgeen ten koste zal gaan van hun uitleencapaciteit. |
Embedded Optie | De houder van een financieel instrument kan zijn investering volgens vooraf vastgestelde voorwaarden omzetten in een vooraf vastgesteld aantal aandelen. Dit recht is de Embedded Optie. |
Emergency Liquidity Assistance | ELA. Een noodkrediet dat een centrale bank ter beschikking kan stellen aan een bank-in-moeilijkheden (als er tenminste nog een kans op overleven bestaat). De faciliteit kan ook door de ECB beschikbaar gesteld worden aan landen, maar dan moeten de bij de ECB aangesloten landen daar wel toestemming voor geven. DNB verstrekte een dergelijk krediet aan de DSB bank. Toentertijd eiste DNB, dat de DSB bank onder curatele gesteld zou worden welke eis door de rechtank pas in tweede instantie werd toegewezen. |
Emerging Markets | Groeilanden die bezig zijn zich op snelle wijze te ontwikkelen tot moderne industriestaten. |
EMH | Efficiënte Markthypothese. Deze theorie gaat uit van de gedachte dat financiële markten alle beschikbare informatie volledig, juist en direct in prijzen incorporeren. |
EmiNY | Elektronisch verhandelde contracten die de helft in waarde zijn van de oorspronkelijke contracten en die verhandeld worden op de NYMEX. De eerste geïntroduceerde EmiNY’s betroffen futures op aardgas en op sweet crude oil. |
EMIR | European Market Infrastructures Regulation. Een regulering van de Europese Commissie, die de stabiliteit van de OTC markt voor derivaten tracht te verbeteren. Deze regels zijn van toepassing op iedere tegenpartij in een zogeheten derivatentransactie en het betreft zowel financiële als niet-financiële instellingen. Er is onder anderen voorzien in een rapportagesysteem voor derivaten, een verplichte clearing, een verminderd kredietrisico voor de tegenpartij, een verminderd operationeel risico en algemene regels voor CCP’s en regels voor de onderlinge handel tussen CCP’s. |
Emissie | De uitgifte van een effect. |
Employee Stock Ownership Plan | ESOP. Een plan waaronder werknemers aandelen in het bedrijf kunnen verkrijgen. Vaak wordt daarvoor een trust opgezet teneinde bepaalde belastingvoordelen te kunnen genieten. |
EMREUX | Equity Market Related Economic Uncertainty indeX. Ten behoeve van deze index worden maandelijks meer dan 4300 nieuwsbronnen gescand op specifieke woorden om onzekerheden op te sporen inzake de economie. De index wordt gezien als een voorspeller van het beursgebeuren. |
EMU | Europese Monetaire Unie. |
End Point | EP. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Iedere Swing heeft 3 belangrijke punten. Het begin (BP), het einde (EP) en het midden, de 50% punt (TP). |
Ending Diagonal Triangle | EDT. Een begrip uit de Elliott Wave theorie. Het is een min of meer gelijkzijdige driehoek die vooral voorkomt in wave 5, meestal als de voorafgaande beweging te snel is verlopen. Vaak komt deze diagonale driehoek voor in grotere impuls waves maar soms komt men deze driehoek ook tegen in een C-golf van een A-B-C correctiegolf. Hij duidt op uitputting en het patroon wordt doorgaans verlaten aan de tegenovergestelde kant van de richting van de driehoek. |
Ending Diagonals | Een koerspatroon dat getekend kan worden als de uptrend of de downtrend langzaam zwakker wordt. Het is een driehoek met dien verstande dat beide raaklijnen omhoog of omlaag lopen. |
Engulfing Pattern | Een candlestick waarvan het lichaam het voorgaande lichaam omsluit. |
Enternext | Een pan-Europees initiatief van Euronext voor een handelsplatform voor bedrijven met een marktkapitalisatie van minder dan 1 mrd. Men wil hiermede de toegang tot de kapitaalmarkt gemakkelijker maken voor middelgrote en kleinere bedrijven. Ieder Euronextland krijgt zijn hun eigen versie van dit platform. |
Entropic Analysis | See Brownian Motion. |
Enveloppe | Ook wel genoemd Trading Bands. Lijnen rondom de bars op de chart van een aandeel, een index of andere waarde. |
EOD Systems | End of Day systemen. |
Eonia | Euro Overnight Index Average. Eendaags interbancair rentetarief voor Euroland. Het wordt vastgesteld aan de hand van de tarieven waartegen 57 Europese banken elkaar ongedekte leningen verstrekken met een looptijd van één dag. |
EPS | Earnings per Share. Winst per aandeel. |
Equity Curve | De grafiek waarin men het verloop van de waarde van de portefeuille toont. Zie ook Moneyline. |
Equity Discount Certificate | Een depositorekening die na expiratie al of niet uitkeert in certificaten AEX Index, afhankelijk van de stand van de AEX Index ten opzichte van een vooraf vastgesteld koersniveau, dan wel in contanten. |
Equity Interest Rate | Het is de opbrengst van een investering. Deze opbrengst kan gesplitst worden in de Risk-Free Interest Rate en de Equity Risk Premium of Rente-Opslag. |
Equity Lab | Een commerciële organisatie, die toegang geeft tot gedetailleerde en vaak unieke informatie over 6000 aandelen die verhandeld woren op beurzen in de Verenigde Staten. |
Equity Market Related Economic Uncertainty Index | EMREUX. Ten behoeve van deze index worden maandelijks meer dan 4300 nieuwsbronnen gescand op specifieke woorden om onzekerheden op te sporen inzake de economie. De index wordt gezien als een voorspeller van het beursgebeuren. |
Equity Risk Premium | Rente-Opslag. Het verschil tussen de Risk-Free Interest Rate en het actuele risicopercentage van een bepaalde portefeuille. |
Equity Tranche | CDO die alleen aandelen als onderpand heeft. Zie ook Mezzanine tranche en Senior Bonds. |
Equivolume Chart | Ontworpen door Richard Arms. Bij deze charttechniek staat de prijs-range op de verticale as en op de horizontale as vindt men het volume. |
Ergodic Oscillator | van William Blau. Het betreft hier de toevoeging van een Signal Line aan de True Strength Index in de vorm van een vijfdaags Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde. |
Ermanometrics | Zich baserend op het werk van William T. Erman, gaat men ervan uit dat marktbewegingen gehoorzamen aan natuurlijke wetten en derhalve aantoonbaar zijn. Men zoekt naar de geometrische verbanden tussen de koersen in de tijd gezien. Deze verbanden worden gedetecteerd met behulp van de Golden Rule en veelvouden daarvan en met behulp van mathematische constanten en ratio’s. Zie ook Fibonacci, Delta Phenomenon, Spiral Calender, Lucas Timeseries. |
ERP | Expected Risk Premium. Deze is gelijk aan het huidige dividendrendement plus de verwachte jaarlijkse groeivoet van het dividend minus de lopende kapitaalmarktrente. Een resultaat boven 4 duidt op een hoge risicopremie en vice versa. |
Escrow | De fiduciaire bewaring van een geldsom of een ander object op grond van een overeenkomst tussen belanghebbenden. |
ESG Factor | Environment Social Governance Factor Een maatstaf om de duurzaamheid van een onderneming of belegging vast te stellen. |
ESM | European Stability Mechanism. Het permanente Europese noodfonds dat eind 2012 is opgericht als opvolger voor het EFSF. Europese landen kunnen hieruit financiering krijgen, wanneer zij niet langer zelf de eigen staatsschuld op de kapitaalmarkten kunnen financieren. |
ESMA | European Securities and Market Authority. Het Europese samenwerkingsverband van effectentoezichthouders. |
ESRB | European Systemic Risk Board. Het is de toezichthouder op het financiële systeem binnen de Europese Unie, op het functioneren daarvan en op het herkennen van risico’s die dit bedreigen. De president van de ECB is voorzitter van de Board welke gevestigd is in Frankfurt. Voorzitters van de landelijke centrale banken en van de financiële toezichthouders zijn lid. |
ETC | Exchange Traded Commodity. Een variant op de ETF, maar in dit geval vormen commodities zoals nucleaire energie, water, staal of steenkool de onderliggende waarde. |
ETF op Cash-Basis | Een ETF op Cash-Basis koopt in principe alle effecten in de onderliggende index. Soms wordt daarop een uitzondering gemaakt als bijvoorbeeld een deel van het aantal aandelen representatief blijkt voor de index en/of als de index gebaseerd is op een zeer groot aantal aandelen. |
ETF op Swap-Basis | Bij een ETF op Swap-Basis houdt de ETF een mandje met waarden aan die door de swaptegenpartij worden voorgeschreven ter zekerheid van de Swap. De ETF ruilt de opbrengst van dit mandje tegen de performance van de afgesproken index, die daarmee in feite wordt geschaduwd. Men koopt als men belegt in dit type ETF dus performance en geen aandelen. Het mandje dat de ETF koopt kan eigenlijk uit alles bestaan bijvoorbeeld ook uit Commodities. Door het houden van derivaten kan men hiermede de (hoge) kosten ontwijken die in sommige landen op aandelentransacties rusten en ook kan men op deze wijze de aan/verkoopspreads ontgaan. UCITS III maakte de introductie in Europa van ETF’s op Swap-Basis aantrekkelijk. Het Duitse bedrijf IINDEXCHANGE introduceerde de eerste (18) ETF’s op Swap-Basis. |
ETGT | Effectentypisch gedragstoezicht in Nederland uitgevoerd door de AFM. |
Ethereum | Virtuele munteenheid. |
ETN | Exchange Traded Notes. Een aandeel dat aspecten van obligaties en ETF’s bevat. De onderliggende waarden zijn indexen zoals bijvoor-beeld de VIX. Maar de credit-rating van de uitgever is een mede bepalende factor voor de koers van de ETN. ETN’s worden verhandeld op grote beurzen zoals de New York Stock Exchange. |
ETP | Exchange Traded Product. Het zijn financiële vehikels die ontworpen zijn om bepaalde onderliggende waarden na te bootsen. Zie onder anderen ETF, ETN, Tracker. |
Eurex | Electronische beurs van Zurich en Frankfort waarop futures op onder andere de DAX, de Bund en de SMI verhandeld worden. |
Euro Bills | Een benaming voor kortlopende obligaties uit te geven door een instantie op Europees niveau en luidende in €. |
Euro Obligatie | Ook wel ten onrechte Eurobond genoemd. Het is een benaming voor langlopende obligaties uit te geven door een instantie op Europees niveau. Deze hoeft niet persé in € gedenomineerd te zijn. |
Euro-Bund Future | Termijncontract op Duitse staatsleningen welke verhandeld worden op de beurzen van Frankfurt en Londen. |
Euro-Obligatiemarkt | Een markt waarop obligaties worden uitgegeven en verhandeld en welke wordt geregeld door de AIBD. |
Euro30 Index | Een Europese variant op de Dow Jones Industrial Index, waarin de 30 grootste bedrijven uit de Eurozone worden opgenomen, die geselecteerd worden op marktkapitalisatie. Bij de start wordt de waarde van de Index gesteld op 18.000 en ieder van de 30 geselecteerde aandelen krijgt hierin een belang van 3,33. |
Eurobonds | Obligaties die worden uitgegeven op de Euro-Obligatiemarkt. Zij vallen daarmede niet onder de jurisdictie van een bepaald (niet-Euro)land. |
Eurocalyps | De ineenstorting van de Euro. |
Euroclear | Een effectenbewaarbedrijf met vestigingen in vele landen van Europa. |
Euroclear Nederland | De centrale Custodian (CSD) voor Nederland. |
Eurodollars | Dollars die buiten Amerika worden aangehouden bij internationale banken door niet-Amerikanen. |
Euroflatie | Een begrip van de SNS Bank. Hiermede wordt de inflatie in Euroland aangeduid. |
Eurogeddon | Men doelt hiermede op het uiteenvallen van de Euro. |
Euroland | Omvat de landen die overgegaan zijn op de Euro. |
Euronext | De gezamenlijke beurs van Amsterdam, Brussel, Lissabon en Parijs. |
European Bank for Reconstruction and Development | EBRD. Dit instituut werd opgericht in 1991 om democratieën en economieën te helpen opbouwen (oorspronkelijk in de voormalige communistische landen) door middel van financiering van private sectoren. De bank is gevestigd in Londen en 61 landen zijn aandeelhouder. Investeringen door de bank geschieden voornamelijk in private bedrijven tezamen met commerciële partners.. |
European Long Term Investment Funds | ELTIF. Fondsen die langlopende leningen aan het mdden-en kleinbedrijf verstrekken. Het initiatief ontstond omdat de Europese Commissie van mening is dat de banken hun buffers moeten vergroten hetgeen ten koste zal gaan van hun uitleencapaciteit. |
European Market Infrastructure Regulation | EMIR. Een regulering van de Europese Commissie, die de stabiliteit van de OTC markt voor derivaten tracht te verbeteren. Deze regels zijn van toepassing op iedere tegenpartij in een zogeheten derivatentransactie en het betreft zowel financiële als niet-financiële instellingen. Er is onder anderen voorzien in een rapportagesysteem voor derivaten, een verplichte clearing, een verminderd kredietrisico voor de tegenpartij, een verminderd operationeel risico en algemene regels voor CCP’s en regels voor de onderlinge handel tussen CCP’s.. |
European Style Optie | Een optie die uitsluitend op de expiratiedag door de houder uitgeoefend kan worden. Zie ook American Style optie. |
EuroStoxx 50 | Een van oorsprong door de Dow Jones Corporation samengestelde index waarin de 50 grootste Europese beursgenoteerde ondernemingen zijn opgenomen. |
Eurotop-100 | Een in Amsterdam berekende kapitalisatie- en omzetgewogen index van 100 belangrijke fondsen voor het merendeel uit landen die geen deel uit maken van Euroland. In Londen worden eveneens derivaten op deze index verhandeld. |
EVA | Economic Value Added. Beoordelingsmethode van bedrijven waarbij onderzocht wordt of op structurele wijze de opbrengsten van het geïnvesteerde vermogen de kosten overtreffen. |
Eve Bottom | Een wijde ronde bodem, ook wel Round Bottom genoemd. Het is een Bullish patroon dat bevestigd wordt als de koers door het voortschrijdend gemiddelde breekt. |
Eve Top | Een wijde ronde top met soms enkele piekjes, dit in tegenstelling tot de Adam top die nauw en puntig is. |
Evening Doji Star | Eenzelfde candlestick patroon als de Evening Star met dien verstande dat de kleine candle een Doji is. En omdat dit een Doji is heeft dit patroon in het algemeen een sterkere impact dan de Evening Star. |
Evening Star | Een patroon van drie op elkaar volgende candlesticks waarbij de eerste een lang wit lichaam heeft. De tweede opent duidelijk hoger dan het slot van de eerste en heeft een klein wit of zwart lichaam en de derde opent lager dan het slot van de voorgaande dag en sluit diep in de eerste (grote witte) kandelaar. Het is een bearish omkeer patroon. |
Event Driven Strategie | Het gebruik maken van plotseling opkomende gebeurtenissen zoals fusieaankondigingen, natuurrampen, dividendverhogingen en der-gelijke. Het zijn vooral Hedgefondsen die in staat zijn hiervan gebruik te maken. |
EVG | Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde. Een gewogen voortschrijdend gemiddelde dat door de geometrische progressie iedere verder teruggelegen prijs van minder belang doet zijn. |
EVpA | Eigen Vermogen per Aandeel. |
EVX | Een Volatiliteitsindex op de Eurocurrency. |
Ex-Dividend | Een noot bij de koers van een aandeel dat erop wijst dat het aandeel geen recht meer heeft op het komende uit te keren dividend. |
Ex-Dividend Gap | Een Gap die ontstaat door een Ex-Dividend Notering. |
Ex-dividend notering | De koers van een aandeel waarop die ochtend dividend is uitgekeerd. De koers noteert dan zonder het dividend. |
Exchange Clearing House | De organisatie die in de gereguleerde Future handel optreedt namens de koper en de verkoper. De bedoeling van deze constructie is dat men zich geen zorgen hoeft te maken over de kredietwaardigheid van de tegenpartij. De financiële verantwoordelijkheid voor de afwikkeling van de transactie wordt overgenomen door deze organisatie. |
Exchange Traded Notes | ETN. Een aandeel dat aspecten van obligaties en ETF’s bevat. De onderliggende waarden zijn indexen zoals bijvoor-beeld de VIX. Maar de credit-rating van de uitgever is een mede bepalende factor voor de koers van de ETN. ETN’s worden verhandeld op grote beurzen zoals de New York Stock Exchange. |
Exchange Traded Product | ETP. Het zijn financiële vehikels die ontworpen zijn om bepaalde onderliggende waarden na te bootsen. Zie onder anderen ETF, ETN, Tracker. |
Exchangeable | Een converteerbare obligatie waarvoor geen nieuwe maar bestaande aandelen worden uitgegeven. Exchangeables worden vaak uitgegeven door investeringsmaatschappijen om hun bestaande aandelenbelangen meer rendabel te maken. |
Exctrinsic Divergence | Dirk Vandycke maakt onderscheid tussen de divergentie binnen dezelfde tijdsframe (intrinsieke divergentie) en de divergentie tussen verschillende tijfdsframes (extrinsieke divergentie). |
Exercise | Het uitoefenen van een optierecht. |
Exit-signaal | Een signaal om een bestaande positie uit de portefeuille te. |
Exoot | Een niet regulier financieel product, zoals bijvoorbeeld een op maat gemaakte Swap, waarvan de complexiteit groot is en de verhandelbaarheid klein. |
Expected Default Frequency | De kans dat een lening niet kan worden terugbetaald. |
Expected Return | Expected return = Risk free Interest Rate + Equity Risk Premium. |
Expected Volatility | Een maatstaf die de verwachtingen uitdrukt ten aanzien van de volatiliteit. Meestal wordt hiervoor uitgegaan van de historische volatiliteit die al dan niet gewogen en/of al dan niet in combinatie met de impliciete volatiliteit, geëxtrapoleerd wordt.. |
Expert Systeem | Een computerprogramma dat data onderzoekt op vooraf gedefinieerde analyse- en beslissingsregels. |
Expertnetwerken | Private ondernemingen die institutionele beleggers in contact brengen met deskundigen uit het bedrijfsleven met het doel om deze beleggers van vitale informatie te voorzien. Zie ook Channelchecks. |
Expiratie datum | Ook wel expiratiedatum genoemd. De datum waarop een bepaalde optie afloopt. |
Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde | Een gewogen voortschrijdend gemiddelde dat door de geometrische progressie iedere verder teruggelegen prijs van minder belang doet zijn. |
Exposure | Blootstelling aan een bepaald risico zoals aan bijvoorbeeld een valuta risico. |
Extreme BandWidth Indicator | van Barbara Star. Deze indicator meet het momentum van de Bollinger BandWidth door er een Rate of Change (8) van te maken. Evenals de BWI van Bollinger is deze indicator non-directional. |
F
F-Score | van Joseph D. Piotrosi. Door het toekennen van een waarde van 1 of 0 aan 9 parameters selecteert Piotroski zijn aandelen. Een 1 wordt toegekend in de hierna volgende gevallen, als geen 1 gegeven kan worden krijgt de betreffende parameter een 0. Onderdelen: 1. ROA > 0; 2. ROA > 0; 3. CFO > 0; 4. Accrual (CFO > ROA) > 0; 5. Margin {(brutowinst)n > (n-1)} > 0; 6. Turnover {(netto-omzet/balanstotaal) n > (n-1)} > 0; 7. Leverage (lange termijn schulden) n – (n-1) < 0; 8. Liquidity (current ratio) n > (n-1); 9. EQ-Offer (uitgifte van nieuwe aandelen) = 0; Fondsen die een totaalscore van 7 of hoger opleveren komen in aanmerking vaar een longpositie. |
Factor Beleggen | Strategisch beleggen op grond van bepaalde “factoren” zoals waarde, lage volatiliteit, momentum, kwaliteit, trend, small cap. De belegger kiest de factoren waaraan hij belang hecht en daarna geeft hij ze een weging. Deze geïntegreerde basis moet het risico beperken. |
Factor Certificaat | Derivaat van Commerzbank met een vooraf vastgestelde hefboom, waarbij elke koersbeweging van de onderliggende waarde wordt gevolgd, maar wel steeds op basis van de dan geldende koers van het derivaat. Dus plus 10% gevolgd door – 10% levert niet 100% maar 99% als nieuwe koers. |
Factor Certificaten | Derivaat van Commerzbank met een vooraf vastgestelde hefboom, waarbij elke koersbeweging van de onderliggende waarde wordt gevolgd, maar wel steeds op basis van de dan geldende koers van het derivaat. Dus plus 10% gevolgd door – 10% levert niet 100% maar 99% als nieuwe koers. |
Factor Investing | Een methode waarbij factoren zoals winstgevendheid, grootte, waardering en momentum bepalend zijn voor de selectie van beleggingsobjecten. ETF’s en ook beleggingsfondsen gaan ervan uit dat deze criteria het mogelijk maken de markt te verslaan, hetgeen met een conventionele aanpak niet zou gelukken. |
Fade | Verkopen op stijgende prijzen of kopen op dalende prijzen. |
Faillissementsfacor | Uit de bedrijfsrisico analyse genaamd de Twente Toets van Jan van Bilderbeek. Het is een waarderinggetal toegekend aan een onderneming die een uitspraak doet over de kans dat en de termijn waarbinnen de betreffende onderneming failliet kan gaan. |
Failure | Wanneer conform de Elliott Wave theorie een impulse wave 5 van een wave 5 er niet in slaagt hoger te komen dan de top van de voorgaande wave 3. Of wanneer wave 5 geen 5 subwaves bevat. |
Failure Swing | Het ontbreken van een confirmatie door een hogere prijs in een stijgende markt of door een lagere prijs in een dalende markt. |
Fair Value | De theoretische waarde van een derivaat. In het geval van opties wordt deze veelal berekend met behulp van het Black & Scholes Model. In het geval van futures geldt: FV = OW*(1+(r-div)) waarbij OW = Onderliggende Waarde; r = rentestand; div = dividend. De Fair Value wordt door Euronext gebruikt om de waarde van een optie vast te tellen als de onderliggende waarde onverwacht ophoudt te bestaan (bijvoorbeeld bij een overname). |
Fair Value S&P500 | Term uit de future handel op de S&P500 Index via Program Trading. Deze waarde wordt iedere ochtend bekend gemaakt in CNBC’s Squawk Box en dient als uitgangspunt om de Program Trading op te zetten. Formule: FV = S*[1+(r-D)] waarbij S =Koers S&P500; r = Rente betaald aan bank of broker; D = Dividend dat betaald zal worden op de aandelen die opge-nomen zijn in de S&P500 Index in de periode dat het betreffende S&P Future contract loopt. |
Fallen Angels | Papier van ooit solide bedrijven die in de problemen zijn gekomen. |
Falling Off the Cliff Patroon | Een patroon dat waarschuwt voor een plotselinge forse koersval van een aandeel. Vanuit een top ziet men een reactie gevolgd door een verdergaande koersdaling gedurende 1 tot acht weken. Gedurende deze periode blijft het volume rondom zijn gemiddelde. Maar dan valt de koers plotseling omlaag op hoog volume (candle met onderaan een lange shadow – the cliff). Na een korte stagnatie herneemt daarna de koers zijn downtrend. |
Falling Three Method | Dit is een bearish candlestick patroon bestaande uit vijf candles. Een lang zwart lichaam wordt gevolgd door drie kleine meestal witte candles, die binnen het bereik van de eerste zwarte blijven, waarna weer een grote zwarte candle verschijnt, die lager sluit dan de eerste. |
Falling Window | Dit is een bearish candlestick patroon, bestaande uit vijf candles. Een lang zwart lichaam wordt gevolgd door drie kleinere meestal witte lichamen die binnen het bereik van de eerste zwarte blijven, waarna weer een grote zwarte candle verschijnt die lager sluit dan het slot van de eerste. |
Falling-of-the-Roof Patroon | Een term gebruikt voor een candlestick patroon waarbij de koers boven de voorgaande top uitbreekt, maar daarna snel weer terugzakt. Het is een valse uitbraak. |
False Move | Koersen breken door een trendlijn, maar komen snel daarna toch weer terug in hun oude positie. Zie ook Throwover. |
Fama-French | Three Factor Model Eugene F. Fama en Kenneth R. French zagen dat er twee groepen aandelen waren die het beter deden dan de markt als geheel. Dit waren de Small Caps en de groei aandelen. Zij breidden daarom het Standard Capital Asset Pricing Model uit met twee factoren waardoor de volgende formule ontstond: r -Rf = beta3 x (Km-Rf) + ( bs x SMB) + by x HML + alpha waarbij r = de return rate van de portfolio; Rf = de risicovrije return rate; Km = return van de gehele stockmarket; Beta3 = de klassieke beta met de twee additionele factoren; SMB = Small Cap minus Big; HML = high Book/Price min Low; bs = coëfficient tusen 0 en 1(bs = 0 = large Cap portfolio; 1 = small Cap portfolio); by = coëfficient tusen 0 en 1(by = 1 = high book/price ratio; 0 = low book/price ratio). |
Family Office | Organisatie die het vermogen van grote families beheert, maar zich daarbij richt op meer dan alleen het vermogensbeheer (dat wordt doorgaans zelfs weer uitbesteed). |
Fan | Een analyse techniek waarbij lijnen getrokken worden onder achtereenvolgende bodems (over achtereenvolgende toppen) vanuit een centraal punt. Als de derde lijn die men heeft kunnen trekken naar boven toe (naar beneden toe) door de koersen doorbroken wordt dan heeft men te maken met het einde van de correctieve fase. |
FANGS | Finland, Engeland, Nederland, Duitsland, Slovenië. Deze groep onderscheidde zich omdat zij voorstander waren van een herstructurering van de Griekse schulden waaraan ook banken en andere financiële instituten moesten bijdragen. |
Fascon | Fixed term Agreement for Short term Call Options on Netherlands Securities. Het waren Call Warrants op Nederlandse Staatsobligaties en werden indertijd uitgegeven door de ABN AMRO Bank. |
Faspon | Fixed term Agreement for Short term Put Options on Netherlands Securities. Het waren Put Warrants op Nederlandse Staatsobligaties en werden indertijd uitgegeven door de ABN AMRO Bank. |
Fast Fourier Transform | Een methode waarbij data worden omgezet in een som van sinusoides van variërende cycluslengte waarbij iedere cyclus een fractie is van de gewone fundamentele cycluslengte. |
Fast market | Een karakterisering van de Future handel als deze zo ongeorganiseerd gaat dat handelaren niet meer verantwoordelijk kunnen zijn voor de juiste uitvoering van de orders. |
Fast Stochastics | of Stochastics K. Dit is de %K uit de formule van de Stochastics. Dit is het eerste Exponentieël Voortschrijdend Gemiddelde van de Stochastics. Dit gemiddelde wordt de Fast Stochastics genoemd. |
Fat Finger | Een belangrijke typefout in een verkooporder. |
Fatca | Foreign Compliance Act verplicht de banken de Amerikaanse fiscus gegevens over klanten uit de VS te geven. |
FB | Financiële Bijsluiter, een verplichte verkorte samenvatting van de risico’s van complexe financiële producten. |
FCCR | Fixed Charge Coverage Rate. Een ratio die aangeeft in hoeverre een onderneming in staat is om haar vaste financieringslasten te betalen. Formule: FCCR = {EBIT + Vaste financieringslasten (voor belastingen)} gedeeld door {Vaste financieringslasten (voor belastingen) plus rente}. |
FDE contract | Een future contract van $20.000 betrekking hebbende op de dollar-eurokoers. Het is het tegenovergestelde van het FED-contract. |
Fear and Greed Indicator | Het is de spread van twee gewogen voortschrijdende gemiddeldes van de True Range. Dit verschil wordt berekend als een Oscillator zodat de uitkomst rond nul slingert. Een koopsignaal ontstaat als de Fear Line (rood = onder nul) verandert in groen (boven nul) en een verkoopsignaal wordt gegeven als het omgekeerde gebeurt. Divergentie ontstaat als de prijs dalend (stijgend) is en de Fearline (Greedline) reikt naar hogere (lagere) lows (highs) en omgekeerd. Als de Fear and Greed-line omlaag piekt dan duidt dat op een bodem in de markt. |
Fearindex | of VIX. Implied Volatility Index, ook wel genoemd Fearindex. Een door de CBOE ontwikkelde index voor de volatiliteit. De verwachte volatiliteit wordt berekend uit een breed scala van gewogen uitoefenprijzen met als onderliggende waarde de S&P500. De periode waarover de index berekend wordt bedraagt 30 dagen. Sommigen zien de VIX als een voorspeller van de marktbeweging gedurende de komende maand op jaarbasis. Men vermenigvuldigt de VIX met de wortel uit 12 en de uitkomst zou de beweging voor de komende maand aangeven met een zekerheid van 68% (eenmaal de Standdaardeviatie). Er zijn ook VIX’en uitgegeven op individuele aandelen. |
FED | Federal Reserve Board. Het Amerikaanse verband van 12 Federal Reserve (centrale) banken wordt gecontroleerd door de Federal Reserve Board, een orgaan dat rechtstreeks onder het gezag van de President van de Verenigde Staten valt. Dit is het Amerikaanse instituut dat gelijk staat aan de ECB in Europa. |
FED contract | Een future contract van €20.000 betrekking hebbende op de euro-dollarkoers. Het is het tegenovergestelde van het FDE contract. |
FED Funds Rate | Het rentepercentage dat banken elkaar berekenen bij het gebruik van fondsen van de Amerikaanse Federal Banken. |
FED Model | Een niet-officiële toepassing van Ed Yardeni van het oorspronkelijke Fed Model dat de relatie beschouwt tussen aandelen en obligaties teneinde te kunnen beoordelen of de aandelenmarkt over- of onder-gewaardeerd is. Men stelt tegenover elkaar de Bond yield en de Earnings yield waarbij dan geldt dat de aandelenmarkt onder-gewaardeerd is als de Earnings yield hoger is dan de Bond Yield en omgekeerd. In het geval van onderwaardering zou ook het goud een goede investering vormen. Het Fed model wordt als Timing model gebruikt om het belang van de verschillende beleggingscategorieën in een beleggingsportefeuille te veranderen. |
Federal Open Market Committee | Het comité binnen de FED dat de politiek uitzet. Het komt op gezette tijdstippen samen om over de economisch-politieke richtlijnen te besluiten. |
Feeder Fund | Dit is een beleggingsfonds dat (bijna) al zijn beleggingen doet via een ander fonds, dat op zijn beurt de feitelijke investeringen in beleggingsobjecten doet. Pooling en daarmede kostenbesparingen is een van de redenen. Ook worden bepaalde fondsen zo toegankelijk gemaakt voor kleinere beleggers. |
FEFS | Financial European Stability Fund. |
FFA | Forward Freight Agreement. Overeenkomst om de transportkosten te kunnen bepalen gedurende de periode waarin een handelaar eigenaar is van de lading van een schip. Dit type overeenkomst wordt veel gebruikt in de grondstoffenhandel, waar ladingen vele malen van eigenaar kunnen verwisselen gedurende het transport over zee. |
Fiatgeld | Geld waarvoor van de zijde van de uitgevende instantie geen inwisselverplichting bestaat. Bijvoorbeeld de Euro of de Dollar. |
Fibonacci | Is een Italiaanse wiskundige die een reeks getallen heeft gedefinieerd waarvan het kenmerk is dat de breuk van twee elkaar opvolgende getallen in de limiet gelijk is aan 1,618, ook wel het gouden verhoudingsgetal genoemd. De reeks wordt verkregen door steeds de twee opeenvolgende getallen bij elkaar op te tellen waardoor het volgende getal verkregen wordt. De getallenreeks is als volgt: 1, 1, 2, 3, 5, 8, 13, etc. |
Fibonacci Arc | Zie ook Speed and Resistance. In plaats van lijnen worden bogen getekend op “Fibonacci” afstanden van elkaar, die geacht worden te fungeren als steun- en weerstandsniveau’s. |
Fibonacci Fan | Een analyse techniek waarbij lijnen getrokken worden onder achtereenvolgende bodems (over achtereenvolgende toppen) vanuit een centraal punt. Als de derde lijn die men heeft kunnen trekken naar boven toe (naar beneden toe) door de koersen doorbroken wordt dan heeft men te maken met het einde van de correctieve fase. De Fan wordt berekend op basis van het Fibonacci verhoudingsgetal. |
Fibonacci Pinball | Piramide waarin getallen, te beginnen aan de buitenkant met 1, van buiten naar binnen en van boven naar onder op een rij gezet worden. Elk getal in een lagere rij is de optelsom van de twee erboven staande getallen. De optelsom van elke diagonaal is dan gelijk aan een Fibonacci getal. Op dit systeem is een handelssystematiek gebaseerd. Iedere wave bestaat uit 3 waves up en 2 waves down volgens de Elliott Wave theorie (ad infinitum). Nadat men wave 1 en 2 van 3 gedefinieerd heeft, berekent men met behulp van de Fibonacci Retracement getallen het begin van wave 3 et cetera. |
Fibonacci Retracement Lines | Steun- en weerstandlijnen die worden getekend door toppen en bodems te verminderen respectievelijk te vermeerderen met behulp van het gouden verhoudingsgetal. De ervaring leert dat op deze wijze berekende steun- en weerstandsniveaus een geldigheidskans van ruim 50% hebben. |
Fibonacci Speed and Resistance Lines | Trendlijnen die in de chart kunnen worden ingetekend als er een bodem en een intermediate top herkenbaar zijn. Meerdere lijnen worden getrokken vanuit de bodem en op een afstand van een-derde en twee-derde van de eerste lijn. Vaak worden Fibonacci getallen gebruikt voor het bepalen van de afstand tussen de lijnen. Volgens de theorie zal een reactie steun of weerstand vinden op de een-derde lijn en mocht deze gebroken worden dan zal de twee-derde lijn als zodanig fungeren. Pas wanneer ook die lijn gebroken wordt is sprake van een trendomkeer. |
Fibonacci Time Lines | Verticale lijnen in de chart op afstanden van elkaar waarvan de afstand in de tijd van de lijnen ten opzichte van elkaar bepaald wordt door het Fibonacci verhoudingsgetal. Er wordt vanuit gegaan dat belangrijke veranderingen in de markt ongeveer samenvallen met deze tijdlijnen. |
Fiduciaire Bankrekeningen | Op deze rekeningen staan gelden die door buitenlanders via (bijvoorbeeld Zwitserse) banken voor risico van de buitenlandse opdrachtgevers buiten het betreffende land op deposito worden geplaatst. |
Field Trend | FT van Joseph Granville. Deze bestaat in het geval van een positieve FT, uit twee achtereenvolgende higher Highs en twee achtereen-volgende higher Lows van de OBV. Een negatieve FT bestaat uit twee achtereenvolgende lower Lows en twee achtereenvolgende lower Highs. |
FIGS | Frankrijk, Italië, Griekenland, Spanje. De vier landen die pleiten voor fiscale solidariteit in Europa. |
FIIA | Funds Investing in Inherently Illiquid Assets. Een beleggingsfonds dat belegt in niet aan een beurs verhandelbare goederen (zoals vastgoed). |
Filantrokapitalist | Rijke individuen die zich sterk inspannen voor goede doelen. Bijvoorbeeld Bill Gates of Warren Buffet. |
Fill | Een order die uitgevoerd is. Soms wordt hiermede ook wel gerefereerd aan de prijs waartegen de order werd uitgevoerd. |
Fill Order | Een order die onmiddellijk moet worden uitgevoerd. |
Fill Risk | Het risico dat men loopt wanneer orders niet worden uitgevoerd. Het doet zich bijvoorbeeld voor in de Arbitrage handel. |
Filter | Een programma dat data, signalen of informatie van elkaar scheidt volgens van te voren vastgestelde criteria. |
Financial Industry Regulatory Authority | FINRA. Het is een zichzelf regulerende organisatie voor planning en uitvoering van alle activiteiten op de New York Stock Exchange, de Nasdaq en de American Stock Exchange. Deze organisatie werd opgezet onder de Securities Exchange Act van 1934 en overziet eveneens alle effectenfirma’s die activiteiten ontplooien in opdracht van het publiek in de VS. Zij zorgt voor opleidingen, controle en vergunningverstrekking. |
Financial Lease | Dit is een vorm van leasing, waarbij de kredietverstrekker enkel juridisch eigenaar blijft terwijl het volledige economisch eigendom (het genot, de verzekering, het onderhoud) overgaat op de kredietnemer. De kredietnemer loopt daarbij het risico van meer dan normale waardevermindering van het voorwerp door gebrek aan zorgen vanwege de kredietverstrekker. De looptijd is in het algemeen gelijk aan de economische levensduur. Er is meestal ook een aankoopoptie. |
Financial Multiplier | Een indicator van BlackRock. Het is de verhouding van de waarde van de vaste activa uitgedrukt in de beschikbare kasreserves. Een stijging van deze verhouding betekent, dat beleggers meer risico nemen. |
Financial Stability Board | FSB. Een internationale organisatie, gevestigd in Basel, die aanbevelingen moet doen inzake het wereldwijde financieringssysteem. Het doel is de bevordering van de financiële stabiliteit. |
Financial Stability Forum | FSF. Opgericht door de G7 in 1999 op advies van de President van de Duitse Bundesbank teneinde te komen tot nieuwe structuren en verbeterde samenwerking tussen de verschillende nationale en internationale toezichthouders en internationale financiële instituten om een grotere stabiliteit in het internationale financiële systeem te verzekeren. De FSF ging in 2009 over in de FSB. |
Financials | De banken, effectenbedrijven en verzekeringsmaatschappijen. |
Financieel Instrument | Een overeenkomst die leidt tot zowel een financieel actief bij de ene entiteit als een financiële verplichting of een eigenvermogens-bestanddeel bij de andere entiteit. |
Financieel Toetsingskader | FTK. Een toezichtmethodiek van DNB om te beoordelen of de financiële positie en het financiële beleid van pensioenfondsen in lijn zijn met de verplichtingen op korte en lange termijn. |
Financiële kosten | Kosten van schulden, wisselkoersverschillen en verliezen op beleggingen. |
Financiële Transactie Tax | FTT. Belasting op de handel in bepaalde financiële instrumenten. Zie ook Tobin Tax. |
Financieringskosten | De kosten die aan de uitgevende instelling betaald moeten worden voor het Financieringsniveau van de Speeder, de Sprinter, de Turbo en dergelijke derivaten. De financieringskosten worden iedere dag bij het financieringsniveau opgeteld of er juist vanaf getrokken (in het geval van een short Speeder, short Sprinter of short Turbo). |
Financieringsniveau | Het gedeelte van het Turbocertificaat (Speeder, Sprinter en dergelijke) dat gefinancierd wordt. Over dit bedrag wordt rente berekend waarmede het financieringsniveau dagelijks stijgt terwijl ontvangen dividenden de financieringsruimte verlagen. Ook de kosten van het doorrollen van de futures waarmede de uitgevende instelling zich indekt veranderen het financieringsniveau (de marktwaarde van de Turbo wordt hierdoor niet beïnvloed). In het geval dat de prijs van de aan te kopen future hoger ligt dan die van de te verkopen future kan dit verschil het financieringsniveau en daarmede het stoploss niveau, aanzienlijk doen stijgen. Dit feit maakt de Turbo minder geschikt voor langere termijn belegging. In ieder geval is het belangrijk dat de belegger steeds de contango in de gaten houdt wanneer hij gebruik maakt van Turbo’s. |
Financieringsopbrengsten | Bij Speeders, Sprinters, Turbo’s en dergelijke derivaten worden de dividendopbrengsten van de onderliggende waarde afgetrokken van de Financieringskosten. |
Finite Volume Elements | FVE van Markos Katsanos. Een Money Flow Indicator met twee aanpassingen. Katsanos neemt zowel intraday als interday prijsveranderingen in de berekening mee en hij formuleert een drempel voor zeer kleine prijsveranderingen waardoor de invloed hiervan wordt geëlimineerd. |
Finles / IEX Index | Hollandse Hedgefund Index. Een index waar meer dan vijfentwintig Nederlandse hedgefunds aan meewerken en die een objectieve graadmeter zou moeten zijn voor de prestaties van Nederlandse Hedgefunds. |
FINRA | Financial Industry Regulatory Authority. Het grootste onafhankelijke instituut voor de regulering van alle effectenfirma’s die handelen in de Verenigde Staten. |
Fintech | Samentrekking van de woorden Financieel en Technologie. Bedoeld worden technologische innovaties op het gebied van de financiële dienstverlening. |
Firewall | Een door sommigen bepleit zeer groot noodfonds, dat, gecombineerd met harde afspraken over de begrotingsdiscipline en daarmede samenhangende sancties, een einde zou moeten maken aan de Eurocrisis. |
First Cross | Een patroon in de Quick Indicator van Linda Raschke. De Signal line bevindt zich onder de nullijn en de Fast Line (MACD) komt erboven. Als deze nu een scherpe hoek maakt is er sprake van een verkoopsignaal. |
First Five Day Indicator | Hirsch ontwikkelde de First Five Days in Januari Indicator. Een stijging van de beurs in de eerste vijf dagen van januari zou een positief jaar opleveren. Een negatief resultaat in deze eerste vijf dagen zou het begin van een negatief jaar zijn. Hirsch hecht aan deze indicator een accuratesse van 91%. |
First Primary Swing | FPS. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is de eerste (hoofd)beweging binnen een trend in een serie van drie. |
First Trading Day of the Month | Tom Gentile meldt de statistische bevinding, dat de beurs op de eerste dag van de maand sinds 1995 meestal een sprong laat zien. Hiermede confirmeerde hij de waarde van een handelssysteem van Jeffrey Hirsch, dat koopt op de laatste handelsdag van de maand en verkoopt op de eerste handelsdag van de daaropvolgende maand. Hij stelt dat 75% van het aantal handelingen winst oplevert. Het totale resultaat is positief. |
Fiscal Cliff | Een samenraapsel van diverse (wettelijke) regelingen op fiscaal en budgettair gebied die onder bepaalde voorwaarden allemaal tegelijkertijd veranderen of in werking treden. Een dergelijke fiscal cliff is begin 2012 door de Amerikaanse senaat in overleg met president Obama opgezet voor eind 2012. De maatregelen zouden ingaan als geen overeenstemming bereikt zou zijn over inperking van het Amerikaanse begrotingstekort. |
Fiscale Beleggingsinstelling | Een beleggingsfonds dat vrijgesteld is van het betalen van vennootschapsbelasting mits de ontvangsten welke in de particuliere sfeer onder de Inkomstenbelasting vallen jaarlijks voor een bepaalde datum aan aandeelhouders worden uitgekeerd.. |
Fisher Transfer | Uitgaande van de veronderstelling dat belangrijke prijs omkeringen geen Gauscurve vertonen, probeert Fisher met zijn formule hiervan een bijna-klokvorm te maken. |
Fitch | Amerikaans rating bureau. Zie ook Rating. |
Five-Cycle Analytical System | van John Herrick. Het is een methode om de winstgevende cyclus te herkennen ten behoeve van aan- en verkoopsignalen. Herrick neemt de 5 laatste voorgaande cycli en maakt daarvan een gemiddelde. Hij projecteert dit gemiddelde daarna vanuit het laatste dieptepunt. De voorspelde bodem krijgt een time zone van + en – twee eenheden. Om de correcte bodem of top te vinden gebuikt Herrick bij voorkeur gemiddelde prijzen (H + L /2). |
Five-Model Composite | Een Timing Model van Nelson Freeburg dat signalen geeft als er consensus gevonden wordt tussen 5 andere modellen. Het zijn het Vega model, het Pentad model, het Dynamic Sentiment model, het Competive Returns model en het DJUA model. |
FIX Price | Het is de mediaan van de prijzen van de transacties in valutaparen die tijdens circa 60 seconden rond 4 uur ‘s middags in Londen worden gedaan. |
Fixed Charge Coverage Rate | FCCR. Een ratio die aangeeft in hoeverre een onderneming in staat is om haar vaste financieringslasten te betalen. Formule: FCCR = {EBIT + Vaste financieringslasten (voor belastingen)} gedeeld door {Vaste financieringslasten (voor belastingen) plus rente}. |
Fixed Fractional Position Sizing | of Optimal-F. Een methode van Ralph Vince om de optimale transactiegrootte vast te stellen uitgaande van herbelegging. Het aantal contracten wordt daarbij afhankelijk gemaakt van vier factoren, zijnde 1. het aanwezige saldo, 2. hoeveel risico wil men lopen, 3. hoe groot is de kans op winst en verlies, 4. hoe groot is de omvang van winst versus verlies. De formule luidt: PS = (E+RE) / (PR/PV) waarbij PS = Position Size E = Equity; RE = Risked Equity per trade; PR = Pips Risked; PV = Pip Value per standard lotSwing Point High. |
Fixed Investment Cycle | Clement Juglar formuleerde een cyclus van zeven tot elf jaar. Deze cyclus wordt ook wel genoemd de 10-jaars cyclus of de enige echte economische cyclus. Juglar kwam tot zijn conclusies door zijn studie van de ontwikkeling van de rente en van de prijzen. De Juglar Cyclus kenmerkt zich door periodes van snelle groei van het Bruto Nationaal Product gevolgd door een stagnatie hiervan. Juglar formuleerde voor iedere cyclus vier fasen: voorspoed, crisis, liquidatie en recessie. Het einde wordt gekenmerkt door speculatieve investeringen die gebouwd zijn op een disproportioneel toegenomen economisch vertrouwen. De Juglar Cycle wordt ook wel genoemd Business Cycle of Juglar Cycle. |
Fixed leg | De vaste coupon in een Renteswap. |
Fixed Lot Model | Een begrip uit het Money Management. Het aantal eenheden dat men wil verhandelen is altijd constant. Zie ook Position Sizing en Fixed Fractional Positioning Sizing. |
Fixed Rate Loan | Een lening waarvan het rentepercentage niet verandert gedurende de looptijd. |
Fixed Rate Mortgage | FRM. Deze hypotheekvorm kenmerkt zich door een vast renteper-centage gedurende de gehele looptijd van de lening. |
Fixed Return Option | FRO. De naam voor Binary Options op de American Stock Exchange. |
Fixed Risk Strategy | Men neemt een vast percentage van het beschikbare kapitaal voor de eerstvolgende positie die men wil innemen. Als men winst gemaakt heeft wordt de positie groter en als men verlies gemaakt heeft wordt hij kleiner dan de voorgaande. Men noemt dit ook wel de Anti-Martingale Strategie. |
Fixed Stop | Een Stop-Loss systeem waarbij een vast bedrag wordt gebruikt. Zie ook Trailing Stop. |
Fixed Units Model | Een methode om de grootte van de positie in een bepaald be-leggingsobject vast te stellen. Deze wordt gesteld op een vast bedrag dat de resultante is van het totale bedrag dat men wil beleggen gedeeld door het aantal posities dat men bereid is in te nemen. |
Fixed-to-float security | ook wel Flexible participation facility genoemd. Een obligatie uitgegeven in delen waarbij voor het eerste deel de renteafspraak vaststaat maar waarbij voor de overige delen een zogenoemde “reset”-datum is bepaald waarop de rentecondities kunnen worden aangepast en daarmee voor het tweede deel variabel zijn. |
Fixit | Hiermede wordt een exit van Finland uit de Euro aangeduid. |
Flame Indicator | Het aantal positieve waarnemingen als percentage van het totaal aantal waarnemingen. Deze indicator wordt gebruikt om de consistentie van de trend van een bepaald aandeel te meten door de positieve waarnemingen van de RS-lijn te nemen. |
Flare-Out Growth Model | van Jon D. Markman. Een momentum-selectie model waarbij gezocht wordt naar de aandelen die in het voorliggende jaar het hardst gegroeid zijn maar die in een consolidatieproces zijn terecht gekomen. Op basis van de volgende criteria worden de beste drie aandelen geselecteerd: 1. De beurswaarde is $1mrd of meer; 2. De jaarwinst ligt hoger dan $ 10mln; 3. De Price-to-sales Ratio is hoger dan 4; 4. De koersstijging over de laatste maand was groter dan 1%; 5. De koersstijging over het laatste kwartaal was groter dan 4%; 6. De koersstijging over het laatste jaar was 100% of meer; 7. De procentuele koersverandering over het laatste jaar minus die van het laatste kwartaal en minus 3 maal die van de laatste maand moet zo hoog mogelijk zijn. |
Flash Boys | High Frequency Traders. |
Flash Crash | Een plotselinge diepe val van de beurs met nog dezelfde dag een herstel, zoals gebeurde op 6 mei 2010 in New York. |
Flash Order | Bij een Flash Order krijgen partijen tegen betaling inzage in de order nog voordat deze is doorgegeven aan de markt. De inzage tijd kan zeer kort zijn, vaak slechts enkele milliseconden. |
Flat Base Breakout | FBB. Een van de oudste en meest bekende patronen waarop gehandeld wordt. Na een consolidatieperiode van circa 60 dagen waarin de prijs-trend horizontaal tot licht stijgend is en wanneer de laatste slotkoers hoger is dan enige andere slotkoers tijdens de congestieperiode wordt positie ingenomen. Bill Pritchard gaat exit op een kruising naar beneden van een 3 / 6 Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde. Het wordt gezien als de sterkste vorm van een break-out. |
Flat Complex Principle | Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Als de FPS een 1-2-3-patroon is dan bestaat de SPS meestal uit één Swing. En als de FPS uit één Swing bestaat dan vertoont de SPS meestal een 1-2-3-patroon. |
Flat Money | Geld dat geen intrinsieke waarde heeft en dat ook niet kan worden omgezet in een onderliggende waarde. Papiergeld en ook de meeste muntstukken zijn flat money. |
Flat Quotation | Een notering van obligaties zonder bijberekening van de opgelopen rente. |
Flat-Rate Interest | De berekening van de rente over de oorspronkelijke hoofdsom van een lening voor de gehele duur van die lening. |
Flauw | Benaming voor een slechte stemming op de beurs. |
FLD | Future Line of Demarcation van J.M. Hurst. De projectie van de slotkoersen een halve cyclus vooruit, volgend op de actuele koers. |
Flexible participation facility | ook wel Fixed-to-float security genoemd. Een obligatie uitgegeven in delen waarbij voor het eerste deel de renteafspraak vaststaat maar waarbij voor de overige delen een zogenoemde “reset”-datum is bepaald waarop de rentecondities kunnen worden aangepast en daarmee voor het tweede deel variabel zijn. |
Flipper | Een short-term investor of een day-trader die aandelen koopt in pre-IPO offerings en die deze snel weer verkoopt in de markt. Deze benaming wordt ook wel gebruikt voor huizenkopers die deze opknappen en daarna weer verkopen. Het belang voor de markt in beide gevallen is dat zij voor liquiditeit zorgen. |
Flitskapitaal | Financiële middelen in handen van beleggers zoals hedgefondsen die zich snel verplaatsen en daarbij door hun omvang relatief kleinere markten uit het lood kunnen trekken. |
Flitskrediet | Kort overbruggingskrediet meestal korter dan een maand. |
Float | Het aantal aandelen van een bepaald fonds dat beschikbaar is om verhandeld te worden. |
Float box | Float turnover box. Ieder tijdsbestek waarin de cumulatieve omzet gelijk is aan het vrijverhandelbare deel van het totaal uitstaand aantal aandelen. |
Float Channel line | De boven en ondergrens van de Float box bestaan uit horizontale lijnen welke getrokken worden over/onder de hoogste/laagste prijs welke, door terug te tellen, in de box gevonden worden. Deze grenzen en de 50% en de 25% lijnen, welke van de Float Channel line zijn afgeleid, vormen steun en weerstandniveaus. |
Float Chart | van Steve Woods. Zij laten de float supply zien en proberen hiermede belangrijke steun en weerstandniveaus te traceren. |
Float Turnover | Ieder tijdsbestek waarin de cumulatieve omzet gelijk is aan de Float. |
Floaters | Schuldpapier waarvan de rente variabel is en afhankelijk is van de ontwikkeling van bepaalde vooraf gedefinieerde grootheden. |
Floating Leg | De variabele coupon in een Renteswap, vaak een interbankair tarief zoals Euribor of Libor. |
Floating Rate Notes | Schuldpapier waarvan de rente variabel is en afhankelijk is van de ontwikkeling van bepaalde vooraf gedefinieerde grootheden. |
Floating Supply | Het aantal aandelen van een bepaald fonds dat beschikbaar is om verhandeld te worden. |
Floor | Veel gestructureerde producten werken met een ondergrens voor het rendement. Als het rendement van de onderliggende grootheden onder deze grens komt (de floor) dan wordt de ingebouwde bescherming opgeheven en draagt de belegger weer het volledige risico van het product. |
Floor Trader Pivots | Er zijn verschillende methodes om de Floor Trader Pivot te berekenen en te gebruiken. De meest voorkomende berekeningswijze gaat uit van het Gemiddelde van de High, de Low en de Close van de voorgaande dag. Soms wordt ook de Opening toegevoegd. De Floor Trader Pivot fungeert als Steun en Weerstand, maar ook om bepaalde gebieden af te bakenen. |
Floorbroker | De persoon die op de beursvloer, voor eigen rekening of in opdracht van anderen, transacties uitvoert. Men onderscheidt floorbrokers in dienst van een POM en onafhankelijke floorbrokers. |
Floored Floater | Een Floater waarbij een minimum percentage voor de rente wordt gehanteerd (de floor). |
Flow Handelaar | Een handelaar die werkt voor rekening van zijn klant. Zie ook Prop Handelaar. |
Flyers | Speculatieve of hoog risico trades. |
Flying Five | Een variant op de Dogs of Dow. Men kiest voor de 5 goedkoopste Dogs en men volgt dezelfde strategie als voor de Dogs of Dow. |
FOB | Free On Board. |
FOMO | Fear of missing out. De angst om te laat te komen met een investering. |
Fonds voor Gemene Rekening | Een fonds in de zin van artikel 2 lid 2 van de wet op de Vennootschapbelasting 1969. Het doel is het verkrijgen van voordelen voor de deelnemers door middel van gezamenlijk beleggen. Een fonds voor gemene rekening is transparant in fiscale zin maar deelnemers zijn ieder voor zich persoonlijk aansprakelijk voor de schulden van het fonds. |
Food and Fiber | Ook bekend als Soft Commodities. Het zijn koffie, suiker, cacao, katoen, en sinaasappelsap. Zij worden vooral verhandeld op de NYBOT. |
Footsie | Financial Times Stock Exchange 100 is een index van 100 bedrijven met de grootste marktkapitalisatie genoteerd aan de aandelenbeurs in Londen. |
Forbearance | Het doorrollen van krediet. |
Forbes Tax Misery Index | Het is een classificatie op basis van de som van alle belastingen in een bepaald land, uitgaande van de hoogste cijfers. Inbegrepen zijn de vennootschapsbelastingen, de inkomstenbelastingen, de vermogensbelastingen, de sociale lasten en de BTW. Onroerend goed belastingen worden in deze index niet meegenomen. |
Force Index | Deze index werd ontwikkeld door A. Elder en verbindt de vragen: 1. Gaat de koers omlaag of omhoog; 2. Hoe groot is de koersbeweging; 3. Hoeveel volume was er nodig om de koers in beweging te brengen; Deze index geeft inzicht in wat de beleggers denken en wat de beleggers voelen. Stijgt de trend en de index zakt door de nullijn dan is dit een koopsignaal, omgekeerd is het een verkoopsignaal. De index vertoont normaliter een vrij grillig verloop derhalve wordt nog een exponentieel voortschrijdend gemiddelde gebruikt. Formule: Force Index = EVG{SK[n] – SK[n-1] * V[n]} waarbij EVG = Exponentieel voortschrijdend gemiddelde; SK = Slotkoers; n = de dag waarop de berekening betrekkingheeft; V= volume. |
Forecast Oscillator | Deze indicator meet het procentuele verschil tussen het feitelijke prijsniveau en het prijsniveau voorspeld aan de hand van de lineaire regressie. Het voorspelde prijsniveau komt tot stand door de hypothetische waarde van de regressielijn een periode vooruit te berekenen. |
Foreclosure | Een regeling waaronder de hypotheeknemer de sleutels van het betreffende onderpand kan afgeven aan de hypotheekgever waarmede het eigendom en de restschuld overgaan naar de hypotheekgever. Aan de vooravond van de kredietcrisis van 2008 kwam dit vaak voor in de V.S. |
Foreign Compliance Act | Fatca verplicht de banken de Amerikaanse fiscus gegevens over klanten uit de VS te geven. |
Forensen Taks | Het betreft een belasting op de vergoeding voor woonwerkverkeer. Inmiddels is besloten om van de invoering hiervan af te zien. |
Forex | Electronische beurs opgezet dor een netwerk van banken waarop men op directe wijze de ene valuta kan omzetten in een andere via een floating exchange rate system. Er wordt dus geen gebruik gemaakt van de extra tussenstap van een central exchange. Men handelt altijd in een currency pair. Er zijn op dit moment 18 pairs beschikbaar. |
Forward Bias | Het baseren van de toekomst op resultaten uit vergelijkbare periodes in het verleden uit bestanden van gebieden die niet volledig vergelijkbaar zijn. |
Forward Freight Agreement | FFA. Overeenkomst om de transportkosten te kunnen bepalen gedurende de periode waarin een handelaar eigenaar is van de lading van een schip. Dit type overeenkomst wordt veel gebruikt in de grondstoffenhandel, waar ladingen vele malen van eigenaar kunnen verwisselen gedurende het transport over zee. |
Forward Skew | Een term om een grafische voorstelling van de Implied Volatility mee aan te geven. Het is een stijgende lijn die in het begin langzaam maar daarna snel stijgt. |
Forward Testen | Het testen van een mechanisch handelssysteem, dat door middel van backtesten is bevestigd, op ongebruikte koersen uit hetzelfde universum. Het wordt ook wel Out-of-Sample testen genoemd. |
Four Percent Rule | van Ned Davis, gepubliceerd door Stefan Zweig. Een koopsignaal (verkoopsignaal) ontstaat als de wekelijkse slotkoers (van de Value Line Index) tenminste 4% hoger (lager) sluit dan enige voorgaande wekelijkse top (bodem) slotkoers. |
Four price Doji | Een candle waarvan de open, de high, de low en de close samenvallen. Dit patroon komt zelden voor en daarom is het zeer moeilijk gebleken om de geldigheid ervan vast te stellen. |
Four week rule | Een zeer veel gebruikt mechanisch handelssysteem ontworpen door Richard Donchian. Zijn regels zijn als volgt: ga long (en liquideer uw eventuele shortposities) als de slotkoers de high overschrijdt van de vier volle voorafgaande kalenderweken en liquideer uw long positie en ga short als de slotkoers lager komt dan de lowest low van de vier volle voorafgaande kalenderweken. |
Fourier, Joseph | Een mathematicus van Franse afkomst die leefde van 1768 tot 1830 die de zogenaamde Fourier Transform techniek ontwikkelde (zie Fast Fourier Transform). Deze techniek wordt gebruikt in de analyse van aandelenkoersen. |
FpML | Financial products Markup Language. Een XML taal, opgesteld door het ISDA, welke geldt voor de OTC-Derivaten industrie. |
FPS | First Primary Swing. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is de eerste (hoofd)beweging binnen een trend in een serie van drie. |
FRA | Forward Rate Agreement. Cash betalingen die dagelijks worden gemaakt als de spot rate boven of onder een van tevoren vastgestelde forward rate varieert. In principe kan de FRA gehedged worden met futures op de Eurodollar. |
FracMACD | Het quotiënt van een kortere termijn koers gemiddelde en een langere termijn koers gemiddelde, waarbij de beide gemiddelden berekend zijn volgens de exponentiële methode, dit in afwijking van de meer gebruikelijke rekenkundige methode. In vergelijking met de gewone MACD is de FracMACD in het algemeen sneller in het tonen van divergentie bij toppen. |
FracMom | Het quotiënt van twee verschillende koersen van een beleggingsobject, waarmede de snelheid van de prijsverandering wordt gemeten. In vergelijking met het gewone Momentum is de FracMom in het algemeen sneller in het tonen van divergentie bij toppen. |
Fractal | Een Fractal is een patroon of vorm waarvan de onderdelen een echo zijn van het geheel. Een Fractal is een patroon of vorm waarvan de onderdelen een echo zijn van het geheel. De vorm van het patroon blijft gelijk op alle schaalgrootten. |
Fractal Dimension Index | FDI. Een index die trending markten onderscheidt van consoliderende markten. De waarde fluctueert tussen 1 en 2, waarbij een waarde van minder dan 1,5 indiceeert dat de markt trending is en waarbij grotere waarden wijzen op een consoliderende markt. |
Fractional Investing | Ook wel genoemd Closed-end-Usage-Fund. Een voorbeeld is een vastgoed-cv dat tegelijkertijd vakantieclub is. De belegger koopt het jaarlijkse recht op verblijf gedurende een bepaalde periode in een appartement, bungalow of op een schip. Anders dan bij Time-Sharing investeert de deelnemer ook in de gebouwen / schepen. |
Freaky Friday | De vrijdag waarop in Amerika drie soorten optie-contracten expireren. Zie ook Triple Witching Day. |
Free Cashflow | Het is de kasstroom die de onderneming kan generen nadat de liquiditeiten gebruikt zijn die nodig zijn om het bedrijf instand te houden of uit te breiden. Formule: Free Cash Flow = Netto Winst + Afschrijvingen – Verander-ingen in het werkkapitaal – Uitgaven voor investeringen. |
Free Float | Het percentage van het aantal uitstaande aandelen van een bedrijf dat niet in vaste handen is. |
Free On board | FOB. Meedoen zonder kosten of investering. |
Freedom of Movement Indicator | FOM van Melvin A. Dickover. Het is de genormaliseerde maatstaf voor de relatieve prijsverandering gedeeld door het relatieve volume gemeten in standaarddeviaties. Het is onderdeel van zijn DPL systeem. |
FRN | Floating Rate Note. Schuldbekentenis waarvan de rente iedere 3 tot 6 maanden herzien wordt afhankelijk van de rentevoet op de internationale geldmarkt. Daarnaast geldt een opslag (spread) die ongewijzigd blijft tijdens de looptijd (zie ook VRN). |
FRO | Fixed Return Option. De naam voor Binary Options op de American Stock Exchange. |
Front End | Het plaatsen van orders bij de broker. Zie ook Back End. |
Front Loaded | De commissie en eventuele andere financiële lasten worden van het bedrag afgetrokken alvorens dit wordt geïnvesteerd. |
Front Month | of Spot Month. De lopende contract maand. |
Front Running | Hierbij handelt men even voordat grote orders de markt bereiken teneinde van de invloed van deze grote orders op de prijs te kunnen profiteren. Zoals alle handel met behulp van voorkennis is deze vorm van handel verboden. |
Front Selling | Verkopen in de wetenschap, dat er een grote verkooporder aankomt. |
Frontier Market | Landen waarvan de economische groei en de financiële sector nog pas beginnend zijn. Hun marktkapitalisatie en ook hun liquiditeit zijn nog gering. Het gaat om markten in landen die in economische zin nog achterlopen bij Emerging Markets landen. MSCI geeft een Frontier Market 100 Index uit. |
Fry Pan Bottoms | Dit candlestick patroon is vergelijkbaar met de Westerse Rounding Bottom. Het zijn een aantal candles na elkaar waarvan de bodems in het begin van het patroon langzaam dalen en daarna langzaam stijgen. Het einde van dit patroon wordt gekenmerkt door een gap naar boven. |
FSB | Financial Stability Board. Een internationale organisatie, gevestigd in Basel, die aanbevelingen moet doen inzake het wereldwijde financieringssysteem. Het doel is de bevordering van de financiële stabiliteit. |
FSF | Financial Stability Forum. Opgericht door de G7 in 1999 op advies van de President van de Duitse Bundesbank teneinde te komen tot nieuwe structuren en verbeterde samenwerking tussen de verschillende nationale en internationale toezichthouders en internationale financiële instituten om een grotere stabiliteit in het internationale financiële systeem te verzekeren. De FSF ging in 2009 over in de FSB. |
FSOC | Financial Stability Oversight Council. De Amerikaanse evenknie van de ESRB. |
FT100 | Financial Times Stock Exchange 100 is een index van 100 bedrijven met de grootste marktkapitalisatie genoteerd aan de aandelenbeurs in Londen. |
FT250 | Een index gebaseerd op aandelen genoteerd aan de Londense beurs welke in zijn berekening vergelijkbaar is met de in Nederland bestaande CBS-index. |
FTA | Financiële Termijnmarkt Amsterdam. |
FTD | Failed to Deliver. Aandelen waarin short gegaan werd en die niet và³à³r het vastgestelde tijdstip uitgeleverd zijn. |
FTK | Financieel ToetsingsKader. Het samenstel van wettelijke voorschriften waar pensioenfondsen in Nederland aan zijn gehouden om bijvoorbeeld de dekkingsgraad of de premie te berekenen. |
FTR | Fundamentele Timing Ratio. Een fundamentele ratio die het totale aandelenrendement vergelijkt met het rendement op deposito. Het is een hulpmiddel om in te schatten wanneer de aandelenmarkt goedkoop of duur is. Men maakt onderscheid tussen de absolute FTR en de Filter FTR. De laatste wordt gebruikt voor selectie en exit signalen. De FTR wordt daarbij op een minimumwaarde gezet bijvoorbeeld op 2 of 3. Formule: FTR = AR / Dr waarbij AR = het gemiddelde winstrendement en het dubbele van het dividendrendement; Dr = Depositorente. |
FTSE €Stars Index | Een index van 29 topfondsen uit Euroland. In Amsterdam zijn ook futures en opties van het Europese type op deze index genoteerd. |
FTSE 100 | Financial Times Stock Exchange 100 is een index van 100 bedrijven met de grootste marktkapitalisatie genoteerd aan de aandelenbeurs in Londen. |
FTSE Eurotop-100 Index | Een oorspronkelijk in Amsterdam berekende kapitalisatie- en omzetgewogen index van 100 belangrijke fondsen voor het merendeel uit landen die geen deel uit maken van Euroland. In Londen worden eveneens derivaten op deze index verhandeld.. |
FTSE/JSE Africa All Shares | Een gezamenlijke index van de FTSE Group and JSE Limited. Het is een gemiddelde van de alle verhandelde aandelen van de Zuid Afrikaanse beurs. |
FTSE/JSE Africa TOP40 | Een gezamenlijke index van de FTSE Group en JSE Limited. Het is een gemiddelde van de 40 meest verhandelde en grootste aandelen van de Zuid Afrikaanse beurs. |
FTT | Financiële Transactie Tax. Belasting op bepaalde financiële instrumenten. Zie ook Tobin Tax. |
Fulcrum | Een periode waarin de prijzen zijdelings bewegen gepaard gaande met een contractie van de trading range. In tegenstelling tot het begrip Consolidatie vormt een Congestie geen rustperiode maar meer een periode waarin de koersen zijn vastgelopen. Het is dus goed mogelijk dat een congestieperiode leidt tot een richtingverandering.. |
Fund of Funds | Een beleggingsfonds dat alleen maar belegt in andere beleggingsfondsen. |
Fundamental Benchmarking | De benchmarker let in dit geval niet op de vergelijkingsmaatstaf (Benchmark), die opgebouwd is uit de geldwaarden van de onderliggende grootheden, maar op hun fundamentele karakteristieken zoals liquiditeit en macro-economische factoren zoals schuld/bbp-ratio, groei kredietwaardigheid en andere sociaal-demografische factoren. |
Fundamentele Analyse | Een analyse techniek die zich richt op de redenen van de markt-bewegingen. Benjamin Graham wordt beschouwd als de grondlegger van de Fundamentele Analyse. |
Fundamentele Indexering | Bij Fundamentele Indexering wordt naar andere criteria gekeken om de wegingen binnen de index te bepalen. Zo kijken Arnott en HSU naar boekwaarde, vijfjaars gemiddelde cashflow, vijfjaars gemiddelde winst, vijfjaars gemiddelde bruto verkopen, vijfjaars gemiddelde dividend en aantal werknemers (en het verloop daarvan). |
Fundamentele Timing Ratio | FTR. Een fundamentele ratio die het totale aandelenrendement vergelijkt met het rendement op deposito. Het is een hulpmiddel om in te schatten wanneer de aandelenmarkt goedkoop of duur is. Men maakt onderscheid tussen de absolute FTR en de Filter FTR. De laatste wordt gebruikt voor selectie en exit signalen. De FTR wordt daarbij op een minimumwaarde gezet bijvoorbeeld op 2 of 3. Formule: FTR = AR / Dr waarbij AR = het gemiddelde winstrendement en het dubbele van het dividendrendement; Dr = Depositorente. |
Funding for Lending | Een in Engeland geïntroduceerd systeem waarbij de Centrale Bank geld ter bechikking stelt aan de banken die het op hun beurt moeten uitlenen aan het Midden- en Kleinbedrijf. |
Funds Investing in Inherently Illiquid Assets | Afkorting: FIIA. Een beleggingsfonds dat belegt in niet aan een beurs verhandelbare goederen (zoals vastgoed). |
Future | Is een gestandaardiseerd contract voor de aan- of verkoop van de onderliggend waarde. Het verschil met een optie contract ligt hem in het feit dat een future altijd leidt tot uitoefening. Een future vormt derhalve altijd een verplichting terwijl een optie de bezitter het keuze recht geeft i.p.v. een verplichting. |
Future Line of Demarcation | FLD van J.M. Hurst. De projectie van de Slotkoersen een halve cyclus vooruit, volgend op de actuele koers. |
Future Volatility | De Volatiliteit die in de toekomst zal worden gerealiseerd. |
Futures markt | Aan- en verkoop met toekomstige levering via scheep-vracht. |
Fuzzy Systems | Deze verwerken niet-exacte informatie op inexacte wijze en zij beschrijven eerder de dubbelzinnigheid dan de onzekerheid van feiten. Zij zijn zeer nuttig in controle en besluitvormingtaken. Als probleemoplossende methode worden zij vaak gebruikt in neurale netwerken, expertsystemen en andere berekeningsmethoden. |
FV | Fair Value. De theoretische waarde van een derivaat. In het geval van opties wordt deze veelal berekend met behulp van het Black & Scholes Model. In het geval van futures geldt: FV = OW*(1+(r-div)) waarbij OW = Onderliggende Waarde; r = rentestand; div = dividend.; De Fair Value wordt door Euronext gebruikt om de waarde van een optie vast te tellen als de onderliggende waarde onverwacht ophoudt te bestaan (bijvoorbeeld bij een overname). |
FVE | Finite Volume Elements van Markos Katsanos. Een Volume Indicator, waarbij de prijs buiten beschouwing blijft. Er wordt dus alleen gekeken naar de hoeveelheid geld die in- of uit het aandeel vloeit. Bij het gebruik van de FVE let men op de hellingshoek en op de divergentie met de prijs. FVE = SUM(1,t)([+V,-V,0/MA(V,t)]/t)*100 Waarbij: t = Gekozen tijdssegment. De standaard is 22 dagen; V = Volume. Het kan een + , – of 0 waarde krijgen, afhankelijk van de eventuele onevenwichtigheden; MA(V,t) = t dagen voortschrijdend gemiddelde van het volume. |
Fysieke Tracker | of ETF op Cash-Basis. Een ETF op Cash-Basis koopt in principe alle effecten in de onderliggende index. Soms wordt daarop een uitzondering gemaakt als bijvoorbeeld een deel van het aantal aandelen representatief blijkt voor de index en/of als de index gebaseerd is op een zeer groot aantal aandelen. |
G
Gamma | Is de mate waarin delta verandert bij een verandering met een punt van de onderliggende waarde. |
GammaTrading | Het kopen en verkopen van de onderliggende waarde op basis van de deltapositie van de optieportefeuille. |
Gann | William Delbert Gann (1878-1955) was een belegger die beroemd werd door de nauwkeurigheid waarmede hij voorspellingen deed en die hij baseerde op door hem zelf ontworpen systematieken. |
Gann Diagonaal | Dit zijn lijnen die in de chart worden getrokken en waarvan de hoek bepaald wordt door de verhouding die men instelt. Een hoek van 45 graden is dan een 1 op 1 lijn, maar men kan ook een 1 op 2, een 1 op 4 of een 1 op 8 lijn etc. trekken. Gann stelt dat een doorbraak van de lijn (van boven naar beneden) betekent dat men moet gaan verkopen. |
Gann Fan | Fan waarvan de lijnen worden getrokken op basis van de Gann diagonalen. |
Gann Geometric Forms | Gann gebruikte bij zijn voorspellingen ook geometrische vormen zoals bijvoorbeeld cirkels. De 360 graden van de cirkel of fracties daarvan worden gebruikt om de koersbeweging te extrapoleren, zowel horizontaal als verticaal in de grafiek. Hij verdeelt de cirkel ook in 13, 26, 39 en 52 weken en berekent daarna doelstellingen vanuit hoogte- (laagte)punten in het koersniveau. Daarnaast tekent hij in de cirkel een vierhoek en een driehoek en laat een van de hoeken samenvallen. De vijf overige raakpunten met de cirkel worden gebruikt om reversal dates in te schatten. |
Gann Natural Squares | Gann gebruikte ook de wortels uit natuurlijke getallen om prijsdoelen te berekenen. Zie ook Gann Squaring Time and Price. |
Gann Square of 144 | Het Fibonacci getal 144 wordt door Gann gebruikt om een gebied af te bakenen van 144 eenheden in hoogte en in breedte. Hij probeert hiermede Steun- en Weerstandniveaus in te schatten. |
Gann Square of Nine | Een hulpmiddel in trading waarin de aandelenkoers wordt gerelateerd aan een getallenreeks zoals bijvoorbeeld de graden van een cirkel. Gann verdeelt de chart verticaal en horizontaal in 9 gelijke vierkanten. Hij trekt daarna zijn diagonaal lijn door de hoeken van de vierkanten. Het aantal vierkanten kan variëren en daarmede ook het aantal graden dat de hoek van de diagonaal bepaalt. |
Gann Squaring Time and Price | Een techniek van William Gann om doelstellingen van de prijsbeweging te berekenen. Gann zette een significante High (Low) voor een valuta om in tijdseenheden. Deze tijdseenheden (dagen, weken, maanden, jaren) worden daarna opgeteld bij de datum waarop de High (Low) in kwestie werd neergezet. Bij het bereiken van de op deze manier berekende datum “Price and Time are Squared” start de omkeer van de trend. |
Gap | Een gap is in principe een plaats op de bar chart waar geen handel heeft plaatsgevonden. De hoogste koers van gisteren is lager dan de laagste koers van vandaag dan wel de laagste koers van gisteren is hoger dan de hoogste koers van vandaag. Men maakt onderscheid tussen Breakaway Gaps, Continuation Gaps, Common Gaps en Exhaustion Gaps. Men spreekt ook van Bullish Gaps en Bearish Gaps en Ex-Dividend Gaps. |
GAP Down | Een Gap waarbij de High van de betreffende dag onder de Low ligt van de voorafgaande dag. Hij wordt ook wel Bearish Gap genoemd. |
GAP Up | Een Gap waarbij de Low van de betreffende dag boven de High ligt van de voorafgaande dag. Hij wordt ook wel Bullish Gap genoemd. |
Gapping Play | Een candlestick patroon waarbij een serie van candles met kleine lichamen ter hoogte van de recente highs (cq lows), gevolgd wordt door een nieuwe candle, die via een gap een nieuwe high (low) vormt. Dit is een koop- (verkoop)signaal. |
Garantieproduct | Garantieproducten zijn beleggingsconstructies waarbij het neerwaartse risico beperkt is. Het beste voorbeeld is misschien wel de aankoop van een langlopende mantel en de gelijktijdige aankoop van calls voor het verschil tussen de nominale waarde en de kostprijs van de mantel. Voorbeelden uit de markt: Lirics, Clickfondsen. Als de koers van de onderliggende waarde tot ver onder het garantieniveau daalt gaan garantieproducten zich gedragen als zerobonds. |
Garantieregeling | Een samenwerkingsverband van financiële instellingen onder toezicht van een Centrale Bank dat in geval van faillissement of in werkingtreding van een “Noodregeling” van een van de onder toezicht van deze Centrale Bank staande instelling zo spoedig mogelijk een jaarlijks geïndexeerd bedrag uitkeert op op-naam-gestelde schuldvorderingen op deze instelling. |
GARP | Growth at A Reasonable Price. Een indicator welke wordt gebruikt om goedkope groeiaandelen op te sporen. Middels de PEG Ratio wordt een afweging gemaakt van de PE-Ratio en de groeivoet van de winst. Zie ook Peter Lynch Ratio. |
Gartley Reversal | Genoemd naar H.M. Gartley. Een assymetrische dubbele top waarbij de tweede top (bodem) lager (hoger) ligt dan de eerste en waarvan de afstanden tussen de toppen en bodems aan bepaalde vereisten voldoen (o.a. Fibonacci verhoudingen). De eerste opgang (neergang) is daarbij een impulsgolf en de daaropvolgende neergang (opgang) is een duidelijk in tweeën te delen correctiegolf, waarbij A tot B (eerste neergang/opgang) in punten gerekend even groot is als C tot D {de tweede neergang (opgang) nu gerekend vanuit de tweede top(bodem)}. Daarenboven geldt dat de impulsgolf groter is dan de correctiegolf. Zie ook Butterfly Reversal. |
Gealloceerde reserves | Reserves die aangehouden worden bij het IMF en waar het IMF inzicht in heeft. Het zijn de banktegoeden in Amerikaanse Dollars, Pond Sterling, Yen, Zwitserse Frank, Australische en Canadese Dollars en Euro (zie ook Cofer). |
Gearing | Gearing = Netto Schuld / (Netto Schuld + Eigen Vermogen); Zie ook elasticiteit. |
Gedaan en Bieden | GB. De handel heeft tegen de genoemde prijs gekocht en heeft nog uitstaande kooporders tegen deze prijs. |
Gedaan en Laten | GL. De handel heeft tegen de genoemde prijs verkocht en heeft nog uitstaande verkooporders tegen deze prijs. |
Geïndexeerde obligatie | Een obligatie waarbij de rente varieert aan de hand van de ontwikkeling van een bepaalde waarde, bijvoorbeeld van de prijsindex (inflatie), de goudindex of de beursindex. |
Geïnvesteerd vermogen | Het eigen vermogen plus de korte en de lange rentedragende schulden. |
Geldinjectie | Extra leningen die de centrale banken tijdelijk ter beschikking stellen aan banken die daaraan behoefte hebben. Daarmee wordt geld “geïnjecteerd” in de geldmarkt. |
Geldmarkt | De markt waarop geld wordt geleend en uitgeleend tussen financiële instellingen. |
Geldpers | De Centrale Bank heeft het recht bankbiljetten te drukken. Als zij van dit recht overmatig gebruikt maakt dan zegt men dat zij “de geldpers laat draaien” waarmede het begrip een negatieve lading krijgt. Een te grote uitgifte van geld lijdt tot inflatie. |
Gelre | Een eigen Gelderse munteenheid ontstaan uit een privé-initiatief, waarbij gestart is met een regionaal chartaal geldsysteem. De Gelre is voorzien van een watermerk en andere veiligheidskenmerken en kan door ondernemers die zich hebben aangesloten bij de organisatie Gelre Handelsnetwerken gebruikt worden in het onderlinge betalingsverkeer. Het initiatief werd genomen naar aanleiding van het succes dat regionale munteenheden in Duitsland kennen. Zie ook Pebbles, Nobels, Chiemgauer, Havelblà¼ten, Urstromtaler en RES-euro. |
Geluksindex | Als tegenhanger tegen het BNP werd in Bhutan in 1972 het begrip Bruto Nationaal Geluk (BNG) geïntroduceerd. Deze index sloot aan bij de Boedistische leer, die stelt dat de mens tevreden moet zijn met wat hij heeft en niet steeds moet streven naar meer. De overheid heeft de plicht om bij te dragen aan de tevredenheid van de burgers en een speciale commissie toetst de regeringsplannen aan gelukscriteria. |
Gemach | Joodse interestvrije lening. |
Gemeenschappelijk Bezit Constructie | Aandelen in een andere vennootschap worden ingebracht en gehouden door een holding vennootschap (= gemeenschappelijk bezit) die daartegenover eigen aandelen uitgeeft. |
Genetische Algoritmes | Systemen die de beslissingsregels geleidelijk verbeteren door op grond van aangeleverde data beslissingsregels te combineren en zelfstandig nieuwe beslissingsregels at random in te bouwen. |
Genormaliseerde MACD | De absolute waarde van de MACD wordt genormaliseerd door de price-oscillatorcomponent te delen door de standaardafwijking over de periode die wordt gebruikt voor het lange voortschrijdende gemiddelde. |
Geoptimaliseerde Replicatie | Men spreekt van Geoptimaliseerde Replicatie als de beheerder weliswaar zijn ETF samenstelt als reproductie van de betreffende index, maar waarbij hij gebruikt maakt van de mogelijkheid om met behulp van software de onderliggende relatie alsmede de risico’s van de verschillende bestanddelen van de index mee te laten wegen. |
Gestructureerde Producten | Combinaties van verschillende beleggingsvormen zoals indexen, obli-gaties, mantels, opties, renteswaps, vreemde valuta en dergelijke. Vaak gaan ze gepaard met een of andere vorm van garantie. Ze zijn beperkt in looptijd. Voorbeelden zijn Robeco Emerging Mix Note, Rabo Performance Clicker. Op de website van Vladeracken b.v. kan men een niet-uitputtende verklarende lijst van een reeks specifieke gestructureerde producten vinden. |
Gesyndiceerde Lening | Schuldbekentenis met onderpand. Zie ook onder CDO. |
GG Administration | Generals and Goldman Sachs Administration. Term ontstaan naar aanleiding van de benoemingen door President Trump, die verhoudingsgewijs veel generaals en bestuurders van Goldman Sachs in zijn kabinet en kring van adviseurs opnam. |
Giffen goed | Een product of dienst waarvan de prijs toeneemt als de vraag ernaar ook toeneemt. Het is dus een goed met een positieve prijselasticiteit. |
Gifpil | Constructies door een onderneming die vijandige overnemers moeten afschrikken zoals bijvoorbeeld de uitgifte van preferente aandelen, de uitgifte van gewone aandelen onder bepaalde voorwaarden, terugbetalingen aan klanten onder bepaalde voorwaarden, met het oog op schade aan de productondersteuning en dergelijke. |
Gilt | Staatslening van het Verenigd Koninkrijk. |
Give-up | Als een broker een order uitvoert voor de cliënt van een andere broker wordt de fee vaak gesplitst en betaalt de cliënt dus niets extra’s. |
GLI | Gain/Loss Indicator ontwikkeld door R. van Mourik. Deze indicator geeft weer wat in de periode waarover de indicator wordt berekend een gemiddelde winstgevende dag en een gemiddelde verliesgevende dag aan rendement opleverden. De indicator bestaat uit twee lijnen die als volgt berekend worden. Formule: G = Σ%wn+/Wn; L = Σ%vn-/Vn waarbij G = De gemiddelde winst ; L = Het gemiddelde verlies ; Σ%wn+ = de som van de procentuele winst van de winstgevende dagen; Σ%vn- = de som van het procentuele verlies van de verliesgevende dagen; Wn = het aantal winstgevende dagen ; Vn = het aantal verliesgevende dagen. |
Global Depositary Receipt | GDR. Een financieel instrument luidende in euros of dollars waarmede men de kapitaalmarkt op gaat ten einde kapitaal aan te trekken. Een voorbeeld is een bankcertificaat dat uitgegeven wordt in meerdere landen tegenover aandelen in een bepaald bedrijf. Zie ook ADR. |
Global Dow | Een index gepubliceerd door Dow Jones Company waarin 150 blue-chips zijn opgenomen, die worden gekozen door de redactie van de The Wall Street Journal uit de aandelenbeurzen in de gehele wereld. |
Global RSI | Van Jamie Effis. Hij berekent de historische relatie tussen GLD (SPDR Gold Trust ETF) en GDX (Gold Miners ETF). Van beide wordt een gemiddelde genomen en de veranderingen ten opzichte van elkaar geven de signalen. |
Global Titans Index | Een index samengesteld uit de koersen van de grootste wereldom-vattende ondernemingen met een beursnotering. De index wordt gebruikt als onderliggende maatstaf voor sommige gestructureerde producten, onder anderen door de Rabobank. |
Global Titans Obligatie | Een obligatie die in de eerste twee jaar een vaste hoge rente uitkeert en in de jaren daarna een variabele rente die afhankelijk is van de prestaties van een mandje aandelen. |
Globex | De elektronische beurs van de CME. |
GMVG | Meervoudig Voortschrijdend Gemiddelde van Daryl Guppy. Een groep van korte termijn Exponentieel Voortschrijdende Gemiddeldes (3-, 5-, 8-, 10-, 12- en 15-daags) en een groep van langere termijn Exponentieel Voortschrijdende Gemiddeldes (30-, 35-, 40-, 45- 50- en 60-daags) worden tezamen uitgezet in een grafiek. De korte termijn groep is een leidraad voor de “Traders”, die in actie komen als de korte termijn groep divergeert met de langere termijn groep. De tweede is een leidraad voor de “Investeerders” die pas signalen ontvangen als de eerste groep de tweede doorkruist. Het is een visueel aantrekkelijk hulpmiddel om de trend te volgen. |
Go Anywhere fondsen | Een andere benaming voor Unconstrained Bond Funds. Het gaat om obligatiefondsen, zonder beperkingen aan het belegingsbeleid. |
Gofo | Gold Forward Offered Price. Het is een Goud / USD-swap transactie. Als men dollars wil lenen en men bezit goud, dan kan men dit goud gebruiken als onderpand. |
Gold Standard | Een monetair systeem gebaseerd op goud waarin men op onbeperkte wijze de betreffende valuta kan omwisselen tegen een vaste hoeveelheid goud. |
Gold Strategy | van Steve Sjuggerud. Als de goudprijs stijgt ten opzichte van 4 valuta (de Amerikaanse Dollar, de Japanse Yen, het Britse Pond en de Europese Euro) koop dan goud. Doe dit opnieuw in de maanden daaropvolgend als het goud nog steeds stijgt ten opzichte van deze valuta. Ga exit als de stijging is afgelopen. |
Gold-to-Oil Ratio | Men meet het aantal vaten olie, dat voor een troy ounce goud gekocht kan worden. Hoe hoger de ratio des te goedkoper de olie en dus des te hoger de koopkracht van het goud. Men berekent een gemiddelde van 26 en wanneer de ratio daar sterk boven ligt, dan is er een economische crisis op komst. In ieder geval was dit gedurende de laatste 25 jaar vier keer het geval. |
Golden Cross | Een bullish signaal dat gegeven wordt wanneer een korter termijn voortschrijdend gemiddelde een langer termijn voortschrijdend gemiddelde in opwaartse richting kruist. Als standaard voor een haussesignaal wordt aangenomen dat het 50-daags het 200-daags Voortschrijdend Gemiddelde naar boven toe moet kruisen. |
Golden Ratio | De ratio tussen twee opeenvolgende getallen uit de Fibonacci reeks. Deze ratio wordt Phi genoemd en is gelijk aan 0.618. |
Golden Rule | Na een stijging vallen koersen vaak terug met 0,618 keer de omvang van de voorgaande stijging (Fibonacci gouden verhoudingsgetal). |
Goldilocks Scenario | Een situatie waarin de economie niet te snel en niet te traag groeit. Dus een ideaal tempo in de economie. Men gebruikt dit begrip vaak in verband met het vrijmaken van de wereldhandel teneinde een langdurige non-inflatoire groei te kunnen realiseren. |
Good till Canceled | Een Stop-Loss niveau dat gehandhaafd blijft totdat het ingetrokken is. Ook wel genoemd Open stop. |
Goodman Swing | Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. In de GWT is een Swing een koerscorrectie van meer dan 25%. Er zijn 3 Swings in de GWT. De First Primary Swing (FPS), de Secondary Swing (SS) en de Secondary Primary Swing (SPS). |
Goodman Wave Theory | GWT. Een alternatief voor de Elliott Wave Theorie van Charles B. Goodman en uitgewerkt door Michael Duane Archer. Goodman begint met een 50% Retracement Level en bouwt daarop een 3-wave handelstechniek. Zie ook Begin Point, End Point, First Primary Swing, Flat Complex Principle, Goodman Swing, Intersection Principle, Matrix, Midpoint, Propagation, Return Point, Return Swing, Secondary Swing, Secondary Primary Swing, Three C Principle. |
Goodwill | Het verschil tussen de prijs die voor een bedrijf betaald wordt en het eigen vermogen daarvan. |
Google Selectie Criteria | 5 criteria te weten: 1. De koers/winstverhouding op basis van de verwachte netto-winst per aandeel voor de komende twee jaar.(forward PE) moet ten minste 25 procent lager zijn dan het industrie-gemiddelde. Aandelen met een beurswaarde van minder dan 250 miljoen dollar en een Forward PE van 100 zijn uitgesloten; 2. Het groeipercentage van de netto-winst per aandeel voor de komende vijf jaar, gerapporteerd door analisten moet groter zjjn dan 20% per jaar; 3. Het aandeel mag niet lager staan dan 20 procent onder de hoogste koers sinds 1 januari 2000; 4. De groei van de omzet van 5 kwartalen geleden tot het laatst gerapporteerde kwartaal moet groter zijn dan 15% per jaar; 5. De score van Equities Lab Income Statement moet groter zijn dan 6 op een schaal van 1 tot 10. |
Goud | De prijs van een troy ounce goud is een bij Vladeracken regelmatig terugkerend punt van aandacht. De prijs van goud is een maatstaf voor het vertrouwen dat beleggers in de waarde van de grotere munteenheden in de wereld hebben. De trendmatige ontwikkeling van goud is een indicatie voor de verwachtingen die beleggers koesteren jegens inflatieontwikkelingen. |
Goud Standaard | Een monetair systeem gebaseerd op goud waarin men op onbeperkte wijze de betreffende valuta kan omwisselen tegen een vaste hoeveelheid goud. |
Gouden Parachute | Een contract tussen het bedrijf en leden van het management waarbij aan de laatsten een beduidende som geld wordt toegekend indien de onderneming door een derde wordt overgenomen. |
Gouden Standaard | Een muntsysteem, dat gekoppeld is aan goud. De waarde van de munt is daarbij gelijk aan de waarde van een bepaalde hoeveelheid goud. Landen die de Gouden Standaard gebruiken hebben dus vaste onderlinge wisselkoersen. Er zijn drie mogelijkheden: 1. de munten bevatten goud; 2. het in omloop zijnde geld is tegen goud inwisselbaar; 3. er is meer geld uitgegeven dan er goud beschikbaar is, dan heet het een Papieren Standaard. |
Goudlokje Scenario | Een situatie waarin de economie niet te snel en niet te traag groeit. Dus een ideaal tempo in de economie. Men gebruikt dit begrip vaak in verband met het vrijmaken van de wereldhandel teneinde een langdurige non-inflatoire groei te kunnen realiseren. |
Goudprijs | Volgens Ray Dalio zal de goudprijs, gezien op lange termijn, tenderen naar een waarde die gelijk is aan de totale hoeveelheid geld in omloop gedeeld door de totale voorraad goud. |
Governance Structuur | Een situatie waarin eigendom, leiding, relatie tot werknemers en afnemers is georganiseerd conform de in het betreffende land opgestelde regels (in Nederland code Tabaksblat). |
GPM | Graduated Payment Mortgage. Een hypotheekvorm waarin de aflossingsverplichting in het begin laag is maar die daarna geleidelijk stijgt. Het rentegedeelte in de periodieke betalingstermijnen blijft gelijk. Deze hypotheekvorm is specifiek gericht op jongere mensen. |
Graduated Payment Mortgage | GPM. Een hypotheekvorm waarin de aflossingsverplichting in het begin laag is maar die daarna geleidelijk stijgt. Het rentegedeelte in de periodieke betalingstermijnen blijft gelijk. Deze hypotheekvorm is specifiek gericht op jongere mensen. |
Graham's Formule | Uitgaande van zijn eisen, die hij stelde aan koopwaardige aandelen ontwikkelde Benjamin Graham een eenvoudige formule waarmede men de theoretische waarde van een aandeel kan inschatten. Formule: WA = (2x WG+8,5)*(4,4AAA) waarbij WA = Waarde Aandeel; WG = Winstgroei; AAA = het effectieve rendement op bedrijfsobligaties van allerhoogste kwaliteit. |
Graham's Tien Regels | De tien regels voor het selecteren van aandelen van de grondlegger van de fundamentele analyse, Benjamin Graham, zijn: 1. Het winstrendement is groter dan tweemaal het rendement op AAA bedrijfsobligaties; 2. Het winstrendement is groter dan het 5- jaars gemiddelde; 3. Het dividendrendement is groter dan 2/3de van het rendement op AAA bedrijfsobligaties; 4. De koers is lager dan 2/3de van de materiële boekwaarde; 5. De koers is lager dan 2/3de van het netto bedrijfskapitaal; 6. Het vreemd vermogen is kleiner dan het eigen vermogen; 7. De vlottende activa zijn minimaal tweemaal zo groot als de kortlopende schulden; 8. Het vreemd vermogen is niet groter dan tweemaal de vlottende activa; 9. De groeivoet van de winst was in de afgelopen 10 jaar groter dan 7%; 10. De winst is in de afgelopen tien jaar maximaal tweemaal gedaald met 5% of meer.5. De koers is lager dan 2/3de van het netto bedrijfskapitaal; 6. Het vreemd vermogen is kleiner dan het eigen vermogen; 7. De vlottende activa zijn minimaal tweemaal zo groot als de kortlopende schulden; 8. Het vreemd vermogen is niet groter dan tweemaal de vlottende activa; 9. De groeivoet van de winst was in de afgelopen 10 jaar groter dan 7%; 10. De winst is in de afgelopen tien jaar maximaal tweemaal gedaald met 5% of meer. |
Granny Bonds | Geïndexeerde leningen waarop in Engeland door ouderen kon worden ingeschreven. Zij waren bedoeld om te voorzien in een (gedeeltelijk) waardevast pensioen. Er zijn één-jarige en drie-jarige obligaties, die een rente betalen van 2,8% respectievelijk 4%. De minimum inleg is 500 pond en de maximum inleg is 10.000 pond per persoon. |
Gravestone Doji | Bij deze kandelaar vallen de open, de low en de close ongeveer samen. De high creëert een lange schaduw naar boven. In een downtrend kan hij een draai in de markt aankondigen. In een uptrend kan een bearish reversal volgen. |
Graydon | Een Nederlands kredietbeoordelingbureau. |
Greece Athens Composite | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Griekse beurs. |
Greenshoe | Een Greenshoe is het recht van de instelling die een emissie begeleidt om bij de uitgevende instelling een bepaald extra percentage van de uitgegeven effecten in de dagen na de uitgifte tegen de uitgifteprijs te kopen om zo de markt in de eerste dagen na de emissie enigszins te reguleren. |
Greenspan Put | Een andere benaming voor Plunge Protection Team. |
Gresham's Law | De tendens van private banken en van overheden, indien toegestaan, om hard currencies te vervangen door soft currencies. |
Grexit | Hiermede wordt een exit van Griekenland uit de Euro aangeduid. |
Grid Trading System | Een type handelssysteem vooral gebruikt door handelaren in valuta. Men maakt gebruik van periodes waarin de markt zich in een horizontaal kanaal beweegt. Men koopt onder de markt en verkoopt daarboven. Het systeem heeft een ingebouwde Stoploss zodra de spread op een van te voren vastgesteld percentage (aantal PIPS) verlies staat. Hiermede heeft het systeem een kans op een beperkt verlies maar daartegenover staat een kans op een onbeperkte winst. |
Groei aandelen | Aandelen die gekenmerkt worden door een hoge groei in winstgevendheid. Hun koers/winst verhouding is vaak hoog en het dividendrendement is veelal relatief laag. |
Groep rotatie | Een term uit de sector analyse die betrekking heeft op het roteren van de beleggingen van de ene naar de andere sector. |
Group Think | Op bepaalde prijsniveaus denken veel deelnemers in de markt gelijkaardig. Hierdoor ontstaan steun- en weerstandniveaus. |
Growth Oriented Selection | Jay Kaeppel gaat uit van de rangschikkingen, die beschikbaar worden gesteld door twee bedrijven. Hij noemt dan de Value Line Timeless Rank en de Zweig Performane Ratings Rank. Bij beide rangschikkingen moet het bedrijf de positie van nummer 1 innemen en het betreffende aandeel wordt na aankoop 6 maanden in portefeuille gehouden. |
Growth strategies | Hieronder vallen vele soorten fundamentele beleggingsstrategieën die zich richten op bedrijven die gekenmerkt worden door sterke groei en hoge winstmarges. Ook sterke merknamen en inside ownership zijn elementen die in de groeistrategie een plaats hebben. |
GTC Stops | Good till Cancelled Stops. Orders die uitgevoerd dienen te worden op of onder of boven bepaalde prijzen. Niet uitgevoerde orders blijven openstaan tenzij herroepen. |
GVG | Gewogen Voortschrijdend Gemiddelde. Iedere waarde uit de reeks wordt vermenigvuldigd met de factor waarmede gewogen wordt. Men wil hiermede bereiken dat het gemiddelde zich beter aanpast bij het koersverloop. Als factor wordt vaak genomen de opeenvolgende nummering van de koersen in de reeks gedeeld door het totaal aantal waarnemingen. |
GVZ | Een Volatiliteitsindex op het Goud. |
H
H-factor | Het verschil tussen de bied- en laatkoers (spread), gerelateerd aan de gemiddelde intraday koersbeweging van de afgelopen 55 dagen. De H-factor is bedoeld om de potentie van een bepaald product – vaak een future – voor daytrading te bepalen. Een kleine spread en weinig beweging gedurende de dag geeft een lage H-factor. Veel intraday beweging en een kleine spread vertalen zich in een hoge H-factor. Formule: H-factor = R/S waarbij S = De biedprijs minus de laatprijs; R = MA55(H-L); MA = Voortschrijdend gemiddelde; H = Hoogste koers; L = Laagste koers. |
Haco | Een digitale oscillator van Sylvain Vervoort van gekleurde Candle-sticks. Er wordt een waarde 1 gegeven aan een witte Candle uit de Heikin-Ashi chart. Deze wordt groen gekleurd en een waarde van 0 aan de zwarte, die rood gekleurd wordt. Met behulp van een aantal ingrepen wordt een duidelijke groene of rode trend getoond die niet onderbroken wordt door vele Whipsaws. |
Haguro Methode | Van Seiki Shimitzu. Uitgaande van de week candlesticks worden vanuit het midden van het lichaam Support and Resistance Lines gedefinieerd. Hij neemt de candlestick, die zichtbaar groter is dan de anderen. |
Haircut | Een gedeeltelijke kwijtschelding van schulden. |
Halloween Effect | Een seizoencyclus, waarbij Halloween, ofwel de 31ste oktober, de dag is dat we weer naar de beurs moeten kijken. |
Halloween Indicator | van Ben Jacobson en Sven Bouman. De Halloween-indicator zegt dat Halloween, ofwel de 31ste oktober, de dag is dat we weer naar de beurs moeten kijken (zie ook Seizoencyclus). |
Hammer | Tonkachi. Een witte of zwarte candlestick in een downtrend met aan de bovenzijde een zeer lange schaduw, die 2 tot 3 keer zo groot is als het lichaam. Het is een omkeerpatroon. |
Handelssysteem | van James en John Rich. Kies een aandeel waarvan het 20 MA boven/onder het 50 MA ligt en waarvan het 50 MA boven/onder het 200 MA ligt als de algemene marktindex boven/onder het 20 MA ligt en dit weer boven/onder het 50MA ligt dat weer boven/onder het 200 MA ligt. Leg in het koerspatroon een 8 MA van de Highs en een 8 MA van de Lows. Neem positie in als de koers boven/onder het ontstane kanaal sluit en verlaat deze positie als de koers onder/boven het kanaal sluit. Rich handelt alleen maar in aandelen waarvan tenminste 1 miljoen stuks per dag (USA) verhandeld worden. |
Handymax | Bulkcarrier met een laadvermogen van 40.000 tot 60.000 dwt. |
Handysize | Bulkcarrier met een laadvermogen van 10.000 tot 40.000 dwt. |
Hang Seng Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de beurs in Hong Kong. |
Hanging Man | Kubitsuri. Een witte of zwarte candlestick in een uptrend met aan de onderzijde een zeer lange schaduw, die 2 tot 3 keer zo groot als het lichaam. Het is een omkeerpatroon. |
Happy Meal Indicator | Burgerketen Red Robin halveerde het aantal kleurpotloden dat kinderen kregen tijdens de recessie in 2009 met de helft. Als er minder vraag naar het product is probeert men blijkbaar de winstmarge op peil te houden door minder gratis weg te geven. |
Harami | Een candlestick patroon waarbij een klein lichaam wordt voorafgegaan en omsloten door een candlestick met een groot, lang lichaam. Indien het kleine lichaam zwart van kleur is waarschuwt hij voor een daling en indien het wit van kleur is kondigt hij een stijging aan. Confirmatie is nodig. |
Harami Cross | Harami yose sen. Een Harami waarbij de kleine candlestick een Doji is. Het is een belangrijk omkeerpatroon, vooral wanneer de voorgaande candle groot is. Het wordt ook wel een Petrifying pattern genoemd. |
Hard Currency | Valuta die worden gezien als stabiel en betrouwbaar, waarin men zonder veel risico te lopen kan investeren. |
Hard Side | Bij het leggen van een Spread wachtte men op een Uptick om dan eerst de shortpositie in te nemen. Maar sinds men niet meer wacht op de Uptick geeft men de voorkeur aan de Wide Side Spread. |
Harpex Index | Harper Petersen & Co. publiceert wekelijks deze index van containervrachtkosten op de Atlantische Oceaan. Hij is gebaseerd op een periodieke enquàªte bij vooral in Hamburg gevestigde containerrederijen en makelaars. Zie ook Baltic Dry Index, welke zich op scheepsvrachtkosten van droge grondstoffen richt. |
Haurlan Index | van P.N. Haurlan. Het is een exponentieel gemiddelde (respectievelijk van 3 dagen, 20 dagen en 200 dagen) van het aantal Advancing minus het aantal Declining Stocks. Aan de formule wordt een factor toegevoegd, afhankelijk van het tijdsbestek dat men wil bestrijken. Kruisingen van de nullijn geven koop- en verkoopsignalen. Extreme waarden duiden op Oversold en Overbought markten. Formule: It = A +0,5(P-A) = Korte termijn index; It = B + 0,1(P-A) = Middellange termijn index; It = C + 0,01(P-A) = Lange termijn index waarbij It = Today’s Index; A = Yesterday’s shortterm index; B = Yesterday’s intermediate index; C = Yesterday’s long-term index. |
Hausse | Een term die gebruikt wordt voor een beurs waarop over een breed front de koersen stijgen. |
Haussepremie | Een Call optie die niet aan de beurs genoteerd is en daarmede beperkt verhandelbaar is. Uitoefenprijs, hoeveelheid en uitoefendatum zijn niet gestandaardiseerd. |
Haussier | Iemand die effecten koopt in de verwachting dat deze gaan stijgen in waarde. |
Havelblà¼ten | Duitse regionale munteenheid uit Potsdam. |
Hawala | Ook wel genoemd Hundi. Het is een informeel geldtransfersysteem dat gebaseerd is op vertrouwen. Het komt vooral voor in het Midden Oosten, Noord en Oost Afrika en India. Als men geld wil overmaken deponeert men de betreffende som bij een Hawaladar, die een password geeft. De Hawaladar informeert een andere Hawaladar in een andere stad of land die het uitbetaalt aan de rechthebbende, mits die met hetzelfde password komt. De Hawaladars gerbuiken geen promissory notes of andere documenten maar regelen hun schulden/vorderingen op vertrouwen. |
Hawaladar | Een Hawala broker. Zie verder onder Hawala. |
HBU | Highest and Best Use. Een waarderingsmaatstaf voor vastgoed. Hierbij wordt onderzocht waarvoor het pand nog kan dienen in aanmerking genomen vraag en locatie. |
Head and Shoulder patroon | Dit patroon bestaat uit drie toppen waarbij de middelste de hoogste is en waarbij onder de twee tussenliggende bodems een lijn getrokken kan worden. Als deze lijn (neklijn) na de derde top naar beneden toe doorschreden wordt is dit de bevestiging van het patroon. Het is in het algemeen een omkeer patroon. Er is ook een Inverted Head and Shoulder patroon. Hierbij is de middelste bodem de laagste. |
Heat Map | De individuele beursgenoteerde fondsen worden gezamenlijk in een grafische voorstelling opgenomen waarbij ze in kleur worden getoond in een matrixvorm. Het aan een fonds toegewezen blok varieert in kleur en omvang afhankelijk van de omzet in het fonds in de gemeten tijdseenheid. |
Hedge Fund | Beleggingsmaatschappij die in principe iedere positie afdekt en door het verschil in prijs of in koersontwikkeling winst probeert te maken. |
Hedge ratio | Verandering van de optiekoers / verandering van de aandelen-koers. Zie ook Delta. |
Hedging Pressure | De ratio van de netto future posities (short versus long) en de open interest. De gegevens worden wekelijks bijgehouden door de Commodity Futures Trading Commission (CFTC). |
Hefboom | Men laat een gulden meermaals zijn invloed uitoefenen ten opzichte van de standaard investering. Dit kan bijvoorbeeld door in plaats van één aandeel, voor dat zelfde geld meerdere opties op dat aandeel te kopen. Zie voor een formule onder Leverage. |
Hefboom Ratio | Ook wel Leverage Ratio genoemd. Het Eigen Vermogen wordt daarbij afgezet tegen een voor risico gewogen balanstotaal. Zie ook Kernkapitaal Ratio. |
Hefboomeffect | Men laat een gulden meermaals zijn invloed uitoefenen ten opzichte van de standaard investering. Dit kan bijvoorbeeld door in plaats van één aandeel, voor dat zelfde geld meerdere opties op dat aandeel te kopen. Zie voor een formule onder Leverage. |
Hefboomwerking | Men laat een gulden meermaals zijn invloed uitoefenen ten opzichte van de standaard investering. Dit kan bijvoorbeeld door in plaats van één aandeel, voor dat zelfde geld meerdere opties op dat aandeel te kopen. Zie voor een formule onder Leverage. |
Heikin-Ashi Chart technique | Het is een candlestick chart opgebouwd uit gemiddelden. Deze charttechniek zou het gemakkelijker maken om trends te herkennen. De waarden worden opgebouwd als volgt: xClose = Close + Open + High + Low/4; xOpen = [xOpen (previous bar) + Close(previous bar)]/2; xHigh = Max(High, xOpen, xClose); xLow = Min(Low, xOpen, xClose). |
Helikoptergeld | Het was Hilton Friedman die suggereerde, dat de economie zeer gestimuleerd zou worden, als de Autoriteiten (men spreekt van de Centrale Bank) een bepaald bedrag zouden uitkeren aan alle burgers zonder dat daar een tegenprestatie tegenover staat. Ook rekent men tegenwoordig het financieren van publieke infrastructuur tot helikoptergeld. |
Heloc Lening | Home Equity of Credit. Een hypotheekvorm waaronder de hypotheekgever zich verplicht gedurende een afgesproken periode zoveel of zoweinig krediet te verschaffen als wordt gevraagd door de hypotheeknemer, afhankelijk van de maximaal op te nemen som als bepaald in het contract. |
Hemline Index | In 1926 stelde George Taylor van de universiteit van Pennsylvania dat de beurs omhoog gaat als de mode korter wordt (de hemline = de zoom van de jurk die dan korter wordt). Business Inside, een website uit de Verenigde Staten houdt de index bij. |
Herbeleggingindex | Dagelijks berekende CBS-index op basis van de slotkoersen van alle beursgenoteerde Nederlandse aandelen met uitzondering van vastgoed aandelen, beleggings- en houdstermaatschappijen. Het uitgekeerde dividend wordt meegenomen door te veronderstellen dat het wordt geherinvesteerd in dezelfde aandelen waarop het eerst ontvangen werd. |
Herd behaviour | Kuddegedrag. Deze theorie beschrijft hoe individuen in een groep kunnen samenwerken zonder gezamenlijk actieplan. Betrokken op de effectenbeurzen bedoelt men hiermede dat dezelfde patronen zich telkens opnieuw voordoen omdat beleggers zich regelmatig als een kudde gedragen. |
Herkapitalisatie | Wijziging van de kapitaalstructuur van een onderneming middels een verschuiving van reserves naar aandelenkapitaal. |
Hermes Index | Een tweede maar meer algemene index van de Egyptische Beurs. |
Herrick Payoff Index | Deze wordt gebruikt om de hoeveelheid geld (moneyflow) die in de markt stroomt te meten. |
Heup | Een begrip uit de Kagi Chart techniek. Het duidt op het doorbreken van de voorgaande bodem. Het moment dus waarop overgegaan wordt tot het trekken van een dunne lijn. |
Heuristics | Probleemoplossingen worden gezocht door verschillende moge-lijkheden met elkaar te vergelijken en daarna de beste te kiezen. Het is dus in feite een trial-and-error methode. Men gebruikt vuistregels bij het rekenen. In tegenstelling tot het gebruik van algoritmes, die altijd het gezochte resultaat opleveren zullen heuristics slechts het juiste resultaat opleveren in een beperkt aantal gevallen afhankelijk van de gekozen mogelijkheden. |
Hex 25 | Een gemiddelde van de vijfentwintig meest verhandelde en grootste aandelen van de Finse beurs. |
HFT | High Frequency Traders. Handelaren die met behulp van digitale algoritmes gebruik maken van minimale koersverschillen. |
Hiba | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Hierbij wordt, zonder andere voorwaarden, de eigendom van een asset overgegeven aan een derde met de verplichting dat het teruggegeven wordt bij de dood van de oorspronkelijke eigenaar. |
HIBOR | Hong Kong Interbank Offered Rate. Het is de rente die banken in Hong Kong elkaar in rekening brengen voor onderliggende leningen. |
HICP Indexen | Harmonized Index of Consumer Prices. Het is een geharmoniseerde set van indexen van de prijzen van consumptiegoederen samengesteld door Eurostat om een vergelijking mogelijk te maken tussen de leden van Europese Unie. In de indexen zijn niet opgenomen overheidsleges, belastingen (behalve de BTW), de kosten van leningen en de kosten van de gezondheidszorg inzoverre die rechtstreeks ten laste komen van de consument. De belangrijkste HICP index voor de financiële wereld is de HICP zonder tabak. Hij wordt veelal gebruikt als basis voor de periodieke vaststelling van de rente op Inflatielinkers die in € genoteerd zijn. |
Hidden Nodes | Elementen die neurale netwerken de mogelijkheid bieden om non-lineaire patronen te leren. De hidden nodes transformeren op mathematische en onmiddellijke wijze gewogen sommen van bepaalde inputs via nonlineaire functies. |
Hiddic | High Indebted Developped Country. Ontwikkeld land met een grote nationale schuld. |
Hierarchical Neural Network | Een neuraal netwerk waarin voorspellingen die voortkomen uit een bepaald niveau van de hierarchie, deze op automatische wijze naar een ander niveau brengt. Deze architectuur maakt leren sneller omdat ieder netwerk het leren richt op zijn eigen resultaten. |
High | Hoogste (intra-day) koers. |
High Frequency Traders | Handelaren die met behulp van zeer krachtige computers en zeer sophisticated software in staat zijn om binnen een fractie van een milliseconde de grote markt voor te zijn. Hierdoor kunnen zij gebruik maken van (vooruitlopen op) kleine koersverschillen. Hen wordt verweten dat ze de markt manipuleren en de Securities and Exchange Comission is daarnaar in 2008 een onderzoek begonnen. |
High Low Logic Index | HLLI van Norman Fosbeck. Hij nam de kleinste van het aantal New Highs gedeeld door het aantal verhandelde fondsen en het aantal New Lows gedeeld door het aantal verhandelde fondsen. Fosbeck berekende daarna een 10-weeks Exponentieel Voortschrijdende Gemiddelde en als dit boven 0,05 lag dan noemde hij de markt bearish als het onder 0,010 lag dan noemde hij de markt bullish. |
High Pass Frequency Filter | Een detrendfilter dat zich richt op de ruis die zich weinig voordoet en dus de veelvuldig voorkomende ruis accepteert wanneer de gefilterde data worden afgetrokken van de originele data. |
High Price Gapping Play | Een candlestick patroon waarbij een serie van candles met kleine lichamen ter hoogte van de recente highs, gevolgd wordt door een nieuwe candle, die via een gap een nieuwe high vormt. Dit is een koopsignaal. |
High Wave | Een candlestick met een klein lichaam en met lange schaduwen. Enkele van deze kandelaars op een rij kunnen een omkeer aankondigen. |
High Yield Bonds | Zeer hoogrentende obligaties van minder solide ondernemingen met een rating van C3 of lager. Bij een C3 rating schat de markt in dat de kans dat de debiteur in het eerste jaar failliet gaat 25% bedraagt en dat de kans dat de onderneming in het tweede jaar failliet gaat 50% bedraagt. |
High Yield Dividend Aristocrats | Een lijst van grotere bedrijven uit de S&P500 Index die gedurende tenminste 25 consecutieve jaren een politiek van stijgende dividenden hebben gevolgd. Naar analogie van deze lijst is er ook een Europese lijst van Dividend Aristocrats verschenen. Er zijn beleggers die van deze lijsten gebruikmaken. De aandelen worden dan gerangschikt naar het hoogste Dividendrendement en men belegt in de aandelen die in de top figureren. Men noemt deze fondsen de High Yield Dividend Aristocrats. Een systematische belegging hierin zou de index ook systematisch hebben verslagen. |
High/Low Index | Een Index waarbij dagelijks het aantal hogere koersen gedeeld wordt door het aantal lagere koersen. Als deze index stijgt wijst dat op een stijgende markt en omgekeerd. |
High/Low Indicator | De hoogste koers van de afgelopen tien dagen wordt hierbij gedeeld door de laagste uit diezelfde periode. Een lage waarde duidt op een rustige markt, maar een extreem lage waarde vormt vaak de inleiding voor een uitbarsting. |
Highest and Best Use | HBI. Een waarderingsmaatstaf voor vastgoed. Hierbij wordt onderzocht waarvoor het pand nog kan dienen rekening houdend met vraag en locatie. |
Hightech Fondsen | Bedrijven waarvan de groei vooral wordt gestuwd door de snelle technische ontwikkeling. |
Hilo Index | High/Low index. Het is het MA10 van de Record High Percent Index. |
Hindenburg Omen | van James R. Miekka. Het is een patroon uit de Technische Analyse. Miekka wilde daarmede een market crash voorspellen. Het bestaat uit een combinatie van een aantal indicatoren: 1. Het 52-weeks Voortschrijdend Gemiddelde van de New Highs en de New Lows op de New York Stock Exchange moeten beide groter zijn dan 2,2% van het aantal fondsen verhandeld op de genoemde beurs. Later werden er veranderingen aangebracht in deze regel. Men ging spreken van 2,5% en vooral van 2,8%, maar in het laaatste geval betrof het niet het totaal aantal verhandelde fondsen maar de som van de stijgers en dalers. Hiermede werd ingespeeld op een veel voorkomende kritiek omdat in het totaal aantal verhandelde fondsen zich ook veel fondsen zouden bevinden waarvan slechts sporadisch een koers werd vastgesteld; 2. Het kleinste van deze getallen moet groter zijn dan 75. Deze regel lieten latere analisten vallen, omdat hij eigenljk al besloten ligt in de eerste. Indien er 3200 tot 3300 fondsen in totaal verhandeld worden is 2,2% net iets minder dan 75; 3. Het 10-weeks Voortschrijdend Gemiddelde van de New York Stock Exchange Composite moet stijgend zijn. Miekka heeft calibraties uitgerekend ten behoeve van andere beurzen zodat deze ook kunnen worden gebruikt; 4. De McClellan Oscillator is negatief; 5. De nieuwe 52-weeks New High is niet groter dan 2 maal de nieuwe 52-weeks New Low. Als alle vijf criteria op een en dezelfde dag voldoen aan bovenstaande eisen dan is er sprake van een niet-geconfirmeerd Hindenburg Omen. Er sprake van een geconfirmeerd Hindenburg Omen als zich binnen 36 dagen een tweede Hindenburg Omen voordoet. Er is vastgesteld dat dit patroon sinds 1985 in slechts 24% van de gevallen een crash voorspelde. Wel werd iedere crash voorafgegaan door een Hindenburg Omen. In 41% werd het signaal gevolgd door een “˜panic Sell Off’. In 71% van de gevallen volgde een daling van de beurs met tenminste 5%. In minder dan 5% bleek het signaal niet gevolgd te worden door een negatieve beurs. |
Hines Ratio | Een variant van de Put/Call Ratio van Ray Hines die de open Interest toevoegde. Formule: HR = (Put Volume/Put Open Interest)/(Call Volume/Call Open Interest). |
Hirst Coëfficiënt | Van Harold Edwin Hirst. Het is de gekwantificeerde tendens van tijdreeksen, om terug te keren naar hun gemiddelde. |
Historische Volatiliteit | Een maatstaf van de fluctuaties in de koersen uit het verleden berekend met behulp van de standaarddeviatie. |
Hit Ratio | Het aantal winstgevende transacties in procenten van het totaal aantal transacties. |
HLLI | High Low Logic Index van Norman Fosbeck. Hij nam de kleinste van het aantal New Highs gedeeld door het aantal verhandelde fondsen en het aantal New Lows gedeeld door het aantal verhandelde fondsen. Fosbeck berekende daarna een 10-weeks Exponentieel Voortschrijdende Gemiddelde en als dit boven 0,05 lag dan noemde hij de markt bearish als het onder 0,010 lag dan noemde hij de markt bullish. |
Hoekman | Iemand die de handel gaande houdt in bepaalde aan hem toegewezen fondsen en die de officiële notering opmaakt. |
Hoge Hakken Index | Tijdens de depressie in de jaren negentig steeg de omzet van damesschoenen met hoge hakken, ten opzichte van de periode daar aan voorafgaande, aanzienlijk. Blijkbaar nodigt de zwakkere economische tijd uit tot meer uitdaging. |
Hoger Aanvullend Kapitaal | Upper Tier 2 kapitaal. Een gedeelte van het Aanvullend Kapitaal. Hieronder vallen cumulatief preferente aandelen en schulden beide met onbepaalde looptijd alsmede herwaarderingsreserves. |
Holding Maatschappij | Zie Beheermaatschappij. |
Holding Period Return Ratio | HPR Ratio. Een begrip uit de Resultaat Analyse geïntroduceerd door Ralph Vince. Het betreft hier het gedeelte van het beschikbare vermogen dat in een bepaalde strategie belegd is, de periode waarin de investering gehouden werd en de winst die gemaakt werd. |
Holdr | Holding Company Depository Receipt van Merrill Lynch. Zij repre-senteren eigendom van aandelen in een bepaalde sector, groep, of industrie. |
Hollandse Ziekte | Een term waarmede The Economist de problemen beschreef die de fabrikanten in Nederland ondervonden na het ontdekken van de gasbel. Analisten zijn er in het algemeen van overtuigd dat de levensstandaard lager wordt door een overvloed aan natuurlijke hulpbronnen. Als gevolg van de exploitatie van deze hulpbronnen zou de waarde van de nationale munteenheid stijgen waardoor de concurrentiepositie wordt aangetast hetgeen leidt tot productievermindering en werkloosheid. |
Home Bias | De mate waarin fondsen (met name pensioenfondsen) relatief meer beleggen in eigen land dan in de wereldeconomie. |
Home Equity of Credit | Heloc Lening. Een hypotheekvorm waaronder de hypotheekgever zich verplicht gedurende een afgesproken periode zoveel of zoweinig krediet te verschaffen als wordt gevraagd door de hypotheeknemer, afhankelijk van de maximaal op te nemen som als bepaald in het contract. |
Honderd/Honderddertig Fonds | 100/130 Fonds. Een hedgefonds met een duidelijke beperking in de omvang van het hedge-gedeelte. Een dergelijk fonds kan voor 130% van de ingelegde gelden long gaan en mag maximaal voor 30% van de inleg short gaan. |
Honderddertig/Dertig Regel | Geef Beleggingsfondsen de mogelijkheid om voor 30% van hun vermogen short te gaan en gebruik de dan overblijvende 130% om longposities in te nemen. Dit zou een formule zijn waarmede beleggingsfondsen hun benchmark zouden kunnen verslaan. Er zijn (nog) geen overtuigende resultaten gemeld. |
Hoogrentend | Obligaties die een rentecoupon hebben die duidelijk boven het gemiddelde ligt. |
Hook Day | Een handelsdag waarop de openingskoers net hoger(lager) ligt dan de hoogste koers (laagste) en de slotkoers net beneden (boven) de slotkoers van de voorgaande dag ligt. |
Hook Reversal | Een omkeer patroon. Er wordt een High bereikt die hoger ligt dan de High van de vorige dag en een Close die ligt onder de Close van de voorgaande dag (en omgekeerd). De Opening van de volgende dag moet in de richting van de omkeer liggen (zie ook Key Reversal). |
Horizontale Spread | Optieconstructie waarbij men gelijktijdig opties koopt en verkoopt met verschillende uitoefendata maar met gelijk uitoefenniveau en met gelijke onderliggende waarde. Zie ook kalenderspread. |
Horzelhandelaar | Een handelaar die bied- en laatkoersen inlegt zodra er nieuwe gelimiteerde opdrachten in het orderboek verschijnen. Hij legt zijn orders een fractie erboven of eronder. |
Houdbaarheidstekort | De som van de huidige staatsschuld en de geschatte toekomstige financieringsresultaten. |
Houdstermaatschappij | Een rechtspersoon die zich bezighoudt met het beheren en financieren van werkmaatschappijen waarin ze middels aandelenbezit of financiering deelneemt, maar die zelf geen onderneming drijft. |
House Money Effect | De neiging van beleggers om na het behalen van winst risicovoller te gaan beleggen. |
Hubris-hypothese | Ook wel genoemd Winners curse. Bij bedrijfsovernames heeft de biedende partij de neiging om de waarde van de te kopen onderneming te overschatten. |
Hugging Line | Een candlestick waarvan het lichaam het voorgaande lichaam omsluit. Wordt ook wel Engulfing Pattern genoemd. |
Hull Moving Average | HMA van Alan Hull voor de handel op indexen. Hull gebruikt een Voortschrijdend Gewogen Gemiddelde (Weighted Moving Average, WMA) en de wortel van N. Voor de berekening is het noodzakelijk dat het aantal waarnemingen een perfecte “square” vormt (4, 9, 16, 25 etcetera). Het systeem gaat in de markt op het einde van grote Pull Backs. Hull neemt een RSI van de HMA en ziet een waarde onder 50% dan als een koopsignaal en een waarde boven 90% als een verkoopsignaal. Hull neemt winst als hij 15% winst heeft en gebruikt een Stop Loss van 5%. Formule: HMA(N) = WMA (2*WMA(N/2) – WMA(N)),sqrt(N)) waarbij WMA = Weighted Moving Average; N = aantal waarnemingen. |
Hundi | Ook wel genoemd Hawala. Het is een informeel geldtransfersysteem dat gebaseerd is op vertrouwen en vooral voorkomt in het Midden Oosten, Noord en Oost Afrika en India. Als men geld wil overmaken deponeert men de betreffende som bij een Hawaladar, die een password geeft. De Hawaladar informeert een andere Hawaladar in een andere stad of land die het tegen verstrekking van het password uitbetaalt aan de rechthebbende. De Hawaladars gebruiken geen promissory notes of andere documenten maar regelen schulden/vorderingen op vertrouwen. |
Hurdle Rate | Het rendement dat een fonds moet maken voordat de beheerders hun prestatieloon krijgen. |
Hurst Envelopes | Een begrip uit J.M. Hurst’s Cycle Theory. Met behulp van verschillende Displaced Moving Averages creëert Hurst Channels, die hij Envelopes noemt. |
Hurst Exponent | Ontwikkeld door hydroloog Hurst. Hij beschrijft de jaarlijkse correlatie tussen het vloedniveau (van de Nijl) en de variaties daarvan. Hij stelde vast dat het vloedniveau voor een bepaald jaar afhankelijk was van dat van voorgaande jaren. Mandelbrot was de eerste om deze kennis te gebruiken voor de lange termijn afhankelijkheid in time series van (in zijn geval) katoenprijzen. De Hurst Exponent is nu een maatstaf voor de bias in de fractale Brownian motion en hij meet de sterkte van de trend en de grootte van de ruis. |
Hybride Hypotheek | Een lening ter financiering van onroerend goed die twee componenten bevat zoals bijvoorbeeld een aflossingsvrije hypotheeklening met de voorwaarde dat door sparen en beleggen vermogen wordt opgebouwd. |
Hybride Lening | Een hybride lening onder de Basel-directieven is een banklening die automatisch omgezet kan worden in aandelenkapitaal als de kapitaalratio van een bank onder een bepaald percentage komt. De lening wordt Loss-Absorbing genoemd. |
Hybride Obligaties | Dit zijn obligaties met bepaalde kenmerken van aandelen. De uitbetaling van de couponrente kan worden opgeschort in tijden van zwaar weer en kredietbeoordelaars beschouwen een gedeelte van de nominale waarde als aandelenkapitaal. |
Hypothecaire obligaties | De terugbetaling hiervan wordt gewaarborgd door het vestigen van een hypotheek op onroerende goederen. De obligatiehouder wordt bij faillissement hiermede bevoorrecht ten opzichte van gewone obligatiehouders. |
Hypotheek | Een zakelijk recht op een onroerend goed. Een hypotheek wordt ook wel gevestigd op vliegtuigen of schepen. Hypotheken worden ingeschreven in een register dat gehouden wordt door het kadaster. |
Hysteresis | van Marco Alvers. Een variant op de Keltner channels. Hij neemt de langzame MA uit een Crossover systeem en construeert een Keltnerband waarbij de ATR gecorrigeerd wordt met een factor die afhankelijk is van de heersende trend. |
I
I-aandeel | Beleggingsfondsen met een notering in Luxemburg hebben doorgaans meerdere klassen aandelen. Elke klasse is bedoeld voor een specifieke groep beleggers. De verschillen zijn terug te voeren op de hoogte van de beheerkosten, het dividendbeleid en de nationaliteit van de beleggers die de betreffende aandelen mogen kopen. I-aandelen zijn bedoeld voor institutionele beleggers (de kosten zijn dan meestal lager maar u moet wel ten minste, in veel gevallen zelfs, US$ 5 miljoen investeren). |
IBAN | International Bank Account Number. Betalingen binnen de SEPA landen kunnen alleen maar gedaan worden met gebruikmaking van het IBAN nummer. Dit bestaat uit het bestaande bankrekening nummer, voorafgegaan door de landencode (NL voor Nederland), een controlegetal, een code van de bank en een of meer nullen. |
Ibex 35 | Een gemiddelde van de vijfendertig meest verhandelde en grootste aandelen van de Spaanse beurs. |
IBO | Initial Bond Offering. Een obligatielening welke voor het eerst bij beleggers geplaatst wordt. De term wordt ook wel gebruikt voor obligaties welke geëmitteerd worden op Alternext. De IBO is dan bedoeld voor kleinere ondernemingen ter vervanging van bankkrediet. |
ICBE | Instelling voor collectieve Belegging in Effecten. Hieronder vallen onder meer alle beleggingsfondsen in Nederland die onder de Nederlandse vergunning gerechtigd zijn om in de rest van Europa klanten te werden. |
Iceberg Orders | Orders waarbij de actuele omvang van de order niet wordt gepubliceerd. |
Icex 15 | Een gemiddelde van de vijftien meest verhandelde en grootste aandelen van de IJslandse beurs. |
Ichimoku Kinko Hyo Indicator | Een japanse charttechniek, ontwikkeld door Goichi Hosoda in 1969, die in één oogopslag een volledig beeld van de markt tracht te geven. Hij bestaat uit 5 subindicatoren: 1. De Tenkan-Sen ofwel de standaardlijn; 2. De Kijun-Sen ofwel de draailijn; 3. De Senkou Span A, het eerste vooruit geprojecteerde gemiddelde; 4. De Senkou Span B het tweede vooruit geprojecteerde gemiddelde; 5. De Chikou Span een terug geprojecteerd. |
ICO | Initial Coin Offering. Eerste uitgifte van cryptomunten. De uitgifte geschiedt zonder de tussenkomst van een bank. |
Identical Three Crows | Een Bearish Candlestick patroon in een Uptrend dat bestaat uit drie zwarte Candles en waarvan de laatste twee openen ter hoogte van het slot van de voorgaande. Dit patroon moet niet verward worden met Three Black Crows waarvan de laatste twee openen binnen het lichaam van de voorganger. |
IEX Fonds 40 | Een niet-gewogen index van een selectie van 40 fondsen uit 5 categorieën. De verdeling over de categorieën is als volgt: 40% aandelen; 20% obligaties; 20% thema’s (bijvoorbeeld futures); 15% vastgoed; 5% liquiditeiten. |
IFO Business Climate Index | Een index, opgesteld door het IFO Instituut in Mà¼nchen, dat het Duitse ondernemersvertrouwen meet. |
IFO Index | Een Duitse Sentiment Index, waarvoor iedere maand 7000 deelnemers worden ondervraagd over (drie) onderwerpen die het klimaat betreffen waarin het bedrijf opereert, de actuele situatie van het bedrijf en het vooruitzicht dat men heeft over de naaste toekomst. De resultaten worden gepubliceerd als procentuele veranderingen ten opzichte van de maand ervoor en ook in absolute zin uitgaande van een stand van de Index van 100 op 1 januari 2000. |
IFRS | International Financial Reporting Standards. Een internationale standaard voor de opstelling van jaarrekeningen door register-accountants. |
IIF | Institute of International Finance. Wereldwijde lobbyorganisatie opgericht door (grote) commerciële banken in de hele wereld. Het IIF is onder meer betrokken bij de Basel-onderhandelingen en voerde de onderhandelingen namens de banken bij de discussie over de afstempeling van Griekse staatsschulden in 2011. |
Ijara | Een begrip uit de Islamitische financieringswereld. Een stuctuur waarbij de bank een asset koopt en het daarna least aan de ondernemer tegen een vooraf vastgestelde fee. |
ILB | Inflation Linked Bonds. Ook wel Linkers of Inflation Indexed Bonds genoemd. Obligaties waarvan de hoofdsom dan wel de couponrente gecorrigeerd wordt voor de inflatie. |
Illiquide Fonds | Aandeel waarin weinig handel plaatsvindt. |
ILO | Inflation Linked Obligation. Obligaties die een bescherming bieden tegen inflatie. Men onderscheidt twee types. Er wordt een relatief lage rente uitbetaald die jaarlijks wordt aangevuld met een vergoeding die afhankelijk is van een inflatie-indicator of de hoofdsom wordt jaarlijks aangepast aan de inflatie-indicator. Ze worden ook Inflatielinkers genoemd. |
ILS | Insurance Linked Securities. Financiële instrumenten waarmede risico’s van bedrijven, die catastrofes in de natuur verzekeren, worden overgenomen. |
Imbalance | Het aantal aandelen dat door de NYSE dagelijks 20 minuten voor sluiting gepubliceerd wordt en dat aangeeft hoeveel aandelen gekocht of verkocht moet worden op de laatste prijs van de dag opdat er geen openstaande orders meer zullen zijn bij de sluiting van de beurs. Na 15.40 uur kunnen geen orders meer geplaatst worden anders dan bedoeld om de Imbalance te compenseren. Om 15.50 uur wordt de Imbalance opnieuw gepubliceerd en mocht hij dan al geëlimineerd zijn dan kunnen er geen orders meer worden geplaatst. |
IMF | Internationaal Monetair Fonds. Opgericht in 1944 in de VS om het wereldgeldstelsel te reguleren. |
Impact Investment | Naast zijn verlangde Return on Investment zoekt de belegger ook resultaten op sociaal- of milieuvlak. |
Impairment | Het is een vergelijking tussen de boekwaarde en de marktwaarde van de materiële en immateriële activa op de balans. Als de marktwaarde lager is, dan moet er een verlies genomen worden. |
Implied Alpha | De excess winst welke men verwacht van een aandeel die zijn actuele weging in de portefeuille moet verdedigen. |
Implied Volatility | De volatiliteit die op grond van de feitelijke koers van opties kan worden berekend. Met behulp van bijvoorbeeld de Black and Scholes formule wordt berekend bij welke waarde van de volatiliteit de theoretische waarde van de optie gelijk is aan de werkelijke optiekoers. De Implied Volatility is een maatstaf voor het marktsentiment. Zo duidt een relatief hoge Implied Volatility in een Call op een bullish sentiment. Daartegenover staat het bearish sentiment dat wordt geïndiceerd door een relatief hoge Implied Volatility in een Put. Zie ook Volatility Smile. |
Impulse | Een scherpe verandering in de data onder studie, zoals in prijs of in volume. |
Impulse Wave | Een begrip uit de Elliott Wave theorie. Het is een beweging in de richting van de trend. Normaliter bestaat de Impulse Wave uit 5 elkaar afwisselende golven. |
In de Wind gaan | Effecten verkopen zonder ze te bezitten met het doel ze later weer terug te kunnen kopen voor een lagere prijs. |
In-neck-line | Een candlestickpatroon waarbij in een downtrend een kleine witte candle lichtelijk boven de voorgaande zwarte candle sluit. Als de low van deze witte candle gebroken wordt, zal de downtrend zich voortzetten. |
In-Sample testen | Het uitproberen van een mechanische handelstechniek op koersen uit het verleden. Het wordt ook wel Backtesten genoemd. |
In-the-Money | De situatie waarin de prijs van een optie ligt boven (in het geval van een Call) of onder (in het geval van een Put) de uitoefenprijs. |
Incourant | Term voor iets dat geen officiële notering op de effectenbeurs heeft. Meestal gaat het om aandelen van kleinere ondernemingen waarin weinig handel is. |
Incourante markt | Een platform voor de handel in niet-beursgenoteerde aandelen. Deze markt wordt verzorgd door het Amsterdams Effectenkantoor. |
Index | Een gemiddelde van de koersen van een select aantal aandelen, waardoor een min of meer representatieve indicatie verkregen wordt van het universum waaruit het selecte aantal aandelen gekozen werd. Het gemiddelde is vaak gewogen teneinde de invloed van fondsen met een hoge beurswaarde te beperken. |
Index Bias | Het baseren van de toekomst op resultaten uit universa die niet volledig vergelijkbaar zijn. |
Index Hugger | Een beleggingsfonds, stockbroker of financieel adviseur, die in principe koopt wat in de betreffende index zit en die kosten berekent alsof een actieve strategie gevolgd wordt. Zie ook Closet Index Fund. |
Index Knuffelaar | Een manager van een actief beleggingsfonds dat de index moet verslaan, maar die minder dan 50% van zijn beleggingen buiten de index om heeft belegd. |
Index Linked National Savings Certificates | Een indexlening uit Engeland die gekoppeld is aan de kleinhandels-prijzen. Maandelijks wordt de waarde aangepast. Er wordt geen rente betaald. |
Indexarbitrage | Ook wel programme trading genoemd. Met behulp van geavanceerde software stappen handelaren in de markt als het verschil tussen de koers van de onderliggende waarde en de prijs van het derivaat een bepaalde marge overschrijdt, teneinde van het excessieve verschil te kunnen profiteren. Software die hierbij gebruikt wordt is onder andere Orc Software en RTS. |
Indexknuffelaar | Een fonds dat alleen maar de index volgt en daar (te) hoge kosten voor berekent. Zie ook Index Huggers en Closet Indexers. |
Indexlening | Een schuldbekentenis waarvan de hoofdsom en soms ook de rente aangepast wordt aan de hand van een daartoe gekozen index, zie bijvoorbeeld in Engeland de Granny Bonds. |
Indice de Precios y Cotizaciones | De index van de BMV waarin 35 belangrijke fondsen, die genoteerd zijn aan de Mexicaanse beurs, zijn opgenomen. |
Indirecte veiling | Heropening van een bestaande lening van de staat. Primary Dealers schrijven in en zij zorgen daarna voor doorplaatsing bij de eindbelegger. |
Inflatielinker | Obligaties die een bescherming bieden tegen inflatie. Men onderscheidt twee types. Er wordt een relatief lage rente uitbetaald die jaarlijks wordt aangevuld met een vergoeding die afhankelijk is van een inflatie-indicator of de hoofdsom wordt jaarlijks aangepast aan de inflatie-indicator. Ze worden ook Inflatielinkers genoemd. |
Inflation Indexed Bonds | Ook wel Linkers of Inflation Linked Bonds genoemd. Obligaties waarvan de hoofdsom dan wel de couponrente gecorrigeerd wordt voor de inflatie. |
Inflation Linked Bonds | ILB. Ook wel Linkers of Inflation Indexed Bonds genoemd. Obligaties waarvan de hoofdsom dan wel de couponrente gecorrigeerd wordt voor de inflatie. |
Inflation Linked Obligation | Obligaties die een bescherming bieden tegen inflatie. Men onderscheidt twee types. Er wordt een relatief lage rente uitbetaald die jaarlijks wordt aangevuld met een vergoeding die afhankelijk is van een inflatie-indicator of de hoofdsom wordt jaarlijks aangepast aan de inflatie-indicator. Ze worden ook Inflatielinkers genoemd. |
Inflatoire Druk | Ontwikkelingen die het prijspeil omhoog drukken zoals loonstijgingen die de productiviteitstijging overtreffen of prijsstijgingen van ingevoerde grondstoffen of van energiedragers. |
Inflection Line | Horizontale strepen in de Kagi Chart. |
Informed Consent | De verplichting van financiële instellingen om hun klanten te informeren over de kenmerken, de werking en de risico’s van een financiële transactie. |
ING Liric | Verzamelnaam voor fondsen opgezet onder verantwoordelijkheid van ING en met een beursnotering in Nederland, welke beleggen in een specifieke index en waarbij doorgaans drie of meer Click niveaus zijn gedefinieerd waarop de inleg wordt gegarandeerd als deze niveaus zijn bereikt. |
Initial Bond Offering | Een obligatielening welke voor het eerst bij beleggers geplaatst wordt. De term wordt ook wel gebruikt voor obligaties welke geëmitteerd worden op Alternext. De IBO is dan bedoeld voor kleinere ondernemingen ter vervanging van bankkrediet. |
Initial Coin Offering | ICO. Eerste uitgifte van cryptomunten. De uitgifte geschiedt zonder de tussenkomst van een bank. |
Initial Stop | Dit is het Stop Loss niveau dat aan de Broker gegeven wordt als een bevestiging van de uitvoering van de order wordt ontvangen. |
Inside Bar | Wanneer de slotkoers niet boven de High en niet onder de Low van de vorige dag ligt spreekt men van een Inside Bar. |
Inside Day | Een handelsdag waarop de price range volledig omsloten wordt door de price range van de vorige dag. |
Insider Trading | Illegale beurshandel op basis van informatie die niet publiek is. |
Institutionele beleggers | Instellingen die voor zichzelf grote kapitalen moeten beleggen zoals bijvoorbeeld pensioenfondsen of beleggingsmaatschappijen. |
Insurance Linked Securities | ILS. Financiële instrumenten waarmede risico’s van bedrijven, die catastrofes in de natuur verzekeren, worden overgenomen. |
Insync Index | Deze index wijst erop dat een groot aantal van het totaal beschikbare aantal indicatoren met elkaar erin overeenstemt dat een draai in de markt aanstaande is. Hij gebruikt niet de normale signalen (kruising van de nullijn bijvoorbeeld) maar de positie die voorafgaat aan het normale signaal. Nadat alle pre-signalen zijn opgeteld bepaalt de hoogte van de uitkomst de waarde van het signaal. |
Intangible Assets | Activa die niet blijken uit de balans zoals legal intangibles waaronder vallen handelsgeheimen, patenten, copyrights, handelsmerken en goodwill en competitieve intangibles zoals leverage activities, structurele activiteiten, know-how en kennis. |
Intelligente ETF | De algemene naam is Smart Bà¨ta ETF. Zij worden samengesteld op basis van fundamentele criteria. In eerste instantie selecteerde men op dividend maar sindsdien zijn er ook andere maatstaven zoals Volatiliteit in zwang gekomen. |
Interday | Het koersverloop over meerdere handelsdagen. |
Interest Coverage ratio | ICR. De verhouding tussen de rentelasten en de nettowinst voor belastingen en rente. |
Interest Only Mortgage | Bij deze hypotheekvorm wordt in eerste instantie alleen maar interest betaald op de hoofdsom. Na een aantal jaren wordt de hypotheek over-gesloten of vindt aflossing plaats in een versneld tempo. |
Interest Rate Cap | Een derivaat waarbij de houder op het einde van iedere periode wordt uitbetaald als de uitoefenprijs hoger is dan de Cap. Ook wel genoemd Call Swaption. |
Interest Rate Floor | Een derivaat waarbij de houder op het einde van iedere periode wordt uitbetaald als de uitoefenprijs lager is dan de Floor. Het begrip wordt ook gebruikt voor de minimumhoogte van een rentevoet die verder variabel is. |
Interimdividend | Een tussentijdse dividenduitkering vooruitlopend op het uiteindelijke dividend (slotdividend). |
Intermarket Analyse | Men betrekt in de analyse de ontwikkeling van verschillende markten zoals valuta’s, grondstoffen, renten en aandelenmarkten. Men probeert hiermede meer zekerheid te krijgen ten aanzien van de verwachtingen die bijvoorbeeld een simpele technische of kwantitatieve analyse van een bepaalde markt oplevert. De verdediging van deze methode ge-schiedde vooral door John Murphy. |
Intermodaal vervoer | Het aansluitende vervoer met verschillende transportmiddelen. |
International Securities Identifying Number | ISIN-code. Een internationale alfanumerieke code bestaande uit 12 posities, aan de hand waarvan verhandelbare financiële waarden op unieke wijze geïdentificeerd kunnen worden. |
Interne Devaluatie | Met het verlagen van salarissen probeert men de nationale competitiviteit te herstellen. |
Intersection Principle | Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is de prijs waar de punten van een of meer matrixen elkaar ontmoeten (op gelijke hoogte liggen). Als meerdere Swing- of Matrixpunten elkaar ontmoeten dan wordt het niveau belangrijker en verdient het dus meer aandacht. |
Intraday | Het koersverloop binnen een handelsdag. |
Intramarkt Analyse | Het zoeken naar bevestiging in soortgelijke markten of in onderdelen van deze markten, zoals de Amerikaanse en de Europese aandelen-markten, het tegenover elkaar stellen van sectorperformance, het prijsverloop op de derivatenmarkten, de ontwikkeling van het volume. |
Intrinsic Divergence | Dirk Vandycke verstaat hieronder de divergentie die gemeten wordt, binnen hetzelfde tijdsframe. Dit in tegenstelling tot de gebruikelijke divergentie, zoals hij zegt, tussen verschillende tijdframes die hij Extrinsic Divergence noemt. |
Intrinsieke waarde | De boekwaarde per aandeel. |
Intrinsieke waarde van een Optie of Warrant | De feitelijke waarde van de optie bij uitoefening van het optierecht. In het geval van opties is het verschil tussen de koers van de onder-liggende waarde en de uitoefenprijs van de optie hiervoor bepalend. Ligt de koers van het aandeel boven de uitoefenprijs dan is de intrinsieke waarde in het geval van een call gelijk aan dit verschil. Is de actuele koers van het aandeel lager dan de uitoefenprijs dan is in het geval van een put dit verschil gelijk aan de intrinsieke waarde. Formule: IW = (koers van de onderliggende waarde – uitoefenprijs) / pariteit; De pariteit is in het geval van opties steeds gelijk aan 1, in het geval van warrants kan dat variëren (zie onder pariteit). |
Introductie | Uitgifte van aandelen of obligaties waarvoor men gelijktijdig beursnotering aanvraagt. |
Inverse ETF | Een Exchange-Traded Fund dat gebaseerd is op derivaten met het doel te profiteren van prijsverliezen van de onderliggende waarden. Men investeert hiermede in een set van een of meerdere verschillende shortposities of combinaties die gericht zijn op het profiteren van dalende prijzen. |
Inverse Yieldcurve | Een omgekeerde Yieldcurve. De lange termijn rente ligt dan lager dan de korte termijn rente. Historisch gezien dreigt in dat geval een recessie. De meest gevaarlijke vorm van de inverse Yieldcurve is wanneer de 3-maands rente uitstijgt boven de 10-jaarsrente. |
Inverted Hammer | Een witte of zwarte candlestick in een downtrend die lager ligt dan de voorgaande candlestick en die aan de bovenzijde een zeer lange schaduw heeft, die 2 tot 3 keer zo groot is als het lichaam. Het is een omkeerpatroon. Confirmatie is nodig. |
Inverted Head and Shoulder patroon | Dit patroon bestaat uit drie bodems waarbij de middelste de laagste is en waarbij over de twee tussenliggende toppen een lijn getrokken kan worden. Als deze lijn (neklijn) na de derde bodem naar boven toe doorschreden wordt is dit de bevestiging van het patroon. Het is in het algemeen een omkeer patroon. |
Inverted Three Buddha pattern | Dit candlestick patroon is vergelijkbaar met het Westerse Inverted Head and Shoulderpatroon. |
Investment Bank | Zakenbank die ondernemingen helpt bij het aantrekken van kapitaal. |
Investment Grade Bonds | Obligaties waarvan het zeer waarschijnlijk is, dat de erop rustende financiële verplichtingen zullen worden nagekomen. De rating van deze obligaties is BBB of beter. Veel beleggers mogen niet in obligaties met een lagere waardering beleggen. |
Investment Manager's Expectations Indicator | van Investments and Pensions Europe. Het is een indicator waarin maandelijks de prognoses van meer dan 100 portfolio beheerders worden samengevat. |
IOSCO | International Organisation of Securities Commissions. Het internationale samenwerkingsverband van effectentoezichthouders. |
Iota | Een cryptomunt uitgegeven door het Duitse bedrijf Iota. Het is niet gebaseerd op de blockchain technologie maar op Tangle. Het bijzondere is dat er samengewerkt wordt met verschillende multinationals zoals Microsoft, Bosch, Volkswagen en Samsung. Iota wordt ook wel aangeduid als Miota. |
IPE | International Petroleum Exchange in Londen. |
IPO | Initial Public Offering. De eerste publieke aandelenverkoop, beurs-introductie. |
IR | Information Ratio. Het is een maatstaf waarbij de rendementen van beleggingsstrategieën, rekening gehouden met het risico, met elkaar en in absolute zin beoordeeld kunnen worden door het overrendement te corrigeren voor de volatiliteit. |
Iron Butterfly | Een optieconstructie waarbij een straddle verkocht wordt en een strangle gekocht. |
Iron Condor | Een optieconstructie bestaande uit twee Credit Spreads: een Call Credit Spread die hoger dan de markt ligt en een Put Credit Spread die lager ligt dan de markt. |
Irregular Flat | Een Elliott wave correctievorm die een 3-3-5 golfpatroon heeft en waarbij de B golf boven het begin van de A golf start. |
ISDA | International Swap & Derivatives Association. Een organisatie van de participanten in de markt voor Over the Counter Derivaten, gevestigd in New York. Naast de opstelling van het ISDA Agreement beheert het ISDA het FpML. |
ISDA Master Agreement | Een standaard overeenkomst opgesteld door het ISDA voor derivaten transacties. |
ISDAFIX | Het is een benchmark voor rente swaps. Zestien banken geven iedere ochtend hun tarieven door, die zij in hun eigen daggeldverkeer hanteren. Er worden rates afgegeven voor de Euro in Hongkong Dollar, Japanse Yen, Britse Pond, Zwitserse Frank en US Dollar. Daarnaast zijn er USD swap spreads. De verzameling geschiedt door Reuters (Thomson Reuters) en ICAP (International Brokers). ICAP en het Reuterscherm zorgen voor de dagelijkse publicatie. |
ISDS | Investing-State Dispute Settlement. Het recht dat een land contractueel heeft gekregen om een ander land waarin het geïnvesteerd heeft aan te klagen als de investering in waarde inboet door een overheidsbeslissing van dat betreffende land. |
ISE National Index | De representatieve index van de beurs van Istanboel. |
Iseq | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Ierse beurs. |
iShares | Aandelen in beleggingsfondsen die beleggen conform de samenstelling van een onderliggende index (zogenaamde index fondsen) zoals bijvoorbeeld in de aandelen van de AEX Index of in Amerikaanse Treasury-bonds. De fondsen in Amerikaanse Treasury-bonds onder-scheiden zich door de looptijd van de bonds waarin zij beleggen respectievelijk in 1 tot 3 jaar lopende bonds (SHY), 7 tot 10 jarige bonds (IEF) en 20 plus-jarige bonds (TLT). Zowel de AMEX als de CBOE hebben opties uitgegeven op de aandelen van deze specifieke fondsen. Een grote aanbieder van iShares is Barclays bank. IShares bestaan in alle soorten en maten. |
ISIN-code | International Securities Identifying Number. Een internationale alfanumerieke code bestaande uit 12 posities, aan de hand waarvan verhandelbare financiële waarden op unieke wijze geïdentificeerd kunnen worden. |
Island Reversal | Een compacte trading range die aan het einde van een duidelijke beweging met een grote gap begint en die de daarop volgende dag gevolgd wordt door een grote gap maar dan in de tegenovergestelde richting. Op zichzelf hoeft het geen omkeersignaal te zijn want het komt vaak voor als onderdeel van grotere patronen zoals een Head and Shoulder patroon. |
ISM | Amerikaanse Inkoop Managers Index die maandelijks wordt gepubliceerd. Hij wordt gezien als de betrouwbaarste voorspeller van de Amerikaanse economie. |
Israelian Option | Een optie die tijdens de looptijd teruggetrokken kan worden door de uitgever en die tijdens de looptijd uitgeoefend kan worden door de houder. |
ISX Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de beurs in Indonesië. |
ITC Period | De cyclusindicator uit de STC van Doug Schaff. Het is het verschil tussen het korte Exponentieel Voortschrijdende Gemiddelde van 23 dagen en het lange van 50 dagen. Hiervan wordt de hoogste en laagste waarde binnen een 10-bar terugkijkperiode genomen. |
ITEA-landen | Verzamelnaam naar analogie van de afkorting BRIC-landen die staat voor Indonesie, Turkije, Egypte en Argentinië. |
J
Jaarvergadering | Wettelijk verplichte jaarlijkse vergadering van aandeelhouders waarop o.a. het jaarverslag behandeld wordt. |
Jaarverslag | Schriftelijk verslag van een onderneming over de gang van zaken in het verslagjaar. |
Jan K Barometer | Jay Kaeppel ontwikkelde een indicator voor het beurssentiment gebaseerd op de resultaten van bepaalde periodes in de maand januari. Als de eerste vijf dagen van januari afsluiten met winst geeft hij 1 punt; Als de laatste vijf dagen van januari afsluiten met winst geeft hij nogmaals 1 punt; Als januari in zijn geheel afsluit met winst geeft hij wederom 1 punt. De cumulatieve resultaten van deze barometer toegepast op de DJIA over de periode 1937-2011 zijn als volgt: 0 punten, 6,80%; 1 punt, 46,40%; 2 punten, 235,70%; 3 punten, 1059,10%. |
Januari Barometer | Studies wijzen erop dat als de eerste vijf beursdagen van het jaar een netto-stijging laten zien de kans groot is dat het gehele jaar een positief beursjaar wordt. Statistisch werd vastgesteld dat de rest van het jaar een gemiddelde stijging van 14,8% laat zien indien januari een positief resultaat oplevert. Wanneer januari negatief is dan ligt dit gemiddelde op 2,92%. Op Wallstreet heerst het gezegde: “Zoals januari gaat, gaat het jaar”. |
Januari Indicator | Studies wijzen erop dat als de eerste vijf beursdagen van het jaar een netto-stijging laten zien de kans groot is dat het gehele jaar een positief beursjaar wordt. Statistisch werd vastgesteld dat de rest van het jaar een gemiddelde stijging van 14,8% laat zien indien januari een positief resultaat oplevert. Wanneer januari negatief is dan ligt dit gemiddelde op 2,92%. Op Wallstreet heerst het gezegde: “Zoals januari gaat, gaat het jaar”. |
Januari-effect | Er zijn statistische onderzoeken die aantonen dat de koersen van aandelen in de USA de neiging hebben om in de maand januari meer dan gemiddeld te stijgen. Dit wordt vaak geweten aan window dressing. Sias en Starksi suggereren dat window dressing niet wordt ingegeven door de drang tot oppoetsen van de balans maar veel eerder vanuit belastingtechnische motieven. De aandelen die in het laatste deel van het kalenderjaar om fiscale redenen worden verkocht worden dan (tegen spotprijzen?!) in het begin van nieuwe jaar weer teruggekocht. Dit effect schijnt het meest zichtbaar te zijn bij kleinere fondsen. Zeer recente studies wijzen erop dat het januari-effect zich verplaatst lijkt te hebben naar december, mogelijk omdat de handel anticipeert. In Nederland is het januari-effect niet aangetoond. Door sommigen wordt gesteld dat de netto-stijging tenminste 8% moet bedragen. |
JM Internal Band | Neem een 15-daags Voortschrijdend Gemiddelde en bereken banden van +2 en -2 %. Slotkoersen boven en onder de banden geven aan- en verkoopsignalen. De Exits liggen op tegengestelde signalen maar ook op de doorschrijding van het MA15. Weekgrafieken geven betere resultaten. Confirmatie kan gezocht worden in een RSI 17. Boven 60 confirmeert hij een Longsignaal en een RSI beneden 40 confirmeert een Shortsignaal. De exit confirmatie voor een longpositie ligt bij een RSI kleiner dan 60 en voor een shortpositie bij een RSI groter dan 40. Wil men een marge dan kan men kleiner dan 40 en groter dan 60 lezen. Voor kortere termijn handel wordt wel een RSI 5 gebruikt. |
Joint Venture | Een vennootschap waarvan de aandelen gehouden worden door twee of meer samenwerkende zelfstandige ondernemingen. |
JSA Gemiddelde | Het JSA Gemiddelde gaat uit van de eerste en de laatste waarneming van de data serie die men wil bestuderen. George Arrington stelde vast dat dit gemiddelde snel is in het aantonen van scherpe veranderingen in de data serie. Signalen worden eerder gegeven en de correlatie met de onderliggende trend is in het algemeen groter. Er wordt wel een groter aantal valse signalen gegeven. |
JSE Limited | Johannesburg Stock Exchange. |
Juglar Cycle | Clement Juglar formuleerde een cyclus van zeven tot elf jaar. Deze cyclus wordt ook wel genoemd de 10-jaars cyclus of de enige echte economische cyclus. Juglar kwam tot zijn conclusies door zijn studie van de ontwikkeling van de rente en van de prijzen. De Juglar Cyclus kenmerkt zich door periodes van snelle groei van het Bruto Nationaal Product gevolgd door een stagnatie hiervan. Juglar formuleerde voor iedere cyclus vier fasen: voorspoed, crisis, liquidatie en recessie. Het einde wordt gekenmerkt door speculatieve investeringen die gebouwd zijn op een disproportioneel toegenomen economisch vertrouwen. De Juglar Cycle wordt ook wel genoemd Business Cycle of Fixed Investment Cycle. |
Junior Obligaties | Obligaties die zijn achtergesteld op hypotheek- of gewone obligaties, maar die preferent zijn aan achtergestelde obligaties en aandelen. Hiermede kan een te hoge loan-to-value gecompenseerd worden. |
Junk Bonds | Zeer hoogrentende obligaties van minder solide ondernemingen met een rating van C3 of lager. Bij een C3 rating schat de markt in dat de kans dat de debiteur in het eerste jaar failliet gaat 25% bedraagt en dat de kans dat de onderneming in het tweede jaar failliet gaat 50% bedraagt. |
K
K Ratio | van Kestner. Hij waardeert de performance door de consistentie van de opbrengsten te controleren in de tijd. Formule: K Ratio = A(d*N) waarbij A = de hellingshoek van de logVami regressielijn; d = de standaarddeviatie van de hellingshoek; N = het aantal waarnemingen in de logVami. |
K-stuk | Klassiek stuk, document dat een aandeel, obligatie of ander effect vertegenwoordigt. |
Kafalah | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Het betekent garantie. Oorspronkelijk mocht hiervoor geen geld gevraagd worden, maar recentelijk komt daarin verandering. |
Kagi Chart | Een Japanse charttechniek uit 1870 waarbij verticale lijnen getrokken worden teneinde de niveaus van vraag en aanbod te tonen. Dikke verticale lijnen (Yang) worden getrokken als de prijs door de voorafgaande high breekt en dunne lijnen (Yin) worden getrokken als de prijs door zijn voorgaande low breekt. Een long signaal ontstaat als de lijn van dun naar dik overgaat en een short signaal ontstaat als de lijn van dik naar dun overgaat. De Kagi chart is niet afhankelijk van tijd maar de richting wordt veranderd als een vooraf bepaalde reversal factor wordt bereikt. Op dat moment wordt een horizontaal lijntje getrokken (infectionline) en de slotkoers wordt dan ingetekend via een stijgend/dalend lijntje. Het vervolg van de koers wordt ingetekend op een verticale lijn zonder rekening te houden met de reversal factor totdat de koersveranderig van een bepaalde dag de grootte van de reversal factor bereikt. |
Kalender Handelssysteem | Er zijn vier kalendersystemen: 1. Twee dagen voor beursvakantiedagen; 2. Laatste handelsdag van de maand; 3. Seizoencyclus; 4. Presidential Election Cycle. Deze vier worden gecombineerd. Ieder krijgt een punt als er geïnvesteerd moet worden. Het maximum aantal punten kan dus 4 worden, het minimum is 0. Koop als de combinatie 2 of meer punten telt. De resultaten zouden 3 maal beter zijn geweest dan die van een Buy and Holdpolitiek. |
Kalender-anomalieën | Een vorm van Marktanomalie. Voorbeelden: maandag-effect, januari-effect, seizoencyclus. |
Kalenderspread | Optieconstructie waarbij een serie wordt gekocht en de andere verkocht, beide met verschillende uitoefendatum, met hetzelfde uitoefenniveau en met dezelfde onderliggende waarde. Zie ook horizontale spread. |
Kalman Filter | van Rudolf E. Kalman. Het is een lineair systeem waarbij het gemiddelde kwadraat van de verschillen tussen de gewenste en de actuele waarden wordt geminimaliseerd, waarbij er van uitgegaan wordt dat de signalen willekeurig zijn. |
Kanazuchi | De Japanse benaming van een Hamer. |
Kandelaar | Een manier om koersen in een grafiek te tekenen. Hierbij worden de hoogste en de laagste koers verbonden door een rechte lijn en worden horizontaal op deze lijn de openingskoers en de slotkoers getekend. Deze laatste twee worden vervolgens verbonden door een verticale balk breder dan de eerst getekende lijn. De balk ook wel body of lichaam genoemd, is gearceerd of zwart wanneer de openingskoers onder de slotkoers ligt. De balk is open wanneer de openingskoers boven de slotkoers ligt. De dunne lijnen die boven en onder het lichaam kunnen uitsteken worden shadow of schaduw genoemd. |
Kantelpunten | Potentiële draaipunten van de markt. |
Kapitaalmarkt | Markt waarop vermogenstitels (obligaties, aandelen e.d.) met een looptijd langer dan een jaar verhandeld worden. |
Kapitaalmarktrente | Rente op leningen met een relatief lange looptijd. |
Kapitaalverzekering | Een verzekering die recht geeft op de uitkering van een kapitaal na een aantal jaren. |
Kapitaalverzekering Eigen Woning | KEW. Dit type verzekering voorziet in een uitkering ineens aan het einde van de looptijd waarmede dan de hypotheekschuld kan worden afgelost. Door de koppeling aan de hypotheek valt de verzekering buiten Box 3. |
Kappa | De mate waarin de waarde van een optie verandert als de volatiliteit verandert. |
Kartel | Samenwerkingsvorm tussen producenten om de prijzen te handhaven of een marktaandeel te beschermen. |
Kasstroom | De nettowinst na belastingen plus afschrijvingen en reserveringen. |
KCBT | Kansas City Board of Trade. |
Kelly Formule | van John L. Kelly. Het is een formule om de optimale omvang te berekenen van de inzet in weddenschappen maar ook voor plaatsingen op de effectenmarkten. Om de formule te kunnen gebruiken moet men de waarschijnlijkheid inschatten van de winstkansen, hetgeen het geheel moeilijk en subjectief maakt. Toch wordt aangenomen dat veel grote investeerders zich van de formule bedienen. De formule in zijn oorspronkelijke vorm luidt: Percentage of total balance invested = (Probability of win * odds ) -1 / odds -1 |
Keltner channel | van Chester W. Keltner. Hij ging uit van een 10-daags Voort-schrijdend Gemiddelde van de Typical Price. Hij berekende ook een 10-daags Voortschrijdend Gemiddelde van de Daily Range en dit werd onder en boven het Typical Price Gemiddelde geprojecteerd. Indien de koersen boven de bovenste lijn kwamen werd dit gezien als een bullish signaal en wanneer de koersen onder de onderste lijn sloten was dit een bearish signaal. Latere auteurs gingen uit van een exponentieel Moving Average en zij vervingen de Daily Range door de Average True Range. |
Ken Ashi | of Kicker Signaal van Ken Ashi. Dit signaal wordt als het beste signaal gezien van alle candlesticks. De eerste candle opent en beweegt in de richting van de trend. Een tweede candle opent op hetzelfde niveau als de voorgaande maar beweegt in tegengestelde richting. Een belangrijk kenmerk is dat de prijs na de opening op de tweede dag niet teruggaat in de range van de vorige dag. |
Kernkapitaal | Onderdeel van het Toetsingsvermogen. Het gedeelte van het vermogen van de onderneming dat geen contractuele veplichtingen heeft om af te lossen en dat niet uitkeringsplichtig (rente of dividend wordt naar keuze van de onderneming betaald) is. Hoofdbestanddelen zijn het gewone aandelenkapitaal, de gepubliceerde reserves en indien aan-wezig het fonds voor algemene bankriscico’s. Hybride vermogens-instrumenten (met elementen van eigen vermogen en van schuld (perpetuele leningen)) kunnen onder bepaalde voorwaarden en in gelimiteerde mate ook tot het kernkapitaal gerekend worden. Zie ook Tier Kapitaal. |
Kernkapitaal Ratio | De verhouding tussen Eigen Vermogen en balanstotaal. Onder Basel 3 geldt voor banken dat dit tenminste 3% moet zijn. |
Keuzedividend | Aandeelhouders kunnen kiezen om het dividend in contanten dan wel geheel of gedeeltelijk in aandelen te ontvangen. |
KEW | Kapitaalverzekering Eigen Woning. Dit type verzekering voorziet in een uitkering ineens aan het einde van de looptijd waarmede dan de hypotheekschuld kan worden afgelost. Door de koppeling aan de hypotheek valt de verzekering buiten Box 3. |
Key Investor Document | KID. De vervanger van de bijsluiter. Het bevat informatie over het beleggingsbeleid, de doelstellingen en het risico van het fonds, over de beheerders en aan welke toezichthouder het fonds is onderworpen. De KID moet het fonds transparanter maken. |
Key reversal day | In principe kan elke “dag waarop de koers omkeert” een reversal day zijn. Veel van deze koersbewegingen zijn niets meer dan een tijdelijke pauze in de bestaande trend. De “echte” Key reversal day is een belangrijk keerpunt in de bestaande trend. Er wordt een nieuwe High gezet en de dag sluit met een Close lager dan de Low van de vorige dag (en omgekeerd). Zie ook Hook Reversal. |
KFX | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Deense beurs. |
KGI | Koersgevoelige Informatie. |
Kick-back | Een in Nederland gebruikelijk systeem waarbij effectenbeheerders een gedeelte van de transactiekosten ontvangen die door de bank aan hun klanten in rekening wordt gebracht. |
Kicker Signaal | van Ken Ashi. Dit signaal wordt als het beste signaal gezien van alle candlesticks. De eerste candle opent en beweegt in de richting van de trend. Een tweede candle opent op hetzelfde niveau als de voorgaande maar beweegt in tegengestelde richting. Een belangrijk kenmerk is dat de prijs na de opening op de tweede dag niet teruggaat in de range van de vorige dag. |
KID | Key Investor Document. De vervanger van de bijsluiter. Het bevat informatie over het beleggingsbeleid, de doelstellingen en het risico van het fonds, over de beheerders en aan welke toezichthouder het fonds is onderworpen. De KID moet het fonds transparanter maken. |
Kijun-Sen lijn | Een voortschrijdend gemiddelde van de (Highest High + Lowest Low)/2 uit de Ichimoku Chart techniek van meestal 22 dagen, die tezamen met de Tenkan Sen lijn werkt als een crossover systeem. |
Killer Wave | Een variant op de uitlezing van de Coppock Curve door Don Hahn. Deze was van mening dat een negatieve divergentie van de Coppock Curve met het koerspatroon een aanwijzing was dat een Bearmarkt zich zou inzetten. |
Killerbowl | van P.Q. Wall. De markt doet er vaak jaren over om komend uit een oplopend parabolisch patroon te eindigen in een echte bearmarkt. Volgens Wall werden door dit patroon de meeste bearmarkten van de afgelopen decennia aangekondigd. |
Kitchin Cycle | Joseph Kitchin publiceerde in 1923 zijn 40-maands cyclus. W. Crum vond rond dezelfde tijd een cyclus van 39 to 41 maanden. De Foundation for the study of Cycles meent dat er sprake is van een 40,68 maanden durende cyclus. Het is een cyclus waarvan men zegt dat hij gebaseerd is op de toename en de afname van de industriële voorraden. Men neemt tegenwoordig aan dat de Kitchin Cyclus ongeveer 4 jaar duurt. De Kitchin cycle wordt ook wel de Voorraad Cyclus genoemd. Anderen zijn van mening dat de Presidentiële Cyclus in de Verenigde Staten hiermede samenvalt. |
Kleinste Kwadraten | Een methode om een gemiddelde van een koersenreeks te berekenen waarbij de afwijkingen van de koersen ten opzichte van dit gemiddelde zo klein mogelijk worden gemaakt. Men neemt daartoe de som van de kwadraten van deze afwijkingen en berekent het gemiddelde zodanig dat deze som minimaal is. |
Klinger Oscillator | K.O. Een Oscillator ontwikkeld door Stephen Klinger die de lange termijn tendens in de Money Flow probeert zichtbaar te maken terwijl hij toch tezelfdertijd korte termijn reversals aankondigt. Hij is afgeleid uit drie types data: de Range, het Volume en de AD. Klinger gebruikt een 34-dagen en een 55-dagen Exponentieel Gemiddelde van de Volume Force om zijn oscillator te maken en een 13-dagen Expo-nentieel Gemiddelde als trigger. |
Knock-in Optie | Een Barrier Optie of Voorwaardelijke Optie, die waarde krijgt, als een bepaalt van tevoren vastgesteld niveau van de onderliggende waarde binnen een bepaald tijdsbestek wordt geraakt. Zie ook Bonus Certificaat. |
Knock-in Option | Een Barrier Optie of Voorwaardelijke Optie, die waarde krijgt, als een bepaalt van tevoren vastgesteld niveau van de onderliggende waarde binnen een bepaald tijdsbestek wordt geraakt. Zie ook Bonus Certificaat. |
Knock-out Optie | Een Barrier Optie of Voorwaardelijke Optie, die waardeloos wordt, als een bepaalt van tevoren vastgesteld niveau van de onderliggende waarde binnen een bepaald tijdsbestek wordt geraakt. Zie ook Bonus Certificaat. |
Knock-out Option | Een Barrier Optie of Voorwaardelijke Optie, die waardeloos wordt, als een bepaalt van tevoren vastgesteld niveau van de onderliggende waarde binnen een bepaald tijdsbestek wordt geraakt. Zie ook Bonus Certificaat.t. |
Know-how | Specifieke kennis. |
Knowledge Base | Een gegeven hoeveelheid kennis specifiek voor een bepaalde set van regels in artificiële intelligentie. |
Koers | Prijs van een effect. |
Koers/Omzet verhouding | De koers van het aandeel gedeeld door de omzet per aandeel. |
Koers/Winst verhouding | De koers van het aandeel gedeeld door de winst per aandeel. |
Koersenbord | Elektronisch noteringenbord boven de beursvloer. |
Koerspatronen | Een opvolging van koersen die gezamenlijk een herkenbaar beeld geven, bijvoorbeeld een driehoeksformatie, dubbele bodem, kop & schouder formatie etc. De statistische betrouwbaarheid van koerspa-tronen varieert. |
Koma | De Japanse benaming van een Spinning Top. |
Kondratieff Cyclus | Een lange termijn golfbeweging van circa 54 jaar. Kondratieff definieerde de cyclus op basis van empirische gegevens als een fase van circa 22 jaar waarin het gemiddelde rentepijl in de economie geleidelijk aan steeg, gevolgd door een fase van circa 7 jaar waarin het gemiddelde rentepijl op een hoog niveau bleef, gevolgd door een fase van circa 22 jaar waarin het gemiddelde rentepijl daalde en ten slotte gevolgd door een fase van circa 7 jaar waarin het gemiddelde rentepijl op een laag niveau bleef fluctueren. De laatste top van deze cyclus viel tegen het einde van de zeventiger jaren van de vorige eeuw. |
KoningsIndex | Het is een index gebaseerd op het mogen voeren van het predicaat Koninklijke in de naam. Hij werd geïntroduceerd door de NYSE Euronext in de aanloop van de kroning van Willem Alexander. Hij bestaat uit 17 fondsen en hij zou in de afgelopen 33 jaar (regering Beatrix) gemiddeld 6,3% per jaar (exclusief dividend) opgeleverd hebben. |
Koopsignaal | Een signaal om een nieuwe positie in de portefeuille op te nemen. |
Koopsignaal voor Goud | van Taylor Det. De goudgrafiek geeft een koopsignaal, als het 8-daags Hoog/Laag Gemiddelde kleiner is dan 0,75 en als dit tegelijkertijd een 3-maands Low is. |
Koopsom | Levensverzekering gekocht door betaling van de premie ineens. |
Kop & Schouderformatie | Dit patroon bestaat uit drie toppen waarbij de middelste de hoogste is en waarbij onder de twee tussenliggende bodems een lijn getrokken kan worden. Als deze lijn (neklijn) na de derde top naar beneden toe doorschreden wordt is dit de bevestiging van het patroon. Het is in het algemeen een omkeer patroon. Er is ook een Inverted Head and Shoulder patroon. Hierbij is de middelste bodem de laagste. |
Kop met Schotel Patroon | Een accumulatiepatroon dat duurt van 7 tot 65 weken. De Kop is in de vorm van een langgerekte U en de schotel bestaat uit een licht dalende of horizontale koersbeweging die ongeveer 2 weken duurt en die begeleid wordt door een laag volume. |
Kopen op uitbraak | van Chris Kacher. De koers moet boven het 10-daags en 40-daags Voortschrijdend Gemiddelde liggen en het dagvolume moet groter zijn dan het dagvolume op enige dag in de voorafgaande 10 dagen. |
Kopschouderformatie | Dit patroon bestaat uit drie toppen waarbij de middelste de hoogste is en waarbij onder de twee tussenliggende bodems een lijn getrokken kan worden. Als deze lijn (neklijn) na de derde top naar beneden toe doorschreden wordt is dit de bevestiging van het patroon. Het is in het algemeen een omkeer patroon. Er is ook een Inverted Head and Shoulder patroon. Hierbij is de middelste bodem de laagste. |
Korte Rente | Rente op leningen met een relatief korte looptijd. |
Kospi Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de beurs in Z-Korea. |
KPX | Representatieve index van de aandelenmarkt in Denemarken. |
Kredietbeoordelaar | Organisatie die een waardering geeft over de kredietwaardigheid van bedrijven, banken en financiële producten. |
Kromme van Gaus | of Normaal verdeling Een groepering van data welke evenwichtig is in die zin dat er aan beide zijden van het gemiddelde op iedere afstand van dit gemiddelde evenveel data liggen in opklimmende volgorde và³à³r het gemiddelde en in dalende volgorde na het gemiddelde. 68% van de data ligt daarbij op een afstand van een standaarddeviatie van dit gemiddelde en 95% ligt op een afstand van 2 standaarddeviaties van dit gemiddelde. De normale verdeling wordt veel gebruikt in de kwantitatieve analyse. |
Kruiplijncoaster | Kustvaartschip dat vanwege de beperkte hoogte (lage kruiplijn) ook op binnenwateren kan varen. |
Kruiplijncoasters | Kustvaartschepen die vanwege de beperkte hoogte (lage kruiplijn) ook op binnenwateren kunnen varen. |
Kruskal-Wallis Test | Een nonparametrische methode vergelijkbaar met de Anova. Getest wordt of verschillende samples onderdeel zijn van een zelfde populatie. |
KSE Index | Een gemiddelde van de 100 meest verhandelde en grootste aandelen van de Pakistaanse beurs te Karachi. |
KST | Know-Sure-Thing. Een indicator ontworpen door Martin Pring en bestaande uit 3 of 4 ROC’s ieder met een eigen timeframe en met een eigen weging afhankelijk van het timeframe, waarmede men beoogt de betrouw-baarheid van de signalen te vergroten. Men wacht totdat de trend in alle drie (vier) de timeframes in dezelfde richting wijst, alvorens het signaal te volgen. |
Ku | of Window. Een begrip uit de candlestick bibliotheek dat vergelijkbaar is met het Westerse Gap begrip. Windows zijn continuation patronen. Een window wordt in het algemeen gesloten door latere ontwikkelingen, het vormt dan een steunniveau als de window optreedt in een uptrend en een weerstandniveau wanneer de window voorkomt in een daling. |
Kubitsuri | of Hanging Man. Een witte of zwarte candlestick in een uptrend met aan de onderzijde een zeer lange schaduw, die 2 tot 3 keer zo groot als het lichaam. Het is een omkeerpatroon. |
Kumo Wolk | Een begrip uit de Ichimoku Chart techniek. Het is een gebied dat afgebakend wordt door de Senkou Span A en de Senkou Span B waarbinnen de koersen min of meer consolideren of in ieder geval zwakker van richting zijn. Signalen die binnen de wolk ontstaan worden normaal van sterkte geacht. Koopsignalen verkregen boven de wolk zijn sterk en koopsignalen die verkregen worden beneden de wolk zijn als zwak te kenmerken. Het omgekeerde geldt voor verkoopsignalen. Uiteraard fungeert de Kumo als een steun- en weerstandgebied. |
Kusnetz Cyclus | Simon Kusnetz identificeerde een 16,5- tot 18-jaars cyclus door de bestudering van de vastgoedprijzen in Amerika. Daarom wordt deze cyclus ook wel de Building Cycle genoemd. Er wordt hedentendage van uitgegaan dat hij 15 tot 20 jaar bestrijkt. Het ritme van deze cyclus schijnt gebaseerd te zijn op demografische factoren. |
Kwakkellanden | Landen die hun begroting niet op orde hebben. |
Kwaliteitsborgingscertificaat | Internationaal certificaat voor ondernemingen die voldoen aan de kwaliteitsnormen van de International Standard Organisation, ISO. |
Kwantitatieve Analyse | Een analyse techniek zonder grafieken die zich vooral bedient van wiskundige formules en daarop gebaseerde visuele presentaties. |
L
L-Vorm | Grafische voorstelling van de wijze waarop de post-recessieeconomie zich kan presenteren. Bij de L-vorm moet men denken aan Japan waar een langjarige recessie het antwoord was op een sterke terugval van de economie. De rente-voet bleef laag, de werkloosheid verminderde niet, de staatsschuld steeg bovenmatig, de econmie bleef doorsudderen. |
Laagrentend | Obligaties die een rentecoupon hebben die duidelijk onder het gemiddelde ligt. |
Laatkoers | De prijs waartegen de handel bereid is aandelen te verkopen aan een belegger op de beurs. |
Laatprijs | De prijs waarvoor de markt bereid is te verkopen. |
Laatste Handelsdag van de maand | Koop op de close van de voorlaatste handelsdag van iedere maand en verkoop op de vierde handelsdag van de volgende. Dit is een veel gebruikte systematiek. De resultaten zijn iets minder dan de Buy and Holdmethode maar men is maar 24% van de tijd in de markt. |
Ladder Bottom | Een Candlestickpatroon dat bestaat uit vijf afzonderlijke candles. De eerste drie zijn lange zwarte candles, de vierde is een inverted Hammer en de vijfde is een grote witte candle. |
Ladder Call Warrant | Een certificaat dat de eigenaar het recht geeft effecten te kopen tegen een vooraf variabele prijs. Deze prijs wordt tijdens de looptijd van de warrant vastgeklonken op bepaalde niveaus die door de onderliggende waarde bereikt worden. |
Ladder Obligatie | Een obligatie waarvan de rente vastgesteld is voor een eerste periode. Daarna wordt deze variabel en wordt dan meestal gesteld op de rente van de voorgaande periode plus een variabele opslag, die op haar beurt weer van andere grootheden afhankelijk is. |
Ladder Put Warrant | Een certificaat dat de eigenaar het recht geeft effecten te verkopen tegen een vooraf variabele prijs. Deze prijs wordt tijdens de looptijd van de warrant vastgeklonken op bepaalde niveaus die door de onder-liggende waarde bereikt worden. |
Laddering | Het vergroten van investeringsposities naarmate de koers van de onderliggende waarde stijgt. Het risico dat de positie loopt wordt hiermede aanzienlijk vergroot. |
Lag | Het aantal dagen dat een filter achterligt op de ingebrachte prijzen. |
Lager Aanvullend Kapitaal | Lower Tier 2 Kapitaal. Het is een gedeelte van het aanvullend kapitaal. Het bestaat uit schulden met een looptijd korter dan 5 jaar. Het Lager Aanvullend Kapitaal mag niet groter zijn dan 50% van het kern- kapitaal. |
Lap | De Opening ligt boven (lap up) of onder (lap down) het slot van de voorgaande dag. |
Lappen | Een populaire benaming voor amortisatiebewijzen. |
Large Caps | Op grond van hun marktkapitalisatie worden de fondsen onder-verdeeld in large caps en small caps. |
Last Hour Trading Technique | Ashwani Gufral is van mening dat Buy-today-Sell-tomorrow (Sell-today-Buy-tomorrow) een profitabele handelstechniek is. Hij koopt (verkoopt) als het volume tijdens het laatste beursuur hoger is dan het volume bij de close tijdens veel voorafgaande dagen. Hij verkoopt (koopt) in het eerste uur na de opening van de volgende dag. |
Laten | De handel is bereid tegen de genoemde prijs aan u te verkopen. |
LBO | Leveraged Buy-out. Bedrijfsovername die geheel of voor het grootste gedeelte wordt gefinancierd met geleend geld. |
LCL | Less than Container Load. Een term voor lading die onvoldoende van omvang is om een container te vullen. Zie ook: containerconsolidatie. |
LDB | Liquidity Data Bank van de CBOT. Het is de markt waarop liquide overheidspapier wordt verhandeld. Ieder uur wordt een rapport uitgegeven met de handelsgegevens inclusief het volume dat met een verschuiving van een uur wordt bekendgemaakt. Men onderscheidt Floortraders (Cti1), Commercial Members (Cti2), Off-floor members (Cti3) en Longterm Traders (Cti4). Het volume dat bekend gemaakt wordt is gesplitst naar deze vier types handelaren en het rapport kan daarom voor velen dienen als een hulpmiddel voor het vaststellen van onder andere support en resistance niveaus. |
Lead | Het aantal dagen dat een filter voorligt op de ingebrachte prijzen. |
Lead Indicator | Ontwikkeld door R van Mourik. Hij geeft aan welke van de twee indicatoren, de PGI of de GLI het best de normale ROC volgt. Hij bestaat uit twee lijnen. Door beide lijnen met elkaar te vergelijken wordt duidelijk welke van de twee overheersend is voor de normale ROC. Door de uiteenrafeling van de ROC probeert men een beter inzicht te verkrijgen ten aanzien van het toekomstige koersverloop dan de ROC geeft. De lijnen worden berekend door punten toe te kennen als de PGI boven 0,5 staat en wanneer tegelijkertijd de ROC positief is dan wel als de PGI beneden 0,5 staat en de ROC negatief is. Hetzelfde geschiedt voor de GLI. |
Leading Indicator | Voorlopende indicator. Een indicator die prijsveranderingen vooraf gaat. |
Leapfunder | Naar analogie van het gebruik in de Verenigde Staten heeft Tienko Rasker een platform opgericht waarop bedrijven gemakkelijk converteerbare obligaties (Leap Funder Notes) kunnen aanbieden. Dit is een vorm van Crowd Funding. |
Leapfunder Note | Crowd Funding Converteerbare Obligatie. Dit ype obligaties wordt verhandeld op Leapfunder. Zij worden uitbetaald in cash tenzij de uitgever en houder tezamen besluiten de aflossing in een andere vorm te doen plaatsvinden. Ingeval van omwisseling in aandelen wordt de uitoefenprijs vastgesteld op het moment van de eerste aandelenuitgifte. Voordelen zijn dat er geen waardebepaling nodig is van het onderliggende bedrijf op het moment van uitgifte van de obligatie en de (juridische) kosten zijn laag in vergelijking met de uitgifte van aandelen. |
Leaps | Long Term Equity Anticipation Securities. Langlopende opties. |
Least Square Handelssysteem | Een Least Square line (regressielijn) wordt berekend over het aantal koersen dat men in het systeem wil betrekken. Als de stijging van de hellingshoek een bepaalde standaardwaarde overtreft, dan betekent dit een koopsignaal. Het omgekeerde geldt voor een verkoopsignaal. Dennis Meyers ontwikkelde de volgende regel: Als de lijn toeneemt met een percentage dat groter is dan het percentage up vanuit de Lowest Low uit de aan de gang zijnde shortperiode, dan is dat een longsignaal. Omgekeerd is het een shortsignaal als de daling groter is dan het percentage down vanuit de Highest High in de aan de gang zijnde uptrend. Meyers gebruikt het systeem vooral bij de aan- en verkoop van Treasuries. |
Least Squares | Een methode om een gemiddelde van een koersenreeks te berekenen waarbij de afwijkingen van de koersen ten opzichte van dit gemiddelde zo klein mogelijk worden gemaakt. Men neemt daartoe de som van de kwadraten van deze afwijkingen en berekent het gemiddelde zodanig dat deze som minimaal is. |
Ledge | Een patroon geïdentificeerd door Joe Ross. Het is een patroon van minimaal 4 bars waarvan 2 bodems die min of maar aan elkaar gelijk zijn en twee toppen die eveneens min of maar aan elkaar gelijk zijn. De aan elkaar gelijk zijnde bodems (toppen) moeten van elkaar gescheiden zijn door tenminste een bar en het totale patroon mag niet groter zijn dan 10 bars. (zie ook Trading Range) Prijzen hebben de tendens om uit te breken in de richting van de trend. |
Left Translation | De top ligt links van het midden van de cyclus. Het is een bearish indicatie. |
Leg | Een van de twee kanten van een spread. |
Legal Entity Identifier | LEI. Het is een internationaal gestandaardiseerde code die gebruikt wordt bij de rapportage van financiële transacties. Deze code dient aangevraagd te worden als een juridische entiteit derivaten wil kopen of verkopen. |
Legging into a Spread | Men bouwt een spread positie langzaam op. Bijvoorbeeld: men koopt een Call, men wacht daarna totdat er een acceptabele stijging heeft plaatsgevonden en daarna verkoopt men een hogere Call. |
LEI | Legal Entity Identifier. Het is een internationaal gestandaardiseerde code die gebruikt wordt bij de rapportage van financiële transacties. Deze code dient aangevraagd te worden als een legale entiteit derivaten wil kopen of verkopen. |
LETS | Local Exchange Trading Systems. Een handelsnetwerk uit Canada, waarbinnen gebruik wordt gemaakt van eigen geld. Naar dit voorbeeld werden vele lokale valuta uitgegeven zoals de Pebbles of de Nobels. De waarde van de goederen en diensten wordt daarbij (vaak) in een virtuele munteenheid uitgedrukt. |
Leugenaarleningen | Alt-A leningen. |
Level-1-Quote | Een term uit de daghandel. Men toont de hoogste bid- en de laagste askprijs met het daarbij behorende volume. |
Level-2-Quote | Een term uit de daghandel. Het geeft de diepte van de markt aan. Aan de linkerzijde vindt men de partijen die stukken willen kopen met de prijs die zij bereid zijn te betalen (bid) en aantallen. Aan de rechterzijde vindt men de partijen die stukken aanbieden (ask) ook met prijs en aantallen. |
Leverage | Men laat een gulden meermaals zijn invloed uitoefenen ten opzichte van de standaard investering. Dit kan bijvoorbeeld door in plaats van één aandeel, voor dat zelfde geld meerdere opties op dat aandeel te kopen. Formule: Leverage = koers van de onderliggende waarde / koers optie (warrant) * pariteit. |
Leverage Ratio | Een beoordelingssysteem van de financiering van een bedrijf en tegelijkertijd is het een systeem om de mogelijkheid te meten of aan de financiële verplichtingen kan worden voldaan. Men gebruikt verschillende maatstaven. Bijvoorbeeld de verhouding Eigen vermogen en Balanstotaal waarbij soms ook lichtere wegingen aan de beleggingen toegekend worden of men stelt tegenover elkaar de Netto-Schuld en de EBITDA. |
Leveraged Buy-Out | LBO. Bedrijfsovername die geheel of voor het grootste gedeelte wordt gefinancierd met geleend geld. |
Leveraged ETF | Door het gebruik van financiële derivaten en/of leningen wordt de onderliggende waarde van de normale ETF vergroot. Deze vergroting leidt echter niet altijd tot een proportioneel steeds gelijke vergroting van de onderliggende waarde omdat er aanpassingen plaatsvinden in het leverage-gedeelte, bijvoorbeeld door winstnemingen maar met name ook omdat de leverage moet worden aangepast als er winsten of verliezen worden gemaakt. Men vindt Leveraged ETFS op de meeste indexen en de leverage beperkt zich vaak niet tot eenmaal de oorspronkelijke onderliggende waarde maar er zijn ook producten die op een veelvoud hiervan gebouwd zijn. In het algemeen zijn de kosten van deze ETF’s hoog omdat er intensief gehandeld moet worden. |
LGC | Large Gas Carrier. Gastanker met een laadvermogen van 40.000 tot 60.000 kubieke meter. |
LIBOR | London Interbank Offered Rate. Het is de interestvoet waartegen banken elkaar Britse ponden lenen zonder onderpand te stellen. |
LIBOR-OIS Spread | Het verschil tussen de Libor and de Overnight Index Swap rate. |
Liborgate | Een fraudeschandaal, dat in 2012 aan het licht kwam, waarbij bleek dat banken samenspanden bij het vaststelen van de Libor rente. |
Life Cycle Fonds | Beleggingsfonds dat zich onderscheidt doordat ze het risico afbouwt naarmate de vaste einddatum nadert. Het zijn fondsen die passen in de tendens dat pensioenopbouw meer en meer verschuift naar de toekomstige gepensionneerde. Ze worden ook wel Target-Date-Fondsen genoemd. |
Life Cycle Model | Een model dat bij pensioensparen wordt gehanteerd. Het beleggingsrisico wordt dan zodanig gediversifieerd, dat in de aanvang van de deelname het beleggingsrisico aanzienlijk groter is dan tegen de tijd dat de pensioengerechtigde leeftijd wordt bereikt. |
Life Settlements | De rechten en plichten van een levensverzekeringspolis worden aan derden als investering verkocht. Een dergelijke verkoop kan interessanter zijn voor de verzekeringnemer dan vervroegde afkoop. |
Liffe | London International Financial Futures and Options Exchange. Een markt in Londen waarop futures en andere derivaten op aandelen worden verhandeld. De Liffe markt is onderdeel van Euronext. |
Lightning | Een optiespread die bestaat uit een verkochte straddle die at the money is en twee gekochte puts welke ver out of the money zijn. Dit is een bearish constructie die een onbeperkte winst op kan leveren bij een daling van de markt maar die een onbeperkt verlies op kan leveren bij een stijging van de markt. |
Lijfrente | Een verzekering welke recht geeft op een periodieke uitkering na een aantal jaren. |
Lijnrederij | Scheepvaartmaatschappij die op vaste vooraf aangekondigde tijdstippen een vrachtverbinding onderhoudt tussen twee of meer havens. |
Limiet Order | Order die moet worden uitgevoerd voor een specifieke, door de klant opgegeven prijs dan wel voor een betere. |
Limietenboek | Electronisch systeem waarin alle bied- en laatkoersen zijn opgenomen. |
Limit Down | Het maximale aantal toegestane bewegingen omlaag in de prijs van een commodity gedurende een handelsdag. |
Limit Move | Een verandering in de prijs die de limiet overschrijdt welke door de betreffende beurs gesteld is. |
Limit Up | Het maximale aantal toegestane bewegingen omhoog in de prijs van een commodity gedurende een handelsdag. |
Limited Recourse Obligation Programme | Een obligatie waarvan de rente vastgesteld is voor een eerste periode. Daarna wordt deze variabel en wordt dan meestal gesteld op de rente van de voorgaande periode plus een variabele opslag, die op haar beurt weer van andere grootheden afhankelijk is. |
Line | Begrip uit de Three-Line-Break Charttechniek. Drie achtereenvolgende blokjes in dezelfde richting vormen een Line. |
Lineaire Regressie | Het berekenen van trendlijnen met behulp van de methode van de kleinste kwadraten. |
Lineaire Regressie Convergence/Divergence | Een variant op de MACD. Men vervangt de Gemiddeldes door de Lineaire Regressie. |
Linear Regression Slope | Deze indicator meet de richtingscoëfficiënt van de regressielijn. Een positieve richtingscoëfficiënt betekent dat de prijzen stijgen en omgekeerd. |
Lippenstift Indicator | van Leonard Lauder. Hoe dieper de crisis hoe meer lippenstift er wordt gekocht. |
Lipper Reading Ranking | Een systeem om een rangorde te brengen in het totale universum van Hedgefondsen opgesteld door het Researchhuis Lipper uit de Verenigde Staten. Men deelt het Hedgefondsen-universum op in vijf groepen (ieder 20%) op basis van performance. Daarnaast wordt nog een verdeling aangebracht uitgaande van vijf andere criteria: totaal rendement, consistentie van dit rendement, de fondskosten, het vermogensbehoud en de fiscale efficiency. |
Liquiditeit | Een marktterm voor de mate van verhandelbaarheid. |
Liquiditeiten | Kasgeld en snel tot contant te maken middelen zoals kortgeld effecten. |
Liquidity Data Bank | LDB van de CBOT. Het is de markt waarop liquide overheidspapier wordt verhandeld. Ieder uur wordt een rapport uitgegeven met de handelsgegevens inclusief het volume dat met een verschuiving van een uur wordt bekendgemaakt. Men onderscheidt Floortraders (Cti1), Commercial Members (Cti2), Off-floor members (Cti3) en Longterm Traders (Cti4). Het volume dat bekend gemaakt wordt is gesplitst naar deze vier types handelaren en het rapport kan daarom voor velen dienen als een hulpmiddel voor het vaststellen van onder andere support en resistance niveaus. |
Liquidity Trap | Dit duidt op de situatie waarbij de rente zo laag is dat een verdere verlaging niet meer mogelijk is of geen effect meer zal sorteren. |
Liquidnet | Een Darkpool voor de aandelenhandel. Het is een platform waarop grote beleggers rechtstreeks met elkaar in contact worden gebracht zodat grote pakketten aandelen zonder tussenkomst van een bank verhandeld kunnen worden. Zie ook Vega-Chi. |
Liric | Limited Risk Certificate. Een kapitaalgegarandeerd product, waar-mede men kan profiteren van de stijging van de onderliggende waarde boven een van tevoren vastgestelde koers. De Liric wordt aan het einde van de looptijd afgelost tegen de garantie waarde of de hogere feitelijke waarde. |
Litecoin | Virtuele munteenheid. Afgeleide van bitcoin. |
LLF Indicator | Adam White ontwikkelde de Low to Low Fall Indicator als trigger voor zijn CHL/LLF Exitsystem. Als de Low van de dag lager ligt dan enige Low uit de voorgaande 16 dagen (White rekent dus met 17 dagen) geeft deze indicator het exitsignaal uit een Long positie indien het CHL patroon negatief is. Voor exits uit een shortpositie gaat hij uit van de omgekeerde signalen (dus High voor Low). |
LME | London Metal Exchange. |
LMU | Latijnse Monetaire Unie. De eerste Europese muntunie. Deze werd in 1865 opgericht door België, Frankrijk, Griekenland, Italië en Zwitserland. Gouden en zilveren munten werden in de gehele unie wettig betaalmiddel. In 1927 viel de unie uiteen. |
Load | Commissies en andere honoraria die worden geheven van het te investeren kapitaal. |
Loan participation Note | Een obligatielening waarvan de opbrengst gebruikt wordt om deel te nemen in een andere obligatielening. |
Loan To Value | LTV. Het is de verhouding tussen de omvang van het totaal aantal leningen op de balans ten opzichte van de onderliggende vastgoedwaarde dan wel de totale balanswaarde. In Europa mag de verhouding niet boven 0,8 komen. Het is een veel gebruikte term bij het verstrekken en bewaken van hypotheken. |
Lobsternomics Indicator | Als de ingrediënten van luxe maaltijden, zoals kreeft, duurder worden dan zullen de beurzen goed gaan. |
Local | De handelaar op een commodity exchange die koopt en verkoopt voor eigen rekening. |
Lock Up Period | De de periode gedurende welke het een aandeelhouder verboden is (al dan niet uit eigen vrije wil) om zijn aandelen te verkopen. |
Locked Limit | Een markt die een prijsevenwicht zou willen zoeken buiten de gestelde limieten maar die als hij gekomen is op de limiet ophoudt (op moet houden) met handelen. |
Loeff Handelssysteem | van Edward Loeff. Loeff koopt als de slotkoers lager is dan de openingskoers en als tegelijkertijd de slotkoers boven het vijfdaags voortschrijdend gemiddelde ligt. Voor shortposities volgt hij de omgekeerde methode. |
Logaritmische schaal | De prijzen zijn dusdanig weergegeven dat elke gelijke afstand een vast percentage koersbeweging weergeeft. Als voorbeeld: op een log schaal is de afstand van 10 tot 20 hetzelfde als van 20 naar 40 (beide namelijk een 100% stijging). |
London Baltic Exchange | Met meer dan 550 leden omvat deze beurs het merendeel van alle belangen in de scheepvaart. Deze scheepvaartbeurs is gevestigd in hartje Londen en verstrekt een grote hoeveelheid informatie inzake het vervoer van goederen over zee. Onder anderen publiceert zij dagelijks de door haar berekende Baltic Dry Index. |
Long Black Day | Een zwart candlestick patroon waarvan het lichaam tenminste drie keer zo groot is als de gemiddelde grootte van de voorgaande candles en waarvan de schaduwen kleiner zijn dan het lichaam. Deze candle is een continuatie patroon en heeft een performance volgens Thomas N. Bulkowski van 53% in een opwaarts gerichte markt als hij gevolgd wordt door een hogere slotkoers. |
Long Bonds | Treasury Bonds of T-Bonds. Amerikaans overheidspapier met een looptijd bij uitgifte van meer dan tien jaar tot 30 jaar. |
Long Condor | Een optieconstructie bestaande uit 4 Calls (of Puts), waarvan de eerste Call (de gekochte) at-the-money is en waarbij de tweede en de derde Call (die verkocht worden) en de vierde Call (die gekocht wordt) ieder een niveau hoger liggen. |
Long filled candle | Een groot zwart lichaam, met slechts kleine schaduwen. Deze candle is zeer bearish. |
Long hollow candle | Een groot wit lichaam, met slechts kleine schaduwen. Deze candle is zeer bullish. |
Long Random Walk | Een beleggingstechniek die gebaseerd is op de kansberekening. De indicator meet of een beweging al of niet op toeval berust. |
Long Term Refinancing Operations | LTRO of Teltro. Leningen op lange termijn (drie jaar) verstrekt door de ECB aan de banken van de Europese Unie. |
Long White Day | Een wit candlestick patroon waarvan het lichaam tenminste drie keer zo groot is als de gemiddelde grootte van de voorgaande candles en waarvan de schaduwen kleiner zijn dan het lichaam. Deze candle is een continuatie patroon en heeft een performance volgens Thomas N. Bulkowski van 58% in een benedenwaarts gerichte markt als hij gevolgd wordt door een lagere slotkoers. |
Long-Legged Doji | of Rickshaw man. Een Doji patroon met aan de bovenzijde en aan de onderzijde zeer lange schaduwen en het (zeer kleine) lichaam ongeveer in het midden. Het is een belangrijk omkeersignaal. Confirmatie is noodzakelijk. |
Longsignaal | Een signaal om een nieuwe positie in de portefeuille op te nemen. |
Look-ahead Bias | In de schattingen voor de toekomst worden de resultaten, waarvan op grond van het verleden bekend is geworden dat zij niet voldoen aan de criteria, niet meer meegenomen. |
Look-back Call Optie | Een Call optie die recht geeft op het verschil tussen de uitoefenprijs en de laagste koers tijdens de looptijd. |
Look-back Interval | Het aantal data dat wordt gebruikt voor een bepaald onderzoek en de eventuele daaropvolgende berekeningen. |
Look-back Put Optie | Een Put optie die recht geeft op het verschil tussen de uitoefenprijs en de hoogste koers tijdens de looptijd. |
Loonie | Populaire benaming van de Canadese dollar. |
Looptijd | De tijd die resteert tot aflossing of expiratie van de betreffende waarde. |
Lopende Rekening | Saldo van de handelsbalans, de dienstenbalans en de kapitaal opbrengsten. |
Loss Absorbing | Een hybride lening onder de Basel-directieven is een banklening die automatisch omgezet kan worden in aandelenkapitaal als de kapitaalratio van een bank onder een bepaald percentage komt. De lening wordt Loss-Absorbing genoemd.. |
Low | Laagste (intra-day) koers. |
Low Frequency Trading | Low Frequency TradingBeleggen voor de lange termijn met een lage handelsfrequentie. Ron McEwan gaat uit van het 100-daags Voortschrijdend Gemiddelde van de AD-lijn, waarbij deze AD-lijn gedefinieerd wordt als (Advancing Issues – Declining Issues) / (Advancing Issues + Declining Issues) / 1000. Als deze boven de Cumulatieve Advance – Decline (Som van AD percent change formula) ligt, dan investeert hij. Als hij hier beneden ligt dan is hij uit de markt. |
Low Pass Frequency Filter | Een filter die laag-frequent trendsinusoiden accepteert maar die de hoge frequentie ruis weigert. |
Low Price Gapping Play | Een candlestick patroon waarbij een serie van candles met kleine lichamen ter hoogte van de recente lows, gevolgd wordt door een nieuwe candle die via een gap een nieuwe low vormt. Dit is een verkoopsignaal. |
Low Ticking | Verkopen op de biedprijs. |
Lower Tier 2 Kapitaal | Lager aanvullend kapitaal. Het is een gedeelte van het aanvullend kapitaal. Het bestaat uit schulden met een looptijd korter dan 5 jaar. Het Lager Aanvullend Kapitaal mag niet groter zijn dan 50% van het kern- kapitaal. |
Loyaliteitsaandeel | Aandelen die extra dividend of stemrecht geven. Zij kunnen gratis te beschikking worden gesteld, maar dienen dan ook weer op afroep gratis ingeleverd te worden. Beursnotering is meestal niet aan de orde. |
Loyalty Aligned Voting Right Shares | Aandelen die meer zeggenschap krijgen, naarmate ze langer worden aangehouden. |
LPX | Limited Partner indeX, ookwel Major Market Aandelen Index genoemd. Deze index vertegenwoordigt de 25 grootste beursgenoteerde Private Equity bedrijven. |
LRCD | Lineaire Regressie Convergence/Divergence. Een variant op de MACD. Men vervangt de Gemiddeldes door de Lineaire Regressie. |
LSE | London Stock Exchange. |
LTRO | of Teltro. Long Term Refinancing Operations. Leningen op lange termijn (drie jaar) verstrekt door de ECB aan de banken van de Europese Unie. |
LTV | Loan To Value. Het is de verhouding tussen de omvang van het totaal aantal leningen op de balans ten opzichte van de onderliggende vastgoedwaarde dan wel de totale balanswaarde. In Europa mag de verhouding niet boven 0,8 komen. Het is een veel gebruikte term bij het verstrekken en bewaken van hypotheken. |
Lucas Reeks | van Francois, Edouard Anatole Lucas. Een serie getallen welke op dezelfde wijze is opgebouwd als de Fibonacci reeks, maar met een andere uitgangswaarde. Lucas begint met 2 en daarna 1. De reeks vervolgt dan met 3, 4, 7 en zo verder. Wanneer uit de Fibonacci reeks twee getallen opgeteld worden, die gescheiden zijn door een tussenliggende waarde, dan krijgt men altijd een Lucasgetal. Beide reeksen worden veel gebruikt om draaipunten in het koersverloop vast te stellen. |
Lucas Timeseries | van Francois, Edouard Anatole Lucas. Een serie getallen welke op dezelfde wijze is opgebouwd als de Fibonacci reeks, maar met een andere uitgangswaarde. Lucas begint met 2 en daarna 1. De reeks vervolgt dan met 3, 4, 7 en zo verder. Wanneer uit de Fibonacci reeks twee getallen opgeteld worden, die gescheiden zijn door een tussenliggende waarde, dan krijgt men altijd een Lucasgetal. Beide reeksen worden veel gebruikt om draaipunten in het koersverloop vast te stellen. |
Luieruitslag Indicator | Symphony IRI heeft gevonden dat in economisch mindere tijden de luieruitslag in de Verenigde Staten met 2,8% is gestegen en dat tegelijkertijd de omzet van luiers met 9% is gedaald. Blijkbaar willen ouders in zwakkere tijden besparen door minder luiers te verschonen. |
LuxX Index | De index van de beurs in Luxemburg. |
LVMH | LVMH Louis Vuitton Moët Hennessy SE |
M
M0 | De basisgeldhoeveelheid voor de geldscheppende functie van de centrale banken in de VS. |
M1 | De in omloop zijnde chartale geldhoeveelheid, kortlopende deposito’s en de dagelijks opzegbare rentedragende geldhoeveelheid. |
M2 | De M1 plus de korte termijndeposito’s (inclusief korte termijn spaardeposito’s) alsmede de Money Market Deposit Accounts. |
M2-Signaal | Het 1-weeks Eenvoudig Voortschrijdend Gemiddelde van de M2 wordt beschouwd als de beste indicator van de Money-Supply in de Verenigde Staten. Statistieken tonen aan dat een 20-weeks stagnatie van dit gemiddelde voorafgaat aan een crash (zie september 2008 en juli 2011). Men rekent met een periode van 5 weken vanaf de 20ste week waarna de markt zou reageren. Als het gemiddelde gedurende 10 weken stijgende is dan vertellen dezelfde statistieken dat de markt bullish wordt maar dit verband is niet zo sterk als het bovengenoemde negatieve verband. |
M3 | De M2 plus de langjarige termijndeposito’s (inclusief de lang-jarige spaardeposito’s). |
MA | Moving Average of Voortschrijdend Gemiddelde. |
Maancyclus | Dichev en James en later ook CXO Advisory hebben aangetoond dat de maanwisseling invloed heeft op het sentiment van beleggers. De opbrengst van de S&P500 in de vijf dagen voor en in de vijf dagen na volle maan wijkt af van de opbrengst in de vergelijkbare periode rond nieuwe maan. De opbrengst rond nieuwe maan is significant hoger. |
Maandag-effect | Een marktanomalie op grond waarvan men adviseert om op maandag T-bills te kopen en in de rest van de week de marktindex. |
MACD | Moving Average Convergence Divergence van Gerald Appel. Het verschil tussen een kortere termijn koers gemiddelde en een langere termijn koersgemiddelde, waarbij de beide gemiddelden berekend zijn volgens de exponentiële methode, dit in afwijking van de meer gebruikelijke rekenkundige methode. In vergelijking met de FracMACD is de MACD in het algemeen sneller in het tonen van divergentie bij bodems. De kruising van beide lijnen, de kruising met de nullijn en de divergentie kunnen signalen geven. |
MACD% | De voortschrijdende gemiddeldes worden bij deze vorm van de MACD niet van elkaar afgetrokken maar op elkaar gedeeld. De absolute hoogte van de koers speelt hierdoor geen rol meer. Deze formule wordt vaak gebruikt voor het onderling vergelijken en het selecteren van de betere groeiers uit een groep aandelen waarin men wil beleggen. |
MADEX | Moroccan Most Active Shares Index. Een tweede index van de Casablanca Stock Exchange. |
Magic T | Een indicator van George Muzea die contrair denken met divergentie in “insiders trading” combineert. |
Magische Formule | van Joel Greenblatt. Het is een beleggingssysteem gebaseerd op de ranking van fondsen op grond van Winstrendement en Rentabiliteit op Geïnvesteerd Kapitaal. Na optelling van de score per fonds neemt hij de dertig hoogstgeplaatste aandelen waarin hij belegt. Na het einde van het jaar wordt de exercitie herhaald. |
Majoreren | Bij een emissie op meer aandelen of obligaties inschrijven dan men werkelijk wil hebben. Men doet dit als men verwacht dat de toewijzing op de stukken gereduceerd zal worden. |
Managed Account | Een rekening waarvoor de broker de bevoegdheid gekregen heeft van de rekeninghouder om op eigen gezag te handelen al of niet onderworpen aan bepaalde restricties. Dit wordt ook wel een Managed of een Controlled Account genoemd. Het gaat hier om een vorm van vermogensbeheer. |
Managed Futures | Het handelen in termijncontracten via de computer. Deze wordt geprogrammeerd en voert de systematiek uit die in het systeem is ingebracht. De handel is daarmede ontdaan van alle sentiment. |
Managed Futures Account | MFA. Een beleggingsmethode waarbij tegelijkertijd long en short posities ingenomen worden in futurecontracten door een Commodity Trading Advisor. Alhoewel deze vorm van beleggen zich in eerste instantie beperkte tot de commodity markten hebben de CTA’s zich nu ook tot andere markten gewend. |
Managed Futures Fund | Een beleggingsfonds waarin partijen geld bijeenbrengen om te handelen in futures en opties of vergelijkbare derivaten op commodities. Het gaat om drie groepen: de soft commodities, agrarische producten zoals granen, katoen, soja etc. en hard commodities die weer worden gesplitst in edele en non-ferro metalen. Het zijn Private Funds in tegenstelling tot Mutual Funds die open staan voor publieke deelname. Zij worden ook wel genoemd Managed Future Funds en zij vallen in de Verenigde Staten onder het toezicht van de Commodity Futures Trading Commission. |
Management Buy Out | MBO. Directie en/of medewerkers kopen het gehele bedrijf of een gedeelte daarvan. |
Management Buy Out fonds | Een Beleggingsmaatschappij die zich richt op het overnemen van bedrijven met (financiële) steun en deelname van het zittende management. |
Management Fee | De kosten die de beheerder van het betreffende vermogen in rekening brengt. Vaak valt deze fee uiteen in verschillende componenten. Een vaste fee al of niet gebaseerd op de omvang van het vermogen en een fee afhankelijk van de winst. Zie ook Beheerkosten. |
Mandelbrot's Generator | Deze generator kan men zich voorstellen als een rechte lijn waarover Zig Zags zijn geplaatst. De rechte lijn stelt de richting van de prijs voor in de tijd en hij genereert Fractals (de Zig Zags) in lagere Time Frames. |
Mantel | Een obligatie zonder coupons. Vergelijkbaar met de Zero bond. |
Margin | Term uit de optie en future wereld. Het representeert een deel van het bedrag waarvoor risico wordt gelopen en dat als minimum garantie bij de depotbank aangehouden dient te worden. |
Margin Call | Het verzoek van de broker/depotbank aan de klant om geld bij te storten. Dit geschiedt als het beschikbare bedrag niet meer voldoende is om de margin eisen te dekken. Als de klant niet onmiddellijk aan dit verzoek voldoet zal de broker overgaan tot geheel of gedeeltelijk liquideren van de uitstaande posities. |
Margin of Safety | Een begrip uit het gedachtengoed van Benjamin Graham. Hij stelde dat de belegger in eerste instantie naar de financiële waarde van een bedrijf moest kijken en niet naar de koers van het aandeel. Naast negen andere voorwaarden waaraan een aandeel moest voldoen stelde hij dat de koers maximaal de “veilige waarde” mocht bedragen en deze stelde hij op 2/3de van de materiële boekwaarde. Bij een eventueel faillissement bestond daarmee een (voldoende) veiligheidsmarge. Zie ook Grahams’s tien regels. |
Mark-to-Market System | Future prijzen bewegen dagelijks op en neer en hiermede gaat de marktwaarde van de openstaande posities van de klanten van Future Brokers omhoog en omlaag. De daaruit resulterende winsten en verliezen worden dagelijks op de rekening van de betreffende klant geboekt. |
Market Facilitation Index | MFI. Het is de afstand van de laagste tot de hoogste koers binnen een bepaalde tijdseenheid gedeeld door de in die periode geregistreerde omzet (het bijbehorende tick volume). Men wil hiermede de efficiency van het tick volume aangeven omdat een grotere beweging in de koers bij een laag tickvolume belangrijker is dan omgekeerd. Een hogere MFI vergroot de kans op een grotere beweging zowel naar boven als naar beneden. MFI staat ook voor Money Flow Index. |
Market if Touched | Openstaande orders bij de floorbroker die worden uitgevoerd als de gezochte prijs wordt geraakt. |
Market Instrument Function | van Alexander Ershov en Aleksey Gerasimov. Een functie die historisch prijsgedrag vertaalt in toekomstige prijsveranderingen. |
Market Maker | MM. Een handelaar die handelt voor eigen rekening en die de verplichting heeft doorlopend bied- en laatprijzen af te geven op optieseries in de fondsen waarvoor hij is aangewezen om de markt te onderhouden. Per fonds zijn er meerdere marketmakers teneinde een juiste prijsvorming mogelijk te maken. |
Market on Close | Een orderspecificatie die van de broker eist dat hij wordt uitgevoerd tegen de beste prijs tijdens de sluitingsperiode die meestal de laatste 5 minuten van de handel omvat. |
Market Order | Een transactieopdracht, die moet worden uitgevoerd tegen de beste actuele markt-voorwaarden. |
Market Peak | Het is een Top die het einde van een uptrend markeert en die tegelijkertijd het beginpunt vormt van een downtrend. Een Market Peak wordt meestal voorafgegaan door een duidelijke stijging van de korte termijn rente tarieven. |
Market Profile Theorie | Een combinatie van Technische en Kwantitatieve analyse die ervan uitgaat dat koersen als ze in balans zijn zich bewegen binnen een normale verdeling en dat als gevolg daarvan 68% van de koersdata valt binnen één standaarddeviatie van de gemiddelde koers. Mocht het koerspatroon niet in balans zijn dan wordt het perfecte beeld verstoord en ontstaan er verdelingen met een of twee staarten of er ontstaan meerdere normale verdelingen naast elkaar. Het bestuderen van de opeenvolgende marktprofielen wordt gezien als zeer behulpzaam bij het analyseren van de markt. De systematiek werd ontwikkeld door de CBOT in het begin van de jaren tachtig. Peter Steidlmayer ontwierp een chartingtechniek die zowel een horizontaal als een vertikaal inzicht geeft in het marktgebeuren. Op de grafiek wordt gemarkeerd iedere keer dat kopers en verkopers samenkwamen op een bepaald prijsniveau gedurende een vast te stellen tijdsperiode. |
Market Sentiment | Een maatstaf voor de vaststelling of de houding van de markt in zijn algemeenheid bullish of bearish is. |
Market Timing | Met behulp van analytische methoden proberen het juiste moment te vinden om in de markt dan wel eruit te stappen. |
Market Timing Indicator | Een combinatie van de Hedging Pressure en de VIX. Deze beide indicatoren moeten elkaar confirmeren willen de afzonderlijke signalen valabel zijn. |
Market to Market | Aan het einde van iedere handelsdag worden de openstaande posities bij de broker gedebiteerd of gecrediteerd tegen de settlement prijs van de die dag. |
Market Volume Impact | MVI ontworpen door J. Macek. Hierbij wordt de verandering in de koers vermenigvuldigd met de bijbehorende omzet. Een Voortschrijdend Gemiddelde van 10 wordt daarna berekend en hiervan wordt een Voortschrijdend Gemiddelde van 5 en van 10 perioden uitgezet. Het eerste geeft de korte termijn weer en de tweede de lange termijn. Kruisingen van deze beide lijnen geven de aan- en verkoopsignalen. |
Market-Index-Target Term Securities | MITTS. Een Structured Product, uitgegeven door Merrill Lynch, waarbij de investeerder de nominale waarde gegarandeerd krijgt en waarmede ingespeeld wordt op een stijging van de onderliggende waarde. In feite is het een obligatie met variabele rente waarbij de rente bepaald wordt door het stijgingspercentage van de onderliggende waarde gedurende de looptijd. De houder van een MITTS kan geen rechten uitoefenen gedurende de looptijd. De onderliggende waarde bestaat uit aandelen en indexen zoals bijvoorbeeld de Russell 2000, de S&P500 de Japanse Index of een mandje van Europese indexen. |
Marketable Order | Men gaat in op een bieding of aanbod. |
Markov Chains | A.A. Markov ontwikkelde in 1906 een mathematisch model om toekomstige prijsveranderingen te voorspellen op basis van prijsveranderingen in het verleden. Een Markov Chain beschrijft de relatie tussen de resultaten van de ene periode met die van de volgende. Ondanks de tekortkomingen die er aan deze techniek verbonden zijn wordt hij wel gebruikt om variabelen te berekenen waarmede men wil werken (voortschrijdende gemiddelden) of de kansen op winst of het risico verbonden aan een bepaalde strategie. |
Marktanomalieën | Een Marktanomalie is een uitzondering op de regel dat de markten niet te verslaan zouden zijn. Het zijn wetmatigheden die empirish zijn vastgesteld. Men onderscheidt kalenderuitzonderingen risico-uitzonderingen, uitzonderingen gebaseerd op fundamentele ratio’s en Earnings Surprises. |
Marktkapitalisatie | Het aantal uitstaande aandelen maal de koers. |
Marktprofiel | Een combinatie van Technische en Kwantitatieve analyse die ervan uitgaat dat koersen als ze in balans zijn zich bewegen binnen een normale verdeling en dat als gevolg daarvan 68% van de koersdata valt binnen één standaarddeviatie van de gemiddelde koers. Mocht het koerspatroon niet in balans zijn dan wordt het perfecte beeld verstoord en ontstaan er verdelingen met een of twee staarten of er ontstaan meerdere normale verdelingen naast elkaar. Het bestuderen van de opeenvolgende marktprofielen wordt gezien als zeer behulpzaam bij het analyseren van de markt. De systematiek werd ontwikkeld door de CBOT in het begin van de jaren tachtig. Peter Steidlmayer ontwierp een chartingtechniek die zowel een horizontaal als een vertikaal inzicht geeft in het marktgebeuren. Op de grafiek wordt gemarkeerd iedere keer dat kopers en verkopers samenkwamen op een bepaald prijsniveau gedurende een vast te stellen tijdsperiode. |
Married Puts | Ook wel Bullets genoemd. Het is een combinatie van diepe in-the-money puts en aandelen in een dergelijke verhouding dat de Delta ongeveer neutraal is. |
Marubozu Line | Een lange Belt Hold. |
Masala Obligatie | Schuldpapier uitgegeven buiten India maar luidend in Rupees. |
MASI Index | Maroccan All Shares Index. Deze index representeert alle bedrijven genoteerd aan de Casablanca Stock Exchange. Zie ook MADEX. |
Master Limited Partnership | MLP. Een financieringsvehikel uit de Verenigde Staten. Er worden vooral (energie) infrastructuur projecten in ondergebracht. Er is een General partner die de projecten runt en Limited Partners, die het eigen vermogen inbrengen. De MLP betaalt geen winstbelasting, terwijl de Partners een pro rata deel van de afschrijvingen in hun eigen aangifte mogen aftrekken. Het te ontvangen dividend wordt in principe van te voren vastgelegd. De aandelen kunnen worden genoteerd. In Nederland kent men deze constructie bij de CV met ondernemersfaciliteit. |
MAT | Mercado a Termino de Buenos Aires. |
Mat-hold Patroon | Een grote witte candle die gevolgd wordt door drie kleinere zwarte candles die ieder op zich lager liggen maar waarvan de opening van de eerste hoger gapt dan het slot van de witte en die gevolgd worden door nog een grote witte candle die boven de eerste witte candle sluit. Het is een bullish continuation patroon. |
Mathematische verwachting | De Profit Factor is een maatstaf voor de winstgevendheid van een bepaalde strategie. Een PF van 2 geeft aan dat er tegenover één euro verlies twee euro winst staat. Het wordt ook wel de mathematische verwachting genoemd.. |
Matif | Marché à Terme des Instruments Financiers de France. |
Matrix | Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is een samenstel van drie Swings: de FPS, de SS en de SPS. |
Maximax | Een optimistisch besluitvormingsproces dat alternatieven met de best mogelijke uitkomst identificeert. |
Maximin | Een pessimistisch besluitvormingsproces dat alternatieven met de slechtst mogelijke uitkomst identificeert. |
Maximum Adverse Excursion | Een historisch overzicht van de afgesloten trades gemaakt met behulp van een bepaald tradingsysteem, die winst opgeleverd hebben en de trades die verlies hebben gemaakt. Dit overzicht wordt gebruikt om StopLoss niveaus te berekenen teneinde het systeem te verbeteren. |
MBO | Management Buy Out. Directie en/of medewerkers kopen het gehele bedrijf of een gedeelte daarvan. |
MBS | Mortgage Backed Securities. Hypotheekleningen dienen als onderpand van het financieringsvehikel dat de belegger ontvangt. Zie ook securatiseren en CDO. |
McClellan Index | Een marktbreedte indicator ontwikkeld door Sherman en Marian McClellan en gebaseerd op de Advance/Decline verhoudingen. Het is het verschil tussen een 19-daags en een 39-daags Exponentieel Moving Average van het verschil tussen advancing (in koers stijgende) en declining (in koers dalende) fondsen genoteerd op een bepaalde markt. De Oscillator beweegt zich rondom de nullijn. Divergenties met de koers zijn belangrijk evenals het doorschrijden van de nullijn. Formule: McClellan Osc = {19EMA van (A-D) -39EMA van (A-D)} waarbij EMA = Exponentieel voortschrijdend gemiddelde; A = Het aantal stijgende aandelen; D = Het aantal dalende aandelen. |
McClellan Summation Index | Index ontwikkeld door Sherman en Marion McClellan. Het is de som van de waarden van de McClellan Index. De Summation Index is een eigen leven gaan leiden als een goede indicator van de langere termijn breedte van de markt en van de richting van de markt. Als de McClellan Summation Index er niet meeer in slaagt het 500-niveau te doorschrijden dan is dit een signaal dat de bears aan het winnen zijn. |
MCE | MidAmerica Commodity Exchange, Chicago. |
MCS | Monte Carlo Simulation. Een methode welke wordt gebruikt bij het ontwikkelen van handelssystemen waarbij men de originele data van absolute waarden omzet in percenten. Daarna worden deze herhaaldelijk en willekeurig in nieuwe volgordes gezet teneinde zoveel mogelijk datasets te verkrijgen. Deze worden voor gebruik weer teruggezet in absolute waarden waarna de hierdoor ontstane datasets kunnen worden gebruikt voor het uittesten en verbeteren van de geplande strategie. |
MDEX | Malaysia Derivatives Exchange. |
Mean Reversion | Terugkeer naar het lange termijn gemiddelde. |
Mean Reversion Handelssysteem | Het Mean Reversion handelssysteem gaat uit van een koop op het slot van een tien daags Low van de Index waarin men handelt en een verkoop op het slot twee dagen later. Stephen Beatson verkoopt op het slot na tien dagen. Beide systemen geven hem bevredigende resultaten, maar hij tekent daarbij aan dat de markt omstandigheden voor het twee daags systeem tot aan 1987 onvoldoende waren waardoor dit kortere termijn systeem in de periode 1970-1987 verlies opleverde. Zijn studie bestrijkt de periode 1970 – 2013. |
Mean Reverting | Men wijst hiermede op timeseries die om hun gemiddelde fluctueren, dus die niet trending zijn. |
Mean Time To Failure | MTTF. Het is een schatting van de gemiddelde nuttige tijd van de trend. |
Measuring Gap | Een Gap die voor komt in een rechte lijn stijgings- of dalingspatroon. Hij wordt gevolgd door een nieuwe top/bodem en wordt zelden gesloten. Meestal komt hij voor ongeveer in het midden van een beweging. Hij wordt ook wel Runaway Gap of Measuring Gap genoemd. |
Mediaan Lijn | Een lijn precies door het midden van een andere lijn. |
Meeliftregeling | In het geval dat een derde partij de aandelen van een meerder-heidsaandeelhouder in een joint-venture wil kopen is hij verplicht ook de minderheidsaandeelhouders hetzelfde bod te doen. |
Meerwaarde | Rendement op het geïnvesteerd vermogen voor zover dat uitstijgt boven het kapitaalmarktrendement. |
Meesleepregeling | Hiervan is sprake in het geval dat een meerderheidsaandeelhouder in een joint-venture zijn belang wil verkopen aan derden en wanneer de minderheidsaandeelhouders dan verplicht zijn hun aandeel eveneens aan deze derden aan te bieden tegen dezelfde prijs. |
Meeting Line | Een bullish candlestickpatroon. Een zwarte candle in een downtrend wordt gevolgd door een witte candle met de slotkoers, ongeveer ter hoogte van de slotkoers van de voorgaande dag. Dit patroon dient wel bevestigd te worden door een uitbraak de derde dag. Als het patroon echter gevolgd wordt door een uitbraak naar beneden, dan volgt er een verdere prijsdaling. |
Megafoon formatie | Deze formatie kenmerkt zich door twee trendlijnen, die zich van elkaar verwijderen, waardoor er een megafoonvorm ontstaat. Dit patroon wordt vooral waargenomen tijdens een proces van topvorming en wordt meestal aan de onderkant verlaten. Het is dus in principe een Bearish patroon. Zie ook Broadening Triangle. |
Megan Ratio | van Oscar G. Cagivas. Het is een algorithme om de opbrengsten van verschillende handelssystemen, die ervan uitgaan dat de winst wordt geherinvesteerd, met elkaar te kunnen vergelijken. |
Memory Notes | Obligaties die geen rente uitkeren, als de onderliggende waarde beneden een van te voren vastgestelde grens noteert. Als in het volgende jaar de notering boven deze grens ligt, dan wordt de rente tezamen met de rente van dit nieuwe jaar alsnog uitgekeerd. Op de aflossingsdatum wordt in het geval van een lagere notering geen rente uitgekeerd, maar ook slechts een proportioneel gedeelte van de nominale waarde. |
Metusalem Obligatie | Genoemd naar de Bijbelse figuur Methusalem, die 969 jaar zou hebben geleefd. Het is een obligatie type dat zeer lang loopt (50 jaar of langer). |
Mezzanine Krediet | Een tussenvorm tussen eigen vermogen en krediet. Het Mezzanine krediet is achtergesteld bij de andere schulden maar daartegenover staat dat een veel hoger rendement, vaak variabel en in de vorm van een optieconstructie, wordt geboden. Wordt vooral ingezet bij overnames. |
Mezzanine Lening | Het betreft hier achtergestelde leningen zonder aflossingsschema en met een hoge rente. Bij een eventueel faillissement staat dit type leningen geheel achteraan in de rij. De investeerder eist vaak een warrant teneinde onder zekere voorwaarden een afgesproken aantal aandelen te kunnen kopen tegen een vooraf vastgestelde prijs. |
Mezzanine Tranche | CDO die zowel obligaties als aandelen tot onderpand heeft. |
MFI | Market Facilitation Index. Het is de afstand van de laagste tot de hoogste koers binnen een bepaalde tijdseenheid gedeeld door de in die periode geregistreerde omzet (het bijbehorende tick volume). Men wil hiermede de efficiency van het tick volume aangeven omdat een grotere beweging in de koers bij een laag tickvolume belangrijker is dan omgekeerd. Een hogere MFI vergroot de kans op een grotere beweging zowel naar boven als naar beneden. |
MFO | meet. Uitgaande van een nullijn worden de koop- verkoopsignalen gegeven. Hij fluctueert tussen +1 en -1. De standaard periode van berekening is 20 dagen. De Oscillator zou tijdens consolidatie periodes geen signalen genereren. Hij is sneller dan de bestaande Flow Indicators zoals de Chaikin en de Money Flow Indicator en ook sneller dan de MACD. |
MGEX | Minneapolis Grain Exchange. |
MIB 30 | Een gemiddelde van de dertig meest verhandelde en grootste aandelen van de Italiaanse beurs. |
MICEX 10 | Een index uit Rusland. |
Michaelis Ratio | George Michaelis was een belegger, die minder geïnteresseerd was in het verslaan van de markt dan wel in het vermijden van verliezen. Hij zocht ondergewaardeerde aandelen, die een hoog rendement op het eigen vermogen lieten zien en die gericht waren op groei. Voor zijn selectie ontwikkelde hij het volgende: Rendement = (REV * %U)/(K-B); Groei = REV * HR waarbij REV = Rendement op Eigen Vermogen; %U = Uitkeringspercentage; K = Koers; B = Boekwaarde; HR = HerinvesteringsRatio. |
Micro dip | Een daling van de koersen met minder dan 5%. |
Micro Lots | Een term uit de Forex handel. Het betreft de kleinste hoeveelheid die verhandeld kan worden. Deze kleinste hoeveelheid is gelijk aan 1/100ste van 1000 eenheden van de basis valuta. |
Mid Cycle Low | De bodem tussen twee toppen (zie bijvoorbeeld de Double Stochastics van Walter Bressert). |
Mid Point | Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Iedere Swing heeft 3 belangrijke punten. Het begin (BP), het einde (EP) en het midden, het 50% punt (TP). |
Mid Swap Rente | Een tarief dat men gebruikt voor de berekening van de premie die de koper van een obligatie moet betalen te opzichte van de marktrente. De berekening geschiedt ten opzichte van de Benchmark (in Europa bijvoorbeeld een Duitse Staatslening met dezelfde looptijd). De Mid Swap Rente wordt bepaald door het gemiddelde te nemen van alle Swaptransacties (uiteraard met gelijke looptijd) in een bepaalde periode. |
MIDAS | Market Interpretation Data Analysis System van Paul Levine. Het is een VWAP Support and Resistance Indicator die berekend wordt over een periode die steeds begint bij een trend reversal. Formule: MIDAS = [yi(xi) – yij(xi-dji)] / dij waarbij xi = Cumulatief Volume van de dag; yi = Cumulatieve Prijs van de dag; dij = Cumulatief Volumeverschil tussen dag i en dag j = xi – xj. |
Midkap Index | Een gemiddelde van de koersen van de 24 aandelen die een notering hebben aan de beurs van Amsterdam en die het meest verhandeld worden nà¡ de aandelen die in de AEX Index zijn opgenomen. |
Midpoint | De hoogste koers plus de laagste koers gedeeld door 2. |
Midpoint Oscillator | %M van Tushar Chande. Deze Oscillator geeft overbought en oversold situaties aan. Chande gaat uit van de Midpoint in plaats van zoals vaak gebruikelijk van de Slotkoers. Bij doorrekening van de formule komt men tot een combinatie van de William’s %R en de %K uit de Stochastics. Formule: %M = 100(2C – Hn – Ln) / (Hn – Ln) waarbij C = Slotkoers; H = Hoogste koers; L = Laagste koers; n = terugkijk periode. |
MiFiD | Markets in Financial Instruments Directive, Europese afspraken uit 2007 voor de harmonisatie van de handel in financiële instrumenten, bedoeld om tot een betere transparantie van kosten en risico’s te komen en om de concurrentie in de handel in effecten te stimuleren. |
MiFiD II | Markets and Financial Instruments Directive II. Een voorlopig akkoord over strengere regels voor de derivatenmarkt. Er moet nog overeenstemming bereikt worden met het Europese parlement (juni 2013). Het doel is om de over-the-counter markt te reguleren. |
Minsky Moment | Dit is het moment waarop men begint te beseffen dat de waarderingen te snel zijn opgelopen vanwege een teveel aan krediet. Dit moment dient zich vaak aan na een langdurige waardestijging. |
Miota | Een cryptomunt uitgegeven door het Duitse bedrijf Iota. Het is niet gebaseerd op de blockchain technologie maar op Tangle. Het bijzondere is dat er samengewerkt wordt met verschillende multinationals zoals Microsoft, Bosch, Volkswagen en Samsung. Iota wordt ook wel aangeduid als Iota. |
Mirex | Een gemiddelde van de grootste en meest verhandelde aandelen op de beurs van Moskou. De inces is genoteerd in Roebel. Zie ook RTS. |
Misà¨re Index | Een optelsom van werkloosheid, inflatie en begrotingstekort. Men probeert hiermede de stand van de economie van landen onderling vergelijkbaar te maken. |
Miserie Taks | Een begrip dat ontstond toen men in Vlaanderen besloot de verdeeltaks te verhogen. Het betreft de belasting op de verdeling uit “onverdeeldheidtreding” van onder andere onroerend goed bij erfenissen of bij een huwelijksscheiding. |
Misery Index | Een optelsom van werkloosheid, inflatie en begrotingstekort. Men probeert hiermede de stand van de economie van landen onderling vergelijkbaar te maken. |
MIST | Mexico, Indonesië, Zuid-Korea en Turkije. |
MITTS | Market-Index-Target-Term Securities. Een Structured Product, uitgegeven door Merrill Lynch, waarbij de investeerder de nominale waarde gegarandeerd krijgt en waarmede ingespeeld wordt op een stijging van de onderliggende waarde. In feite is het een obligatie met variabele rente waarbij de rente bepaald wordt door het stijgingspercentage van de onderliggende waarde gedurende de looptijd. De houder van een MITTS kan geen rechten uitoefenen gedurende de looptijd. De onderliggende waarde bestaat uit aandelen en indexen zoals bijvoorbeeld de Russell 2000, de S&P500 de Japanse Index of een mandje van Europese indexen. |
MLP | Master Limited Partnership. Een financieringsvehikel uit de Verenigde Staten. Er worden vooral (energie) infrastructuur projecten in ondergebracht. Er is een General partner die de projecten runt en Limited Partners, die het eigen vermogen inbrengen. De MLP betaalt geen winstbelasting, terwijl de Partners een pro rata deel van de afschrijvingen in hun eigen aangifte mogen aftrekken. Het te ontvangen dividend wordt in principe van te voren vastgelegd. De aandelen kunnen worden genoteerd. In Nederland kent men deze constructie bij de CV met ondernemersfaciliteit. |
MM | Market Maker. Een handelaar die handelt voor eigen rekening en die de verplichting heeft doorlopend bied- en laatprijzen af te geven op optieseries in de fondsen waarvoor hij is aangewezen om de markt te onderhouden. Per fonds zijn er meerdere marketmakers teneinde een juiste prijsvorming mogelijk te maken. |
MMMF | Money Market Mutual Fund; Geldmarktfonds. |
MOC | Market on Close. |
Mock | Schaal van Mock. Een graadmeter die door bedrijven wordt gebruikt bij de afgifte van winst- en omzetprognoses. De classificaties zijn: Fractioneel (marginal) = minder dan 2%; Gering (modest) = 2 tot 4%; Licht (limited) = 4 tot 7%; Duidelijk (marked) = 7 tot 12%; Belangrijk (significant) = 12 tot 20%; Sterk (strong) = 20 tot 30%; Aanzienlijk (considerable) = 30 tot 45%; Fors (sharp) = meer dan 45%. |
MOCS | Momentum of Comparative Strength van Christopher Hendrix. Hierbij wordt de prijs in de MACD formule vervangen door de RS-waarde. Deze formule wordt wel gebruikt om een uitstapmoment te bepalen voor investeringen die gedaan zijn op basis van koopsignalen van de RS selectiemethode. Kruisingen van het korte en het lange EMA (naar beneden) zorgen voor de exitsignalen. |
Moderne Portefeuille Theorie | MPT van Harry Markowitz. Teneinde de risico’s van een portefeuille te verlagen wordt diversificatie nagestreefd. In de allocatie van de assets van de portefeuille streeft hij naar een optimale risco/rendementverhouding. Vaak wordt de Sharpe Ratio hiervoor gebruikt. |
Modidor Spread | van Broussard cs. Een variant op de Iron Condor gericht op een beperkter risico. Gevarieerd wordt onder meer in de Strike Price en in de afstand tussen bijvoorbeeld de gekochte en verkochte Call. |
Modified Renko | Sylvain Vervoort stelt vast dat het bezwaar van Renko charts, dat gaps en opening prijzen niet te zien zijn, in de meeste gevallen ondervangen kan worden door de echte openingsprijs te gebruiken, als er een nieuwe Renga wordt ingezet. |
Modified True Range | MTR van Chris Lindgren. Uit de True Range formule van Welles Wilder wordt weggelaten “the current High less the current Low”. Hij wil hiermede tot een meer eenvoudige formule komen, die tegelijkertijd de grotere gaps vermijdt. |
Modified Volume Price Indicator | MVPI van David G. Hawkins. Hij vervangt de Prijs in de OBV formule door de Typical Price. Deze nieuwe formule wordt in lineaire vorm afgezet tegenover de koersen die hij in Semi Logaritmische Schaal toont. |
Moma | Een aangepast voortschrijdend gemiddelde van Stephan Bisse. Hij past een eenvoudig voortschrijdend gemiddelde aan door iedere slotkoers uit de terugkijkperiode te wegen met het absolute verschil van de betreffende slotkoers met zijn voorganger gedeeld door de som van alle verschillen tussen de achtereenvolgende slotkoersen uit de terugkijkperiode. Formule: Moma = Ci * ΔCi(Ci-Ci-1)/ΣΔCn waarbij Ci = De slotkoers van dag I; ΔCi = Het verschil tussen de slotkoers van dag i en de voor-gaande slotkoers. |
Moman | Momentum analyse. Een combinatie van twee momentum indicatoren (Oscillator en Macd) die tezamen scherper functioneren dan ieder afzonderlijk. |
Momentum | Algemene term die gebruikt wordt om de snelheid van bepaalde koersbewegingen weer te geven. Het momentum meet de prijsverandering van een aandeel of index in een bepaalde periode en kan in absolute zin of als ratio worden weergegeven. Het is een oversold/overbouhgt indicator. In vergelijking met de FracMom is de Mom in het algemeen sneller in het tonen van divergentie bij bodems. Het wordt berekend door de koers van x dagen geleden af te trekken van de koers van heden. |
Momentum Analyse | Een combinatie van twee momentum indicatoren (Oscillator en Macd) die tezamen scherper functioneren dan ieder afzonderlijk. |
Momentum Trap | Momentumbeleggers kopen aandelen waarvan het Momentum stijgende is. Maar vaak komt het voor, dat de onderliggende waarde reeds aan het uittoppen is, terwijl het Momentum nog stijgt. Te laat instappen en/of te lang het stijgende Momentum blijven volgen, leidt gemakkelijk tot een afstraffing. |
Monest Channel | Een horizontaal kanaal waarbinnen het prijsverloop zich afspeelt. Men streeft naar een zo smal mogelijk kanaal maar tegelijkertijd naar een in de tijd zo lang mogelijk kanaal. Er bestaat een algortime om het optimale kanaal te berekenen. Eerder werd dit patroon Optimized Donchian Channels genoemd. |
Monetaire Financiering | De overheid financiert het overheidstekort door middel van geldschepping. |
Monetaire Transmissie | Hiermede duidt men het proces aan waarmede het beleid van de Centrale Bank middels het gebruik van geldmarktinstrumenten wordt doorgegeven aan de financiële markt, de bedrijven en de huishoudens. |
Monetarist | Aanhanger van de economische theorie dat de fluctuaties in de geldhoeveelheid van een land een grote invloed hebben op de economische groei, de inflatie en de rente. |
Monetary Financing | of Monetization. De Centrale Bank koopt overheidspapier met nieuw gecreëerd geld. Het Amerikaanse Quantitative Easing-programma is hier een voorbeeld van. |
Monetization | of Monetary Financing. De Centrale Bank koopt overheidspapier met nieuw gecreëerd geld. Het Amerikaanse Quantitative Easing-programma is hier een voorbeeld van. |
Money Flow | Het volume vermenigvuldigd met de slotkoers van de dag. Als deze laatste lager is dan de vorige dag dan is de Money Flow negatief en als hij hoger is dan is de Money Flow positief. In plaats van de slotkoers wordt vaak de gemiddelde koers van de dag genomen. |
Money Flow Index | MFI van Gene Quong en Avrum Soudack. Geeft de geldstroom aan die omgaat in de handel van een aandeel. Het is de som van de verhandelde hoeveelheden maal de prijs over een bepaalde periode. Formule: Money Flow Index = 100 – (100 / (1 + Money Ratio)). |
Money Line | De curve die ontstaat als men de resultaten, die met een bepaald systeem behaald werden, in een cumulatieve grafiek uitzet. Zie ook Equitycurve. |
Money Management Stop | Een stop die gelegd wordt op het niveau waarbij slechts het maximale bedrag dat men bereid is te riskeren, verloren kan gaan. |
Money Market Fund | Een beleggingsmaatschappij die zijn middelen belegt in bankdeposito’s en kortlopend schuldpapier. |
Money Ratio | Positieve Money Flow / Negatieve Money Flow. |
Monowave | Een begrip uit de Elliott Wave theorie. Een enkele golf in een reeks van golven. |
Monte Carlo Simulation | MCS. Een methode welke wordt gebruikt bij het ontwikkelen van handelssystemen waarbij men de originele data van absolute waarden omzet in percenten. Daarna worden deze herhaaldelijk en willekeurig in nieuwe volgordes gezet teneinde zoveel mogelijk datasets te verkrijgen. Deze worden voor gebruik weer teruggezet in absolute waarden waarna de hierdoor ontstane datasets kunnen worden gebruikt voor het uittesten en verbeteren van de geplande strategie. |
Morning Attack | Een Japanse uitdrukking voor een grote koop- of verkooporder, die bij de opening geplaatst wordt en die bedoeld is om de markt op significante wijze te beïnvloeden. |
Morning Doji Star | Eenzelfde candlestick patroon als de Morning Star met dien verstande dat de kleine candle een Doji is. En omdat dit een Doji is heeft dit patroon in het algemeen een sterkere impact dan de Morning Star. |
Morning Star | Een patroon van drie op elkaar volgende candlesticks waarbij de eerste een lang zwart lichaam heeft. De tweede opent duidelijk lager dan het slot van de eerste en heeft een klein wit of zwart lichaam en de derde opent hoger dan het slot van de voorgaande dag en sluit diep in de eerste (grote zwarte) kandelaar. Het is een bullish omkeer patroon. |
Morningstar Rating | Een Rating-systeem voor beleggingsfondsen. Men onderscheidt de Kwantitatieve Rating en de Kwalitatieve Rating. De eerste is gebaseerd op het verleden. Men gaat uit van de rendementen over periodes van 1, 3 en 5 jaar en men vergelijkt deze met de prestaties van vergelijkbare fondsen (80%) en van het risico over de laatste 3 en 5 jaar (20%). De kwalitatieve rating wordt gepubliceerd door het toekennen van sterren (1 tot 5). De Kwalitatieve Rating is gebaseerd op de geschatte toekomstige prestaties. De analisten maken een grondige studie van het fonds waarna interviews worden gehouden met het fondsmanagement. Het resultaat wordt diepgaand doorgesproken met andere senior analisten. De beoordeling mondt uit in de toekenning van de predikaten Inferior, Standard, Superior en Elite. Om in aanmerking te komen voor deze rating moet een fonds tenminste drie jaar bestaan en er moeten voldoende fondsen zijn die dezelfde beleggingscategorie bestrijken. |
Mortgage Backed Securities | Hypotheekleningen dienen als onderpand van het financieringsvehikel dat de belegger ontvangt. Zie ook securatiseren en CDO. |
MOT | Meldpunt Ongebruikelijke Transacties. Deze wet is in 2009 vervangen door de Wwft. |
Moving Average | Voortschrijdend Gemiddelde. Een voortschrijdend gemiddelde is het gemiddelde van een getallenreeks bijvoorbeeld de slotkoersen van een aandeel in een bepaalde periode. Het wordt dagelijks berekend bijvoorbeeld over de afgelopen tien dagen, waarbij de oudste dag (i.c. 11 dagen geleden) vervangen wordt door de meest recente slotkoers. De term voortschrijdend wordt gebruikt omdat het gemiddelde als het ware voortschrijdt in de tijd. Moving Averages worden gebruikt om kleine fluctuaties en ruis weg te werken zodat beter zicht wordt gekregen op de onderliggende trend. |
Moving Average Displaced | MAD. Een Voortschrijdend Gemiddelde dat men verschuift in de tijd met een vast te stellen aantal dagen. Een MAD3 toont bijvoorbeeld de waarde van vandaag pas over drie dagen. |
Moving Average Double Exponential | DEMA. Een Exponential Moving Average van een Exponential Moving Average. |
Moving Average Envelopes | Een tradingband systeem waarbij de banden worden geplaatst op een vast percentage boven en onder het gemiddelde. |
Moving Average Exponential | Een Voortschrijdend Gemiddelde in de berekening waarvan een groter gewicht wordt gegeven aan de meer recente data. |
Moving Average Triple Exponential | Ook wel Tema of Trix genoemd. Er wordt een Exponential Moving Average berekend over de gekozen periode. Hiervan wordt weer een Exponential Moving Average berekend en daarvan wordt opnieuw een Exponential Moving Average berekend, dit alles om nog minder ruis te verkrijgen. Formule: TEMA = ExpAverage(ExpAverage(ExpAverage(Close,n1),n2),n3) = ExpAverage(DEMA(Close,n1,n2),n3). |
Moving Average Weighted | MAW. Ieder getal uit de reeks waaruit het MAW berekend wordt krijgt een eigen gewicht. Men wil hiermede bereiken dat recentere koersen sterker mee tellen dan eerder gevormde koersen. |
Moving Stop-Loss | Dit is een voortschrijdende stop-loss die is afgeleid van de slotkoers van de voorgaande dag. |
Moving VWAP | Een VWAP waarvan de lengte vast is. Het begin van de indicator beweegt dus met de tijd mee. |
MPT | Moderne Portefeuille Theorie van Harry Markowitz. Teneinde de risico’s van een portefeuille te verlagen wordt diversificatie nagestreefd. In de allocatie van de assets van de portefeuille streeft hij naar een optimale risco/rendementverhouding. Vaak wordt de Sharpe Ratio hiervoor gebruikt. |
MTIC Fraud | Missing Trader, Intracommunity Fraud. Elkaar snel opvolgende financiële transacties, waarbij steeds hetzelfde goederenpakket, al of niet virtueel, verhandeld wordt. De reeks verkopers in de carrousel ontvangt wel BTW maar er is steeds een schakel in de keten die de BTW niet afdraagt. Zie ook Caroussel fraud en Daisychain. |
MTR | Modified True Range van Chris Lindgren. Uit de True Range formule van Welles Wilder wordt weggelaten “the current High less the current Low”. Hij wil hiermede tot een meer eenvoudige formule komen, die tegelijkertijd de grotere gaps vermijdt. |
MTTF | Mean Time To Failure. Het is een schatting van de gemiddelde nuttige tijd van de trend. |
Mudaraba | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Het is een samen-werkingsvorm waarin de bank zorgt voor de financiële middelen en de ondernemer voor het management. De opbrengsten worden volgens een vooraf vastgelegde ratio verdeeld maar de bank neemt eventuele verliezen voor haar rekening. |
Multi Asset Fonds | Beleggingsinstelling die in een breed scala van beschikbare categorieën belegt. Niet alleen aandelen en obligaties komen in aanmerking maar ook vastgoed, grondstoffen- en hedgefondsen. |
Multi Resolutie Analyse | MRA van Kiers c.s.. Een analyse techniek die data ontleedt in drie componenten: de trendcomponent, de periodieke component en de ruiscomponent. De laatste component wordt geëlimineerd. Na de-trending wordt de periodieke component gebruikt om punten in te schatten waarop posities kunnen worden ingenomen en verlaten. |
Multi-purpose bulkcarrier | Schip voor vervoer van zowel losgestorte lading als homogeen stukgoed (grote hoeveelheden containers, ijzer, staal, hout en bosbouwproducten). |
Multi-purpose carrier | Schip dat zowel voor gestorte (bulk)lading gebruikt kan worden als voor stukgoedvervoer. |
Multicollineariteit | Een gelijktijdige toepassing van indicatoren die van dezelfde gegevens zijn afgeleid. |
MultiFrac Methode | Teneinde de resultaten op objectieve wijze te kunnen berekenen van handelssystemen, die gebruik maken van een Algoritme, gebruikt Giorgos E. Siligardos drie methoden. Het zijn de CumProfit Methode, de MuliFracProfit Methode en de CumProfit% Methode. De MultiFrac Methode bestaat uit de sommatie van alle positieve en negatieve winstpunten, die het Algoritme oplevert, gedurende de onderzochte periode. De methode gaat er van uit dat de winst behaald tijdens de looptijd ook wordt geïnvesteerd. |
Multiple Days Up/Down Strategy | van Larry Connors. Een korte termijn handelssysteem op ETF’s. Het systeem gaat Long na een pull back nadat de slotkoers tenminste vier dagen van de laatste vijf dagen telkens lager ligt. Exit wordt er gegaan als de slotkoers boven het 5-daags Voortschrijdend Gemiddelde komt. Het systeem leent zich goed voor een Scaling-in strategie. |
Multiple Lineaire Regressie | Meer dan een onafhankelijke variabele wordt gebruikt om de veranderingen in de afhankelijke variabele te verklaren. |
Multiple Timeframe | Het gebruik van indicatoren die ieder voor zich betrekking hebben op een tijdsperiode die wel overlappend met elkaar zijn maar die ieder voor zich een andere lengte hebben. |
Murabaha | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Het is een vorm van Tawarruq. |
Musharakah | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Een samenwerkings-vorm waarin beide partijen (bank en ondernemer) financiële middelen inbrengen. De resultaten worden verdeeld naar gelang ieders inbreng. |
Musharakah Mutanaqisah | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Het is contract waarin een van de partners belooft het aandeel van de ander langzamerhand over te nemen. Dit contract wordt voorafgegaan maar is niet verbonden, ook niet als voorwaarde, door een samenwerkingscontract tussen beide partijen. |
MVI | Market Volume Impact ontworpen door J. Macek. Hierbij wordt de verandering in de koers vermenigvuldigd met de bijbehorende omzet. Een Voortschrijdend Gemiddelde van 10 wordt daarna berekend en hiervan wordt een Voortschrijdend Gemiddelde van 5 en van 10 perioden uitgezet. Het eerste geeft de korte termijn weer en de tweede de lange termijn. Kruisingen van deze beide lijnen geven de aan- en verkoopsignalen. |
MVPT | Modified Volume-Price Trend Indicator van David G. Hawkins. Het is een verbetering van de VPT in zoverre dat de koers van de onderliggende waarde beter gevolgd wordt waardoor divergenties gemakkelijker zijn te constateren. Hawkins neemt niet de Close maar de Mean van de Range (of {close+open+low+high}/4) en hij tekent de koersen op een log-schaal terwijl hij de MVPT lineair houdt. Bij sterke disrupties van het beeld past hij de schalen aan. |
N
Naked Option | Naakt schrijven. Zie Uncovered Option. |
Narrow Range Day | Een handelsdag waarop de prijzen zich ten opzichte van de dag ervoor in een zeer nauwe range bewogen hebben. |
NASD | National Association of Securities Dealers. Een instituut dat waakt over de Nasdaq en over de Over-The-Counter markt in de V.S. In 2007 fusioneerde de NASD met het regulerende committee van de NYSE tot de FINRA. |
Nasdaq | National Association of Securities Dealers Automated Quotations. De Amerikaanse nationale schermenbeurs. |
Nasdaq 100 Index | Een index samengesteld uit de 100 naar marktwaarde gemeten grootste, meest verhandelde, nonfinancial aandelen met een notering op de Amerikaanse schermenbeurs. |
Nasdaq Index | Nasdaq Composite Index. Een index samengesteld uit alle aandelen met een notering op de Amerikaanse schermenbeurs. Deze beurs heet Nasdaq. |
NASI | Nairobi All Shares Index. |
National Futures Organisation | NFA. Het zich zelf regulerende orgaan van de handelaren in futures en opties in de VS. |
NAV | Net Asset Value, netto vermogenswaarde. |
NBBO | National Best Bid and Offer; Een opdracht aan de broker om de order uit te voeren tegen de beste prijs ongeacht de (Amerikaanse) beurs waarop deze beste prijs verkregen kan worden. |
NDF | Nondelivery Forward. Contract tussen een cliënt en een financiële partij zoals een bank waarbij de bank het valutarisico van een bepaalde valutaeenheid van de cliënt overneemt, maar waarbij op de uitoefendatum niet de feitelijke valuta wordt geleverd, doch alleen het koersverschil wordt afgerekend. |
NDO | Nondelivery Option. Contract tussen een cliënt en een financiële partij zoals een bank waarbij de bank het valutarisico van een bepaalde valutaeenheid van de cliënt overneemt, maar waarbij op de uitoefendatum niet de feitelijke valuta wordt geleverd, doch alleen het koersverschil wordt afgerekend. In tegenstelling tot de NDF gaat het hier om een Optie en dus slechts om één kant van het risico (Call of Put). |
NDX | Nasdaq 100 Index. Een index samengesteld uit de 100 naar marktwaarde gemeten grootste, meest verhandelde, nonfinancial aandelen met een notering op de Amerikaanse schermenbeurs. |
Near-the-Money | De prijs van de optie ligt dicht bij de uitoefenprijs. |
Negatieve divergentie | Wanneer twee of meer gemiddelden, indexen of indicatoren nalaten elkaar de confirmeren. |
Negatieve Money Flow | De som van de Raw Money Flow van de dagen van de betreffende periode waarop de Typical Price lager ligt. |
Negatieve Volume Indicator | NVI van Norman Fosback. Het is een indicator die zich laat leiden door het volumegedrag. Als het Volume gelijk is aan de vorige periode wijzigt er niets. Als er sprake is van een lager Volume dan wijzigt het NVI aan de hand van het verschil tussen de procentuele prijs van gisteren en die van vandaag. Bij een hoger Volume wordt de NVI niet aangepast (maar wel de PVI). De NVI wordt gezien als een goede voorspeller van Bullmarkten als hij boven zijn Voortschrijdend Jaargemiddelde komt. Formule: NVI = NVI(vorige dag)*(Close/Close(vorige dag)). |
Negative Amortization Mortgage | NegAm. Een hypotheekvorm waarbij de periodieke betaling niet voldoende is om de rente en de aflossing te betalen. GPM is een voorbeeld van een dergelijke hypotheek. |
Negative Pledge Covenant | Een clausule die de leningnemer verhindert activa te verbinden aan nieuwe leningen. |
NEKI | Niet-Effectenkredietinstelling. In tegenstelling tot de EKI beheert de NEKI geen effecten- en geldrekeningen. Het is dus gelijk te stellen met een commissionair. |
Neklijn | Steun of weerstandsniveau onder andere in een Kop & Schouder patroon. De neklijn verbindt de toppen of bodems van het patroon afhankelijk van het feit of het een top- of bodemformatie is. |
NEO | Een Chinese cryptomunt. |
Neo-bulk | Stukgoed zoals bosbouwproducten, hout en staal. |
Nested Channels | Een begrip uit J.M. Hurst’s Cycle Theory. Waar de afzonderlijke Envelopes (de Channels) elkaar raken (of zelf een bodem maken) plaatst Hurst zijn bodems van de cyclus. |
Net Asset Value | De totale marktwaarde van alle uitstaande aandelen van een open beleggingsfonds. Als men deze waarde deelt door het aantal uitstaande aandelen verkrijgt men de prijs per aandeel. |
Net Capital Ratio | NCR. Een door de SEC gehanteerde ratio ter controle van de liquiditeit van de onder haar toezicht vallende Brokers. In verhouding tot hun liquiditeiten mogen Brokers en dealers geen schulden hebben groter dan 15 keer deze liquiditeiten. |
Net Momentum Oscillator | Deze Oscillator gaat uit van het verschil tussen de Up dagen en de Down dagen. Hij laat het verschil zien als een ratio van het Up en Down Momentum als volgt: Net Momentum Oscillator = 100*(Su -Sd)/(Su+Sd) waarbij Su = het totaal van de Up dagen; Sd = het totaal van de Down dagen. |
Netto Transactie | Aan- en verkopen op de beurs geschieden tegen een koers waar de provisie en de overige kosten zijn inbegrepen. |
Netto Werkkapitaal | Vlottende activa minus vlottende passiva. |
Netto Winst | Het resultaat na aftrek van afschrijvingen en belastingen. |
Neural Network | Een artificieel intelligentie programma dat het mogelijk maakt om te leren met behulp van een trainingsprogramma van trial and error. |
Neuro | In de discussie betreffende de toekomst van de Euro kwam het alternatief op om Euroland te splitsen in een Noordelijk gebied en een Zuidelijk gebied. Het Noorden zou dan de Neuro invoeren en het Zuiden de Zeuro. |
New Highs | Het aantal aandelen waarvan de slotkoers hoger is dan alle slotkoersen van het betreffende aandeel in de voorafgaande 12 maanden. |
New Lows | Het aantal aandelen waarvan de slotkoers lager is dan de slotkoersen van datzelfde aandeel in de voorafgaande 12 maanden. Wanneer zich een downturn voordoet in de DJIA en het aantal New Lows is meer dan 400 als de markt weer keert, dan moet men er rekening mee houden, zo heeft Mike Burke vastgesteld, dat men te maken krijgt met een dubbele bodem waarvan de tweede bodem lager zal liggen dan de eerste. Blijft het aantal New Lows onder het getal van 400 dan heeft men te maken met een enkelvoudige bodem. Men hanteert in dit verband vuistregels. Als het aantal New Lows op de NYSE het getal 40 overschrijdt gedurende enkele dagen dan betekent dit dat de markt zich in een daling bevindt. Voor de Nasdaq gaat men uit van een getal van 70. |
Next Eleven | N 11. Een term van Jim O’Neil van Goldman Sachs om de elf snelgroeiende landen, die mogelijk de BRICS op kunnen volgen, aan te duiden. Hij doelt op Bangladesh, Egypte, Filippijnen, Indonesië, Iran, Mexico, Nigeria, Pakistan, Turkije, Vietnam en Zuid-Korea. |
NFA | National Futures Organisation. Het zich zelf regulerende orgaan van de handelaren in futures en opties in de VS. |
NFI | Net Field Indicator, ook wel Net Field Trend genoemd. Een begrip uit het OBV handelssysteem van Joseph Granville. Het is een indicator die het aantal negatieve Field Trends aftrekt van het aantal positieve. De richitng van deze NFT geeft de richting van de trend aan. |
NFT | Twee betekenissen. Non Fungible Token, of Net Field Trend, ook wel Net Field Indicator genoemd. Een begrip uit het OBV handelssysteem van Joseph Granville. Het is een indicator die het aantal negatieve Field Trends aftrekt van het aantal positieve. De richting van deze NFT geeft de richting van de trend aan. |
NHG | Nationale Hypotheek Garantie. De Stichting Waarborgfonds in Nederland garandeert onder bepaalde voorwaarden hypotheekleningen. De lening moet in een bepaalde relatie staan tot het inkomen en het vermogen. Hierdoor alleen al wordt voorkomen dat een te hoge hypotheek wordt genomen. Mochten er desondanks betalings-problemen opkomen bij de verzekeringsnemer dan kan hij rekenen op hulp bij het oplossen van de problemen en in het uiterste geval op overname van de schuld. De rente op de op deze wijze gegarandeerde leningen is lager dan de marktrente (tot 0,6% lager). Het maximum van de lening mag €350.000 bedragen (2010). |
Niet Gealloceerde Reserves | Reserves die aangehouden worden bij het IMF en waar het IMF geen inzicht in heeft. Het zijn onder anderen de Braziliaanse Real, Indiase Roepie en de Chinese Yuan. (zie ook Cofer). |
Nifty Fifty | De populaire aanduiding van de 50 meest gezochte groeiaandelen van Wall Street. |
Nifty Index | De representatieve index voor de aandelenmarkt in India. |
Night Attack | Een Japanse uitdrukking voor een grote koop- of verkooporder, die bij de sluiting geplaatst wordt en die bedoeld is om de markt op significante wijze te beïnvloeden. |
Nikkei Index | Het prijsgewogen gemiddelde van 225 Japanse aandelen. |
NIMBY | Not In My Back Yard. Typering van discussies over bijvoorbeeld schaliegas-boringen. Het is goed, als het maar niet in de eigen achtertuin gebeurt. |
Ninja Hypotheken | No Income No Job and no Assets Hypotheken. Hypotheken voor mensen zonder werk, zonder inkomen en zonder vermogen. |
NIVRA | Nederlands Instituut van Registeraccountants. |
NL20 | Een index van de grootste 20 Nederlandse fondsen die aan de beurs in Amsterdam zijn genoteerd. Deze Index werd ingevoerd door TOM als tegenwicht tegen de AEX Index waarin een aantal buitenlandse bedrijven is opgenomen. In tegenstelling tot de AEX herbelegt de NL20 de uitgekeerde dividenden. Het is dus een herbeleggingsindex. |
NMA | Nederlandse Mededingingsautoriteit. |
NMS | National Market System. Het handelssysteem onder het gezag van de NASD en de Nasdaq dat beoogt om de handel in Over-The-Counter aandelen, die aan specifieke voorwaarden voldoen te faciliteren en tevens inzicht wil geven in de prijzen van aandelen en obligaties in de V.S. die op meerdere beurzen tegelijk zijn genoteerd. |
No Touch | Een instrument waarmede gepoogd wordt aan beleggers een hoger rendement te bieden op hun liquide middelen, door gebruik te maken van het verschil in wisselkoers dollar en euro. Stel de wisselkoers beweegt zich in de volgende drie maanden tussen 1,044 en 1,106 bij een huidige koers van $1,07 voor €1, dan ontvangt men 7% op jaarbasis. Wanneer de wisselkoers buiten deze grenzen stijgt of daalt dan is het rentepercentage 0,25. Er zijn vele varianten zoals de Step Up, de Digital Touch, de No Touch of de Tower Deposit. |
No-Load | Zonder vekoopkosten. Dit verschijnsel komt vooral voor in de Verenigde Staten waar aandelen in beleggingsfondsen vaak verkocht worden tegen de net-asset value. |
Nobels | Een virtuele munteenheid uit Doetinchem, die gebruikt wordt door aangesloten bedrijven in hun onderlinge betalingsverkeer. Zie ook Pebbles en LETS. |
Noise | Prijs en volume fluctuaties die de belegger het zicht op de werkelijke richting ontnemen. |
Noise Bars | Een begrip uit de Clear method van Ron Black. Noise bars zijn bars die de aan de gang zijnde trend niet meer volledig volgen. Indien in een up swing er geen Hogere High en geen Hogere Low worden gezet, maar de bar blijft nog steeds gedeeltelijk binnen het bereik van de voorgaande bar, dan noemt hij dit noise. De markt is dan aarzelend maar er is nog geen nieuwe richting ingeslagen. |
Noisy Signal | Een signaal waarin veel ruis verwerkt zit. |
Nominale waarde | De waarde die afgedrukt staat op het aandeel of de obligatie. |
Non Performing Loan | Krediet waarop een betalingsachterstand rust van tenminste 3 maanden. |
Non-bank finance | Een vorm van schaduwbakieren waaronder worden gerekend beleggingsfondsen, brokers, financieringsmaatschappijen, houdstermaatschappijen, leasemaatschappijen en maatschappijen opgericht ten behoeve van de securitisatie van kredieten. |
Non-inflatoire Groei | Productiegroei in een economie zonder dat daarbij geldontwaarding optreedt. |
Non-recourse debt | Schuld waarvoor onderpand is afgegeven, waarmee de lener door overdracht van het onderpand kan aflossen. De schuldenaar blijft dan nooit met een rest-schuld zitten omdat het negatieve risico van de waarde van het onderpand bij de geldverstrekker ligt. |
Nondelivery Forward | NDF. Contract tussen een cliënt en een financiële partij zoals een bank waarbij de bank het valutarisico van een bepaalde valutaeenheid van de cliënt overneemt, maar waarbij op de uitoefendatum niet de feitelijke valuta wordt geleverd, doch alleen het koersverschil wordt afgerekend. |
Nondelivery Option | NDO. Contract tussen een cliënt en een financiële partij zoals een bank waarbij de bank het valutarisico van een bepaalde valutaeenheid van de cliënt overneemt, maar waarbij op de uitoefendatum niet de feitelijke valuta wordt geleverd, doch alleen het koersverschil wordt afgerekend. In tegenstelling tot de NDF gaat het hier om een Optie en dus slechts om één kant van het risico (Call of Put). |
Normal Volume | Waxenberg gebruikt een 10-daags Voortschrijdend Gemiddelde van het Volume om daarmede een richting in het Volume te herkennen. Divergenties tussen deze indicator en de koersen zijn bepalend, terwijl als de indicator de nullijn nadert, er, zoals hij stelt, een verandering van de trend op komst is. |
Normale verdeling | Kromme van Gaus. Een groepering van data welke evenwichtig is in die zin dat er aan beide zijden van het gemiddelde op iedere afstand van dit gemiddelde evenveel data liggen in opklimmende volgorde và³à³r het gemiddelde en in dalende volgorde na het gemiddelde. 68% van de data ligt daarbij op een afstand van een standaarddeviatie van dit gemiddelde en 95% ligt op een afstand van 2 standaarddeviaties van dit gemiddelde. De normale verdeling wordt veel gebruikt in de kwantitatieve analyse. |
Normalized Average True Range | Om de AvTrR van verschillende aandelen vergelijkbaar te maken of om vergelijkbaarheid te krijgen in de tijd deelt men door bijvoorbeeld de Close. Formule: ATR14/Close*100. |
Normalized Volatility Index | NVI van Rajesh Kayakkal. Het is een lange termijn trend-trading indicator. Er wordt uitgegaan van een Average True Range van 64 dagen. De optimale waarde van de NVI die het verschil tussen hausse en baisse aangeeft is 1.343 in het geval van de S&P500. Voor andere indexen kan deze waarde afwijken. Het is derhalve zaak als men van een andere index uitgaat dat men deze waarde specifiek voor deze index berekent. Wanneer de NVI boven 1.343 komt gaat Kayakkal short en als hij daar beneden komt gaat hij long. Hij verkoopt (koopt) iedere dag een unit zolang de S&P boven (onder) 1.343 blijft. Teneinde de Draw Down zo klein mogelijk te houden gebruikt hij daarnaast een 200 EMA. Formule: NVI = Average True Range[64]/close*100. |
Note | Naast normaal schuldpapier wordt hiermede ook gedoeld op effecten op grondstoffen of andere onderliggende waarden waarbij in het product een obligatiecompenent is verwerkt. |
Notering | De koers die in De Officiële Prijscourant van de Vereniging voor de Effectenhandel wordt vermeld. Het betekent ook dat het effect officieel verhandeld wordt op de beurs. |
Notes | Naast normaal schuldpapier wordt hiermede ook gedoeld op effecten op grondstoffen of andere onderliggende waarden waarbij in het product een obligatiecompenent is verwerkt. |
Notionele Interestaftrek | Een begrip uit de Belgische vennootschapsbelasting. Men wil hiermede de fiscale discriminatie tussen de financiering met vreemd vermogen en eigen vermogen wegwerken. Ondernemers hebben het recht om een aftrek voor risicokapitaal toe te passen ter berekening van de te betalen vennootschapsbelasting. Het eigen vermogen wordt gecorrigeerd met een aantal nauw omschreven balansposten (investeringen) en daarna wordt het restant vermenigvuldigd met de “notionele interest”. Dit is een fictief rendement, waarvan de berekening ook is vastgelegd in de betreffende wetgeving: Notionele interestaftrek = Notionele rente x gecorrigeerd eigen vermogen |
NPEX | Nederlandse Participatie Exchange. Een online handelsplatform in Amsterdam voor niet-beursgenoteerde vastgoedfondsen, waarop gehandeld wordt in de vorm van een veiling. Inmiddels worden ook andere bedrijven inclusief door hen uitgegeven obligaties verhandeld. |
NRfd | Nadere Regeling financiële dienstverlening, een administratieve uitwerking van de regelingen voortvloeiend uit de Wfd en de Bfd. |
NSE | Nairobi Stock Exchange. |
NSE20 | Een index van de Nairobi Stock Exchange die de resultaten meet van 20 aldaar genoteerde blue chip companies. |
Nuevo Mercado | Een markt in Spanje waarop aandelen van jonge bedrijven worden verhandeld. |
Nuovo Mercato | Een markt in Portugal waarop aandelen van jonge bedrijven worden verhandeld. |
NVB | Nederlandse Vereniging van Banken. |
NVI | Normalized Volatility Index van Rajesh Kayakkal. Het is een lange termijn trend-trading indicator. Er wordt uitgegaan van een Average True Range van 64 dagen. De optimale waarde van de NVI die het verschil tussen hausse en baisse aangeeft is 1.343 in het geval van de S&P500. Voor andere indexen kan deze waarde afwijken. Het is derhalve zaak als men van een andere index uitgaat dat men deze waarde specifiek voor deze index berekent. Wanneer de NVI boven 1.343 komt gaat Kayakkal short en als hij daar beneden komt gaat hij long. Hij verkoopt (koopt) iedere dag een unit zolang de S&P boven (onder) 1.343 blijft. Teneinde de Draw Down zo klein mogelijk te houden gebruikt hij daarnaast een 200 EMA. Formule: NVI = Average True Range[64]/close*100. |
Nxchange | Een nieuwe effectenbeurs, die zich richt op de directe handel in effecten tussen Europese bedrijven en beleggers. Het is een gereglementeerde beurs waarbij NxChange in staat voor veiligheid, transparantie en liquiditeit, maar waarbij de tussenkomst van banken en brokers vervalt. Handel kan geschieden via het centrale platform, maar bedrijven die genoteerd zijn kunnen ook uitgeven via hun eigen website. |
NYBOT | New York Board of Trade. |
NYCE | New York Cotton Exchange. |
Nymex | New York Mercantile Exchange. |
NYSE | New York Stock Exchange. |
NYSE ARCA | Voorheen bekend als ArcaEx ofwel Archipelago Exchange. Het is een effectenbeurs waarop zowel aandelen als opties verhandeld worden. Deze beurs is eigendom van NYSE Euronext. |
NYSE Arca Europe | Het is een pan-Europees multilateraal handelsplatform van NYSE Euronext waarin men de handel wil onderbrengen van aandelen genoteerd in 10 landen, die niet bij NYSE Euronext zijn aangesloten. Dat zijn Oostenrijk, Denemarken, Finland, Duitsland, Ierland, Italië, Noorwegen, Zweden, Zwitserland en de UK. Inmiddels heeft men besloten ook Amerikaanse fondsen aan te bieden. |
NYSE Euronext | Sinds 4 april 2007 is Euronext N.V. samen met de NYSE Group Inc. gefuseerd tot NYSE Euronext Inc. |
O
OBE | Openbare Bieding op Effecten. |
Obligatie | Een schuldbekentenis aan toonder voor een bepaald bedrag (nominale waarde) met een van tevoren vastgestelde rentevergoeding en met een terugbetalingconditie van de hoofdsom op een van tevoren vastgesteld tijdstip. |
Obligatieclausule | Een afspraak bijvoorbeeld in een onderhandse lening dat de betreffende lening onder bepaalde voorwaarden kan worden omgezet in een obligatielening. |
OBO | Order Book Official. Een medewerker van de optiebeurs die zorgt voor het ordelijke verloop van de handel en die het orderboek bijhoudt. |
OBV | On Balance Volume van Joseph Granville. Indicator die de prijs koppelt aan de bijbehorende omzet. Het is een voortschrijdend totaal van de omzet maal de prijs, dat aangeeft of de belangstelling voor het fonds toeneemt dan wel afneemt. Als een fonds hoger sluit wordt de omzet maal de bijbehorende prijs bij het gemiddelde opgeteld en omgekeerd als de koers van het fonds daalt wordt de omzet maal de bijbehorende prijs van het voortschrijdend totaal afgetrokken. Formule: OBV = Σ (Pn * Vn) waarbij P = Prij; V = Volume. |
OBX | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de Noorse beurs. |
OCA | One Cancels All. Een order die bestaat uit twee opdrachten. De ene om winst te nemen op een vooraf vastgesteld niveau en de ander om verliezen te beperken. Als een van de twee getriggered wordt vervalt de ander automatisch. |
OCC | Options Clearing Corp. Een organisatie in Amerika, erkend door de SEC die ten behoeve van de optiebeurzen de handel in opties verrekent. |
OCO | One Cancels Other. Een Contingent Order. Een samenstel van orders waarbij de overige orders automatisch geannuleerd worden als een bepaalde order is uitgevoerd. |
Odd-Lot Index | De wekelijkse ratio van Odd-Lot aankopen versus Odd-Lot verkopen. Als deze index boven 11 komt, dan zou het einde van een hausse in zicht komen. |
OddLot | Orders die kleiner zijn dan 10 aandelen. |
OEX | Standard & Poor’s100 Index. Hij is van het Amerikaanse type. Het was de eerste index waarop in 1983 futures werden verhandeld op de CBOT. Deze index wordt ook verhandeld onder het tickersymbool $XEO. |
Off-the-Run Emission | Extra uitgifte van een bestaande obligatieleningen. Het zijn met name overheden die hier gebruik van maken. |
Offer | Laten. De handel is bereid tegen de genoemde prijs aan u te verkopen. |
Offset Momentum Indicator | van John Navarte. Van een 12-daags Voortschrijdend Gemiddelde wordt het 12-daags Voortschrijdend Gemiddelde van vier dagen geleden afgetrokken. Van het resultaat wordt een 6-daags Voortschrijdend Gemiddelde gemaakt. De nu ontstane Oscillator helpt veranderingen in de trend vast te stellen. |
OIS | Overnight Index Swap. Een interest rate swap waarbij de overnight floating rate geruild wordt tegen een vaste interest rate. Het verschil tussen de OIS rate en Libor wordt gezien als een belangrijke maatstaf van risico en liquiditeit in de geldmarkt. |
OIX | Een indicator van John Boere die de expiratiekoers vaststelt van een onderliggende waarde met behulp van de open interest. Hiertoe wordt de formule van de RSI gebruikt. |
OK Score | van Willem Okkerse. Een waarderingsmodel dat de neergang van bedrijven moet voorspellen. Het zou nauwkeuriger zijn dan de waarderingen van de bekende ratingbureaus maar in de media is men het daar niet altijd over eens. |
Oktober effect | Uit onderzoek is gebleken dat in de maand Oktober de meeste bodems voorkomen. Hieruit volgt dat in deze maand juist gekocht moet worden. Zie ook April effect. |
Okun Misery Index | van Arthur Okun. De Amerikaanse Unemployment Rate en de Inflation Rate samen opgeteld vormen de Okun Misery Index. Een stijging betekent een verslechtering van de economie. Zie ook Barro Misery Index. |
Oleo-chemicaliën | Plantaardige chemicaliën. |
Olympische Indicator | Bespoke Investment Group meent te kunnen bewijzen dat er sinds 1900 een positieve relatie bestaat tussen het beursgebeuren en de Olympische Zomerspelen Zij stellen dat in 18 van de 26 spelen er een positief verband was. |
OME | Osaka Mercantile Exchange. |
Omega | De mate waarin de koers van de call (warrant) verandert bij een verandering van 1% van de koers van de onderliggende waarde. Omega wordt ook wel gearing of elasticiteit genoemd. Formule: Elasticiteit = hefboom * delta. |
Omgekeerde Rentestructuur | De korte rente is hoger dan de lange rente. Dit in tegenstelling tot de normale situatie waarin de lange rente hoger is dan de korte. |
Omhoog Wandelen | Als de koers van het onderliggende aandeel te dicht bij de Uitoefenprijs van de geschreven Optie komt, koopt men deze terug en schrijft men een nieuwe met een hogere Uitoefenprijs of met een andere Uitoefendatum. Zie ook Doorrollen. |
Omkeerdag | Reversal Day. Dag waarop de aan de gang zijnde beweging omdraait. Deze dagen worden vaak gekenmerkt door specifieke patronen zoals One Day Reversal, Selling Climax, Two day Reversal en dergelijke. |
Omkeerhypotheek | Het vrijmaken van geïnvesteerde gelden in vastgoed door middel het opnemen van een lening, gedekt door een hypotheek op het tot dan toe onbelaste betreffende vastgoed. |
Omlaag Wandelen | Als de koers van het onderliggende aandeel te dicht bij de Uitoefenprijs van de geschreven Optie komt, koopt men deze terug en schrijft men een nieuwe met een lagere Uitoefenprijs of met een andere Uitoefendatum. Zie ook Doorrollen. |
OMT | Outright Monetary Transactions. Het opkoopprogramma van de ECB van kortlopende obligaties met de regels waaraan dit programma moet voldoen. Deze regels zijn: 1. Conditionality. Het betreffende land moet voldoen aan een aangepast EFS/ESM programma van financiële en structurele hervormingen; 2. Coverage. Het betreft alleen landen die reeds voldoen of waarvan verwacht wordt dat zij gaan voldoen aan een herstructureringprogramma, dat leidt tot de mogelijkheid van terugkeer naar de financiële markten; 3. Seniority. Het ECB geeft haar preferentiële crediteurenstatus op; 4. Sterilisation: tegenover de aankoop zal de ECB korte termijn papier uitgeven, zodat er geen extra liquiditeiten gecreëerd worden en de geldhoeveelheid daarmee stabiel blijft; 5. Transparency. De ECB zal wekelijks haar portefeuille en de marktwaarde daarvan publiceren. Maandelijks zal de gemiddelde duration en de positie per land worden gepubliceerd. |
OMX | OMX Nordic Exchange is de exploitant van de beurzen in Stockholm, Helsinki, Kopenhagen, Reykjavik en de Baltische Staten. De benamingen van de indexen van deze beurzen onderscheiden zich van elkaar door de toevoeging van de naam van het land of van de hoofdstad, bijvoorbeeld OMX Iceland, OMX Tallinn. |
On Balance Volume | OBV van Joseph Granville. Indicator die de prijs koppelt aan de bijbehorende omzet. Het is een voortschrijdend totaal van de omzet maal de prijs, dat aangeeft of de belangstelling voor het fonds toeneemt dan wel afneemt. Als een fonds hoger sluit wordt de omzet maal de bijbehorende prijs bij het gemiddelde opgeteld en omgekeerd als de koers van het fonds daalt wordt de omzet maal de bijbehorende prijs van het voortschrijdend totaal afgetrokken. Formule: OBV = Σ (Pn * Vn) waarbij P = Prij; V = Volume. |
On Balance Volume On Days | De On Balance Volume formule waarin het dagelijkse volume op 1 wordt gesteld. Deze formule probeert de invloed van volume spikes (die bijvoorbeeld veel op expiratiedagen voorkomen) te vermijden. |
On Line Banking | Het uitvoeren van banktransacties via internet. |
On-neck-line | Een candlestickpatroon waarbij in een downtrend een kleine witte candle dicht bij de slotkoers van de voorgaande zwarte candle sluit. Het is een bearish continuation patroon als de low van deze witte candle gebroken wordt. |
Onderhandse Lening | Een schuldbekentenis welke opgemaakt wordt tussen twee partijen zonder inmenging van derden zoals de beurs of De Nederlandsche Bank. Het is een op maat gemaakte lening welke niet verhandelbaar is. |
Onderliggende Waarde | Een product waarop het desbetreffende effect is gebaseerd. |
Onderweging | Bewuste keuze om in een effectenportefeuille een aandeel, sector of land een kleiner belang te geven dan voor de hand zou liggen gezien het belang ervan. |
One Cancels All | OCA. Een order die bestaat uit twee opdrachten. De ene om winst te nemen op een vooraf vastgesteld niveau en de ander om verliezen te beperken. Als een van de twee getriggered wordt vervalt de ander automatisch. |
One Day Reversal | Een dag waarop de koersen een grote beweging maken maar uiteindelijk weer terugkomen op of dichtbij hun openingswaarde. |
One Touch Option | Een Barrier optie welke uitbetaalt als een bepaald prijsniveau wordt geraakt. |
One-Bar Wonder | van David Hawkins. De omslag in de markt wordt vaak een dag van te voren aangekondigd door zijn VMACD Histogram. |
One-Tier-Board | De Angelsaksische methode van organisatie van het top-management van een bedrijf. In tegenstelling tot de Europese wijze vormen hierbij de Raad van Commissarissen en de Directie samen één Bestuur bestaande uit Exutive en Non-executive Directors (zie ook Two-Tier-Board). |
One-Triggers-Other | Een samengestelde opdracht aan de broker waarbij een volgende order geldig wordt als een eerdere vervuld is. |
One-Two-Three Patroon | van Joe Ross. Dit patroon wordt gevormd aan het einde van een uptrend (downtrend). Een finale Top (Bodem) (= 1) wordt gevolgd door een daling (stijging) (= 2) en een correctie omhoog (omlaag) (= 3) die de hoogte (diepte) niet haalt van 1, waarna de daling (stijging) inzet. |
One-Way Formula | van William Dunnigan. Het is een handelsmethode die gebruikt kan worden in welke markt dan ook. Dunnigan werkt vooral met Swings, waarbij de High en de Low van een bepaalde week boven de High respectievelijk boven de Low van de voorgaande week moeten liggen om een koopsignaal te kunnen herkennen. Voor verkoopsignalen geldt het omgekeerde. |
ONT | Over Night Trading. Men neemt een positie op de beurs in kort voor het dagelijkse sluitingsuur en men sluit op de volgende dag. |
Onzichtbare reserves | Stille reserves. |
Oops Patroon | van Larry Williams. Wanneer de markt lager opent dan de laagste koers van de dag ervoor en hij stijgt daarna tot boven het laagste punt van de vorige dag dan ligt op dat niveau een aankoopsignaal. Omgekeerd geldt dat er een verkoopniveau ontstaat wanneer de markt boven het hoogste punt van de voorgaande dag opent en daarna dit hoogste punt naar beneden toe kruist. Winst wordt genomen op de eerste winstgevende opening. |
OOS | Out-of-Sample. Een methode welke wordt gebruikt bij het ontwikkelen van handelssystemen waarbij men het universum opbreekt in secties waarvan daarna een aantal gebruikt wordt om de geplande strategie uit te testen en waarvan de overblijvende secties gebruikt worden na verdere ontwikkeling van de strategie. Dit betekent dat een en dezelfde sectie nooit twee keer gebruikt wordt. |
Open Buy | Een transactie waarmede een longpositie wordt ingenomen. |
Open End Certificaten | Trackers uitgegeven door ABN AMRO en verhandelbaar via Euronext. Er zijn certificaten op de RDX (Rusland), de IBOV (Brazilië), de TR201 (Turkije) en de NIFTY (India). |
Open End fund | Een beleggingsfonds waarbij in- en uittreden altijd mogelijk is. De prijs van het aandeel zal altijd de intrinsieke waarde benaderen. |
Open Interest | Het aantal openstaande contracten in een bepaalde future of optie serie. |
Open Sell | Een transactie waarmede een shortpositie wordt ingenomen. |
Open Stop | Een Stopniveau dat blijft uitstaan totdat het gebruikt of ingetrokken is. |
Open Trade Equity | Het niet-gerealiseerde resultaat op een nog openstaande positie. |
Openingskoers | De koers van een bepaalde waarde waarmede de handel iedere dag wordt geopend. Actieve beleggers proberen deze koers và³à³r de aanvang van de handel in te schatten. De inschatting van de openingskoers van de AEX Index in Nederland geschiedt meestal op basis van de slotkoersen van de Nederlandse aandelen die in New York zijn genoteerd. Een andere methode welke vaak voor de inschatting van de openingskoers van de S&P500 Index wordt gebruikt, neemt het vorige slot van de betreffende index en men telt daarbij op het verschil tussen dat slot en de laatste stand van de future vlak voor de opening van de cashindex. Daarna trekt men ervan af de waarde van de FV en het werkelijke verschil tussen de future en de betreffende index van de dag ervoor. |
Operational Lease | Dit is een leasevorm waarbij de kredietverstrekker een gedeelte van het economische eigendom behoudt. Hij staat dan bijvoorbeeld zelf in voor het onderhoud, waardoor hij (in tegenstelling tot de mogelijkheden bij de financial lease) beter in staat is de waarde van het object à¬n stand te houden. De looptijd van de operationele leasing is kort vergeleken met de economische levensduur. Daardoor is de opbrengst van het leasecontract kleiner dan het investeringsbedrag. |
OPF | Ondernemingspensoenfonds. |
Opkoopfonds | Het is een investeringsmaatschappij (een zogenaamd buy out fund) in de vorm van private equity, die zich richt op de overname van ondernemingen met een stabiele winst waarbij gebruik gemaakt wordt van naar verhouding veel vreemd vermogen om zodoende een hefboom in het rendement op het eigen geïnvesteerde vermogen te verkrijgen. |
Opposite Formation | Een belangrijk weerstand- (steun-) niveau wordt gebroken maar de doorbraak houdt geen stand en de koers keert terug en breekt opnieuw door het oude weerstand- (steun-) niveau maar nu naar beneden (boven). |
Opslagrente | Extra rente die de particuliere banken in rekening brengen aan hun cliënten boven op het promessedisconto. |
Optie | Er zijn twee soorten opties. De Amerikaanse stijl optie kan ten alle tijde tijdens de looptijd worden uitgeoefend. De Europese stijl optie kan alleen op de uitoefendatum worden uitgeoefend. De opties op aandelen genoteerd op de Europese Optiebeurs in Amsterdam zijn van het Amerikaanse type. Opties op indexen genoteerd op de Europese Optiebeurs in Amsterdam zijn van het Europese type. De hoeveelheid waarin de onderliggende waarde wordt genoteerd is in Amsterdam 100 aandelen, 10 troy ounce goud, 5.000 nominaal in obligaties, 10.000 Amerikaanse dollars. |
Optiepremie | Deze bestaat uit de intrinsieke waarde en de verwachtingswaarde. |
Optieprijs | Deze bestaat uit de intrinsieke waarde en de verwachtingswaarde. |
Optimal Puts | Puts die het precieze protectieniveau geven tegen de laagste kosten. |
Optimal-F | Een methode van Ralph Vince om de optimale transactiegrootte vast te stellen uitgaande van herbelegging. Het aantal contracten wordt daarbij afhankelijk gemaakt van vier factoren, zijnde 1. het aanwezige saldo, 2. hoeveel risico wil men lopen, 3. hoe groot is de kans op winst en verlies, 4. hoe groot is de omvang van winst versus verlies. De formule luidt: PS = (E+RE) / (PR/PV) waarbij PS = Position Size; E = Equity; RE = Risked Equity per trade; PR = Pips Risked; PV = Pip Value per standard lotSwing Point High. |
Optimalisatie | Het berekenen van de parameters van een handelssysteem over een vaste periode die de beste opbrengst voor die periode geven. De gevonden parameters dienen daarna uitgebreid getest te worden op out-of-sample universa alvorens ze in de praktijk kunnen worden gebruikt. |
Optimized Donchian Channel | of Monest Channel. Een horizontaal kanaal waarbinnen het prijsverloop zich afspeelt. Men streeft naar een zo smal mogelijk kanaal maar tegelijkertijd naar een in de tijd zo lang mogelijk kanaal. Er bestaat een algortime om het optimale kanaal te berekenen. |
Optimum Predictive Filters | Het betreft volgens John Ehlers niets anders dan het verschil tussen technische indicatoren zoals de RSI of de Stochastics en het exponentieel voortschrijdend gemiddelde daarvan. Onder bepaalde voorwaarden kan de OPF de steeds aanwezige lag bij technische indicatoren opvangen. |
Optimum-F | De Optimale Fractie. Het gedeelte van het beschikbare kapitaal dat men per transactie mag inzetten om in de tijd gezien een optimaal rendement te behalen. Dit gedeelte wordt niet bepaald door de grootte van het aanwezige kapitaal maar door het maximale verlies dat men in de tijd geleden heeft met het betreffende handelssysteem. Het wordt berekend door middel van trial and error uitgaande van steeds hogere fracties. |
Option Adjustable Rate Morgage | Option ARM. Een hypotheekvorm uit de Verenigde Staten waarbij de rente variabel is en vaak gekoppeld is aan een andere grootheid zoals bijvoorbeeld een index die de kosten reflecteert die leninggevers hebben. In andere landen wordt dit wel een Variable Mortgage genoemd. |
Option ARM | Option Adjustable Rate Mortgage. Een hypotheekvorm uit de Verenigde Staten waarbij de rente variabel is en vaak gekoppeld is aan een andere grootheid zoals bijvoorbeeld een index die de kosten reflecteert die leninggevers hebben. In andere landen wordt dit wel een Variable Mortgage genoemd. |
Option ARM Obligaties | Een hypotheekobligatie op adjustable rate mortgages. Bij deze hypotheekvorm is de aflossing in de beginjaren kleiner dan de rentebetaling. Men gaat ervan uit dat de aflossing stijgt naarmate de onderliggende vastgoedwaarde stijgt. |
Option Premium Ratio | Het quotiënt van de premies in de prijs van de puts versus de premies in de prijs van de calls. De Option Premium Ratio wordt dagelijks gepubliceerd in Investor’s Business Daily. Volgens Christopher Cadbury beweegt de indicator zich tussen 0,03 en 1,74. Een waarde van 0,29 of lager duidt op een bearmarkt. Waarden boven 1,18 zijn zekere indicaties van een sterke bullmarkt. Als de waarde meer dan 0,10 daalt op een dag dan zet een rally in vooral als dit geschiedt vanuit een waarde tussen 0,49 en 0,51. |
Order Book | Het boek waarin de OBO alle gelimiteerde orders van het publiek vastlegt. Deze orders hebben voorrang op die welke op de vloer komen. De rangschikking is chronologisch en op volgorde van de limiet. |
Order Book Official | OBO. Een medewerker van de optiebeurs die zorgt voor het ordelijke verloop van de handel en die het orderboek bijhoudt. |
Organized Tawaruqq | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Het is een Tawaruqq met dien verstande dat de transacties via een of meerdere banken lopen. |
Organized Trading Facility | OTF. Een nieuw handelsplatform in Europa onder Mifid II dat het toezicht op de Dark Pools moet verbeteren. |
Oscillator | Het verschil tussen een kortere termijn gemiddelde van een koers met dat van een langere termijn gemiddelde van dezelfde koers. |
OTC | Over-The-Counter. De handel in niet op een gereglementeerde markt genoteerde effecten. |
OTC-product | Financieel effect dat op een niet gereglementeerde markt wordt vehandeld. Te denken valt hierbij bijvoorbeeld aan producten die door een bank worden gebouwd en verkocht en waarvoor de bank zelf een interne markt onderhoudt. |
OTCBB | Over the counter Bulletin Board, de markt waarop in Amerika de pennystocks worden verhandeld. |
OTF | Organized Trading Facility. Een nieuw handelsplatform in Europa onder Mifid II dat het toezicht op de Dark Pools moet verbeteren. |
OTO | One triggers Other. Een Contingent Order die bestaat uit een eerste order en wanneer die uitgevoerd is worden andere orders actueel. Bijvoorbeeld als een positie is ingenomen worden automatisch de stop en het doel geactiveerd. |
Out-of-Sample testing | Het testen van een mechanisch handelssysteem, dat door middel van backtesten is bevestigd, op ongebruikte koersen uit hetzelfde universum. Het wordt ook wel Forward Testen genoemd. |
Out-of-the-money | De prijs van een optie ligt onder (in het geval van een Call) of boven (in het geval van een Put) de uitoefenprijs. |
Outlier | Het betreft hier excessieve winsten/verliezen die bij performance berekeningen buiten beschouwing worden gelaten teneinde de uiteindelijke conclusie niet te vertroebelen. Hij wordt gedefinieerd als een transactie die een opbrengst heeft van meer dan het gemiddelde plus driemaal de standaarddeviatie (of minder dan het gemiddelde minus driemaal de standaarddeviatie). |
Outperformer | Aandeel dat het beter doet dan de index. |
Outright Monetary Transactions | OMT. Het opkoopprogramma van de ECB van kortlopende obligaties met de regels waaraan dit programma moet voldoen. Deze regels zijn: 1. Conditionality. Het betreffende land moet voldoen aan een aangepast EFS/ESM programma van financiële en structurele hervormingen; 2. Coverage. Het betreft alleen landen die reeds voldoen of waarvan verwacht wordt dat zij gaan voldoen aan een herstructureringprogramma, dat leidt tot de mogelijkheid van terugkeer naar de financiële markten; 3. Seniority. Het ECB geeft haar preferentiële crediteurenstatus op; 4. Sterilisation: tegenover de aankoop zal de ECB korte termijn papier uitgeven, zodat er geen extra liquiditeiten gecreëerd worden en de geldhoeveelheid daarmee stabiel blijft; 5. Transparency. De ECB zal wekelijks haar portefeuille en de marktwaarde daarvan publiceren. Maandelijks zal de gemiddelde duration en de positie per land worden gepubliceerd. |
Outside Bar | Wanneer de slotkoers boven de High of onder de Low van de vorige dag ligt spreekt man van een Outside Bar. |
Outsider Trader | Iemand die handelt op basis van voorkennis verkregen van derden. |
Over-The-Counter | OTC. De handel in niet op een gereglementeerde markt genoteerde effecten. |
Overbought Indicator | Een indicator die probeert aan te geven dat prijzen zo ver gestegen zijn dat ze kwetsbaar zijn geworden voor een reactie. |
Overfitting | Na het optimalisatieproces neemt men de parameters die het hoogste resultaat opleverden. Zie ook Curve fitting. |
Overheadkosten | Kosten die niet direct aan een bepaalde productie-inspanning toe te kennen zijn. |
Overig Kapitaal | Tier 3 Kapitaal. Het betreft kortlopende achtergestelde leningen die onder bepaalde voorwaarden mogen meetellen als toetsingsvermogen. |
Overlay Demand Curve | Een term uit de Market Profile Theorie. Omdat het dagelijks op te stellen Marktprofiel beïnvloed wordt door de bovenliggende langerdurende trend moet hij worden ingepast in deze grotere Tijdzone. |
Overnight Swap | OIS. Een interest swap waarbij de overnight rate wordt geruild tegen een vast percentage. |
Oversold Indicator | Een indicator die probeert aan te geven dat prijzen zo ver gedaald zijn dat ze rijp zijn geworden voor een reactie. |
Overweging | Bewuste keuze om in een effectenportefeuille een aandeel, sector of land een groter belang te geven dan voor de hand zou liggen gezien het belang ervan binnen de vergelijkingsmaatstaf / benchmark. |
OVS | OVernight trading Session. De Openingsprijs van vandaag minus de Slotkoers van gisteren. |
OVX | Een Volatiliteitsindex op Crude Oil. |
P
P2P | Peer to Peer Lending. Leningen die rechtstreeks onder elkaar geregeld worden zonder tussenkomst van een officiële instantie zoals bijvoorbeeld een bank. |
PAC | Price Activity Chart. Een intuïtieve chartingtechniek waarbij prijs en volume worden gecombineerd op dusdanige wijze dat het eindresultaat het geaccumuleerde volume op ieder prijspunt laat zien waarbij de data ingekleurd zijn om gemakkelijke interpretatie mogelijk te maken. Men bepaalt een prijsrooster waarbij iedere rij een serie prijzen omvat. Hierna identificeert men de hokjes die de trading range omvatten van iedere dag. Het volume van de dag wordt daarna gelijkmatig verspreid over de hokjes. Dit volume wordt opgeteld bij het volume van de volgende hokjes maar de omvang van het bijgetelde volume wordt iedere dag verminderd. Tot slot worden de roosterelementen ingekleurd naar belangrijkheid. Men verkrijgt door deze methode een duidelijk inzicht in de samenhang van het volume, de prijs en de tijd. |
Painting the Screen | Het uitvoeren van neptransacties door handelaren teneinde de FIX Price te beïnvloeden (zie ook Banging the Close). |
Painting the Tape | Het invoeren door handelaren van neptransacties aan henzelf, teneinde de koers een bepaalde richting in te duwen. |
Pairtrading | Het gebruik maken van de verschillen tussen twee markten, groepen, indices of individuele financiële producten. De term pairtrading wordt vooral gebruikt in de aandelensfeer. Zie ook Spreadtrading. |
Pamperrekening | Een bankrekening van een pasgeborene. |
Panamax | Tanker met een laadvermogen van 60.000 tot 100.000 dwt. |
Pandbrief | Obligatie met als onderpand vastgoed, meestal uitgegeven door een hypotheekbank. |
Paniek Index | Een andere benaming voor de VIX. |
Pankin Systeem | Een switch systeem tussen Fidelity fondsen ontworpen door Mark Pankin. Zijn regels zijn als volgt: 1. Bereken iedere week de ROC over drie weken van de fondsen in het universum; 2. Koop het fonds met de hoogste 3 weeks return en houdt het 5 weken vast; 3. Bereken opnieuw de ROC maar nu over 8 weken. Als het fonds bij de beste 25% hoort houdt het dan nog een week; 4. Herhaal deze procedure iedere week totdat het fonds uit de top 25% valt en begin daarna weer bovenaan. |
Parabolic | Deze indicator berekent iedere dag een nieuw Stop and Reverse Niveau (SAR), dat steeds dichter bij de koers komt te liggen. In de grafiek wordt hij doorgaans zichtbaar gemaakt door middel van punten die in de vorm van een parabool onder of boven de koers getekend worden. De Parabolic indicator werd ontwikkeld door J. Welles Wilder. |
Parallelle Lijn | Een parallelle lijn of channel line is de lijn die parallel loopt aan de basis trendlijn. In een stijgende trend wordt de basis trendlijn gevormd door de lijn die de dieptepunten met elkaar verbindt en de parallelle lijn wordt in een dergelijk geval gevormd door de trendlijn die parallel aan de basis trendlijn getrokken kan worden over de eerste top, die tussen de eerste twee raakpunten (bodems) van de basistrendlijn ligt. In een dalende markt wordt de basislijn over twee toppen getrokken. |
Pari | In de effectenhandel is à¡ pari de aanduiding van 100% van de nominale waarde. Indien de beurskoers meer bedraagt spreekt men van “boven pari” en wanneer deze minder bedraagt spreekt men van “onder pari”. |
Parisian Option | Een optie die gedurende een bepaalde tijd boven een van te voren vastgesteld niveau moet noteren wil hij tot waarde komen. |
Pariteit (bij opties en warrants) | Het aantal rechten (opties of warrants) dat nodig is om één eenheid van de onderliggende waarde te mogen kopen of verkopen. De pariteit is in het geval van opties steeds gelijk aan 1, in het geval van warrants kan dat variëren. |
Parking the Order | Men laat een bieding of een aanbod in de markt liggen. |
Participatiemaatschappij | Beleggingsmaatschappij die deelneemt in andere bedrijven om deze met de hulp van financiering en vaak ook met medezeggenschap en verstrekking van know-how tot ontwikkeling en bloei te brengen. |
Participating Preferred Stock | Een preferent aandeel waarvan het dividend afhankelijk is van de gemaakte winst. |
Passieve High Frequency Traders | High Frequency Traders die wachten op een partij die hun aanbod van prijs en hoeveelheid uit de markt haalt. |
Passiva | De rechterkant van de balans bestaande uit Eigen Vermogen, Voorzieningen en Schulden. |
Passport Option | Het is een fee die men betaalt voor een papertrade met een broker of een market maker. Winsten kunnen door de houder van de passport option worden behouden. Hij kan alleen maar de door hem betaalde fee verliezen. De market maker of de broker kan wel zijn risico indekken. |
Pattern Gap | Een Gap die voor komt tijdens congestieperiodes. Hij maakt geen nieuwe Highs of Lows en wordt meestal na een paar dagen weer gesloten. Hij wordt ook wel Area Gap of Common Gap genoemd. |
Pay-out | Het percentage van de winst dat aan de aandeelhouders wordt uitgekeerd. |
Pay-out periode | Het aantal jaren dat nodig is om via de uitkeringen per aandeel de aandelenprijs terug te verdienen, waarbij de uitkeringen verdisconteerd worden op basis van de groei van het eigen vermogen per aandeel. |
Paydate Loan | Kort overbruggingskrediet meestal korter dan een maand. |
Payer Swap | Met een Payer Swap heeft men de mogelijkheid om te profiteren van een stijgende rente. Dit derivaat is gelijk te stellen aan een call optie op de rente. Bij uitoefening betaalt de houder de Fixed Rate en hij ontvangt de Floating Rate. Men noemt dit ook wel een Call Swaption. |
Payer Swaption | Deze geeft de eigenaar het recht om een Swap op te zetten, waarbij hij de Fixed Leg betaalt en de Floating Leg ontvangt. |
Payment Services Directive | PSD. Een administratieve richtlijn van de Europese Unie waarin het betalingsverkeer, behalve voor papier-gebaseerde betalingen, tussen aangesloten landen, wordt vereen-voudigd en geharmoniseerd. |
PDCF | Primary Dealer Credit Facility. Een term uit het pakket overheids-maatregelen uit de crisis van 2009. Een faciliteit waarbij zakenbanken op dagbasis leningen kunnen verkrijgen. |
Peak Excursion | De grootte van een prijsbeweging gemeten vanuit een zeker startpunt. Een One-day-Peak Excursion wordt dan gedefinieerd als de grootste van de absolute waarde van de hoogste koers minus de openingskoers of de laagste koers minus de openingskoers. |
Pearson Product-moment Correlation Coefficient | PMCC. Een begrip uit de statistiek van Karl Pearson. Het is een maatstaf R om de correlatie tussen twee variabelen X en Y aan te geven. De waarde van R ligt tussen +1 en -1. In de analyse van de financiële markten wordt dit begrip onder anderen gebruikt ten behoeve van Pairtrading. |
Pearson's R | PMCC. Een begrip uit de statistiek van Karl Pearson. Het is een maatstaf R om de correlatie tussen twee variabelen X en Y aan te geven. De waarde van R ligt tussen +1 en -1. In de analyse van de financiële markten wordt dit begrip onder anderen gebruikt ten behoeve van Pairtrading. |
Pebbles | Een virtuele munteenheid uit Amsterdam, die gebruikt wordt door aangesloten bedrijven in hun onderlinge betalingsverkeer. Zie ook Nobels en LETS. |
Peer to Peer Lending | P2P. Leningen die rechtstreeks onder elkaar geregeld worden zonder tussenkomst van een officiële instantie zoals bijvoorbeeld een bank. |
PEG Ratio | Van John Slatter. De Price/Earnings ratio gedeeld door de groei per aandeel. Deze ratio was onderdeel van het zeer succesvolle beleggingsbeleid van Peter Lynch. |
PEGY Ratio | Een vereenvoudiging van het gebruik van de PEG Ratio. Alleen de aandelen die voldoen aan het criterium van de algemene schuldeis (schuldgraad niet groter dan 80%; bij financiële waarden maximum 5%) en waarvan de Koers/Winst verhouding tussen de 10 en 15% ligt, worden geselecteerd op hun voor dividend gecorrigeerde PEG waarde. |
Pennant | Wimpel. Hetzelfde koerspatroon als de Vlag met dien verstande dat de Pennant geconstrueerd wordt met twee convergerende lijnen. |
Pennystocks | Aandelen met een lage absolute koers. Men noemt van minder dan $1, maar ook minder dan $5. In Amerika worden zij verhandeld op de OTCBB. |
Pentad Timing Model | van Ned Davis Research en aangepast door Nelson Freeburg. Er ontstaat een aankoopsignaal als 5 van de 5 indicatoren bullish zijn en er ontstaat een verkoopsignaal als 3 of minder indicatoren bullish zijn. De indicatoren zijn bullish als ze aan de volgende eisen voldoen: 1. De S&P500 kruist boven zijn 65 weeks GVG, hij wordt bearish bij een daling van tenminste 3% onder het 65 weeks GVG; 2. De wekelijkse AD-lijn kruist boven zijn 14 weeks GVG met tenminste 5%, hij wordt bearish bij een daling van tenminste 2% onder het 14 weeks GVG; 3. De DJTA kruist boven zijn 25 weeks VG met tenminste 0,5%; hij wordt bearish bij een daling van tenminste 2,5% onder het 25 weeks VG; 4. De DJ20 Bond Index kruist boven zijn 38 weeks GVG met tenminste 1%; hij wordt bearish bij een daling van tenminste 2% onder het 38 weeks GVG; 5. Het 25 weeks VG van de DJUA stijgt, hij wordt bearish bij een daling van het 25 weeks VG met tenminste 3% vanuit zijn positie in de bullish mode. |
Percent D | De %D uit de formule van de Stochastics. Dit is de langzame Stochastics. Een Exponentiëel Voortschrijdend Gemiddelde wordt gelegd over het eerste Exponentiëel Gemiddelde (de Stochastics K). |
Percent Investment Model | Een methode om de grootte van de positie in een bepaald beleggingsobject vast te stellen. Deze wordt gesteld op een vast percentage dat de resultante is van 100 gedeeld door het aantal posities dat men bereid is in te nemen. |
Percent K | Dit is de %K uit de formule van de Stochastics. Dit is het eerste Exponentieël Voortschrijdend Gemiddelde van de Stochastics. Dit gemiddelde wordt de Fast Stochastics genoemd. |
Percent Profitable Ratio | Een begrip uit de Performance Analyse. Het aantal winstgevende transacties gedeeld door het totaal aantal transacties gedaan in een bepaalde periode volgens een bepaalde strategie. |
Percent Risk Model | Een methode om de grootte van de positie in een bepaald beleggingsobject vast te stellen. Men deelt het maximale bedrag dat men bereid is te riskeren door de aankoopprijs minus de waarde van de stoploss die men hanteert. |
Percent Volatility Model | Een methode om de grootte van de positie in een bepaald beleggingsobject vast te stellen. Uitgaande van de maximale volatiliteit in procenten die men voor de portefeuille bereid is te accepteren en het aantal posities dat men beoogt, bepaalt men het bedrag per positie. Dit wordt dan gedeeld door de Volatiliteit van het beleggingsobject waarin men van plan is te investeren. |
Percentage B Indicator | Een indicator die aangeeft waar de slotkoers ligt in de Bollinger Bands. Formule: %B = Close-Lower Band/Upper Band-Lower Band. Bollinger geeft ook absolute waarden aan percentageB door de waarde 1 toe te kennen als de prijzen aan de bovenzijde liggen. Liggen ze aan de onderkant dan waardeert hij dit met 0 en liggen ze bij de middenband dan kent hij een waarde 0,5 toe. |
Percentage R Oscillator | van Larry Williams. Hij ging ervan uit dat overbought/oversold oscillators bekend staan om hun valse signalen. Hij voegde daarom een extra conditie toe. Er wordt enkel een signaal gege-nereerd als het 30daags voortschrijdend gemiddelde stijgt terwijl de PercentageR nog beneden 20 ligt dan wel wanneer het 30daags voortschrijdend gemiddelde daalt terwijl de PercentageR boven 80 ligt. |
Performance Return | Om het resultaat van een bepaalde strategie te berekenen gebruikt men Ratios. Deze kunnen uitgaan van het gebruikte Equity (Equity Performance) of van Handelsgegevens (Trade performance). Onder de eerste categorie vallen de Sharpe Ratio, de K Ratio en de RRR. Onder de tweede categorie vindt men de Average Win/Average Loss Ratio, de Percent Profitable Ratio, de Profit Factor, de HPR Ratio en de RINA Ratio. |
Periodieke premie verzekering | Een levensverzekering, die wordt gekocht door een vaste betaling per termijn voorafgaande aan het moment dat de uitkering ingaat. |
Permanent Global Note | Niet rentedragende schuldpapieren, waarop geen rente wordt vergoed maar die op de einddatum afgelost zullen worden met de hoofdsom verhoogd met een na inschrijving vast te stellen vergoeding. Vervroegde aflossing is meestal mogelijk onder meer door bepaalde ontwikkelingen op belastinggebied. |
Permanent Interest Bearing Shares | PIBS. De betiteling shares is misleidend want PIBS worden uitgegeven door financiële organisaties die een coöperatief karakter hebben. Het zijn dus eerder obligaties maar dan eeuwigdurende. |
Permitted Currency | Een kleinere valuta die mag worden omgewisseld in een grotere. |
Perpetuele Leningen | Schuldbekentenissen met een eeuwigdurende looptijd. |
PESG Ratio | P/E Ratio gedeeld door Sales Growth. Het is een afweging van de winst versus de omzetgroei. |
Peter Lynch Ratio | De P/E Ratio gedeeld door de som van de groei van de winst per aandeel en het dividendrendement. Zie ook GARP. |
Petrifying Pattern | Harami yose sen. Een Harami waarbij de kleine candlestick een Doji is. Het is een belangrijk omkeerpatroon, vooral wanneer de voorgaande candle groot is. Het wordt ook wel een Petrifying pattern genoemd. |
Petro | Een cryptomunt uitgegeven door Venezuela. Hij wordt gedekt door 5,4B barrels oliereserves, door goud en diamanten. |
PFTS Index | Dit is de index van de grootste van de twee beurzen van Oekraïne, de PFTS. |
PGI | Percentage Gain Indicator. Ontwikkeld door R. van Mourik. Deze indicator geeft weer hoeveel procent van de dagen waarover de indicator wordt berekend, winstgevend is afgesloten. Formule: PGI = ΣWn/n waarbij Wn = het aantal winstgevende dagen; n = het totaal aantal dagen waarover de indicator wordt berekend. |
pH-Fundamental Indicator | Het 4-weeks Voortschrijdend Gemiddelde van de S&P500 gedeeld door de Earnings Yield minus het Dividend Yield. Tezamen met de pH-Liquidity Indicator en de pH-Market Internals vormt hij een set van indicatoren op basis waarvan gehandeld kan worden. |
pH-Liquidity Indicator | De Net-free-Reserves van de FED vermenigvuldigd met de Slotkoers van de Dow Jones Industrials Index gedeeld door de noemer uit de berekening van de Dow Jones Industrials Index. Tezamen met de pH-Fundamental Indicator en de pH-Market Internals vormt hij een set van indicatoren op basis waarvan gehandeld kan worden. |
pH-Market Internals | Het 10-Weeks Voortschrijdend Gemiddelde van de S&P500 vermenigvuldigd met de Ratio Up-Volume gedeeld door Down-Volume. Tezamen met de pH-Fundamental Indicator en de pH-Liquidity Indicator vormt hij een set van indicatoren op basis waarvan gehandeld kan worden |
Phasing Analysis | Een begrip uit J.M. Hurst’s Cycle Theory. Het is de bepaling van de phase waarin de cyclus zich bevindt. Met andere woorden hoe ver is de cyclus gekomen sinds de laatste bodem. |
PHI | De “gulden snede” ofwel het getal 1,618033988749895″¦ dat door Fibonacci gedefinieerd werd met behulp van zijn getallen reeks (1,1,2,3,5,8 etc). De gulden snede vindt men terug in de architectuur, de kunst, de natuur, het heelal, in de menselijke psyche, in de economie en op de effectenbeurzen. |
Philly Fed Index | Philadelphia Federal Index. Een regionale index, gepubliceerd door de Philadelphia Federal Reserve Bank, die de veranderingen in de groei van het zakenleven en met name in de locale productie meet in Philadelphia en omstreken. Een waarde boven 0 betekent groei en een waarde onder nul betekent contractie. De index wordt iedere derde donderdag van de maand gepubliceerd. |
PHLX | Philadelphia Stock Exchange. |
PIBS | Permanent Interest Bearing Shares. De betiteling shares is misleidend want PIBS worden uitgegeven door financiële organisaties die een coöperatief karakter hebben. Het zijn dus eerder obligaties maar dan eeuwigdurende. |
PID oscillator | Omdat de RSI tijdens langdurige rallies vaak zijn grenzen niet overschrijdt, ontwikkelde Giorgos E. Siligardos een aangepaste versie. In zijn meest eenvoudige vorm luidt de formule hiervan als volgt: Indien C>SMA200 dan PIDosc = (RSI(14)-35) / (85-35); Indien C |
Piercing Line | Een witte candlestick die volgt op een zwarte candlestick maar die lager opent en die sluit boven het midden van de voorgaande zwarte. Een bullish patroon. |
Pigou Effect | De situatie dat de consumptie stijgt als de reële balans van welvaart oploopt tijdens een periode van deflatie. |
PIGS Landen | Verzamelnaam voor Portugal, Ierland, Griekenland en Spanje, de zwakste broeders in de EU qua kredietstatus. |
PIIGS Landen | Verzamelnaam voor Italië en de PIGS landen. |
PIK | Payment in Kind. |
PIK loan | Payment in Kind loan. Bij deze vorm van lening worden geen periodieke betalingen voorzien. Hoofdsom en opgebouwde rente worden ineens aan het einde van de looptijd van de lening betaald. |
PIK Notes | Payment In Kind Notes. Hierbij kan de uitgevende instelling besluiten om geheel of gedeeltelijk af te zien van bepaalde rentebetalingen. De niet uitbetaalde rente wordt daarna opgeteld bij de af te lossen hoofdsom. |
PIK Obligaties | Payment In Kind Obligaties. Hierbij kan de uitgevende instelling besluiten om geheel of gedeeltelijk af te zien van bepaalde rentebetalingen. De niet uitbetaalde rente wordt daarna opgeteld bij de af te lossen hoofdsom of op een andere manier (bijvoorbeeld in natura) betaald. |
PIK Toggle Note | Obligatie waarbij de schuldenaar gedurende de looptijd onder bepaalde voorwaarden bij elke rentebetaling mag kiezen om de rentebetaling in natura of in geld te voldoen. |
Pin Risk | Een risico dat optiebeleggers soms lopen op de uitoefendag als de actuele koers dicht rondom de uitoefenprijs schommelt. De optie kan dan toch door de handel worden uitgeoefend ook al is de optie niet intrinsiek. |
Pink Sheet Stocks | Aandelen die in Amerika over the counter worden verhandeld en die een waarde hebben die minder is dan $3. Zie ook Penny stocks. |
Pinning | De situatie waarin bepaalde marktdeelnemers (Market-Makers, Hedge-Fund managers en anderen) proberen de expiratieprijs (van een bepaalde optie) op een, hen goed uitkomend, niveau te krijgen. Zie ook Pin Risk. |
Pinsparen | Een spaarproduct van ABN AMRO. |
Piotroski Selectie Systeem | Piotroski hanteert 9 maatstaven waarmede in totaal 9 punten zijn te verdienen. De punten worden op jaarbasis gegeven maar er zijn analisten die het per kwartaal doen. De criteria zijn: 1. Return on Assets. Een positief resultaat geeft een punt; 2. Cashflow from Operations. Als de uitkomst positief is levert dit een punt op; 3. Increase of Return on Assets. Toename levert een punt op; 4. Cash Flow > Return on Assets. Als de uitkomst positief is levert dat een punt op; 5. Long Term Debt to Asset Ratio. Als deze vergelijking daalt levert dat een punt op; 6. Increase in Liquidity. Als de uitkomst van Assets gedeeld door Liabilities positief is levert dat een punt op; 7. Dilution. Vergroting van het aandelenkapitaal maakt dat het zevende punt niet gegeven kan worden; 8. Gross Margin. Als de Gross Margin stijgt levert dat een punt op; 9. Asset Turnover. Als deze factor stijgt levert het een punt op. |
Pip | Price Interest Point. De kleinste prijseenheid voor een gegeven valuta of of grondstof. In het geval van de euro is dit een cent. |
Pitchfork | van Alan Hall Andrews. Parallelle lijnen die de support and resistance niveaus voor het prijskanaal bepalen. Men neemt een extreme lage of hoge koers die als Pivot Point fungeert en vanuit dit punt wordt een Median Line getrokken die de daarna volgende correctie precies in tweeën deelt. Parallelle lijnen aan deze Mediaan worden getrokken door de top en de bodem van de correctie. |
Pivot Point | Iedere hoogste koers die voorafgegaan en gevolgd wordt door een lagere hoogste koers of iedere laagste koers die voorafgegaan en gevolgd wordt door een hogere laagste koers is een Pivot Point. Het begrip Pivot Point wordt ook gebruikt in Intra DayTrading door de prijsinformatie van gisteren te gebruiken om draaipunten voor de handelsdag van vandaag te berekenen. De volgende formules worden gebruikt: Pivot Point = PP = (H+C+L)/3; First Resistance Level = R1 = (2*PP)-L; First Support Level = SI = (2*PP)-H; Second Resistance Level = R2 = PP+(R1-S1); Second Support Level = S2 = PP-(R1-S1) waarbij H=Hoogste koers, L=Laagste koers, C=Slotkoers. |
Plain Vanilla Swap | Een eenvoudige Swap om renterisico’s af te dekken. De Swap is eenvoudig en transparant omdat prijzen door iedereen gevolgd kunnen worden op schermen zoals die van Reuters of Bloomberg. |
PLdot-lijn | Een begrip uit de Point and Line Charting techniek. Het is een korte termijn gemiddelde dat als bouwsteen fungeert van de Drummond Geometry. Het gemiddelde van n prijsbars dus van de hoogste, de laagste en de slotkoers van de laatste n dagen wordt weergegeven als een dot. De PLdot-lijn beweegt zich in rechte lijn indien de markt in een trend zit en horizontaal als de markt consolideert. |
Plunge Protection Team | Een andere benaming voor The Working Group on Financial Markets. Er wordt verondersteld dat deze groep de opdracht heeft om de verschillende financiële markten in geval van ongewenste ontwikkelingen zoals bijvoorbeeld een crash op de aandelenmarkten te manipuleren met overheidsmiddelen (zoals het aanpassen van de stand van de rentestand of het injecteren van grote kapitaalsommen in de markt). Men stelt daarbij dat de groep hiervoor nauw samenwerkt met grote hedgefunds en ook met grote banken. |
Plus Market | Een internationaal platform gevestigd in Londen dat zowel listing als trading aanbiedt. Plus Market ziet zich als de verbinding tussen het Midden Oosten en de kapitaalmarkt in Londen. |
PMCC | Pearson Product-moment Correlation Coefficient. Een begrip uit de statistiek van Karl Pearson. Het is een maatstaf R om de correlatie tussen twee variabelen X en Y aan te geven. De waarde van R ligt tussen +1 en -1. In de analyse van de financiële markten wordt dit begrip onder anderen gebruikt ten behoeve van Pairtrading. |
POCM | Public Order Correspondent Member. Dit is een bank of commissionair die orders mag aannemen van beleggers. Zij voeren deze orders niet zelf uit. Dit geschiedt door de POM. |
Poenpakker | Het begrip duidt op personen die zichzelf extra bedelen met een buitenproportioneel salaris en of buitensporige vergoedingen. |
Point & Figure Charts | Een bepaalde methode om prijzen in een grafiek te zetten. Een nieuw “kruisje” of “rondje” verschijnt pas in de grafiek als de koers een bepaalde minimale beweging heeft gemaakt ongeacht de tijd die hiervoor nodig is. Een kruisje geeft een koersstijging weer; een rondje een koersdaling. |
Polpx | Polish Power Exchange. |
POM | Public Order Member. Dit is een bank of commissionair die orders mag aannemen van beleggers en die er zorg voor draagt dat deze orders op de vloer van de optiebeurs worden uitgevoerd door een Floorbroker. |
Ponzi-piramide | Genoemd naar de frauduleuze belegger Ponzi. Hierbij financiert een beleggingsfonds de uitbetaling van fictieve rendementen met de inleg van nieuwe beleggers. |
Popcorn Index | In de Verenigde Staten is vastgesteld dat de kaartverkoop in de bioscopen tijdens de recessie in 2009 aanzienlijk opleefde. Sommigen zijn sindsdien van mening dat men hier kan spreken van een indicator voor de economische gang van zaken. |
Positieve Money Flow | De som van de Raw Money Flow van de dagen van de betreffende periode waarop de Typical Price hoger ligt. |
Positieve Volume Indicator | PVI van Norman Fosback. Het is een indicator die zich laat leiden door het volumegedrag. Als het Volume gelijk is aan de vorige periode wijzigt er niets. Als er sprake is van een hoger Volume dan wijzigt het PVI aan de hand van het verschil tussen de procentuele prijs van gisteren en die van vandaag. Bij een lager Volume wordt de PVI niet aangepast (maar wel de NVI). De PVI wordt gezien als een redelijke voorspeller van Bearmarkten als hij beneden zijn Voortschrijdend Jaargemiddelde komt. Formule: PVI = PVI(vorige dag)*(Close/Close(vorige dag)). |
Position Size | Het is de omvang van de transactie. Er zijn verschillende methodes om een gewenste transactieomvang te bepalen, bijvoorbeeld: een contract per vastgesteld bedrag, of de grootte wordt afhankelijk gemaakt van het marktrisico gerepresenteerd door de Average True Range maar de meest gebruikte methode in de futurehandel is de Optimal-f. Het begrip Position Size is belangrijk in het Money Mangement. |
Position trader | Een handelaar die zijn positie voor langere tijd aanhoudt zonder zich druk te maken over korte termijn fluctuaties. |
Post numerando lijfrente | De contante waarde van een jaarlijkse uitkering, die ingaat in jaar x en eindigt wanneer de verzekerde overlijdt. De uitkering vindt plaats aan het eind van ieder jaar. |
Post-Recession Economy | In het algemeen wordt aangenomen dat de Post-Recessie-Economie zich op vier verschillende wijzen kan presenteren. Men spreekt van de L-vorm, de U-vorm, de V-vorm en de W-vorm. Recentelijk heeft zich daarbij gevoegd de X-vorm. |
Power Trend Down | In tegenstelling tot bij de Sell-Off geschiedt de daling in een Power Trend Down kalmer (ongeveer 45 graden tegen 90 graden). De koersen blijven dicht bij hun Voortschrijdende Gemiddelde. In dit patroon zoekt men geen gelegenheid om long te gaan, maar men blijft of gaat short. |
Power Zone | Het is de periode tussen eind oktober en begin mei. Sinds 1949 toonde de DJIA in deze periode een gemiddelde dagelijkse stijging die 27% groter is dan in de andere dagen van het jaar. Slechts in 20% van het aantal jaren daalde de markt. De Skewing van de Power Zone en de Dead Zone komt voor in 30 grote markten in de wereld. |
PPI | Premie Pensioen Instelling. Een nieuw instituut onder de Europese Pensioen Richtlijn. Een PPI is verantwoordelijk voor de uitvoering van pensioenregelingen. Ten behoeve daarvan is zij belast met de opbouw van vermogen voor pensioenfondsen en ondernemingen. Zij draagt geen risico en kan ook geen garanties geven ten aanzien van eindpensioenen, rendementen en uitkeringen. De PPI is gerechtigd pan-Europees te werken. |
PPM | Particuliere Participatie Maatschappij. Zie Participatie Maatschappij. |
PPS | Publiek Private Samenwerking. Een systeem van financiering dat vooral bij investeringen in infrastructuur wordt gebruikt, waarbij de overheid een deel van de financiering van een project overlaat aan private investeerders, die dan ook delen in de opbrengst van de investering door bijvoorbeeld een tolconsessie te krijgen. |
PRA | Prudential Regulation Authority. Dit is een onderdeel van de Bank of England, dat moet controleren of er niet teveel winst met woekerproducten gemaakt worden. |
Prae numerando lijfrente | De contante waarde van een jaarlijkse uitkering, die ingaat in jaar x en eindigt wanneer de verzekerde overlijdt. De uitkering vindt plaats aan het begin van ieder jaar. |
Pre-Borrow | Sinds 2008 heeft de SEC hardere regels ingesteld voor Short-Selling van aandelen. Er moet onder deze regels een duidelijk arrangement aanwezig zijn dat de aandelen, die verkocht worden, geleend zijn, alvorens de verkoop kan plaatsvinden. |
Preferente aandelen | Aandelen waarop eerst een vast percentage dividend wordt uitgekeerd voordat de gewone aandeelhouders dividend krijgen. Het is een beschermingsconstructie. |
Premie | De prijs van een optie. |
Premie lening | Een lening die gekenmerkt wordt door een lagere rentevergoeding dan mogelijk is op basis van de geldende marktrente maar waarvoor in de plaats de kans bestaat op een prijs die veel hoger is dan de gederfde rente inkomsten. |
Premie Pensioen Instelling | PPI. Een nieuw instituut onder de Europese Pensioen Richtlijn. Een PPI is verantwoordelijk voor de uitvoering van pensioenregelingen. Ten behoeve daarvan is zij belast met de opbouw van vermogen voor pensioenfondsen en ondernemingen. Zij draagt geen risico en kan ook geen garanties geven ten aanzien van eindpensioenen, rendementen en uitkeringen. De PPI is gerechtigd pan-Europees te werken. |
Premie-affaire | Het verhandelen van een soort optie welke niet op de gereglementeerde markt genoteerd wordt. |
Premium Call | Het percentage dat de koers van de onderliggende waarde moet stijgen (dalen bij Put) voordat het break-even punt bereikt wordt. Formule: PC = UOP + {(KD * PA * VK)} / K- K * 100% waarbij PC = Premium call; UOP = Uitoefenprijs derivaat; KD = Koers derivaat; PA = Pariteit; VK = Valuta of wisselkoers; K = Koers onderliggende waarde. |
Premium Put | Het percentage dat de koers van de onderliggende waarde moet dalen (stijgen bij Call) voordat het break-even punt bereikt wordt. Formule: PC = K + {(KD * PA * VK)} / K- UOP * 100% waarbij PC = Premium call; UOP = Uitoefenprijs derivaat; KD = Koers derivaat; PA = Pariteit; VK = Valuta of wisselkoers; K = Koers onderliggende waarde. |
PrePack | Bij een dreigend faillissement kan een stille bewindvoerder worden ingezet die moet proberen een doorstart te bewerkstelligen. |
Presidential Election Cycle | van Yale Hirch. Een cyclus gebaseerd op de presidentsverkiezingen in Amerika. Volgens de gepubliceerde onderzoeken zouden de eerste twee jaar onder de nieuwe president gekenmerkt worden door recessie, oorlog en als consequentie een bearmarkt, terwijl de laatste twee jaar juist een sterke markt laten zien door allerlei stimulerende maatregelen zoals belastingverlagingen, hoge uitgavenpatronen en dergelijke. Hiervan uitgaande heeft men een handelssysteem ontwikkeld dat koopt op het slot van de laatste dag van september voor iedere presidentsverkiezing in Amerika en dat verkoopt op 31 december van het volgende jaar. De resultaten zijn beter dan een eenvoudige Buy and Holdpolitiek en men is slechts 32% van de tijd in de markt. Een andere strategie is dat men de 30 aandelen van de Dow Jones Industrials Index koopt 26 maanden voor de verkiezingen om deze allemaal te verkopen na de verkiezingen. Hiermede zou men 93% van de alle winst op de DJIA genereren, terwijl er maar 7% gemaakt wordt in de 22 maanden na de verkiezingen. Zie ook Eight-Year-Presidential-Cycle. |
Price Deviation | Het verschil tussen de signaalkoers en de werkelijke handelsprijs. Veelal ontstaat dit door het verschil tussen de bied en de laatkoers (als gevolg van bijvoorbeeld de marge die de handel voor zich opeist). Ook het tijdseffect speelt een rol. Price Deviation wordt ook wel de Verborgen Kosten of Slippage genoemd. |
Price Earnings Ratio | Het quotiënt van de prijs van het aandeel en de winst per aandeel. De winst per aandeel wordt dan berekend als de totale winst van het bedrijf gedeeld door het aantal uitstaande aandelen. Het is een maatstaf om aan te geven hoeveel keer beleggers bereid zijn de winst per aandeel te betalen. Deze ratio wordt in het algemeen aangemerkt als een goed waarschuwingsinstrument voor (te) hoge koersen. Alhoewel een absoluut niveau niet kon worden vastgesteld wordt aangenomen dat een niveau van 17 tot 20 gevolgd zal worden door dalende aandelenmarkten. |
Price Excess Oscillator | van John Navarte. Deze Oscillator vergelijkt het verschil tussen de Close van vandaag en het 24-daags Gemiddelde van de slotkoersen. Hiervan maakt hij dan nog een 12-daags Gemiddelde. De normale regels voor het gebruik van Oscillators blijven gelden (zie ook Smoothed Price Excess Oscillator). |
Price Range | De afstand tussen de hoogste en de laagste koers in een bepaalde periode. |
Price Skew | De Implied Volatility van opties met dezelfde onderliggende waarde en met een verschillende uitoefenprijs maar met dezelfde uitoefenmaand, is verschillend. |
Price Zone Oscillator | PZO van Walid Khalil en Davis Steckler. Het is een aanvullende indicator op de Volume Zone Oscillator. De oscillator staat op een verticale as van +100 tot -100, waarbij waarden boven +60 een overbought situatie aangeven en waarden onder -40 een oversold situatie. Er wordt een EMA60 van de koersen gebruikt om een Bullish markt van een Bearish te onderscheiden. De ADX14 (als deze beneden 18 ligt) wordt gebruikt om consolidatieperiodes te identificeren. Divergenties tussen PZO en VZO zijn belangrijk. Formule: PZO = 100* (CP/TC) waarbij CP (closing position) = X-days EMA (+ or – close); TC (total close) = X days EMA (close). |
Price-to-Book Value | PBV. Koers van het aandeel gedeeld door zijn boekwaarde. Deze maatstaf wordt wel gebruikt in de beoordeling van de hoogte van de koers. Een waarde boven 5 karakteriseert de koers als veel te hoog. Een daling kan dus verwacht worden. Een lage waarde (waarbij geen absoluut niveau kan worden aangegeven) duidt op een onderwaardering van het aandeel en een stijging mag dus verwacht worden. |
Price-to-Growth Flow | PGF. Een hybride van de Research-to-Price Ratio en de Price Earnings Ratio waardoor het mogelijk wordt een afweging te maken van de koers tot de som van de winst en de researchuitgaven. |
Price-to-Research Ratio | PRR. De koers van een aandeel gedeeld door de researchuitgaven per aandeel. Dit is het omgekeerde van de Research-to-Price Ratio. |
Price-to-Sales Growth Ratio | De koers van het aandeel gedeeld door de omzetgroei per aandeel. |
Price-to-Sales Ratio | De koers van het aandeel gedeeld door de verkopen per aandeel. |
Prijs | Een beleggingssysteem dat aangeboden wordt door Vladeracken BV en dat gebaseerd is op een combinatie van de fundamentele en technische analyse. Het systeem zoekt naar aandelen van bedrijven waar het vermogen van de aandeelhouder het best rendeert, die een hoge autonome groei realiseren en die te koop zijn voor een redelijke prijs. Hierbij wordt gebruik gemaakt van externe research en een externe databank. De Technische Analyse zorgt voor de timing van de uitvoering van de ontvangen signalen. |
Prijserosie | Prijsdaling door hevige concurrentie of door de tijd, zoals in het geval van opties. |
Prijshoudend | Dit wordt gezegd van een marktstemming waarbij het koerspeil nauwelijks verandert. |
Prijskanaal | van Leon Wilson. Dit wordt gebruikt om uitbraken uit belangrijke support en resistance niveaus gemakkelijker te kunnen detecteren. De bovenste lijn wordt getrokken over de highest high van x dagen geleden. De laagste lijn wordt getrokken onder de lowest low van x dagen geleden. Het kanaal wordt terug verplaatst in de tijd met een dag, zodat de laatste dag geen invloed heeft. Een doorbraak van een van de lijnen duidt op een significante markt, op sterkte c.q. zwakte. |
Prijsspread | Optieconstructie waarbij gelijktijdig opties gekocht en verkocht worden met dezelfde onderliggende waarde, dezelfde uitoefen-datum maar met verschillende uitoefenprijzen. Zie ook verticale spread. |
Primary Dealer | Banken die in kunnen schrijven bij het Schuldagentschap van het Ministerie van Financiën op staatsleningen. Beleggers kunnen dat doorgaans niet en moeten staatsleningen via deze primary dealers kopen. |
Primary Indicator | Een indicator die rechtstreeks vanuit de beschikbare basisgegevens (bijvoorbeeld Slotkoers, Volume) berekend wordt. |
Primary Instrument | Een financieel instrument waarvan de waarde bepaald wordt door de markt en dat geen afgeleide is van een bestaand instrument. |
Primary Trend | De trend van 9 tot 24 maanden. |
Prime | De meest solide vorm van hypotheek in Amerika. Er is in Amerika een rangschikking van hypotheken die gaat van Prime, Alt-A naar Subprime. |
Prime Broker | Een commissionair of een effectenbank die optreedt als Settlement Agent en als bewaarder van effecten. Hij financiert Leverage, leent aandelen uit en verzorgt de administratie voor zijn cliënten. Deze cliënten zijn professionele partijen zoals Beleggingsfondsen, Marketmakers en dergelijke. |
Prime Finance | Panel of Recognized International Market Experts In Finance. Internationaal Financieel Tribunaal, gevestigd in het Vredespaleis in Den Haag. Alleen als beide partijen akkoord gaan kan een zaak aan het tribunaal worden voorgelegd. Hoofdonderwerp voor het tribunaal zijn misstanden in de derivatenhandel. |
Principal Protected Medium Term Note Programme | Een obligatie waarvan de rente vastgesteld is voor een eerste periode. Daarna wordt deze variabel en wordt dan meestal gesteld op de rente van de voorgaande periode plus een variabele opslag, die op haar beurt weer van andere grootheden afhankelijk is. |
PRIPS | Packaged Retail Investment Products ook wel Complexe producten genoemd. Hieronder vallen bijvoorbeeld beleggingsverzekeringen en bankspaarhypotheken. |
Private Equity | Verzamelnaam voor alle vormen van aandelenkapitaal in niet-beursgenoteerde ondernemingen met een beleggingshorizon van 2 tot 7 jaar. |
Private Equity Fund | Een fonds dat investeert in Private Equity. Het financiert bedrijven buiten de beurs om maar de investering geschiedt ook wel met het oog op een herstructurering waarbij het object vaak in onderdelen weer wordt verkocht. |
Private Placement | Het betreft onderhandse leningen welke rechtstreeks door een vermogensbeheerder of een institutionele belegger aan de leningnemer ter beschikking worden gesteld. |
Private Sector Involvement | PSI. De deelname van de private sector (pensioenfondsen, verzekeringmaatschappijen, banken) in het voorkomen en oplossen van landelijke financiële crises of andere financiële problemen. |
Pro-Bonds | Een obligatie die in Tokyo wordt uitgegeven onder zeer vereenvoudigde condities. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk voor de uitgevende instelling om te verwijzen naar gegevens, die reeds elders zijn gepubliceerd. Hiermede wordt de vereiste documentatie sterk vereenvoudigd. Men wil met dit type bonds buitenlandse uitgevers van schulden aantrekken. |
Probability of Default | PD. De kans dat een lening niet kan worden terugbetaald. |
Productentankers | Schepen met meerdere tanks en gescheiden ladingen om gelijktijdig verschillende olieproducten te vervoeren. |
Profiel Fondsen | Beleggingsfondsen die gericht zijn op de onderscheidene risicoprofielen zoals de uitgevende instelling deze gedefinieerd heeft. Zij kunnen zelf weer beleggen in andere beleggingsfondsen. |
Profit Factor | De PF is een maatstaf voor de winstgevendheid van een bepaalde strategie. Een PF van 2 geeft aan dat er tegenover één euro verlies twee euro winst staat. Het wordt ook wel de mathematische verwachting genoemd. |
Programtrading | Ook wel indexarbitrage genoemd. Met behulp van geavanceerde software stappen handelaren in de markt als het verschil tussen de koers van de onderliggende waarde en de prijs van het derivaat een bepaalde marge overschrijdt, teneinde van het excessieve verschil te kunnen profiteren. Software die hierbij gebruikt wordt is onder andere Orc Software en RTS. |
Project Bonds | Obligaties uitgegeven door de EIB ten behoeve van de financiering van vooraf specifiek gedefinieerde projecten. De leningen zijn qua omvang gelimiteerd door de financieringsbehoefte van het project. |
Project-lading | Goederen voor één project, die in meerdere verschepingen worden vervoerd. |
Projection Bands | Een tradingband systeem ontworpen door Mel Widner. Hij baseert zich op de Lineaire Regressie Lijn en tekent twee hieraan evenwijdige lijnen. |
Promesse disconto | De rente die de Nederlandse Bank berekent als men er schatkistpapier aanbiedt ter belening. |
Prop Handelaar | Een handelaar die werkt voor rekening van de bank. Zie ook Flow Handelaar. |
Propagation | Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Matrixen worden geacht zich te vermenigvuldigen. Zo heeft iedere Matrix de potentie om een FPS te worden in een grotere Matrix. Iedere Matrix bestaat dus uit kleinere Matrixen en iedere Matrix is onderdeel van een grotere. |
Proprietary Trading Shops | Zelfstandige traders die bij elkaar gaan zitten en rechtstreeks op de schermen van een beurs handelen. |
Prospect Theorie | Een term uit Behavourial Finance. Het is het verschijnsel waarbij in winstgevende situaties risicomijdend gedrag wordt vertoond en in verliesgevende situaties risicozoekend gedrag. |
Prospectieve Rente | Het rentepercentage dat gebruikt wordt om toekomstige uitkeringen te waarderen. Zie ook Ultimate Forward Rate. |
Prospectus | Brochure waarin volledige informatie wordt gegeven over financiële producten die uitgegeven worden en vaak ook over de onderneming die deze uitgeeft. |
Prudential Regulation Authority | PRA. Dit is een onderdeel van de Bank of England, dat moet controleren of er niet teveel winst met woekerproducten gemaakt worden. |
PS Ratio | Public/Specialist Short Sale ratio zoals gepubliceerd in Barron’s Market Lab. Als de individuele belegger meer short gaat dan de professionele handel heeft de markt de neiging te stijgen en omgekeerd. |
PSD | Payment Services Directive. Een administratieve richtlijn van de Europese Unie waarin het betalingsverkeer, behalve voor papier-gebaseerde betalingen, tussen aangesloten landen, wordt vereen-voudigd en geharmoniseerd. |
PSE Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de beurs in de Filippijnen. |
PSI | Private Sector Involvement. Deelname van private beleggers in schuldafschrijving. |
PSI 20 | Een gemiddelde van de koersen van de 20 meest verhandelde en grootste aandelen van de Portugese beurs. |
PSO | Premier Stochastic Oscillator van Lee Leibfarth. Hij maakt van de %K een dubbel exponentieel gemiddelde met een lengte van 5. Daarnaast normaliseert hij de Oscillator zodat hij zich beweegt tussen -1 en +1. Leibfahrt ziet deze variant van de Slowed Stochastics als een indicator die veel beter veranderingen in de marktrichting aangeeft. |
Public Order Correspondent Member | POCM. Dit is een bank of commissionair die orders mag aannemen van beleggers. Zij voeren deze orders niet zelf uit. Dit geschiedt door de POM. |
Public Order Member | POM. Dit is een bank of commissionair die orders mag aannemen van beleggers en die er zorg voor draagt dat deze orders op de vloer van de optiebeurs worden uitgevoerd door een Floorbroker. |
Pull Back | Een koerspatroon dat kan ontstaan na een koersuitbraak. Koersen hebben vaak de neiging om terug te keren naar het punt van uitbraak en pas daarna wordt de trend begonnen die in eerste instantie door de uitbraak werd ingezet. |
Pump and Dump | De koers van een klein beursfonds wordt door middel van positieve berichten opgedreven, waarna partijen die voor de koers-opdrijving verantwoordelijk zijn hun belang van de hand doen. Dit is frauduleus, zeker als de informatie misleidend is, maar vaak moeilijk aan te tonen. |
Put Kalender Spread | Een kortlopende Put wordt geschreven en tegelijkertijd koopt men ook een langlopende Put. De uitoefenprijs voor beiden is hetzelfde. Als de kortlopende Put de Uitoefendatum heeft bereikt of opgevraagd wordt schrijft men een nieuwe kortlopende Put. |
Put Optie | Een putoptie geeft de koper van de optie het recht om de onderliggende waarde te verkopen tegen een vastgestelde prijs (de uitoefenprijs) binnen een vastgestelde termijn (de looptijd of uitoefenperiode). De optie verplicht de verkoper van de optie tot afname van de onderliggende waarde tegen een vastgestelde prijs binnen een vooraf vastgestelde looptijd. Zie ook onder Optie. |
Put Volume Indicator | van John Bollinger. Als deze Sentimentindicator groter dan 2 is waarschuwt hij dat de bodem in zicht is. Formule: Put Volume Indicator = Put Volume/10-day average Put Volume. |
Put Warrant | Een certificaat dat de eigenaar het recht geeft effecten te verkopen tegen een vooraf vastgestelde prijs. Er zijn speciale warrants zoals bijvoorbeeld ladderwarrants. |
Put-up besluit | Een aanwijzing van de AFM aan een partij, die een overname overweegt, om binnen zes weken het bod publiekelijk te maken. Besluit de overnemer af te zien van het uitbrengen van een bod, dan volgt automatisch een verbod om gedurende zes maanden met een nieuw bod te komen (de shut-up-periode). |
Put-up regel | De AFM kan een partij dwingen zich uit te spreken of hij wel of niet voornemens is een openbaar bod uit te brengen op alle aandelen. |
Put/Call Ratio | Het omgekeerde van de Call/Put Ratio. Deze indicator werd voorgesteld door Martin Zweig en wordt vooral in Amerika gebruikt terwijl de Call/Put Ratio populair is in Europa. |
Put/Call Ratio Indicator | PCRI van Sylvain Vervoort. Hij is gemaakt om de zes fasen van de prijscyclus te herkennen. De kruispunten en de richting van een Slow en een Fast PCRI geven de omslagpunten. |
Putspread | Een constructie die enkel maar bestaat uit Puts. |
PVI | Positieve Volume Indicator van Norman Fosback. Het is een indicator die zich laat leiden door het volumegedrag. Als het Volume gelijk is aan de vorige periode wijzigt er niets. Als er sprake is van een hoger Volume dan wijzigt het PVI aan de hand van het verschil tussen de procentuele prijs van gisteren en die van vandaag. Bij een lager Volume wordt de PVI niet aangepast (maar wel de NVI). De PVI wordt gezien als een redelijke voorspeller van Bearmarkten als hij beneden zijn Voortschrijdend Jaargemiddelde komt. Formule: PVI = PVI(vorige dag)*(Close/Close(vorige dag)). |
PVO | Percentage Volume Indicator. Een histogram van het procentuele verschil van een 12- en een 26-daags Exponentieel Gemiddelde van het volume. Formule: PVO = ((Vol12-daags EMA – Vol26-daags EMA) / Vol12-daags EMA) x 100. |
PVT | Price and Volume Trend. Een variant op de On Balance Volume waarbij niet de absolute Volumes worden gecumuleerd maar het voor de procentuele koersfluctuaties gewogen gemiddelde. Formule: PVT = PVT(vorige dag) + Volume*(Close-Close(vorige dag))/ Close). Zie ook Volume Price Trend indicator. |
Pyramide fonds | Een fonds waarbij de uitbetaling van fictieve rendementen met de inleg van nieuwe beleggers wordt gefinancierd. |
Pyramiding | Het vergroten van investeringsposities naarmate de koers van de onderliggende waarde stijgt. Het risico dat de positie loopt wordt hiermede aanzienlijk vergroot. |
Q
Q-rating | Een op de toekomst gericht raamwerk van Quantalytica dat de financiële kwaliteit van Nederlandse bedrijven beoordeelt. Op basis van de kapitaalstructuur en de solvabiliteit wordt het impliciete risico gekwantificeerd. Hierdoor krijgen de volatiliteit en de verwachte marktwaarde bijzondere aandacht. De rating loopt van Q, het laagste oordeel, naar QQQQQ. |
Q-Ratio | Een variatie op de Price-to-Book Value. De Book Value wordt vervangen door de Replacement Value hetgeen, zeker in tijden van hogere inflatie een betere maatstaf oplevert. Uiteraard is de Replacement Value moeilijker te berekenen en daarom wordt deze ratio in de praktijk niet gebruikt anders dan in theoretische modellen. |
Qardh | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Men geeft een eigendom aan een derde die daartegenover een gelijkwaardig eigendom teruggeeft. |
QE | Quantitative Easing of kwantitatieve verruiming (van de geldmarkt). Het is een instrument van de FED. De rente wordt laag gehouden door staatsobligaties op te kopen. In de post-kredietcrisisperiode is dit instrument veelvuldig toegepast (2010 – 2011). QE staat ook voor de representatieve index van de aandelenbeurs in Qatar. |
QQQ | Ook wel aangeduid als Cubes. Het zijn Trackers (volgers) van de Nasdaq 100 Index genoteerd op de AMEX. . |
Qualifying Majority | Gekwalificeerde meerderheid. Om een voorstel geaccepteerd te krijgen moet 2/3 van de stemmen akkoord zijn. |
Quant | Wiskundige wizzard die de algorithmen ontwikkelt voor de snelle computergestuurde handel. Ook Hedgefondsen die van deze techniek gebruik maken worden wel hiermede aangeduid. |
Quantitative Easing | QE. In het Nederlands kwantitatieve verruiming (van de geldmarkt). Het is een instrument van de FED. De rente wordt laag gehouden door staatsobligaties op te kopen. In de post-kredietcrisisperiode is dit instrument veelvuldig toegepast (2010 – 2011). |
Quanto Option | Een optie die het valutarisico dekt van een bepaalde handelstransactie, omdat de waarde van de optie uitbetaald wordt in een andere valutaeenheid. |
Quants | Een afkorting van Quantitative Analyst. Het zijn de personen die financieel risico willen tegemoet treden met mathematische en statistische formules. Prijsberekeningen van derivaten en het ontwikkelen van algoritmen voor bijvoorbeeld Hedge Funds behoren tot hun werkgebied. |
Quantum Speeders | Een Speeder waarbij het valutarsico gedragen wordt door de uitgevende instelling (Commerzbank). |
Quick Indicator | van Linda Raschke. Alhoewel Raschke met Simple Moving Averages werkte neemt men meestal een MACD met 3,10,16 als parameters voor deze indicator. Er wordt alleen op Pull-Backs gekocht dat wil zeggen als de de Signal Line boven (onder) de nullijn komt of (nog niet gekruist zijnde) een positieve (negatieve) hellingshoek heeft. Men kan ook positie innemen als de Fast Oscillator onder (boven) de nullijn komt en vervolgens weer een draai in omgekeerde richting maakt. Zie ook First Cross. |
Quick Ratio | Vlottende activa minus voorraden gedeeld door de schulden op korte termijn. Een ratio groter dan 1 (een) duidt op een uitermate gezonde liquiditeitspositie. |
R
R Algoritm | Een formule van Dennis Hudson om de risicograad te vergelijken met de winstdoelstellingen. Hij neemt daartoe de High van de dag en deelt deze door de Low van de dag. Dit wordt op een 66-dagen chart uitgezet. Waarden gelijk of groter dan de winstdoelstelling zijn positief. Lagere waarden zijn negatief. |
R-Square | Er zijn verschillende formules voor de R-Square maar de meest voorkomende is de correlatie coëfficiënt tussen de werkelijke en de voorspelde waarde. De uitkomst ligt tussen 0 en 1. De R-Square wordt vaak gebruikt om vast te stellen of de betreffende fondsmanager inderdaad een onafhankelijke strategie volgt ten opzichte van de Benchmark. Zie ook Closet Index Fund en Index Hugger. |
R-woord Index | The Economist ging na hoe vaak het woord Recessie verscheen in de financiële pers tijdens periodes van recessie en daarbuiten. Zij konden hiermede het begin van recessies vaststellen in 1990, 2001 en in 2007. |
RAFI Index | van Robert Arnott en zijn Research Affiliates. Het is een alternatieve index, die zich niet baseert op de beurswaarde van de onderliggende waarden maar op fundamentele gegevens van het betreffende bedrijf zoals de totale kaspositie, de boekwaarde, de omzet, de cashflow en het dividend. Inmiddels is er een hele reeks van deze indexen geïntroduceerd. |
Raider | Een kapitaalkrachtig iemand of groep van personen die een (meestal) vijandig overnamebod op een bedrijf lanceert, alleen met de bedoeling er zelf beter van te worden. |
Rainbow Option | Het gaat hier om een reeks verschillende opties, waarvan bij het leggen is vastgesteld hoeveel afzonderlijke opties uiteindelijk winnende opties moeten zijn om het geheel tot uitbetaling te laten komen. |
Rainbow Volume Indicator | van Edgar Kraut. Een eenvoudig handelssysteem met behulp van kleuren en waarbij de volgende regels gelden: 1. De bar wordt groen gekleurd als het slot van vandaag alsmede het volume van vandaag groter zijn dan die van twee weken geleden; 2. De bar wordt blauw gekleurd als het slot van vandaag (dus niet het volume) groter is dan het slot van twee weken geleden; 3. De bar wordt oranje gekleurd als het slot van vandaag alsmede het volume van vandaag kleiner zijn dan die van twee weken geleden; 4. De bar wordt rood gekleurd als het slot van vandaag (dus niet het volume) kleiner is dan het slot van twee weken geleden. Koop op groene en blauwe bars met een 1% trailing stop; Verkoop op oranje en rode |
Raindrop | Een candlestick met een klein lichaam dat op duidelijke afstand van de voorgaande candlestick ligt. Het is een waarschuwing voor een mogelijke verandering in de richting van de koerson-twikkeling. In een downtrend ook wel Star genoemd. |
Rally | Een fikse stijging van het koersniveau die volgt op een daling of op een consolidatie. |
Rally Indicator | van Ivo Luiten. Deze indicator taxeert de kans dat de AEX Index een bepaald percentage zal dalen of stijgen. De verzameling golf-bewegingen kan qua tijdsduur en rendement omschreven worden als een normale verdeling. Op grond van dit gegeven heeft Luiten een vrij ingewikkelde formule ontwikkeld die het verloop weergeeft van de kans op een trendomkeer op basis van de tijdsduur en de huidige golfbeweging terwijl daarnaast het risico wordt berekend op basis van het gerealiseerde rendement. |
Rammellanden | Landen die hun begroting niet op orde hebben. |
Random Walk | Een theorie die stelt dat prijzen van aandelen onvoorspelbaar zijn, geen relatie hebben tot voorgaande prijzen en enkel en alleen maar een reactie zijn op de verhouding tussen vraag en aanbod. |
Random walk Index | Zoek de Lowest Low van de voorafgaande n dagen. Stel dat dit gevonden wordt op k dagen geleden. Bepaal daarna de Average Range voor de laatste k dagen. Als het verschil tussen de High van vandaag en de Lowest Low van de totale serie gelijk of groter is dan de vierkantswortel uit k vermenigvuldigd met de Average range, genoemd RWI Up, dan wordt de markt geacht in een uptrend te zijn. In het omgekeerde geval (dus gebruik makend van de Low en de Highest High – de RWI Down) dan wordt de markt geacht in een Down trend te zijn. In plaats van de Average range wordt ook wel de Average True Range gebruikt. In zijn oorspronkelijke vorm werd deze index ontworpen door Michael Poulos. |
Range | Het verschil tussen de high en de low in een bepaalde periode. |
Range Accrual | Obligaties met een variabele minimum en / of maximum coupon |
Range Accrual Note | Obligatie waarvan de rente jaarlijks alleen wordt uitbetaald onder bepaalde voorwaarden, maar waarbij het ook mogelijk is dat de rentebetaling wordt uitgesteld tot een volgende rentebetaaldatum, als op dat moment wel aan de voorwaarden voldaan wordt. Op zo’n moment is de lening cumulatief. Wordt gedurende de looptijd niet aan de voorwaarden voldaan, dan vervalt echter de rentebetalingsplicht. |
Range Bars | Een manier voor het maken van charts. De tijd wordt hierbij uitgeschakeld en voor de bars wordt een vaste lengte (van hoogste tot laagste) gekozen die vaak per aandeel verschilt. Geen nieuwe bars worden ingetekend zolang de voorgaande niet is overschreden aan de bovenzijde of aan de onderzijde. Het voordeel is dat veel ruis wordt buitengesloten en dat de trend veel duidelijker zichtbaar wordt. |
Range Compression Oscillator | Indicator, zoals de RSI, die de gegevens binnen vastgestelde banden (bijvoorbeeld tussen 0 en 100) samenperst. Zie ook Smoothing Oscillators. |
Range Contraction Indicator | RCI van Craig Coatney. Hij gaat ervan uit dat de bandbreedte waarbinnen koersen bewegen (de Range) tijdens rallies de neiging heeft kleiner te worden. Een vergrotende Range daarentegen zou een indicatie zijn van een verslechterende markt. Coatney neemt een gemiddelde van de dagelijkse Range en hij deelt dit door de koers. Als de indicator lager dan 0,9% noteert en daarna stijgt naar 1,1% is er een daling op komst. De indicator verliest aan waarde als de Volatility onder de 10% komt. Als de indicator wordt gecorrigeerd voor de Volatility dan is hij ook nuttig in andere markten. |
Range Expansion Index | Om deze index te berekenen telt men eerst gedurende een aantal dagen het verschil van de high met die van de high van twee dagen daarvoor bij elkaar op. Dit doet men ook voor de Lows. De som van deze twee uitkomsten levert per dag een positief of een negatief getal op. Deze som wordt gebruikt om de koers van de volgende dag te voorspellen. De volgende stap is de waarden van 5 dagen samen te tellen, Deze som wordt dan weer gedeeld door de dagelijkse absolute waarde van de Range. Het resultaat wordt vermenigvuldigd met 100 en men krijgt dan een Oscillator die fluctueert tussen plus 100 en min 100. Er zijn altijd twee voorwaarden waaraan voldaan moet worden: 1. De High van 2 dagen geleden moet hoger zijn dan de Close van 7 of 8 dagen geleden dan wel de High van vandaag is gelijk of hoger aan de Low van 6 dagen eerder en 2. De Low van 2 dagen geleden is gelijk of lager dan de close van 7 of 8 dagen geleden dan wel de Low van vandaag is gelijk of lager dan de High van 5 of 6 dagen eerder. |
Range Expansion Indicator | REI van Tom Demark. Hij gaat uit van de Highs en Lows van de koers, hij vergelijkt deze waarden met de Intraday Range van een aantal dagen geleden en karakteriseert en bewerkt ze waarna de resultaten van een aantal dagen worden samengevoegd. Uitgaande van een variabele bandbreedte wil hij met het resultaat een antwoord geven op de vraag of de markt overbought (oversold) is. |
Range Flip | Een koop (verkoop) signaal uit de Sequential techniek. |
Range Indicator | RI van Jack L. Weinberg. Het is een trendindicator die uitgaat van het verschil tussen de hoogste en de laagste koers van de dag gedeeld door het slot van de dag minus het slot van een aantal dagen geleden. Het resultaat wordt daarna gerelateerd aan de True Range. De indicator wordt gebruikt om de timing van het instappen en uitstappen te verfijnen. |
Range Median Indicator | Deze RMI geeft een indicatie van de beweeglijkheid van de dagfluctuaties. De hoogste koers van de dag wordt gedeeld door de laagste en het resultaat wordt gerelateerd aan de mediaan van de dag. In rustige tijden ligt het quotiënt op 1. |
Ranging Market | De markt beweegt zich binnen een bepaalde brandbreedte in min of meer zijwaartse richting. Zie ook Consolidatie. |
RARORAC | Risk Adjusted Return On Risk Adjusted Capital. Rendement, gecorrigeerd voor het daarvoor genomen risico op het voor risico gecorrigeerde geïnvesteerde vermogen. |
Ratchet Option | Het is een algemene naam voor click of ladder opties, waarbij winst wordt gemaakt als bepaalde van tevoren vastgestelde niveaus worden geraakt. |
Rate of Change | Een momentum indicator waarbij men de prijs van vandaag vergelijkt met een prijs uit het verleden. Het verschil wordt uitgedrukt in een percentage. Een veel voorkomende interpretatie baseert zich op doorbraken door de nullijn. Een opwaartse doorbraak is positief een neerwaartse doorbraak is negatief. |
Rate of Rise | De mate waarin de koers is gestegen in een bepaalde periode. Hij wordt gebruikt als een selectiemaatstaf door de uitkomst te vergelijken met die verkregen van andere aandelen en door grenzen vast te stellen waarboven (waaronder) gekocht (verkocht) mag worden. |
Ratio Front Spread | Een Optie Spread waarbij men een Call koopt en twee hogere verkoopt of omgekeerd al naargelang men à la hausse of à la baisse gestemd is. Hetzelfde kan gedaan worden met Puts. |
Ratio Spread | Een optieconstructie waarbij het aantal verkochte en gekochte opties niet gelijk aan elkaar is. |
Raw Money Flow | Typical Price x Volume. |
RCI | Range Contraction Indicator van Craig Coatney. Hij gaat ervan uit dat de bandbreedte waarbinnen koersen bewegen (de Range) tijdens rallies de neiging heeft kleiner te worden. Een vergrotende Range daarentegen zou een indicatie zijn van een verslechterende markt. Coatney neemt een gemiddelde van de dagelijkse Range en hij deelt dit door de koers. Als de indicator lager dan 0,9% noteert en daarna stijgt naar 1,1% is er een daling op komst. De indicator verliest aan waarde als de Volatility onder de 10% komt. Als de indicator wordt gecorrigeerd voor de Volatility dan is hij ook nuttig in andere markten. |
Re-Remics | Resecuritized Real Estate Mortgage Investment Conduits. Oude (afgewaardeerde) hypotheekobligaties worden in stukken geknipt en herverpakt tot nieuw obligaties. |
Reactie | Een daling van de koersen met 5% of meer maar minder dan 10%. |
Real Money | Hiermede worden investeringen van beleggers aangeduid, die de gekochte stukken (bijvoorbeeld staatsobligaties) gedurende de gehele looptijd vasthouden. |
Real Time Gross Settlement Express Transfer | Ook wel genoemd Target 2. Een clearingsysteem van de ECB waarmede betalingen tussen de aangesloten landen vereffend worden. Opdrachten worden verleend via de nationale centrale banken die, binnen dit systeem op onderpand van staatsobligaties, zo nodig hun rekening onbeperkt kunnen overtrekken. |
Receiver Swaption | Deze geeft de eigenaar het recht om een Swap op te zetten, waarbij hij de Floating Leg betaalt en de Fixed Leg ontvangt. |
Recepissen | Voorlopige effecten die worden uitgegeven in afwachting van de definitieve stukken. |
Rechthoek | Een koerspatroon waarbij de koersen zich op horizontale wijze binnen de vorm van een rechthoek bewegen. Het is een consolidatiepatroon waaruit de koersen zowel naar beneden als naar boven kunnen uitbreken. |
Record High Percent Index | Het aantal New Highs genomen over de laatste 52 weken gedeeld door het aantal New Highs plus New Lows van de laatste 52 weken. Men vermenigvuldigt de uitkomst met 100 zodat er een afgeronde indicator ontstaat die fluctueert tussen 0 en 100. Waarden boven 50 wijzen op een sterke markt en waarden onder 50 wijzen op een zwakke markt. Veel commentatoren stellen dat er niet tot verkoop mag worden als de markt daalt en de Record High Percent is nog boven 80. |
Recovery Rate | Het percentage van de hoofdsom dat na een faillissement wordt uitbetaald aan de verschillende categorieën schuldeisers. |
Recovery Room | Illegale, zeer professioneel maar frauduleus handelende bedrijven die aanbieden waardeloze effecten terug te kopen via telefoon en internet waarvoor dan eerst een restriction fee betaald moet worden. Deze waardeloze effecten werden meestal in eerste instantie verkocht via Boiler rooms. |
Reële Balans Effect | van Arthur Cecile Pigou. Het is de som van overheidsobligaties en cash (money-supply) gedeeld door het algemene prijsniveau. |
Reële Rente | Deze wordt berekend door de 1-weeks Euribor te nemen en daar het geldende inflatiepercentage van af te trekken. |
REFCORP | Resolution Funding Company. Een organisatie die door het Amerikaanse Congres werd ingesteld in 1989 om te proberen de problemen op te lossen in de Savings and Loan Industry. Leningen kunnen worden gegeven maar ook kan liquidatie afgedwongen worden. |
Refi Rente | Re-Finance rate of Herfinancieringsrente. De rente die de ECB bij banken in rekening brengt als deze geld bij de ECB opnemen. Zie ook Reporente. |
Regime Switching | Het heen en weer bewegen tussen een Trending handelsmodel en een Mean-reversion model. |
Regressie | Een mathematische manier om statistische lineaire afhankelijkheid aan te tonen tussen twee variabelen. |
Regressie Kanaal / Channel | Gilbert Raff ging uit van de regressielijn in een data serie en trok parallel hieraan een lijn over de hoogste top en onder de laagste bodem. Uitbraak uit dit kanaal in tegenovergestelde richting betekent een verandering van trend die bevestigd moet worden door de mogelijkheid een nieuw Regressie Kanaal te tekenen in deze nieuwe richting. |
REIT | Real Estate Investment Trust. Een Amerikaans fonds dat rechtstreeks in vastgoed belegt. Om te zich te kunnen kwalificeren als REIT moeten de bezittingen en het inkomen van het bedrijf hoofdzakelijk gerelateerd zijn aan vastgoed. Tenminste 90% van het belastbare inkomen moet jaarlijks worden uitgekeerd aan aandeelhouders. De REIT kan de uitbetaalde dividenden aftrekken van het belastbare inkomen. In de praktijk zijn REITs daarmede vrijgesteld van vennootschapsbelasting. |
Rekenrente | De rente die gebruikt wordt om de contante waarde (bijvoorbeeld van verplichtingen) uit te rekenen. |
Relatief Momentum | Dit is een andere naam voor het Momentum. Formule: momentum = C1 – C2 waarbij C1= de koers van vandaag; C2 = de koers van gisteren. |
Relatief Rotatiediagram | van J. de Kempenaar. Hierbij wordt de beweging zichtbaar gemaakt van een element uit het scatterdiagram door de tijd heen. |
Relatief Scatterdiagram | van J. de Kempenaar. Alle elementen uit een universum worden weergegeven in een diagram waarbij de RS-ratio op de X-as wordt getoond en het RS-momentum op de Y-as. Dit geeft een visueel overzicht van de positie van de verschillende elementen uit het universum ten opzichte van elkaar. |
Relatieve Advance/Decline-lijn | De Advance/Decline-lijn gedeeld door het totaal aantal stijgers en dalers. Formule: RelAD=Σn AI – Σn DI / Σn AI + Σn DI waarbij AI = Advancing issues; DI = Declining Issues; n = de dagen waarop de studie betrekking heeft. |
Relatieve Efficiëntie Ratio | RER van Kaufman. Het absolute verschil tussen de slotkoers van vandaag en de slotkoers van een jaar geleden wordt gedeeld door de som van de opeenvolgende slotkoersen van alle dagen van dat jaar. |
Relatieve Sterkte | Een vergelijking tussen de prijsontwikkeling van een aandeel en die van een index of een ander aandeel. |
Relatieve Volatiliteit | van Donald Dorsey. Deze indicator geeft de richting van de volatiliteit aan. De formule is die van de RSI met dien verstande dat in plaats van de absolute dagelijkse koersschommelingen de standaarddeviatie van de dagelijkse koersen wordt gebruikt. |
Relative Dividend Yield System | van Anthonie Spare en Nancy Tengler. Koop als de dividendopbrengst op een historisch hoog niveau ten opzichte van de gemiddelde dividendopbrengst van de S& P500 ligt en verkoop op een historisch laag niveau. Tom Hartle definieerde de niveaus op 120% en 100%. |
Relative Spread Strength | Een indicator ontworpen door Ian Copsey die toppen en bodems aangeeft. Men neemt het verschil tussen een langer en een korter termijn voortschrijdend gemiddelde en brengt de uitkomst in de RSI formule. Het geheel wordt dan nog een keer gemiddeld. Extreme posities geven toppen en bodems aan, maar om deze signalen als handelssignalen te gebruiken dient men een bevestiging af te wachten door een andere indicator. |
Relative Srength | RS. De ratio van het gemiddelde Momentum over de laatste N dagen waarop de koers stijgt versus de dagen waarop de koers daalt. Zie ook Relatieve Sterkte (andere definitie). |
Relative Volume Indicator | RVI van Melvin A. Dickover. Deze indicator zoekt naar de momenten waarop er een prijs tot stand komt onder een ongebruikelijk volume. Om hoge uitschieters te bepalen kijkt hij naar 2 standaarddeviaties van het gemiddelde volume. Het is een onderdeel van zijn DPL systeem. |
Relief Rally | Een rally die een antwoord is op het plotseling opgeheven worden van een negatieve situatie die al in de koersen is verwerkt, ook wel Opluchtingsrally genoemd. |
REN | Reverse Exchangeable Note. Dit is een converteerbare obligatie met dit verschil dat de couponrente hoog is en dat de conversie geen recht maar een plicht is. Het is daarmede te vergelijken met een obligatie tezamen met een geschreven Putoptie. |
Rendement | De uiteindelijke opbrengst van een belegging. Bij aandelen bestaat het uit het dividend vermeerderd of verminderd met het koers-resultaat. |
Rendement certificaat | Een vrij op de beurs verhandelbaar derivaat dat een vast rendement belooft zolang de koers van de onderliggende waarde een jaar lang tussen de vastgestelde bandbreedte blijft. Een notering boven de brandbreedte levert geen extra waarde op. Een notering onder de bandbreedte brengt het karakter van het certificaat terug tot de onderliggende waarde zelf, zij het dat er geen dividend op wordt uitgekeerd. |
Rendement op Geïnvesteerd Kapitaal | Een begrip uit de Magische Formule van Joel Greenblatt. Het is het quotiënt van het bedrijfsresultaat (netto-omzet minus kosten) en de som van het netto-werkkapitaal en de netto-activa. |
Rendementsefficiency | De ratio tussen het gemiddelde maandelijkse rendement en de standaarddeviatie. |
Rendementsgap | Een begrip uit een studie van Marcin Kaeperczyk c.s. waarin men onderzocht of er uit het verleden een voorspelbare waarde kan worden berekend ten aanzien van de rendementen van beleggingsfondsen. Met rendementsgap duidt men het verschil aan tussen het werkelijke rendement en het rendement van de laatst gerapporteerde portefeuille van het fonds. Dit verschil zou een maatstaf zijn in de beoordeling van de fundmanager. |
Renga | Begrip uit de Renko Charttechniek. Het is het blokje dat getekend wordt als de slotkoersverandering gelijk of groter is dan het gekozen interval. De Renga wordt ook wel Brick genoemd. |
Renko | Een charttechniek waarbij veranderingen in de slotkoers slechts in aanmerking worden genomen als ze gelijk of hoger zijn dan het vooraf vastgestelde Interval. Als dat het geval is wordt een blokje, een zogeheten Renga (ook wel Brick genoemd) getekend. Een Brick is nooit groter dan het gekozen interval. Veranderingen van richting worden pas aangebracht wanneer een slotkoers, die gelijk of groter is dan het gekozen interval, onder (boven) de low (high) van de vorige stijgende (dalende) brick ligt. Zie ook Modified Renko. |
Renminbi | De officiële valuta van de Volksrepubliek China. |
Rentabiliteit van het Eigen Vermogen | REV. De winst na belastingen gedeeld door het eigen vermogen. |
Rentabiliteit van het Totale Vermogen | RTV. Winst và³à³r belastingen plus financiële kosten gedeeld door totale vermogen. |
Rente-Cap | Rente Plafond. Het is een maximum dat aan de rente wordt gesteld. Een rente plafond komt geregeld voor in de voorwaarden van hybride obligaties. Het gebeurt wel dat men de dure rente swaps onder anderen bij securisaties vervangt door een Rente-Cap. Delta Lloyd zette bijvoorbeeld een hypotheek securisatie in de markt waarbij ABNAMRO het verschil betaalt als de Euribor boven 3,5% komt. |
Rente-Opslag | Equity Risk premium. Het verschil tussen de Risk-Free Interest Rate en het actuele risicopercentage van een bepaalde portefeuille. |
Rentedekking | Het bedrijfsresultaat plus het resultaat deelnemingen gedeeld door de rentelasten minus de rentebaten. |
Rentefutures | Er worden op de Eurex vier belangrijke rentecontracten verhandeld: de Bund, de Schatz, de Bobl en de Buxl. |
Rentegevoeligheid | Hoe langer de looptijd van de obligatie hoe sterker de koers hiervan zal reageren op veranderingen in de rente. In het algemeen geldt dat een verandering van de rente met 1% een omgekeerde verandering van de koers tengevolge heeft van 1% maal de rentegevoeligheid. |
Repeated Median Slope | RPS. Dennis Meyers verbeterde de berekening van het Least Square Handelssysteem door de mediaan te nemen van de berekende afwijking in het Least Square model. Hierdoor wordt de invloed van excessieve koersen geëlimineerd. Zie ook Robust Velocity. |
Repeated Median Velocity | RMV. Dennis Meyers, die op dit gebied veel onderzoek heeft verricht, stelt dat het een aanpak is om zoveel mogelijk ruis te verwijderen. Hij maakt er ook een handelssysteem van. Een rechte lijn waarvan de hellingshoek gelijk is aan de RMV, dient als signaal niveau. In eenvoudige bewoordingen wordt deze lijn berekend als de mediaan van de mediaan. |
Replicatie | Men gebruikt deze term om de ETF aan te kunnen duiden, die een volledig getrouw beeld vertegenwoordigd van de onderliggende index. Zie ook Geoptimaliseerde Replicatie. |
Reporente | Duits begrip. Rentetarief waartegen banken bij hun centrale bank tegen onderpand kredieten kunnen krijgen met een vastgestelde looptijd. In Nederland noemt men dit Beleningrente. |
Rerouting | Als men in de Verenigde Saten een NBBO aan de broker opgeeft moet deze de order via het ECN doorgeven worden aan de Better-Priced Market. Hieraan zijn extra kosten verbonden. |
RES-euro | Een munteenheid in België die door aangesloten bedrijven gebruikt kan worden om goederen en diensten te ruilen. Men gebruikt geen baar geld maar een elektronische betaalkaart. Zie ook Gelre. |
Research-to-Price Ratio | RP Ratio. De researchuitgaven per aandeel gedeeld door de koers van het aandeel. |
Research-to-Sales Ratio | RS Ratio. De researchuitgaven gedeeld door de omzet. |
Reserve | Deel van het eigen vermogen van de onderneming boven het geplaatste en volgestorte kapitaal afkomstig uit winstinhouding, herwaardering voorwaarden of onroerend goed of door uitgifte van aandelen boven pari. |
Reset Hypotheek | Een in de jaren và³à³r de kredietcrisis populaire hypotheekvorm in de Verenigde Staten. In de eerste jaren betaalt men een relatief lage rente en in de latere jaren betaalt men een relatief hoge rente. |
Resistance | Weerstand Gebieden in de chart rondom prijsniveaus waar een verhoogde vraag verhoogd aanbod zal uitlokken. Deze gebieden worden bepaald uitgaande van in het verleden gevormde niveaus, door het Fibonacci verhoudingsgetal, door chartpatronen of door vaste afstanden zoals de Gann squares. |
Resolution Funding Company | REFCORP. Een organisatie die door het Amerikaanse Congres werd ingesteld in 1989 om te proberen de problemen op te lossen in de Savings and Loan Industry. Leningen kunnen worden gegeven maar ook kan liquidatie afgedwongen worden. |
Responsive Buying/Selling | Een term uit de Market Profile Theorie. Men observeert de handel vroeg in de dag en probeert dan een Marktpofiel te maken. Op basis daarvan handelt men. |
Resting Day Candle | Een Candlestick die gevormd wordt ter hoogte van de High (Low) van de vorige dag. Meestal gaan zij gepaard aan een lager Volume. |
Restriction Fee | Een premie die nodig zou zijn om aandelen vrij te geven voor verkoop. Het betreft hier illegaal en frauduleus handelen door Recovery Rooms. |
Retracement | Een prijsbeweging in de tegenovergestelde richting van de aan de gang zijnde trend. |
Retrospective Rente | De in het verleden gerealiseerde rente. |
Return Point | Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is het laatste punt (EP) van de voorgaande SPS. Het gebied tussen de Return Point en de volgende FPS is het kritieke gebied waar vaak een Reversal ontstaat. |
Return Swing | Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is de FPS van een nieuwe Wave. In de Elliott Wave theorie is het de vierde swing uit een serie van 5. |
REV | Rentabiliteit op het Eigen Vermogen. |
Reversal Day | Omkeer Dag. Dag waarop de aan de gang zijnde beweging omdraait. Deze dagen worden vaak gekenmerkt door specifieke patronen zoals One Day Reversal, Selling Climax, Two day Reversal en dergelijke. |
Reversal Stop | Een stop die wanneer hij geraakt wordt, gevolgd moet worden door het aangaan van een positie in de omgekeerde richting. Ook wel SAR of Stop And Reverse genoemd. |
Reverse Exchangeable Securities | Dit is een converteerbare obligatie met dit verschil dat de couponrente hoog is en dat de conversie geen recht maar een plicht is. Het is daarmede te vergelijken met een obligatie tezamen met een geschreven Putoptie. |
Reverse Listing | Omgekeerde overname. Een lege aan de beurs genoteerde vennootschap neemt de vennootschap over, die beursgenoteerd wil worden. Men doet dit om tijd en kosten te besparen. |
Reverse Trendlines | Trendlijnen getrokken over de toppen als koersen stijgen en getrokken onder de bodems als koersen dalen. Zij zijn nuttig in het zoeken naar goede momenten waarop in- of uitgestapt kan worden. |
Reversed Convertible | Dit is een converteerbare obligatie met dit verschil dat de couponrente hoog is en dat de conversie geen recht maar een plicht is. Het is daarmede te vergelijken met een obligatie tezamen met een geschreven Putoptie. |
Reversed Floater | Een obligatie met een variabele rente (floater) waarbij de rente omgekeerd evenredig fluctueert ten opzichte van een referentierente. Vaak wordt voor dit laatste de 3 maands Euriborrate gebruikt. |
Reversed Leveraged ETF | Een Leveraged ETF die gericht is op een daling in de markt. De derivaten die het fonds bezit zijn dus short posities. |
Reversed Skew | Een term om een grafische voorstelling van de Implied Volatility aan te geven. Het is een dalende lijn die daarna in eenzelfde ritme evenveel weer stijgt. |
Revolverend Fonds | Een ondersteuningsfonds dat na de initiële financiering in staat is zijn eigen financiering te verzorgen omdat uitgezette middelen terugvloeien. |
Reward to Volatility Ratio | of Treynor Ratio. Berekent de overwinst ten opzichte van de risico vrije opbrengst die de markt biedt: TR = {Pr – RvO}/Bà¨ta waarbij TR = Treynor Ratio; Pr = Portfolio Return; RvO = Risicovrije Opbrengst; Bà¨ta = de Beta van de portefeuille. |
RewardRisk Ratio | RR Ratio. Een Ratio van de verwachte winst ten opzichte van het verwachte verlies van een bepaalde transactie of van een bepaald systeem. Voor het verleden geldt de gemiddelde winst versus het gemiddelde verlies. |
RHO | Een maatstaf voor de invloed van de rente op de optieprijzen. |
RHPI | Record High Percentage Index. Een sentimentindicator waarvoor het aantal New Highs wordt gedeeld door het aantal New Highs plus het aantal New Lows, alles genomen over 52 weken. Formule: RHPI = New Highs(52) / (New Highs(52) + New Lows(52)). |
RI© | Het is de verhouding tussen het gemiddelde samengestelde rendement op jaarbasis en de grootste verliestrade. De maximale Draw Down is hier dus vervangen door de maximale verliestrade. |
Riaf | Regeling informatieverstrekking aan verzekeringsnemers. |
Riba | Rente in Islamitisch bankieren. |
Right Translation | De top ligt rechts van het midden van de cyclus. Het is een bullish indicatie. |
Rights On Future Options | RUFO. Het recht van obligatiehouders op betere voorwaarden als die aan anderen worden gegeven. |
Rikshaw man | Een Doji patroon met aan de bovenzijde en aan de onderzijde zeer lange schaduwen en het (zeer kleine) lichaam ongeveer in het midden. Het is een belangrijk omkeersignaal. Confirmatie is noodzakelijk. |
RINA Index | Dit is een maatstaf voor de performance gebaseerd op de nettowinst, de tijd in de markt en de drawdown berekeningen. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de Sharpe Ratio die uitgaat van Equity is de RINA Index gebaseerd op handelsgegevens. De formule luidt: RINA = (A – B)/(ADD*%N) waarbij A = Net Profit; B = Net Profit in Outliers; ADD = Average Draw Down; %N = Percent Time in the market. |
Ringfencing | Maatregelen die erop gericht zijn gezonde activiteiten te behoeden voor besmetting door andere, meer risicovolle of ongezonde activiteiten. Men spreekt hier vooral over in verband met de mogelijke afsplitsing van de spaar- en deposito activiteiten van banken zodra die in gevaar komen door optredende risico’s in andere activiteiten. Men legt als het ware een beschermingsring om de gezonde activiteiten. De maatregelen kunnen ook getroffen worden om bepaalde belastingvoordelen te behalen of om regulatoire redenen. |
Ringgit | De officiële valuta van Maleisië. |
Ripple | Virtuele munteenheid. Afgeleide van de Bitcoin. |
Risico | Dit wordt wel berekend als het product van de standaarddeviatie van de waardeontwikkeling van een portefeuille (aandeel) en de mutatiegraad op jaarbasis binnen deze portefeuille (van dit aandeel). |
Risico Gewogen Activa | RWA. Teneinde de mate van solvabiliteit te bepalen nemen banken het quotiënt van het Vermogen en het RWA (in plaats van gebruikelijke balanstotaal). De RWA is gelijk aan de som van alle naar risico gewogen activa, waarbij de meest zekere activa (Duitse Bunds) een weging van 0 krijgen. Bedrijfskredieten krijgen normaliter een weging van 100. Er zijn geen strikte regels om het RWA te berekenen. |
Risico Profiel | De verhouding tussen rendement en risico, waaraan een bepaalde effectenportefeuille moet voldoen en die afhankelijk gesteld wordt van het draagvermogen van de betreffende cliënt. |
Risico-anomalieën | Een vorm van marktanomalie. Als men grotere risico’s neemt wordt de kans op hogere winsten groter. Bijvoorbeeld: men koopt op bodems in een downtrend, of men investeert in bedrijven met een relatief zeer grote schuld. Zie ook Leverage. |
Risicodragend Vermogen | Het eigen vermogen plus de achtergestelde leningen. |
Risicomijdend Vermogen | Vermogen bestaande uit waarden die een vast rendement geven, dat niet afhankelijk is van het bedrijfsresultaat van de schuldenaar zoals obligaties, langlopende leningen en hypothecaire kredieten. |
Risicopremie | Extra rendement op een obligatie of een aandeel omdat het risico groter wordt geacht dan normaal. |
Risicovrije Rente | De rente waarmede de pensioenfondsen de actuele waarde van hun pensioenverplichtingen (mogen) berekenen. Men gebruikt hiervoor wel de Yieldcurve, maar er word ook gewerkt met een algemeen vastgesteld percentage (4%). DNB wil voor verplichtingen vanaf 20 jaar via een glijdende schaal overgaan naar 4,2%. Zie ook Ultimate Forward Rate. |
Rising Three Methods | of Rising Window. Dit is een bullish candlestick patroon, bestaande uit vijf candles, Een lang wit lichaam wordt gevolgd door drie kleinere meestal zwarte lichamen die binnen het bereik van de eerste witte blijven, waarna weer een grote witte candle verschijnt die hoger sluit dan het slot van de eerste. |
Rising Window | of Rising Three Methods. Dit is een bullish candlestick patroon, bestaande uit vijf candles, Een lang wit lichaam wordt gevolgd door drie kleinere meestal zwarte lichamen die binnen het bereik van de eerste witte blijven, waarna weer een grote witte candle verschijnt die hoger sluit dan het slot van de eerste. |
Risk Parity | Een strategie voor de samenstelling van een beleggingsportefeuille met het kleinste risico gepaard gaande aan een maximale winst. Ieder onderdeel van de gespreide portefeuille (aandelen, obligaties, grondstoffen etc.) mag daarbij slechts eenzelfde risicopercentage hebben en ook de risico’s van de verschillende categorieën zijn aan elkaar gelijk. J.P. Morgan berekende dat de ideale portefeuille sinds 1926 bestaat uit 20 % aandelen en 80% obligaties. |
Risk Ratio | Een indicator van BlackRock. Het is de verhouding tussen risicovolle activa en risico vrije activa. Onder risico vrije activa vallen kasreserves en overheidsobligaties (minus posities bij de Centrale Bank). |
Risk Return Ratio | van Crowell. Het risico uitgedrukt in de waarde van de investering. Crowell gebruikt daarvoor de formule: Een half maal de breuk van de hoogste minus de laagste koers en de hoogste plus de laagste koers. |
Risk Reward Ratio | RRR. Een veel gebruikte maatstaf om de performance van een beleggingsstrategie of van een portefeuille te vergelijken met een andere. Formule: RRR = (Rendement minus risicovrije rente)/(maximale Draw-down). |
Risk Weighted Assets | RWA. Het is het risico (vooral in de banksector) dat toegekend wordt aan onderdelen van de balans. Het toegekende risico is de basis voor de kapitaaleis. Zo leidt bijvoorbeeld een hogere LTV tot een hogere RWA en dat stelt een hogere eis aan de dekking in de balans. |
Risk-Free Interest Rate | Het is een theoretisch rentepercentage, dat de lener zou moeten betalen als hij geen financieel risico wil lopen. Uiteraard bestaat zoiets niet, men gaat daarom meestal uit van de opbrengst van de 3-maand US Treasury. Het Capital Asset Pricing Model definieert de Risk-Free Interest Rate als het niet te ontlopen risicopercentage van een representatieve portefeuille, die alle bestanddelen van de economie bevat. |
Riviera Systeem | van Peter Konnor. Hij combineert een RSI5 en een RSI17 op de weekchart. De markt is up als de RSI17 fluctueert tussen 40 en 80 met een instappunt boven 60. De markt is down als de RSI17 fluctueert tussen 20 en 60 met een instappunt beneden 40. Hetzelfde geldt voor de RSI als men gebruik wil maken van de korte termijn. De koers moet boven/onder de MA40 liggen om een lange termijn instapmoment te confirmeren. En hij moet boven/onder de MA10 liggen om een korte termijn instap te confirmeren. |
RMBS | Residential Mortgage Backed Securities. Het zijn verpakte hypotheken met als onderpand particuliere woningen. |
RMV | Repeated Median Velocity. Dennis Meyers, die op dit gebied veel onderzoek heeft verricht, stelt dat het een aanpak is om zoveel mogelijk ruis te verwijderen. Hij maakt er ook een handelssysteem van. Een rechte lijn waarvan de hellingshoek gelijk is aan de RMV, dient als signaal niveau. In eenvoudige bewoordingen wordt deze lijn berekend als de mediaan van de mediaan. |
Ro-Ro | Vrachtschip waarop de lading rechtstreeks kan worden ingereden. Een vrachtwagen rijdt de tanker binnen in de haven van vertrek en rijdt weer het schip uit in de haven van aankomst. Ook Roll-on-Roll-off carrier genoemd. Schepen voor het transport van auto’s worden ook RoRo’s genoemd. |
ROA | Return on Assets. Netto winst van het bedrijf gedeeld door de assets. |
Robin Hood Tax | Een belasting op financiële transacties (zie Tobin Tax), maar de opbrengst van de Robin Hood Tax zou aangewend moeten worden voor hulp aan ontwikkelingslanden. |
Robust Velocity | Ook wel genoemd Repeated Median Slope. Dennis Meyers verbeterde de berekening van het Least Square Handelssysteem door de mediaan te nemen van de berekende afwijkingen in het Least Square model. Hierdoor wordt de invloed van excessieve koersen geëlimineerd. |
ROCadj | Marti Luoma en Jussi Nikkinen hebben de ROC via een Simple Moving Average aangepast (ROCadj) tegen ruis, voor de periode tussen twee meetpunten en voor enkelvoudige prijsveranderingen (die in feite twee veranderingen in de ROC veroorzaken). |
ROCE | Return On Capital Employed. Rendement op geïnvesteerd kapitaal. |
Rocema Trend Systeem | Van Pierre Dolmans en Frans Schreiber. Neem een EVG16 en een ROC50 van het EVG. Doorsnijdingen van het ROC door de nullijn geven de koop- en verkoopsignalen, De ontwerpers gebruikten een 15 minuten chart. |
ROE | Return on Equity. De winst die in een bepaalde periode gemaakt wordt gerelateerd aan het eigen vermogen. |
ROE Index | Een index van de Japan Exchange Group die gebaseerd is op het rendement op het eigen vermogen. De bedoeling is dat in deze index slechts de beste aandelen van Japan zijn opgenomen. |
Rogue Trader | Handelaar die niet geautoriseerde transacties uitvoert. |
ROI | Return on Investment. De winst die in een bepaalde periode gemaakt wordt gerelateerd aan het geïnvesteerd vermogen. |
Rolling Down | Het switchen van een optiepositie naar een lager liggende uitoefenprijs. De uitoefenmaand blijft hierbij gelijk. |
Rolling Out | Het switchen van een optiepositie naar een verder liggende maand. De uitoefenprijs blijft hierbij gelijk. |
Rolling Up | Het switchen van een optiepositie naar een hoger liggende uitoefen-prijs. De uitoefenmaand blijft hierbij gelijk. |
Rommelpapier | Zeer hoogrentende obligaties van minder solide ondernemingen met een rating van C3 of lager. Bij een C3 rating schat de markt in dat de kans dat de debiteur in het eerste jaar failliet gaat 25% bedraagt en dat de kans dat de onderneming in het tweede jaar failliet gaat 50% bedraagt. |
Roofkapitaal | Financiële middelen in handen van beleggers zoals hedgefondsen die zich snel verplaatsen en daarbij door hun omvang relatief kleinere markten uit het lood kunnen trekken. |
RoR | Risk of Ruin. Een berekeningswijze welke moet aan tonen bij welke inzet het risico van mislukking nog acceptabel is. De hoogte van de inzet is hierbij een functie van de variabelen die we gebruiken. |
ROS | Return On Sales. Netto winst gedeeld door de omzet. |
Ross Hook | Een patroon geïdentificeerd door Joe Ross. Een prijsbar volgt op een serie hogere toppen (bodems) die voorafgegaan worden door een bar die geen hogere (lagere) top (bodem) maakt. De Hook ontstaat na de eerste break-out uit een 1-2-3 patroon, uit een ledge of uit een tradingrange. |
Rotation | Het verplaatsen van investeringen van de ene sector naar de andere. |
Round Bottom | of Eve Bottom. Dit is een wijde ronde bodem. Het is een Bullisch patroon dat bevestigd wordt als de koers door het voortschrijdend gemiddelde breekt. |
Rounding Top | Een koerspatroon dat gevormd wordt op de top van een koersbeweging. Het is het tegenovergestelde van de Schotel en wordt gevormd door een langzame verschuiving in de verhouding tussen vraag en aanbod. Zie ook Dumpling Top. |
RR Ratio | RewardRisk Ratio. Een Ratio van de verwachte winst ten opzichte van het verwachte verlies van een bepaalde transactie of van een bepaald systeem. Voor het verleden geldt de gemiddelde winst versus het gemiddelde verlies. |
RRR | Een veel gebruikte maatstaf om de performance van een beleggingsstrategie of van een portefeuille te vergelijken met een andere. Formule: RRR = (Rendement minus risicovrije rente)/(maximale Draw-down). |
RS | Relative Strength. De ratio van het gemiddelde Momentum over de laatste N dagen waarop de koers stijgt versus de dagen waarop de koers daalt. Zie ook Relatieve Sterkte (andere definitie). |
RSI | Relatieve Sterkte Index. Dit is een wiskundige methode om een versnelling of een vertraging van een koersbeweging uit te tekenen op een schaal van 0 tot 100. Hij werd ontwikkeld door J. Welles Wilder. Een nadeel van de RSI van Wilder is dat hij valse divergenties geeft in trending markets. Men gebruikt daarom wel een combinatie van de RSI op dag- en op weekbasis. Formule: RSI = 100-(100/(1+RS)) waarbij RS = Average of x day’s up closes/Average of x day’s down closes. |
RSI 25 Strategy | van Larry Connors. Een korte termijn handelssysteem op ETF’s. Het systeem gaat alleen maar Long en het doet dit als de 4-perioden RSI beneden 25 komt. Exit wordt gegaan als de 4-RSI boven 55 noteert. Het systeem leent zich goed voor een Scaling-in strategie. |
RSI Average Price | Een variant van Greg Morris waarbij de close vervangen wordt door de gemiddelde prijs van de dag of van meerdere dagen. Formule: RSIA = (Hoogste koers+Laagste koers)/2 |
RSI Plus Volume | Een variant op de RSI van Greg Morris is er een waarbij de omzet wordt toegevoegd aan de gemodificeerde (RSIM) formule. |
RSI Yesterday's open | Een variant op de RSI van Greg Morris, die de close in de formule vervangt door de opening van de voorgaande dag. Er ontstaat hierdoor een meer vloeiende lijn en men ziet ook duidelijker signalen. |
RSI-P&F | Een RSI geschikt voor de Point and Figure techniek ontworpen door Michael J. Moody en Harold B.Parker. Iedere week deelt men de betreffende aandelenkoers door de Index. De uitkomsten worden afgerond tot hele getallen en deze worden daarna uitgezet in een P&F grafiek. De signalen uit deze grafiek hebben dezelfde waarde als die van iedere andere P&F grafiek. |
RSIH | Een variant op de RSI. In de formule wordt de Close vervangen door de High hetgeen een studie van de onderdelen van de koers mogelijk maakt. |
RSIL | Een variant op de RSI. In de formule wordt de Close vervangen door de Low hetgeen een studie van de onderdelen van de koers mogelijk maakt. |
RSIM | Een variant op de RSI van Greg Morris. Hij baseert het Voortschrijdend Gemiddelde op de meest recente 14 dagen. Een variant daar weer op is het vervangen van het Voortschrijdend Gemiddelde door een Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde. Deze varianten zouden meer en betere signalen genereren. |
RSS | Relative Spread Strength. Een indicator ontworpen door Ian Copsey die toppen en bodems aangeeft. Men neemt het verschil tussen een langer en een korter termijn voortschrijdend gemiddelde en brengt de uitkomst in de RSI formule. Het geheel wordt dan nog een keer gemiddeld. Extreme posities geven toppen en bodems aan, maar om deze signalen als handelssignalen te gebruiken dient men een bevestiging af te wachten door een andere indicator. |
RTS | Regular Trading Session. De slotkoers minus de openingskoers van vandaag. |
RTS Index | Een gemiddelde van de grootste en meest verhandelde aandelen van de Russische beurs. Deze index wordt berekend in Amerikaanse dollars. Zie ook Mirex. |
RUFO | Rights On Future Options. Het recht van obligatiehouders op betere voorwaarden als die aan anderen worden gegeven. |
Ruis | Prijs en volume fluctuaties die de belegger het zicht op de werkelijke richting ontnemen. |
Runaway Gap | of Continuation Gap. Een Gap die voor komt in een rechte lijn stijgings- of dalingspatroon. Hij wordt gevolgd door een nieuwe top/bodem en wordt zelden gesloten. Meestal komt hij voor ongeveer in het midden van een beweging. Hij wordt ook wel Runaway Gap of Measuring Gap genoemd. |
Russell 2000 Index | Een Amerikaanse index die wordt berekend uit de koersen van 2000 kleine tot middelgrote bedrijven (1001ste tot 3000ste grootste binnenlandse aandelen beoordeeld op basis van hun markt-kapitalisatie). |
Russian Doll | CDO die weer bestaat uit andere CDO’s. |
Russian Option | Een Lookback option zonder expiratie datum. |
Russische Roulette | Een regeling om tot een goede prijs te komen. Als partij A een bod heeft uitgebracht op de aandelen in handen van partij B dan heeft partij B het recht om de aandelen in handen van partij A te kopen tegen de door partij A genoemde prijs. |
RVX | Een Volatiliteitsindex op de Russel 2000. |
RWA | Risico Gewogen Activa. Teneinde de mate van solvabiliteit te bepalen nemen banken het quotiënt van het Vermogen en het RWA (in plaats van gebruikelijke balanstotaal). De RWA is gelijk aan de som van alle naar risico gewogen activa, waarbij de meest zekere activa (Duitse Bunds) een weging van 0 krijgen. Bedrijfskredieten krijgen normaliter een weging van 100. Er zijn geen strikte regels om het RWA te berekenen. |
RWI-UP/DOWN | of Random Walk Index. Zoek de Lowest Low van de voorafgaande n dagen. Stel dat dit gevonden wordt op k dagen geleden. Bepaal daarna de Average Range voor de laatste k dagen. Als het verschil tussen de High van vandaag en de Lowest Low van de totale serie gelijk of groter is dan de vierkantswortel uit k vermenigvuldigd met de Average range, genoemd RWI Up, dan wordt de markt geacht in een uptrend te zijn. In het omgekeerde geval (dus gebruik makend van de Low en de Highest High – de RWI Down) dan wordt de markt geacht in een Down trend te zijn. In plaats van de Average range wordt ook wel de Average True Range gebruikt. In zijn oorspronkelijke vorm werd deze index ontworpen door Michael Poulos. |
Rydex Asset Ratio | Ook wel genoemd Rydex Bull/Bear Indicator. Het is een sentiment Indicator die berekend wordt door de totale assets van de Long Funds van Rydex te vergelijken met de totale assets van de Short Funds van Rydex. Formule: (Money Market + Bear Fund assets) / (Bull + Sector Fund Assets) |
Rydex Bull/Bear Indicator | Ook wel genoemd Rydex Asset Ratio. Het is een sentiment Indicator die berekend wordt door de totale assets van de Long Funds van Rydex te vergelijken met de totale assets van de Short Funds van Rydex. Formule: (Money Market + Bear Fund assets) / (Bull + Sector Fund Assets) |
Rydex Cash Flow Ratio | Men ziet dit als een verbeterde versie van de Rydex Bull/Bear Indicator. De Rydex Cash Flow Indicator gaat uit van de Cumulatieve Cashflow (CCFL) in de betreffende fondsen. De cashflow wordt dan berekend als de som van de actuele instromende cash minus de uitstromende cash. Formule: (Money Market + Bear Funds CCFL) / (Bull + Sector Funds CCFL) |
S
SAFEX | South African Futures Exchange. |
Sak | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Het is de enkel-voudvorm van Sukuk. |
Samengestelde ZigZag | van Jo Granville. Het betreft vijf OBV Swings. Een up, een down, een up, een down en een up, of omgekeerd. Uitbraken uit dit patroon zijn zeer sterk. |
Samni No Den | Aanvullende regels die Sakata gebruikte bij zijn originele candlestick techniek. Iedere markt ontwikkelt zich volgens het “three Level” patroon: 3 vooruit en 2 achteruit in een stijgende markt en omgekeerd in een dalende markt. Als men long (short) is en de markt stijgt (daalt) honderd punten koop dan bij. Wanneer men een verliesgevende transactie afsluit blijf dan even uit de markt om tot een hernieuwde evaluatie te kunnen komen. Blijf niet constant in de markt zitten. |
Samoerai Obligaties | Obligaties die uitgegeven worden op de Japanse kapitaalmarkt door niet-Japanse partijen. Ze luiden in Yen. |
Samurai Bonds | Obligaties die uitgegeven worden op de Japanse kapitaalmarkt door niet-Japanse partijen. Ze luiden in Yen. |
Santa Claus Rally | Van Yale en Jeff Hirsch. Ga long gedurende de vijf laatste vijf handelsdagen van het jaar en de daaropvolgende twee handelsdagen van het nieuwe jaar. Ga daarna exit. Sinds 1950 leverde een investering in deze zeven dagen een gemiddelde winst op van 1,5%. Zie ook het Januarie Effect, en de Januarie Indicator, die van verschillende periodes uitgaan. |
SAR | Stop And Reverse ook wel Reversal Stop genoemd. Een stop die wanneer hij geraakt wordt, gevolgd moet worden door het aangaan van een positie in de omgekeerde richting. |
Sarkozy Carry Trade | Een voorstel van de toenmalige president van Frankrijk, Nicolas Sarkozy, waarbij de ECB goedkoop geld ter beschikking zou stellen aan de banken die zouden het op hun beurt moeten beleggen in obligaties van probleemlanden. |
SAT | Scenario Analyse Technieken. Een kwantitatieve analyse- en beleggingsmethode waarbij de vraag niet is of marktsituaties voorspelbaar zijn, maar of zij denkbaar zijn en of er een statistische waarschijnlijkheid aan kan worden gehangen. Op basis van statistische informatie worden grote aantallen mogelijke marktsituaties berekend waarbij voor ieder aandeel een aantal mogelijke koersontwikkelingen bepaald wordt met een bijbeho-rende kansberekening. Uiteindelijk wordt een keuze gemaakt voor een portefeuille die binnen de van te voren vastgestelde restricties de grootst mogelijke kans geeft op winst. |
Savings Glut | Een situatie waarbij grote landen-exporteurs (China, Japan, Duitsland) hun financiële overschot op hun handelsbalans niet investeren in productiemiddelen maar deze overschotten beleggen in buitenlandse (staats) obligaties. |
SB120 | Index van de Sloveense beurs. |
Scaling-In | Het uitbreiden van de positie als de koers zich tegen de ingestelde strategie beweegt. |
Scallop | Een patroon uit de Technische Analyse. Het ziet eruit als een grote ronde top. De hoogte is proportioneel aan de breedte. De Scallop in wording kan worden herkend als er een Low ontstaat die lager is dan de voorgaande Low zonder dat er een hogere High is gezet. In zijn uiteindelijke vorm ziet hij eruit als een omgekeerde J. De afstand van Top tot laagste Low is ongeveer 55%. Een dalend volume geeft de beste resultaten. Hij komt ook voor in omgekeerde vorm. Het patroon is onder meer beschreven door Thomas Bulkowski. |
Scalping | Een term uit de daghandel. De handelaar maakt zijn winst uit de bid- en askspread. |
Scalping Gamma | Een arbitrage strategie welke gericht is op veranderingen in de Gamma. De Straddle is een veel gebruikt vehikel om te proberen winst te maken uitgaande van de waarde en de veranderingen daarin van een long en een short Gamma. |
Scandinavische Muntunie | Naar het voorbeeld van de LMU werd in 1873 de Scandinavische Muntunie opgericht door Denemarken, Noorwegen en Zweden. De nationale munteenheden werden aan elkaar gekoppeld en werden in het gehele gebied aangemerkt als wettig betaalmiddel. Toen in 1914 Zweden de gouden standaard verliet viel de Unie uiteen. |
Schaal van Mock | Een graadmeter die door bedrijven wordt gebruikt bij de afgifte van winst- en omzetprognoses. De classificaties zijn: Fractioneel (marginal) = minder dan 2%; Gering (modest) = 2 tot 4%; Licht (limited) = 4 tot 7%; Duidelijk (marked) = 7 tot 12%; Belangrijk (significant) = 12 tot 20%; Sterk (strong) = 20 tot 30%; Aanzienlijk (considerable) = 30 tot 45%; Fors (sharp) = meer dan 45%. |
Schaduwbankieren | Alle activiteiten waarbij krediet verstrekt en / of bemiddeld wordt tussen partijen die geen deel uitmaken van het bankaire systeem. |
Schatkistpapier | Verzamelnaam voor diverse soorten schuldbekentenissen van de staat. |
Schatz | Dit is een Duitse hypothetische obligatie met een coupon van 6% en een resterende looptijd van 1,75 tot 2,25 jaar. Op de Eurex worden futures op deze obligatie verhandeld en op deze futures zijn turbo’s verkrijgbaar. |
Schone olieproducten | Nafta, benzine, kerosine, gas-dieselolie. |
Schotel | Koerspatroon dat voorkomt op een bodem en dat lijkt op een ver uitgestrekte U. Hij wordt gevormd door een langzame verschuiving in de verhouding tussen vraag en aanbod. |
Schouder | Een begrip uit de Kagi Chart techniek. Het duidt op het doorbreken van de voorgaande top. Het moment dus waarop overgegaan wordt tot het trekken van een dikke lijn. Zie ook Head and Shoulder patroon. |
Schrijven | Het verkopen van een Call of een Put die men niet in bezit heeft. |
Schrijver's Spread | Men koopt een Call, die diep in-the-money is en schrijft daarop een Call, die out-of-the-money is. Het omgekeerde met Puts is ook mogelijk. |
SD Ratio | Stijgers-Dalers Ratio. Wanneer de SD Ratio boven zijn Voortschrijdend Gemiddelde ligt geldt dit als een aankoopmoment en als hij eronder ligt geldt dit als een verkoopmoment. Teneinde een te grote volatiliteit te voorkomen wordt ook de eis gesteld van een absolute waarde van de SD, die in het algemeen op 2,5 tot 3 wordt gelegd. Door ook nog rekening te houden met de markttrend verhoogt men de waarde van de SD Ratio als handelssysteem. |
SDR | Special Drawing Rights. Een synthetische munt van het IMF, gebaseerd op een mandje valuta en bedoeld als reservevaluta. Alle aan het IMF deelnemende landen krijgen een aantal SDR’s toegewezen die zij kunnen gebruiken om krediet te verkrijgen ter ondersteuning van de betalingsbalans. |
SE Price Index | Kuwait Stock Exchange Unweighted Index. Het is een index van alle fondsen die aan de Kuwait Stock Exchange genoteerd zijn. |
Search Fund | Een idee van H. Irving Grousbeck. Een groep investeerders / ondernemers brengt kapitaal in een fonds bijeen waarna men gaat zoeken naar over te nemen bedrijven, die daarna door een of meer leden gemanaged worden of na een “opknapbeurt”weer verkocht worden. |
Seasonal Index | Een systeem waarbij de prijzen uit een bepaalde tijdsperiode per specifieke dag, week of maand worden gemiddeld. Uitgaande van de gemiddelde specifieke maandprijzen uit een periode van 5 jaar kan men, als men ieder maandgemiddelde deelt door het jaargemiddelde, aan iedere maand een relatieve waarde toekennen die het gemakkelijker maakt om de waarschijnlijk beste tijd te kiezen om te investeren. Het gebruik van deze Seasonal Index kan het ook gemakkelijker maken om doelstellingen te formuleren. |
Seasonal Strategy | Norman Fosbeck stelde dat men iedere laatste 2 handelsdagen van de maand en de eerste 5 handelsdagen van de daarop volgende maand in de markt moet zitten. Mike Burk meldt een samengesteld jaarlijks resultaat (zonder dividend) sinds 1953 van 7,2% voor deze strategie, hetgeen iets hoger is dan het resultaat van een Buy and Hold strategie. |
SEC | Securities and Exchange Commission. Een Amerikaanse over-heidsinstelling die toezicht houdt op de Amerikaanse beleg-gingswereld. |
Second Lien | Een groep uit de rangorde van geldverschaffers naar risicograad. De volledige rangorde is als volgt: 1. Eigen Vermogen = hoogste Risico; 2. Leningen van aandeelhouders; 3. PIK Bonds; 4. Mezzanine leningen; 5. Second Lien Term Loans; 6. Bankfinanciering = laagste Risico. |
Secondaries | Tweedehands Private Equity. Investeringen in Private Equity die onderhands verkocht worden aan derden. |
Secondary High | Een begrip van George Lindsay. Het is de High in de Basic Decline die ontstaat voor of na de Ultimate High. |
Secondary Low | Een begrip van George Lindsay. Het is de Low in de Basic Advance line die ontstaat voor of na de Ultimate Low. |
Secondary Primary Swing | SPS. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is de eerste Swing in een serie van drie. |
Secondary Swing | SS. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is de tweede Swing in een serie van drie. |
Sector Fund | Een beleggingsmaatschappij die zich richt op een of meerdere bedrijfssectoren. |
Sector Rotation Model | SRM van Giorgos E. Siligardos. Er worden acht sectoren onderscheiden. Dit zijn: 1. Financials, 2. Consumer discretionary, 3. Industrials, 4. Raw materials, 5. Energy, 6. Consuner staples, 7. Health care, 8. Utilities. De nummers 1 en 2 zijn leidend in het begin van de Bull markt. 3 neemt de leiding over in het midden van de trend, 4 en 5 zijn leidend tijdens de topvorming. 6, 7, en 8 zijn de beste aandelen tijdens de Bear markt. Een indicator wordt gemaakt door een procentuele ROC te nemen van de nummers 1 en 2 minus de procentuele ROC van 6, 7 en 8. De ROC wordt gemeten over een periode van 3 maanden. Formule: SRM = BullsectorsROC – BearsectorsROC; Siligardos stelt dat deze indicator vooruit loopt op de markt. |
Secundary Offering | Plaatsing van aandelen van een onderneming uit het bezit van bestaande aandeelhouders. |
Secured Bonds | Obligaties waarvan de aflossing zeker is gesteld door middel van een onderpand bijvoorbeeld een hypotheek. Zie ook Collaterized Debt and Collaterized Loan Obligations. |
Securities Market Program | SMP. Het obligatie-opkoopprogramma van de ECB, waarbij geen eisen werden gesteld aan het debiteurland inzake hervormingen en bezuinigingen. Dit programma is inmiddels afgelopen. |
Securities Underwriter | De Securities Underwriter verzamelt biedingen op een bepaald effect die door hem na prijsvaststelling aan de koper worden uitgeleverd. Omdat zijn werk niet via een Clearing Huis loopt ligt het risico van levering en betaling bij hem. |
Securitiseren | Het bundelen van financiële activa (bijvoorbeeld hypotheken of levensverzekeringen) die nadat zij vervolgens zijn opgeknipt als obligaties verhandeld worden. |
Security Market Line | SML. Een begrip uit de moderne portefeuille theorie. Het betreft de grafiek van het Capital Assset Pricing Model en geeft het verwachte rendement voor een markt als functie van zijn Bà¨ta. |
Seed Capital | Het eerste (vreemde) kapitaal van een nieuwe onderneming in oprichting. Zodra het eerste bewijs van mogelijk bestaan bewezen is wordt het vervangen door venture capital of althans wordt het dan zo genoemd. |
Segregated Accounts | Iedere Broker in de Future handel is verplicht de middelen welke door zijn klanten aan hem ter beschikking zijn gesteld, aan te houden op bankrekeningen die afgescheiden zijn van de eigen bankrekening. Daarnaast kennen deze rekeningen de restrictie dat de gelden welke daarop gestort werden alleen en uitsluitend gebruikt mogen worden voor de opdrachten zoals de klant deze met de broker heeft afgesproken. |
SEHK | Stock Exchange of Hong Kong. |
Seizoencyclus | Het is statistisch bewezen dat de grote stijgingen op de aandelen-markten meestal plaats vinden in de periode oktober tot juni, terwijl de daartussen liggende periode meestal een consolidatie of een daling te zien geeft. Hiervan uitgaande heeft men een handelssysteem ontwikkeld waarbij men koopt op de close van de laatste handelsdag in Oktober en waarbij men verkoopt op de close van de derde handelsdag in Mei. Het resultaat is beter dan dat van een eenvoudige Buy and Holdsystematiek en men is slechts 50% van de tijd in de markt. Een andere seizoensmatigheid is te zien tussen half december en half januari. De kleinere aandelen doen het in deze periode blijkbaar beter dan de Blue Chips. Een derde seizoenscyclus kan gevonden worden in de aandelen die door het jaar heen slecht gepresteerd hebben. Blijkbaar worden ze op het einde van december massaal verkocht (belastingtechnische redenen) en worden zij in het nieuwe jaar in de periode januari – half februari weer teruggekocht. |
Seizoenpatroon in Goud | Handy and Harmon hebben vastgesteld dat er een seizoenpatroon te onderkennen valt in de prijs van het goud waarbij er een low ligt tegen het einde van de maand April en een tweede in de laatste helft van Juli. Latere computerberekeningen hebben aangetoond dat de juiste ligging van deze twee bodems ook afhankelijk is van de periode die men bestudeert. Ook bij andere edele metalen valt een seizoenmatig patroon te onderkennen. |
Seizoensmatige Autocorrelatie | Correlatie die te detecteren is tussen de actuele koersen en die van 12-, 24-, 36-, en 48- maanden eerder. |
Seizoensmatige Trend | Een consistente maar kortdurende verandering in marktactiviteit die gebaseerd is op voorspelbare veranderingen in het klimaat of in de kalender. |
Select Sector Strategy | van Todd en Steven Winkler. Het is een variant op de Dogs of Dow Strategie. Vanuit een universum van 9 Sector ETF’s, worden de drie ETF’s gekozen, die het in het afgelopen jaar het slechtst gedaan hebben. Er wordt voor gelijke bedragen in deze drie ETF’s geïnvesteerd en zij worden het gehele jaar aangehouden. Op 1 januari wordt verkocht en worden opnieuw de drie slechtste gekozen. Men zou ook de drie beste kunnen nemen, maar dit bleek minder interessant. De resultaten van de SS’s vanaf ultimo 1998 worden berekend op ruim 70% terwijl de Dogs of Dow of een systeem van de drie beste slechts ruim 6% opbrengst gaven. De vergelijkbare SPDR SPY maakte in deze periode circa 3% verlies. De 9 ETF’s zijn: XLB Materials, XLE Energy, XLI Industrial, XLF Financial; XLK Technology, XLP Consumer Staples, XLU Utilities, XLV Health Care en XLY Consumer Discretionary |
Selection Bias | Het wijzigen van de onderliggende regels ten einde te kunnen profiteren van bepaalde geïsoleerde ontwikkelingen. Bij voorbeeld het wijzigen van de indexsamenstelling om bepaalde bestanddelen zwaarder te kunnen laten meewegen. |
Sell-at-the-Market | Verkooporder die uitgevoerd moet worden tegen de geldende marktprijs. |
Sell-Off | De Sell-Off wordt gekenmerkt door vijf achtereenvolgende lagere bars, die tegen het einde van de beweging in omvang toenemen. De vijf tezamen zien er uit als een verticale val en zij zijn duidelijk los gekomen van hun Voortschrijdende Gemiddeldes. In dit patroon zoekt men naar een gelegenheid om long te gaan zodra een Reverse bar verschijnt. Zie ook Power Trend Down. |
Sell-side Analist | Een analist die door het leveren van analyses orders probeert te genereren voor zijn werkgever, bijvoorbeeld als onderdeel van een emissie die door zijn werkgever wordt begeleid. |
Selling Climax | Een dag waarop de verkopers ten opzichte van de kopers veruit in de meerderheid zijn en waardoor de koers een buitengewoon grote beweging omlaag maakt. Vaak wordt deze daling direct daarna gevolgd door een forse stijging. Het signaleert veelal het einde van een dalende markt. |
Selling Power | De slotkoers minus de laagste koers van de dag. |
Semi Open End Fund | Een open end fund met de mogelijkheid van vrije toetreding maar waarbij uittreding en of verhandelbaarheid aan bepaalde beperkingen zijn onderworpen. |
Senior Bonds | De derde tranche van een CDO die uit obligaties bestaat. |
Senior Leverage Ratio | De verhouding tussen de netto lange termijn schuld (exclusief achtergestelde schuld)) en de EBITDA. |
Senior Secured Bonds | Obligaties met onderpand bijvoorbeeld met hypotheek of pandrecht. |
Senior Unsecured Bonds | Obligaties zonder onderpand. |
Senkou Span A | Een vooruitgeschoven voortschrijdend gemiddelde van de (Tenka Sen + Kijun Sen)/2 uit de Ichimoku Chart techniek, meestal berekend over 44 dagen met een verschuiving van 22 dagen vooruit, die tezamen met de Senkou Span B een gebied afbakent, de zogenaamde Kumo (Wolk), waarbinnen de markt min of meer consolideert. |
Senkou Span B | Een vooruitgeschoven voortschrijdend gemiddelde van de (Highest High + Lowest Low)/2 uit de Ichimoku Chart techniek, meestal berekend over 44 dagen met een verschuiving van 22 dagen vooruit, die tezamen met de Senkou Span A een gebied afbakent, de zogenaamde Kumo (Wolk), waarbinnen de markt consolideert. |
Sensex Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de beurs in India. |
Sensitivity | De mate waarin een indicator, bijvoorbeeld een voortschrijdend gemiddelde, verandert ten opzichte van een verandering in de onderliggende data. |
Sentiment | De emotionele gemoedstoestand van de gemiddelde belegger. |
Sentiment indicator | Dit is een indicator die het sentiment op de markt weergeeft, bijvoorbeeld de Call/Put ratio. Meestal worden deze indicatoren gebruikt als contra-indicator. Als het publiek extreem bearish is moet men op zoek gaan naar een bodem. |
Sentiment Zone Oscillator | SZO van Walid Khalil. Het is een contraire indicator, die extreem sentiment meet in een markt of in een aandeel. Hij meet een teveel aan optimisme en een teveel aan pessimisme waardoor de oscillator een leidende rol kan spelen in het zien aankomen van een verandering in het sentiment. Dagen waarop de slotkoers hoger ligt dan op de voorgaande dag worden gemerkt met +1, dagen met dalende slotkoersen krijgen -1. Een Triple Exponential Moving Average van de optelsom van deze waarden wordt gedeeld door het aantal dagen waarop de studie betrekking heeft. Waarden boven 7 worden beschouwd als Overbought en waarden beneden -7 worden beschouwd als Oversold. |
SEPA | Single Euro Payments Area. Dit Europese systeem heeft als doel de betalingen binnen de Eurolanden te standaardiseren. Als gevolg hiervan zullen alle bankrekeningnummers in Nederland (en in de rest van Europa) worden uitgebreid met een aantal letters en cijfers. |
Separate Treasury Interest Principal Securities | of Strip. Losverhandelbare coupon van obligaties (bijvoorbeeld van de Nederlandse Staat). De waarde is gelijk aan de tegen de marktrente contant gemaakte renteuitkering vanaf de datum van uitkering van de coupon naar de datum van waardering. Deze effecten gedragen zich als zero-bonds. |
Separating Lines | Als in een uptrend (downtrend) de markt op hetzelfde niveau opent als de vorige tegengestelde candlestick en daarna hoger (lager) sluit dan is dit een indicatie dat de lopende trend zich doorzet. |
Sequential Technique | van Thomas Demark. Een aftelmethode om de trendomkeer te herkennen. Hij wordt opgedeeld in drie fases: Voorbereiding: voor een koopsignaal kan de telling starten op de dag nadat het slot van de dag groter of gelijk is aan het slot van vier dagen geleden. Fase 1 De set-up: de daarop volgende telling moet aantonen dat op negen opeenvolgende dagen de slotkoers van de markt lager ligt dan die van vier dagen voor de telling start. Fase 2 De Countdown: voor een koopsignaal moet het huidige slot lager zijn dan de laagste koers van twee dagen geleden. Hier kunnen enige dagen tussen zitten. Fase 3 Het Signaal: de Buy-flip betekent dat men instapt als het slot hoger is dan het slot van vier dagen geleden. De Rangeflip betekent dat men instapt als de slotkoers de hoogste is van de laatste drie dagen. De Stoploss wordt gelegd door de laagste low die bereikt werd gedurende de telling. Een exit wordt verkregen door een tegengestelde telling, door een voortschrijdend gemiddelde, Parabolics of door een Fibonacci correctieniveau. |
Service Fee | De kosten die in rekening worden gebracht voor diensten zoals het klaarmaken van het jaarverslag, de vergaderingen van aandeelhouders en dergelijke. |
SET Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de beurs in Thailand. |
Settlement | De prijs waartegen alle openstaande posities worden gewaardeerd of zoals men zegt marked to market. Normaliter is dit de slotkoers. |
Settlement Agent | De organisatie die de transactie tussen een koper en een verkoper verder afwerkt door de effecten over te dragen aan de koper en de betaling te verzorgen aan de verkoper. In de vastgoedwereld zorgt de Settlement Agent voor het overdragen van de interesse van de koper aan de verkoper en voor de overdracht van de eigendomstitel aan de koper. Hij wordt ook wel Closing Agent genoemd. |
Sexy Serveerster Index | In economische zwakkere tijden is het moeilijker voor bijvoorbeeld modellen om werk te vinden. Restaurants en dergelijke die steeds op zoek zijn naar mooie serveersters zullen hen dan graag aannemen. New York Magazine denkt dat zij kunnen bewijzen dat in economisch zwakke tijden de restaurants inderdaad veel meer sexy serveersters hebben. |
SFE | Sydney Futures Exchange. |
SGX | Singapore Exchange. |
Shadow | Schaduw. De dunne lijnen boven en onder het lichaam van een candlestick. De uitersten van deze lijnen zijn de top en de bodem van de betreffende sessie. |
Shadow Banking | Zie schaduwbankieren. |
Shareholder Value | De waarde van de onderneming voor de aandeelhouders. |
Sharia ETF | Een ETF die indices volgt waarin alleen maar bedrijven zijn opgenomen die in hun activiteiten voldoen aan de eisen gesteld door de Sharia. Voorbeelden van uitgesloten bedrijven zijn tabak verwerkende bedrijven, bedrijven die producten met varkensvlees produceren of verhandelen, alcoholhoudende drankbedrijven en dergelijke. |
Sharpe Ratio | Een methode om het rendement te beoordelen gecorrigeerd voor risico. Men doet dit met behulp van de formule E-I/s; waarbij E de verwachte opbrengst is; I het risicovrije interestpercentage en s de standaard-deviatie. |
Shaven Bottom | Een candle zonder schaduw aan de onderzijde. |
Shaven Head | Een candle zonder schaduw aan de bovenzijde. |
SHFE | Shanghai Futures Exchange. |
Shiller PE Ratio | CAPE10 van Robert Shiller. Het is een zogenaamde “Cyclically Adjusted Price Earnings Ratio” (CAPE10) en is een alternatief voor de P/E ratio. Deze werd door Shiller gebruikt om aandelenmarkten te waarderen. In tegenstelling tot de 12 maanden waarop de gebruikelijke P/E ratios worden berekend gebruikt Shiller een voor inflatie aangepast 10-jaars Voortschrijdend Gemiddelde van de S&P 500 winsten. |
Shiller Ratio | CAPE10 van Robert Shiller. Het is een zogenaamde “Cyclically Adjusted Price Earnings Ratio” (CAPE10) en is een alternatief voor de P/E ratio. Deze werd door Shiller gebruikt om aandelenmarkten te waarderen. In tegenstelling tot de 12 maanden waarop de gebruikelijke P/E ratios worden berekend gebruikt Shiller een voor inflatie aangepast 10-jaars Voortschrijdend Gemiddelde van de S&P 500 winsten. |
Shitakage | of Black Lower Shadow. Een zwarte candle van normale of groter dan normale afmeting met een onderste schaduw die tenminste even groot als het lichaam. Het is een bearish candle. |
SHME | Shanghai Metal Exchange. |
Shooting Star | Een witte of zwarte candlestick in een uptrend die hoger ligt dan de voorgaande candlestick en die aan de bovenzijde een zeer lange schaduw heeft, die 2 tot 3 keer zo groot is als het lichaam. Het is een omkeerpatroon. |
Short Covering | Het terugkopen van effecten die men eerder verkocht heeft. |
Short gaan | Het verkopen van effecten die men niet in bezit heeft. Ook de aankoop van Putopties valt onder dit begrip. |
Short Interest | Het aantal aandelen dat short verkocht is maar dat nog niet is teruggekocht. |
Short Interest ratio | Het quotiënt van de short positie gedeeld door het gemiddelde dagelijkse handelsvolume van de maand in kwestie. Een hoge ratio (>1,8) wordt als bullish gezien en een lage ( |
Short signaal | Signaal om een positie à la baisse in te nemen. |
Short Squeeze | Een situatie waarin de vraag het aanbod overtreft. Short sellers kunnen hun shortpositie dan slechts opruimen tegen stijgende prijzen. Zij worden op dat moment zelf mede oorzaak van de koersstijging. |
Short Swing | Men koopt bijvoorbeeld een Call optie en men wacht met het schrijven van een hogere Call, totdat men een betere prijs kan krijgen. Er zijn vele variaties van de Short Swing. |
Short-up regel | De AFM kan een partij dwingen zich uit te spreken of hij wel of niet voornemens is een openbaar bod uit te brengen op alle aandelen. |
Shut-up-periode | Als de AFM aan een partij, die een overname overweegt, een aanwijzing geeft om binnen zes weken het bod publiekelijk te maken (put-up-besluit), dan kan de overnemer besluiten af te zien van het uitbrengen van een bod. Maar dan volgt automatisch een verbod om gedurende zes maanden met een nieuw bod te komen. Deze termijn wordt de shut-up-periode genoemd. |
SIB | Social Impact Bond. Een type obligaties dat op aandelen lijkt, omdat ze in de winst delen en ook het financiële risico lopen. Het is een financiële constructie waarbij maatschappelijke projecten bekostigd worden met privaat geld. |
Side-by-side White Lines | Een niet vaak voorkomend candlestick patroon bestaande uit twee opeenvolgende witte candlesticks met dezelfde opening en waarvan het lichaam ongeveer gelijk is. Als ze in een uptrend hoger openen met een gap is het een bullish continuation patroon. Als ze in een downtrend met een gap lager openen dan is dat een bearish signaal. Men gaat ervan uit dat dit patroon ontstaat door short covering. |
Sifi | Systematically Important Financial Institution. Een door de Europese toezichthouders als systeeminstelling aangemerkte bank. Er zijn Sifi-banken in verschillende categorieën. Naarmate een instelling als belangrijker wordt aangemerkt voor het financiële systeem komt een Sifi-bank hoger op de lijst te staan en moet zij als gevolg daarvan op last van de toezichthouders een groter eigen vermogen aanhouden in relatie tot het balanstotaal. |
Signal Line | De snelste lijn in indicatoren die uit (meestal) twee lijnen bestaan. Bij de MACD is dat het 9-daags EMA. |
Simpele ZigZag | van Jo Granville. Het betreft drie OBV Swings. Een up, een down en een up of omgekeerd. Als een aandeel omhoog gaat na een dalende ZigZag, dan betekent dat kracht. Zie ook Samengestelde ZigZag. |
Single Rule Book | Set van Eenduidige Europese regels, die worden gehanteerd door de ECB voor kapitaaleisen gesteld aan alle grotere Europese banken. |
Sinking Fund | Een fonds dat dient om de aflossingen en interestbetalingen op obligatieleningen te voldoen. |
Sinodependencia Index | van The Economist. In deze index worden de activiteiten in China opgenomen, gewogen naar omzet, van alle fondsen in de S&P500. |
Skew | De opslag (en in geval van negatieve skew de afslag) van de volatiliteit ten opzicht van de at-the-money opties. Zie ook Time Skew en Price Skew. |
Skin-in-the-Game | Een regeling uit Solvency II dat fondsmanagers die CLO’s verkopen, verplicht 5% van het risico voor zichzelf dienen te behouden. |
Skip Strike Butterfly | Broken Wing Butterfly. Het is een variant op de Butterfly Spread waarbij het risico aan een van de twee kanten van de spread is gelegd. Men doet dit door te variëren in de afstand tussen de Uitoefeningsprijzen. |
Skyscraper Indicator | van Andrew Lawrence. De vooravond van een economische terugval wordt gekenmerkt door de bouw van zeer hoge gebouwen. Deze tendens zou ingegeven worden door speculatie en overdreven verwachtingen na een periode van gestage economische groei en een sterke stijging van de vastgoedprijzen. |
Slaper | Aandeel, waarvan de koers zich in een langdurige zijwaartse trend bevindt. |
Slingshot Reversal | Een belangrijk steun- (weerstand-) niveau wordt gebroken maar de doorbraak houdt geen stand en de koers keert terug en breekt opnieuw door het oude steun- (weerstand-) niveau maar nu naar boven (beneden). |
Slippage | Het verschil tussen de signaalkoers en de werkelijke handelsprijs. Veelal ontstaat dit door het verschil tussen de bied en de laatkoers. Onder andere ontstaat het door de marge die de handel voor zich opeist. Ook het tijdseffect speelt een rol. Slippage wordt ook wel de verborgen kosten en Price Deviation genoemd. |
Slow Finance | De stelling dat beleggers beter kunnen investeren in bedrijven uit hun eigen omgeving dan in bedrijven die verder weg gelegen zijn, bijvoorbeeld uit opkomende markten. |
Slow Relative Strength Index | SRSI van Vitali Apirine. Het is een variant op de RSI van Welles Wilder. De formule luidt: SRSI = 100-(100/(1+SRS) waarbij SRS= Average Positieve Difference/Average Negative Difference. |
Slow Stochastics | De %D uit de formule van de Stochastics. Dit is de langzame Stochastics. Een Exponentiëel Voortschrijdend Gemiddelde wordt gelegd over het eerste Exponentiëel Gemiddelde (de Stochastics K). |
SLR | De Senior Leverage Ratio is de verhouding tussen de netto lange termijn schuld exclusief achtergestelde schuld en de EBITDA. |
Sluipstijging | Zeer langzaam voortdurende stijging. |
Sluiten | Een contract dat in eerste instantie was verkocht dan wel gekocht terugkopen c.q. verkopen. |
SLYCS | Short/Long Notes; obligaties waarvan de coupon afhankelijk is van de Yield Curve spread van de 20- en de 2-jaars rente. Zij leggen een long/short strategie vast, zodat ze kunnen profiteren van een groter en kleiner worden van deze spread. Het berekende jaarrendement op de SLYCS sinds september 1994 is 8,30% (vastgesteld in 2008). |
Small Caps | Op grond van hun marktkapitalisatie worden de fondsen onderverdeeld in small caps en large caps. |
Small Firm Effect | Een fundamentele Marktanamolie. Op de lange termijn zouden aandelen van kleine fondsen het beter doen dan aandelen van grote fondsen. |
Smart Bà¨ta ETF | Zij worden ook wel Intelligente ETF’s genoemd. Zij worden samengesteld op basis van fundamentele criteria. In eerste instantie selecteerde men op dividend maar sindsdien zijn er ook andere maatstaven zoals Volatiliteit in zwang gekomen. |
Smart Index | In de Smart Index wordt niet alleen de marktkapitalisatie als onderliggende waarde genomen maar ook management, kosten, transparantie, verantwoord Investeren en dergelijike. Andere criteria kunnen zijn: de hoogte van de TER (laag), de liquiditeit (hoog), organisatie en de structuur van de onderneming. Het zijn in eerste instantie hedgefondsen die zich van dit type indexen bedienen. |
Smart Money Indicator | van Walter Hertler. Voor deze indicator wordt de koers van de DJIA aan het einde van het eerste handels-halfuur na de opening van de beurs, afgetrokken van de close van de voorgaande dag. Dit verschil wordt geteld bij de slotkoers van de betreffende dag. Divergentie van deze indicator met het koerspatroon geeft belangrijke informatie. De gedachte achter deze indicator is dat “smart money moves at the end of the day”. |
Smart-Bà¨ta Beleggen | Een strategie van Towers Watson. Hieronder verstaat men het inrichten van beleggingsportefeuilles met behulp van andere maatstaven dan de gebruikelijke zoals winstmarges, boekwaarde en dergelijke. Men gaat uit van de mate van volatiliteit ten opzichte van de markt en men wil op deze wijze de risico-rendementsverhouding verbeteren. Men zoekt onder anderen naar bepaalde delen van de markt waarin men moet beleggen of die men juist uit moet mijden. Een van de aspecten van Smart-Bà¨ta Beleggen is dat men niet meer uitgaat van marktgewogen indices maar van indices die aan ieder fonds een gelijke waarde toekennen. |
Smartpool | Het orderboek van Euronext waarop beleggers buiten de beurs om aandelen kunnen verhandelen. |
SMFCE | Sibiu Monetary-Financial & Commodities Exchange in Roemenië. |
SMI | Swiss Market Index. Een kapitalisatie gewogen gemiddelde van de 33 grootste en meest liquide Zwitserse aandelen die via het Zwitserse elektronische beurssysteem worden verhandeld. |
Smile | Een term om een grafische voorstelling van de Implied Volatility aan te geven. Het is een dalende lijn die in het begin snel en daarna langzaam stijgt. |
Smirk | Een term om een grafische voorstelling van de Implied Volatility aan te geven. Het is een snel dalende lijn die daarna in een veel langzamer ritme stijgt. |
Smoothed Price Excess Oscillator | van John Navarte. Een 24-daags Voortschrijdend Gemiddelde van de Price Excess Oscillator wordt afgetrokken van een 6-daags Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde. Van het resultaat wordt dan nog een 12-daags Voortschrijdend Gemiddelde gemaakt. |
Smoothing | Mathematische techniek die de extreme waarden uitfiltert zodat de werkelijke trend beter zichtbaar wordt. |
Smoothing Oscillator | Indicator, zoals de MACD, die het doel heeft om de beweging van de gegevens glad te strijken. Zie ook Range Compression Oscillator. |
SMP | Securities Market Program. Het obligatie-opkoopprogramma van de ECB, waarbij geen eisen werden gesteld aan het debiteurland inzake hervormingen en bezuinigingen. Dit programma is inmiddels afgelopen. |
Snake | Een optiespread die bestaat uit een verkochte call die at the money is en een verkochte put welke ver in the money is en twee gekochte puts die ver out of the money zijn. Dit is een bearish constructie die een onbeperkte winst op kan leveren bij een daling van de markt maar die een onbeperkt verlies op kan leveren bij een stijging van de markt. |
Sobon Oscillator | van Thomas Sobon. Hij gaat uit van de speculatieve posities in de markt. Als deze verminderen dan gaan de aandelenmarkten omhoog. Als ze toenemen dan gaan de aandelenmarkten omlaag. |
Social Impact Bond | SIB. Een type obligaties dat op aandelen lijkt, omdat ze in de winst delen en ook het financiële risico lopen. Het is een financiële constructie waarbij maatschappelijke projecten bekostigd worden met privaat geld. |
Social Trading | Een systeem waarbij men bij een broker kan volgen wat collega-handelaren doen. Men kan daarbij zijn eigen rekening koppelen aan die van de collega en alles doen wat de collega doet. |
SOES | Small Order Execution System. Een gecomputeriseerd systeem van de Nasdaq voor onmiddellijke elektronische afhandeling voor orders van 1000 aandelen of meer. |
SOFIX | Een representatieve index van de effectenmarkt in Bulgarije. |
Soft Commodities | Ook bekend als Food and Fiber. Het zijn koffie, suiker, cacao, katoen, en sinaasappelsap. Zij worden vooral verhandeld op de NYBOT. |
Soft Currency | Een valuta waarvan de waarde gemakkelijk kan dalen en die minder gemakkelijk is om te zetten in harde valuta’s. |
Sol-Violette | Franse regionale munteenheid uit Toulouse. Zie ook Gelre. |
Solvabiliteit | Maatstaf voor de financiële soliditeit van de onderneming. |
Solvabiliteitsratio | Eigen vermogen gedeeld door vreemd vermogen. |
Solvency | Het Europese stelsel van kapitaaleisen voor verzekeraars. Het principe dat Europa gaat aanhouden is een marktconsistente waardering. |
Solvency II | De nieuwe regels voor de Verzekeringsbranche in de EU die in moeten gaan op 1 janauri 2013. Solvency II gaat vooral uit van economische principes voor de waardering van bezittingen en schulden. Maar het is ook een systeem dat uitgaat van risico’s die gewaardeerd zullen worden op consistente basis. Uit deze waardering moeten kapitaaleisen voortvloeien. |
Sortino Ratio | Een variant op de Sharpe Ratio van Brian M. Rom die de, voor het risico aangepaste, opbrengst meet van een investering of van een portefeuille. Formule: SR =(R-T)/DR waarbij R = opbrengst; T = de vereiste opbrengst; DR = downside risk. |
Sovereign Default | Het bankroet van een land. |
Sovereign Vulnerability Index | SVI van Shahim Kamalodin. Deze index rangschikt staten in een orde van meest kwetsbare tot minst kwetsbare. Hij doet dit op basis van een achttal factoren, waaronder noodzakelijke bezuinigingen, betaalbaar-heid van de staatsschuld, herfinancieringsbehoefte, afhankelijkheid van buitenlandse geldschieters en corruptie. |
SOX | Philadelphia Semiconductor Index. |
SP | Special Products. Effecten die ontstaan uit derivatenconstructies die door banken worden ontwikkeld en uitgegeven als product bijvoorbeeld Speeders of Turbos. |
Spaarbrieven | Een vorm van obligaties waarbij de rente niet periodiek wordt uitbetaald maar wordt opgeteld bij de uit te keren hoofdsom. |
Spaarvarkentaks | Een belasting over spaargeld. Deze is bedoeld om excessieve besparingen tegen te gaan door sparen duurder te maken. De hoop is dan dat de spaarder het geld gaat consumeren of investeren in de economie. |
SPAC | Special Purpose Acquisition Company. Het betreft een vennootschap zonder verleden die via beursnotering een goede kaspositie probeert te bereiken waarna de middelen gebruikt worden voor een (vriendschappelijke) overname van een niet-beursgenoteerd bedrijf, dat hier-mede beursnotering verkrijgt. |
SPDR | Standard & Poor’s Depositary Receipts. Ze worden ook wel Spiders genoemd. Zij bevatten een bepaald eigendomsrecht op de koers-beweging van de S&P500 en worden in Amerika verhandeld als gewone aandelen. Het zijn trackers. |
Special Drawing Rights | SDR. Een synthetische munt van het IMF, gebaseerd op een mandje valuta en bedoeld als reservevaluta. Alle aan het IMF deelnemende landen krijgen een aantal SDR’s toegewezen die zij kunnen gebruiken om krediet te verkrijgen ter ondersteuning van de betalingsbalans. |
Special K | van Martin Pring. De korte termijn KST wordt samengevoegd met die van de middellange en de lange termijn. Pring concipieert hiermede een indicator die de Trend van 9 tot 24 maanden goed moet aangegeven. Hij krijgt korte termijn aan- en verkoopsignalen en de omkeer van de primary trend wordt op tijd aangegeven. |
Special Purpose Vehicle | SPV. Vennootschap opgericht uitsluitend met het doel om een bepaalde faciliteit aan een beleggingsproduct te bieden, zoals bijvoorbeeld het houden van een portefeuille van obligaties en waarvan de opbrengsten aan het beleggingsproduct ten goede komen. |
Speculator-owned Life Insurance | Stoli. STranger-Owned Life Insurance. Een levensverzekering die gesloten wordt met het specifieke doel om deze later door te verkopen aan investeerders. Men noemt deze vorm van Life Settlements ook wel Speculator-owned Life Insurance. |
Speed | Het verschil tussen de koers van vandaag en die van gisteren. Aangenomen wordt dat een stijgende speed een voorwaarde moet zijn binnen tradingsystems. |
Speed and Resistance Lines | Edson Gould ontwikkelde het concept. Het zijn trendlijnen die in de chart kunnen worden ingetekend als er een bodem en een intermediate top herkenbaar zijn. Meerdere lijnen worden getrokken vanuit de bodem en op een afstand van een-derde en twee-derde van de eerste lijn. Vaak worden Fibonacci getallen gebruikt voor het bepalen van de afstand tussen de lijnen. Volgens de theorie zal een reactie steun of weerstand vinden op de een-derde lijn en mocht deze gebroken worden dan zal de twee-derde lijn als zodanig fungeren. Pas wanneer ook die lijn gebroken wordt is sprake van een trendomkeer. |
Speeder | Uitgegeven door de Commerzbank en City Group. De Speeder is een andere naam voor Turbo. Vergelijkbare producten zijn ook Mini-future Calls, Best Speeders ook genoemd Limited Speeders en Quanto Speeders. |
Spider | of SPDRS. Standard & Poor’s Depositary Receipts. Zij bevatten een bepaald eigendomsrecht op de koers-beweging van de S&P500 en worden in Amerika verhandeld als gewone aandelen. Het zijn trackers. |
Spike | Een top in de vorm van een omgekeerde V. Het betekent ook een scherpe stijging van de prijs op een en dezelfde dag. Deze stijging kan gaan van 15 tot 30 % van de waarde. |
Spike Bottom | Een spitse, V-vormige bodem, die ook wel Adam Bottom wordt genoemd. Het is een bullish patroon. Een onmiddellijk op de spike volgend candlestick patroon geeft meestal de bevestiging. |
Spinning Top | Een candle met een klein lichaam en met schaduwen aan beide zijden die langer dan het lichaam zijn. Zij geven besluiteloosheid van de markt aan, zeker in een consoliderende markt. |
Spiral Calender | van Christopher Carolan. Hij bevat 29,5306 dagen. Carolan stelde vast dat grote draaipunten in de financiële markten aan elkaar gerelateerd zijn. Deze draaipunten zijn te voorspellen wanneer het optreden van maancycli in bepaalde Fibonacci verhoudingen tot elkaar staan. Zo stelde hij vast dat de 1929 crash en de 1987 crash 717 maancycli van elkaar verwijderd waren en dat 717 ook de vierkantswortel is uit het 29ste getal van de Fibonacci-reeks. |
Split-up | Het verkleinen van de nominale coupure van een aandeel om de verhandelbaarheid te vergroten. |
Splitsing | Het verkleinen van de nominale coupure van een aandeel om de verhandelbaarheid te vergroten. |
Spoofing | Men legt orders in en annuleert ze teneinde andere deelnemers in de markt te misleiden inzake de richting die de markt neemt. |
Sports Illustrated Swimsuit Index | Als het model op de omslag van het tijdschrift de Sports Illustrated van Amerikaanse afkomst is en een badpak draagt, dan is dat gunstig voor de aandelenmarkten. |
Spot Month | De lopende contract maand. |
Spot Next | Een term uit de valuta handel. Levering vindt plaats één dag na de in het contract genoemde datum (de spotdatum). Een Spot Next Week wordt geleverd een week later. De prijs wordt aangepast voor de uitgestelde leverdatum. |
Spot Price | De prijs waarvoor een commodity verhandeld wordt op een bepaalde tijd en op een bepaalde plaats. |
Spotlight Opties | 1- tot 3-maands opties op kleine en middelgrote beursfondsen. |
Spraddle | Een constructie waarbij een Out-of-the-money Call en Put worden verkocht. Het is een variant op de Straddle, die minder risico met zich brengt. |
Spread | Optieconstructie waarbij opties gekocht en verkocht worden op dezelfde onderliggende waarde maar ieder met verschillende uitoefenprijzen en mogelijkerwijze verschillende looptijden. |
Spread Roll | Het gebruik van een spread om het sluiten van een positie en het openen van een andere te overbruggen. |
Spreadbettor | Een handelsplatform waar kan worden ingezet op koersbewegingen op grond van vooraf opgezette hypothetische spreads. |
Spreadtrading | Het gebruik maken van de verschillen tussen twee markten, groepen, indices of individuele financiële producten. De term spreadtrading wordt vooral gebruikt in future- en valutamarkten. Zie ook pairtrading. |
Spring | Een valse break-out naar beneden, waarna de prijzen omhoog schieten. |
Spring Switch | De ratio tussen langlopende en kortlopende Treasuries. Een stijgende waarde wijst op het aantrekken van de economische groei of op toenemende inflatie. |
Sprinkhanenfondsen | Fondsen die bedrijven opkopen met het doel daarmede op korte termijn winst te maken. Zij hebben geen binding met het bedrijf en delen het bedrijf vaak op in stukken die men ieder op zich weer tracht te verkopen. |
SPS | Secondary Primary Swing. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is de eerste Swing in een serie van drie. |
SPV | Special Purpose Vehicle. Vennootschap opgericht uitsluitend met het doel om een bepaalde faciliteit aan een beleggingsproduct te bieden, zoals bijvoorbeeld het houden van een portefeuille van obligaties en waarvan de opbrengsten aan het beleggingsproduct ten goede komen. |
SPX | Standard & Poor’s 500 Index. |
Spy | Afkorting voor Spider of SPDRS. |
Squeeze | Een begrip uit de Bollinger band theorie. Het is het punt waar de beide banden, vergeleken met de waarden van de afgelopen 6 maanden, het dichtst bij elkaar liggen. |
SRM | Sector Rotation Model van Giorgos E. Siligardos. Er worden acht sectoren onderscheiden. Dit zijn: 1. Financials, 2. Consumer discretionary, 3. Industrials, 4. Raw materials, 5. Energy, 6. Consuner staples, 7. Health care, 8. Utilities. De nummers 1 en 2 zijn leidend in het begin van de Bull markt. 3 neemt de leiding over in het midden van de trend, 4 en 5 zijn leidend tijdens de topvorming. 6, 7, en 8 zijn de beste aandelen tijdens de Bear markt. Een indicator wordt gemaakt door een procentuele ROC te nemen van de nummers 1 en 2 minus de procentuele ROC van 6, 7 en 8. De ROC wordt gemeten over een periode van 3 maanden. Formule: SRM = BullsectorsROC – BearsectorsROC; Siligardos stelt dat deze indicator vooruit loopt op de markt. |
SRSI | Slow Relative Strength Index van Vitali Apirine. Het is een variant op de RSI van Welles Wilder. De formule luidt: SRSI = 100-(100/(1+SRS) waarbij SRS= Average Positieve Difference/Average Negative Difference. |
SS | Secondary Swing. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Het is de tweede Swing in een serie van drie. |
SSA | Singular Spectrum Analysis. Een mathematische methode om meer informatie uit time-series te halen zodat een betere basis ontstaat om voorspellende modellen te ontwikkelen. Koerswaarden worden afgebroken en opnieuw opgebouwd in matrices, waarmee men wil bereiken dat men bijvoorbeeld ruis en trend kan onderkennen. |
ST Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de beurs in Singapore. |
Staartrisico | Een kleine kans dat er iets gebeurt. In de statistiek noemt men dit de kans dat een evenement valt buiten de een en twee sigma (standaarddeviatie) grenzen. |
Stagflatie | Een combinatie van een hoge inflatie en een stagnerende economie. |
Stags | Speculanten die in en uit de markt stappen. Zij houden hun posities slechts korte tijd aan en zijn uit op snel winstmaken en wegwezen. |
Stalled pattern | Een candlestick patroon waarbij een klein wit lichaam sluit op de top of daarboven van een groot wit voorafgaand lichaam. Soms is er ook nog een klein wit lichaam dat aan het grote voorafgaat. Het is een indicatie dat de markt een voorlopige top heeft bereikt. Ook wel aangeduid met Deliberation. |
Stamrecht BV | Een besloten vennootschap waarin men ontslagvergoedingen of andere inkomensvervangende besparingen onderbrengt teneinde de belastingheffing over de ontvangen som uit te stellen. Men is vrij om binnen de vennootschap het geld te beleggen. Sommige vermogensbeheerders, zoals Vladeracken Vermogensbeheer, hebben een speciaal programma om stamrechtgelden met een relatief laag risico te beleggen. |
Standaard Deviatie | SD. Een maat uit de statistiek bedoeld om de maximale afwijkingen in een reeks getallen te bepalen ten opzichte van het gemiddelde van deze getallen waarbinnen zich 90% van alle getallen uit de reeks bevinden. De Standaard Deviatie wordt berekend als de som van de gemiddelde kwadraten van de afwijkingen: Sd = Σn = ((M-K)2)n waarbij Sd = de Standaard Deviatie; M = Het gemiddelde van alle waarden; K = De afzonderlijke waarden; n = Het aantal afzonderlijke waarden. |
Standard & Poor's 500 Index | Een marktkapitalisatiegewogen gemiddelde van de 500 meest verhandelde en grootste aandelen van de Amerikaanse beurs. Deze index wordt genoteerd op de CME. |
Standard and Poor | Amerikaans rating bureau. Zie ook Rating. |
Standard Error Bands | Een handelstechniek gebaseerd op bandbreedtes ontworpen door Jon Andersen. Hij gaat uit van de Lineaire Regressie en gebruikt een Voortschrijdend Gemiddelde van de Standaardafwijking. |
Standard Time Span | George Lindsay stelde dat alle Advances en Declines samenvallen in clusters met gelijke lengte. Hij noemde deze clusters Standard Time Spans. Lindsay slaagde erin deze Time Spans te identificeren en te categoriseren. |
Stapelen | Het uitbreiden van de ingenomen positie naarmate de koers zich in de gewenste richting beweegt. |
Staples | Non-cyclische consumentengoederen. |
Star | Een candlestick met een klein lichaam dat op duidelijke afstand van de voorgaande candlestick ligt. Het is een waarschuwing voor een mogelijke verandering in de richting van de koerson-twikkeling. In een downtrend ook wel Raindrop genoemd. |
Starc Bands | Stoller Average Range Channels. Manning Stollar ontwikkelde deze techniek. In weze kom het erop neer dat hij de Average True Range neemt in plaats van de standaarddeviatie die Bollnger gebruikte. Formules: Upper Starc band = SMA + Factor*ATR; Lower Starc band = SMA – Factor*ATR waarbij SMA = Eenvoudig Voortschrijdend Gemiddelde van de Slotkoersen; ATR = Average True range. |
Start of the Trend | B.C. Low gebruikt hiervoor de ADX en de DMI van Welles Wilder. De ADX wordt afgezet met parameters 3, 4 en 5. De referentieniveaus zijn 30 en 70. Toppen/dalen, waarbij de drie periodes convergeren, vormen signalen, die meestal zullen optreden op een intermediair niveau. Maar clusters boven of onder de referentielijnen kondigen retracements van de voorgaande trend aan. De DMI krijgt parameters van 5, 8 en 14 en referentieniveaus van 10 en 50. Een cluster van 3 maal +DI onder het referentieniveau dat omhoog draait duidt erop dat een begin van een nieuwe trend omhoog is ingezet. Een cluster van 3 maal -DI boven het referentieniveau dat omlaag draait duidt erop dat het begin van een nieuwe trend omlaag is ingezet. Combinaties van clusters van AD en DMI, die samen vallen, duiden op een sterke top/bodem en dus op sterke tegengestelde reacties. |
STC | Schaff Trend Cycle Indicator ontworpen door Doug Schaff. Het is een combinatie van een trendindicator, in dit geval de MACD, en een Cyclusoscillator, de iTC Period. De STC oscilleert tussen nul en honderd. |
Stellage | Een affaire waarbij de koper op een vastgestelde termijn bepaalde aandelen naar zijn keuze en tegen een vastgestelde koers kan kopen of een gelijk aantal effecten kan verkopen, steeds met de verplichting om een van beide te doen opvragen of aanzeggen. |
Step Patroon | Een Candle Patroon van Sylvain Vervoort. Men vindt het op punten waarop de markt draait. Vervoort onderscheidt een Upstep en een Downstep patroon. Het Step Patroon valt vaak samen met een ander Candle patroon zoals bijvoorbeeld de Hammers of de Hanging Man, de Morning of de Evening Star en dergelijke. |
Step Up | Een instrument waarmede gepoogd wordt aan beleggers een hoger rendement te bieden op hun liquide middelen, door gebruik te maken van het verschil in wisselkoers dollar en euro. Stel de wisselkoers beweegt zich in de volgende drie maanden tussen 1,044 en 1,106 bij een huidige koers van $1,07 voor €1, dan ontvangt men 7% op jaarbasis. Wanneer de wisselkoers buiten deze grenzen stijgt of daalt dan is het rentepercentage 0,25. Er zijn vele varianten zoals de Digital Touch, de No Touch of de Tower Deposit. |
Step-up Fixed-floating Perpetual Capital Security | Een achtergestelde, eeuwigdurende obligatielening waarvan de rente in eerste instantie vast is maar die na het behalen van een vastgelegde datum variabel wordt. De variabele rente wordt vastgesteld op basis van een bepaalde marktrente (bijvoorbeeld Euribor) waaraan een vaste opslag wordt toegevoegd (de Step-up). |
Sterfhuisconstructie | De opdeling van een bedrijf in moeilijkheden in een gezond en een ongezond deel. |
Sterftekans | Het percentage mensen per leeftijdscategorie dat de volgende verjaardag niet meer haalt. |
Steriliseren | De Centrale Bank verlengt haar balans door bijvoorbeeld staatsobligaties te kopen maar daartegenover probeert zij geld uit de markt te nemen zodat per saldo de geldhoeveelheid niet stijgt. |
Sterling Ratio Methode | Een maatstaf voor de verhouding Risico/Opbrengst. Formule: T(%) / AM(%)+ 10% waarbij T de driejaars gemiddelde opbrengst is en waarbij AM de driejaars gemiddelde maximum drawdown is. |
Sterntaler | De lokale geldeenheid van het gebied rond Berchtesgaden. |
Steun | Koersniveau waarboven koersen de neiging hebben om na een daling te stabiliseren. |
StFd | Stichting Financiële Dienstverlening, een stichting die in het leven is geroepen om de implementatie van de Wfd en het daarbij behorende vergunningenstelsel te faciliteren. |
Stierenval | Een situatie waarbij de beleggers die long zijn gegaan, na een uitbraak omhoog, verrast worden door een plotseling dalende markt. |
Stille reserves | Reserves die ontstaan door activa ver onder hun werkelijke waarde te waarderen. |
Stochastics | van George Lane. De formule is gebaseerd op het gegeven dat wanneer koersen stijgen de slotkoers de neiging heeft om dichter bij de hoogste koers van de dag te komen terwijl in dalende trends de slotkoers de neiging heeft om dichter bij de laagste koers van de dag te komen. Er worden twee lijnen getekend de %K en de %D die elkaar moeten kruisen. De formule luidt: %K = 100*[(Slotkoers – L5) / (H5 – L5)]; %D = 100*(H3 / L3) waarbij L5 = Lowest Low van de laatste vijf dagen; H5 = Highest High van de laaste vijf dagen. Men gebruikt een Slowed Stochastics en een Fast Stochastics. De Slowed Stochastics is in tegenstelling tot de Fast Stochastics verzacht door het gebruik van een voortschrijdend gemiddelde. |
Stochastics D | De %D uit de formule van de Stochastics. Dit is de langzame Stochastics. Een Exponentiëel Voortschrijdend Gemiddelde wordt gelegd over het eerste Exponentiëel Gemiddelde (de Stochastics K). |
Stochastics K | Dit is de %K uit de formule van de Stochastics. Dit is het eerste Exponentieël Voortschrijdend Gemiddelde van de Stochastics. Dit gemiddelde wordt de Fast Stochastics genoemd. |
Stochastics RSI | StochRSI. Dit type Momentum wordt wel gezien als het beste om overbought en oversold situaties te identificeren. De definitie luidt: StochRSI = (RSIt – RSIl)/(RSIh – RSIl) waarbij RSIt = de RSI van vandaag; RSIl = de RSI van de Low; RSIh = de RSI van de High. |
Stock Dividend | Een uitkering van dividend in (fracties van) aandelen. |
Stock Index Future | Een future contract dat een index als onderliggende waarde heeft. |
Stock Ratio | van Larry Williams. Het aantal stijgende aandelen wordt gedeeld door het aantal dalende aandelen. |
Stock-to-Flow Ratio | Hierover spreekt men als men de bestaande hoeveelheid van een bepaald item wil relateren aan de hoeveelheid welke beschikbaar komt per tijdseenheid. Bijvoorbeeld als men de volledige goudvoorraad in de wereld wil relateren aan de jaarlijkse productie van goud. |
STOLI | STranger-Owned Life Insurance. Een levensverzekering die gesloten wordt met het specifieke doel om deze later door te verkopen aan investeerders. Men noemt deze vorm van Life Settlements ook wel Speculator-owned Life Insurance. |
Stop and Reverse | SAR ook wel Reversal Stop genoemd. Een stop die wanneer hij geraakt wordt, gevolgd moet worden door het aangaan van een positie in de omgekeerde richting. |
Stoploss order | Order tot verkoop als de koers van een aandeel of obligatie onder of boven een bepaalde limiet komt. |
Stops | Orders die worden geplaatst onder bepaalde voorwaarden met betrekking tot de prijs van de koop of de verkoop. |
Straddle | Optie constructie waarbij een Call en een Put verkocht worden op dezelfde onderliggende waarde met dezelfde uitoefenprijs en (vaak) dezelfde uitoefendatum. |
Strafbankje | Een speciale afdeling van Euronext in Amsterdam waar aandelen verhandeld kunnen worden waarvan de officiële notering door het bestuur van Euronext geschorst is omdat er bepaalde, meestal financiële, problemen met het desbetreffende bedrijf zijn. |
Straits Times Index | Een gemiddelde van de meest verhandelde en grootste aandelen van de beurs in Singapore. |
Strange Attractor | Een begrip uit de Chaos theorie. Het is een punt of een curve in een stelsel van conflicterende krachten. |
Strangle | Een optieconstructie waarbij een Out-of-the-money Call en Put worden verkocht of gekocht. De Uitoefendata zijn gelijk maar de Uitoefen-prijzen zijn verschillend. |
Strap | Optieconstructie waarbij twee Calls en een Put worden gekocht. Alles met dezelfde onderliggende waarde en dezelfde uitoefen-prijs. |
Strategie | Quis est tam dissimile homini. Cur id non ita fit? Tum Triarius: Posthac quidem, inquit, audacius. Ut proverbia non nulla veriora sint quam vestra dogmata |
Stress Indicator | In zijn methode van Pair Trading, waarbij hij long gaat in aandelen en short in de SPY, gebruikt Perry Kaufman een Stress Indicator. Het is een Stochastic Indicator, die hij driemaal gebruikt. Eenmaal toegepast op aandelen, eenmaal op de Index en eenmaal op het verschil in beide Stochastics. Hij gebruikt voor de laatste de drempels van 90 en 10 om oversold en overbought aan te geven. Het gekochte aandeel is overbought (relatief ten opzichte van de index) boven 90 en oversold onder 10. |
Stress Test | Weerbaarheidstest voor banken in de Europese Unie. De test is tweemaal uitgevoerd in de periode 2011 – 2014. |
Stressmeters | Onder dit begrip vallen de TED Spread, de VIX en het verschil tussen de opbrengst van triple A bedrijfsleningen en van de 10-jarige Amerikaanse staatsobligaties. Hoe hoger deze indicatoren zijn hoe groter het wantrouwen is in de markt tussen de verschillende participanten. |
Strike Price | of Uitoefenprijs. De prijs waartegen een optie kan worden ingewisseld. |
Strip | Optieconstructie waarbij twee Puts en een Call worden gekocht. Alles met dezelfde onderliggende waarde en dezelfde uitoefen-prijs. |
Structured Product | Combinaties van verschillende beleggingsvormen zoals indexen, obli-gaties, mantels, opties, renteswaps, vreemde valuta en dergelijke. Vaak gaan ze gepaard met een of andere vorm van garantie. Ze zijn beperkt in looptijd. Voorbeelden zijn Robeco Emerging Mix Note, Rabo Performance Clicker. Op de website van Vladeracken b.v. kan men een niet-uitputtende verklarende lijst van een reeks specifieke gestructureerde producten vinden. |
Stub Equity | Bij een al of niet vijandig bod op de aandelen van een bedrijf mogen bepaalde aandeelhouders een min of meer klein pakket aandelen behouden. |
Stuwadoor | Bedrijf dat ladingen in- of uit schepen laadt. |
Subindicator | Dit type indicator wordt berekend vanuit de Primary Indicator. Bijvoorbeeld men berekent een Lineaire Regressielijn uit de RSI of een ROC van de Volumegegevens. De Subindicator laat op duidelijker wijze de veranderingen zien in de Primary Indicator en is vaak een Leading Indicator. |
Subprime | Een segment van de Amerikaanse hypotheekmarkt. Het betreft hypotheekleningen die verstrekt zijn aan (zeer) risicovolle hypotheeknemers. |
Subprime Hypotheek | Een hypotheek die vooral populair is in de Verenigde Staten. Hij geldt voor hypotheeknemers met een laag inkomen en start met een lage interestvoet die na een aantal jaren fors kan stijgen. |
Suckers Rally | De periode vlak voor een majeure daling tijdens welke de laatste beleggers eindelijk aandelen durven te kopen. |
Suezmax | Tanker met een laadvermogen van 120.000 tot 200.000 dwt. |
Sukuk Bond | Ookwel Sakk Bond (enkelvoud). Een investeringsinstrument onder de Islamitische wetgeving, vergelijkbaar met obligaties waarop geen interest uitbetaald wordt. De leninggever participeert in de opbrengst van de onderliggende investering. Zie ook Zero Bond. |
Summation Index | Het totaal van de dagelijkse waarden van de McCLellan Index. |
Super Bowl Theorie | Robert H. Stovall stelde dat een jaar met hogere koersen zal worden afgesloten als een vertegenwoordiger van de National Football League de Super Bowl aan het begin van het jaar wint. Als een lid van de Amerikaanse Football league wint wordt het jaar met lagere koersen afgesloten. In de 20 jaar voorafgaande aan deze stelling van Stovall klopte dit één maal niet. |
Super Broodfonds | Een samenwerkingsverband van meerdere Broodfondsen. |
Super Model | van Martin Zweig. 1. Als de rentevoet wordt verhoogd (verlaagd) geeft dit een verkoop- (koop)signaal; 2. Als het consumentenkrediet in het afgelopen jaar met minder (meer) dan 9% gestegen is dan geeeft dit een koop- (verkoop)signaal; 3. Als 90% van het Volume van de New York Stock Exchange is veroorzaakt door stijgende aandelen (aandelen die gelijk blijven niet meegerekend) dan is dit een koopsignaal; 4. Als het aantal aandelen met een stijgende koers gedurende tien consecutieve dagen tweemaal zo groot is dan het aantal aandelen met een dalende koers dan is dat een koopsignaal; 5. Volg steeds als trigger de 4% regel van Ned Davis. |
Super Seven | Een lange termijn indicator van het marktsentiment van Joe Duharte. Dit systeem bestaat uit zeven afzonderlijke indicatoren, die ieder op zich volgens hun eigen regels een aan- of verkoopsignaal kunnen geven. Ieder koopsignaal krijgt 2 punten toebedeeld en ieder verkoopsignaal krijgt 0 punten. Als de som van alle indicatoren gelijk is aan 10 of meer dan geeft het systeem een koopsignaal en wanneer de som 4 of lager is dan is er sprake van een verkoopsignaal. De zeven indicatoren zijn: 1. Het 13-weeks voortschrijdend gemiddelde van de Investor’s Intelligence Bulls/Bulls+Bears Ratio uit Investor’s Intelligence; 2. De Put/Call Ratio uit de Psychological Market Indicators section of Investor’s Business Daily; 3. Het 4-weeks voortschrijdend gemiddelde van de Barron’s Bullish Ads; 4. Market Vane’s Bullish Consensus as reported in Barron’s for Stock index futures; 5. Bonds; 6. Eurodollars; 7. De S&P500 en zijn 20-daags |
Super Stocks | van Kenneth L. Fischer. Een fundamenteel selectiemodel dat gebaseerd is op de Price to Sales Ratio en later ook op de Price to Research Ratio. Indien de PSR kleiner is dan 0,75 koopt Fischer en hij verkoopt wanneer deze 3 is of voor investeerders die meer risico zoeken wanneer deze 6 is. Voor bedrijven die sterk researchgericht zijn geldt een koopsignaal wanneer de PRR ratio 5 tot 10 is en een verkoopsignaal presenteert zich als deze ratio de 15 doorschrijdt. Aanvullende regels zijn: 1. De ratio schuld/equity < 0,40, tenzij het een bank of een verzekeraar geldt; 2. De langetermijn winstgroei >15%. De winst wordt voor inflatie gecorrigeerd; 3. De liquididteitspositie is voldoende voor 3 jaar; 4. De nettowinstmarge over de afgelopen drie jaar > 5%. |
Supply and Demand Lines | van Thomas Demark. Een stelsel van regels om het trekken van trendlijnen objectiever te maken. Demark gaat uit van Pivots met een gelijk aantal Lower Highs (Higher Lows) aan weerszijde. Een Level One Pivot Point heeft zo een Lower High (Higher Low) voor en na zich. Trendlijnen worden getrokken tussen twee Pivotpoints met gelijke waarde en hun belangrijkheid wordt bepaald door hun Level. |
Support and Resistance Lines | Horizontale lijnen welke getrokken worden in de chart op prijsniveaus waar een verhoogde vraag verhoogd aanbod zal uitlokken of waar een verhoogd aanbod extra vraag zal uitlokken. Deze niveaus worden bepaald uitgaande van in het verleden gevormde niveaus, door het Fibonacci verhoudingsgetal, door chartpatronen of door vaste afstanden zoals de Gann squares. |
Surprise Index | van Citigroup. Ook wel Verrassingsindex genoemd. Het is een index die bestaat uit de metingen van de verwachtingen over de werkelijke economische data. Men neemt de standaard deviaties ten opzichte van gewogen waarden uit het verleden. Positieve uitslagen van de index duiden erop dat de werkelijkheid de verwachtingen overtreft en omgekeerd.De metingen geschieden op een breed scala van data, zoals bijvoorbeeld het bruto binnenlands product, de banengroei, de werkgelegenheid, retail sales, housing starts, Philly Index en vele andere. Boven 50 indiceert de index een economische terugval en onder 50 kondigt hij een stijging aan. De Surprise Index werd ontwikkeld op basis van de koersen van de S&P500 Index. |
Surseance van Betaling | Bedrijven in Nederland die aan de rand van een faillissement staan kunnen opteren voor een Surseance van Betaling. Onder deze regeling kunnen zij afspraken maken met hun schuldeisers zonder daadwerkelijk door hen in faillissement te kunnen worden gesteld. In Amerika wordt een soortgelijke regeling gehanteerd onder de naam “Chapter 11”. |
Survivorship Bias | Fondsen die failliet zijn gegaan worden niet opgenomen. Een studie die voorbijgaat aan niet-meer-genoteerde ondernemingen infleert de resultaten. |
Sushi Bond | Eurobond uitgegeven door een Japans bedrijf. |
SVAPO | Short-term Volume and Price Oscillator van Sylvain Vervoort. Deze Oscillator brengt prijs en hoeveelheid samen en geeft meer betrouwbare signalen dan ieder van de samenstellende delen. |
SVI | Sovereign Vulnerability Index van Shahim Kamalodin. Deze index rangschikt staten in een orde van meest kwetsbare tot minst kwetsbare. Hij doet dit op basis van een achttal factoren, waaronder noodzakelijke bezuinigingen, betaalbaar-heid van de staatsschuld, herfinancieringsbehoefte, afhankelijkheid van buitenlandse geldschieters en corruptie. |
Swami Charts | van John Ehlers. Zij zijn bedoeld om de Relatieve Sterkte tussen aandelen, aandelen en indexen of sectoren onderling in kleur weer te geven. Men bepaalt de periode en men zet deze af op de vertikale as. Als het referentie aandeel relatief stijgt wordt de grafiek bijvoorbeeld groen gekleurd en wanneer het aandeel daalt wordt de grafiek rood. |
Swap | Een contract tussen twee partijen om twee stromen cashflow uit te wisselen. Hoe deze twee stromen gedefinieerd worden is irrelevant, het enige dat telt is dat zij op het startpunt aan elkaar gelijk zijn. De waarde van een Swap is op het startpunt dus altijd nul. Het voordeel van de Swap is dat het karakter van een bepaald eigendom veranderd kan worden zonder dat men afstand doet van dit eigendom. |
Swap Option | Een optie op een Swap. Een Swap Option geeft het recht om een compenserende Swap op te zetten op het moment dat de onderliggende Swap wordt uitgeoefend. |
Swap-spread | Het verschil in waarde (bijvoorbeeld de renteopbrengst) tussen de twee onderliggende grootheden van een swap. |
Swaprente | De 10-jarige EU Swaprente is de rente die vooral financiële instellingen elkaar onderling in de Euro-markt in rekening brengen. Hij ligt historisch gezien 0,1% tot 0,2% boven het rendement op staatsleningen met een looptijd van 10 jaar maar wijkt hier geregeld (sterk) van af. |
Swaption | Het is een optie, die het recht geeft om een Swap op de onderliggende waarde op te zetten. Alhoewel alle Swaps hier in principe voor in aanmerking komen, wordt de Swaption vooral gebruikt bij renteswaps. De Swaption is echter geen lineair instrument. De mate van afdekking verandert als de rente beweegt. Pas bij een grote rentedaling gaat de Swaption zich hetzelfde gedragen als de Swap. Bij kleinere rentedaling blijft de dekking van de Swaption achter. Er zijn twee vormen: de Payer Swaption en de Receiver Swaption. |
Swift | Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunication. Het is een in het Belgische la Hulpe gevestigde coöperatieve organisatie die het mogelijk maakt dat financiële instituten over informatie kunnen beschikken voor de afwikkeling van financiële transacties op een gestandaardiseerde en veilige wijze. Elke bank kent een door deze organisatie met dit doel toegekende Swift-code. |
Swing chart | Een chart waarop met behulp van rechte lijnen extreme prijzen met elkaar verbonden worden teneinde het ritme van de trend beter te kunnen zien. |
Swing Index | van J. Welles Wilder. Het is een mathematisch voorstelling van de handelsactiviteit van de laatste twee dagen zoals geïdentificeerd kan worden uit een aantal representatieve gegevens van up en down dagen en waaraan Wilder een bijbehorend gewicht gaf. De waarden van de Swing index variëren tussen +100 en -100. |
Swing Point High | SPHG. Een zesde consecutieve dag van Higher Highs kwalificeert de eerste van de reeks van zes dagen als een Swing Point High. De combinatie van een Swing Point Low en een Swing Point High identificeert een bullish trend. |
Swing Point Low | SPL. Een zesde consecutieve dag van Lower Lows kwalificeert de eerste van de reeks van zes dagen als een Swing Point Low. De combinatie van een Swing Pont High en een Swing Point Low identificeert een bearish trend. |
Swing Pricing | Teneinde te voorkomen dat aandeelhouders in beleggingsfondsen voor hoge kosten worden geplaatst als de fundmanager grote beleggings-aankopen/of -verkopen moet doen wanneer grote partijen in- of uittreden, kan de fundmanager de te verkopen/of te kopen aandelen belasten met een extra fee om te voorzien in de extra transactiekosten. |
Swing trader | Een handelaar die gebruik maakt van korte (heftige) bewegingen van de markt. |
Swing Trading | door Donald Pendergast. Pendergast neemt een 5-daags Eenvoudig Voortschrijdend Gemiddelde van de Highs en de Lows en een 50-daags Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde van de slotkoersen. De laatste bepaalt of short dan wel long gegaan kan worden. De signalen worden gegeven door de hogere cq lagere koers ten opzichte van de SMA’s. |
Swiss Army Knife Indicator | van John Ehlers. Deze indicator brengt vele bestaande indicators samen en is aangevuld met specifieke filters zoals bijvoorbeeld een Band Stop filter. |
SWX | Swiss Market Index. Een kapitalisatie gewogen gemiddelde van de 33 grootste en meest liquide Zwitserse aandelen die via het Zwitserse elektronische beurssysteem worden verhandeld. |
Symmetrische driehoek | Een koerspatroon in de vorm van een driehoek waarvan de twee schuine zijden ongeveer aan elkaar gelijk zijn. De richting van de uitbraak uit een symmetrische driehoek is onbepaald. |
Syndicaat | Een gelegenheidscombinatie van financiële instellingen die zich ertoe verbinden een emissie van aandelen of obligaties geheel of ten dele over te nemen. |
Syndicaatslening | Lening verstrekt door meerdere banken of financiële instellingen. Zij opereren samen in een syndicaat, waarbinnen een van hen als syndicaatsleider opereert. |
Synthetic Security | De imitatie van het risico en het winstprofiel van een effect door een combinatie van gekochte en verkochte opties al of niet tezamen met een bepaalde onderliggende waarde. |
Synthetisch Aandeel | Een combinatie van een gekochte Call en een verkochte Put, beide met dezelfde onderliggende waarde en met gelijke uitoefenprijzen. |
Synthetisch Valuta Termijncontract | Een combinatie van een gekochte Call en een verkochte Put (of omgekeerd). |
Synthetische CDO | SCDO. Synthetic Collateral Debt Obligation. Het verschil tussen een normale CDO en een synthetische is dat bij een gewone CDO de leningen van eigenaar wisselen. Bij een synthetische wisselt alleen het kredietrisico van eigenaar. Evenals de normale CDO is de`SCDO een gestructureerd beleggingsproduct dat de risico’s van de onderliggende contracten volgens een hierarchische ordening herverdeelt, teneinde het risico te verminderen. Opkomende verliezen worden over de tranches verdeeld waarbij de onderste tranche het grootste risico loopt. Zie ook Equity Tranche, Mezzanine Tranche, Senior Bonds, Russian Doll en CDO Squared. |
Synthetische Converteerbare Obligatie | Een combinatie van een gekochte Obligatie en een gekochte Call beide op hetzelfde bedrijf. Men gebruikt dit concept ook wel om een risicoloze strategie uit te zetten waarbij men kan profiteren van de bewegingen van de markt zoals men deze inschat. Men koopt een Zero-Obligatie (bijvoorbeeld in een risicoloze staatslening) en voor het verschil tussen de actuele en de nominale waarde koopt men opties in fondsen waarin men wil beleggen. |
Synthetische Obligatie | Men koopt een aandeel in het betreffende bedrijf met de gelijktijdige aanschaf van een putoptie en verkoop van een call optie, beiden op hetzelfde aandeel en met dezelfde uitoefenprijs en looptijd. Het dividend en de netto premieopbrengst samen komen in de plaats van de renteopbrengst. |
Synthetische Straddle | Men vervangt eÌeÌn van de twee poten van de Straddle door de Onder-liggende Waarde. Het risico wordt hiermede iets teruggedrongen. |
Synthetische Tracker | Bij een Synthetische tracker of ETF op Swap-Basis houdt de ETF een mandje met waarden aan die door de swaptegenpartij worden voorgeschreven ter zekerheid van de Swap. De ETF ruilt de opbrengst van dit mandje tegen de performance van de afgesproken index, die daarmee in feite wordt geschaduwd. Men koopt als men belegt in dit type ETF dus performance en geen aandelen. Het mandje dat de ETF koopt kan eigenlijk uit alles bestaan bijvoorbeeld ook uit Commodities. Door het houden van derivaten kan men hiermede de (hoge) kosten ontwijken die in sommige landen op aandelentransacties rusten en ook kan men op deze wijze de aan/verkoopspreads ontgaan. UCITS III maakte de introductie in Europa van ETF’s op Swap-Basis aantrekkelijk. Het Duitse bedrijf IINDEXCHANGE introduceerde de eerste (18) ETF’s op Swap-Basis.. |
Systematisch Hedgefonds | Hedgefonds dat enkel en alleen maar gebruikmaakt van algoritmen. Emoties worden dus volledig uitgesloten. |
SZO | Sentiment Zone Oscillator van Walid Khalil. Het is een contraire indicator, die extreem sentiment meet in een markt of in een aandeel. Hij meet een teveel aan optimisme en een teveel aan pessimisme waardoor de oscillator een leidende rol kan spelen in het zien aankomen van een verandering in het sentiment. Dagen waarop de slotkoers hoger ligt dan op de voorgaande dag worden gemerkt met +1, dagen met dalende slotkoersen krijgen -1. Een Triple Exponential Moving Average van de optelsom van deze waarden wordt gedeeld door het aantal dagen waarop de studie betrekking heeft. Waarden boven 7 worden beschouwd als Overbought en waarden beneden -7 worden beschouwd als Oversold. |
T
T-Bill | Treasury Bill. Amerikaans overheidspapier met een looptijd bij uitgifte van één jaar of minder. |
T-Bonds | Treasury Bonds. Amerikaans overheidspapier met een looptijd bij uitgifte van meer dan tien jaar tot 30 jaar. |
T-Note | Treasury Note. Amerikaans overheidspapier met een looptijd bij uitgifte van één tot tien jaar. |
TA-25 Index | De representatieve index van de effectenbeurs in Tel-Aviv, Israël. |
Ta'widh | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Het betekent vergoeding voor verliezen voortkomende uit schadelijke gebeurtenissen. Het is meer dan een eenvoudige compensatie van verliezen. |
TAA | Zie Tactische Asset Allocatie. |
TAC-DMI | B.C. Low gebruikt clusters van de ADX en de DMI om het begin van een trend te identificeren. Voor de ADX neemt hij perioden van 3, 4 en 5. De horizontale referentie grenzen liggen op 30 en 70 en op 20 en 90. Als de drie boven (onder) deze grenzen komen en tegelijkertijd convergeren wordt er een top (bodem) bereikt. Voor de min- en plus-DMI neemt hij perioden van 5, 8 en 14. De referentieniveaus zijn 10 en 50 en de de kritische lijn is 5. Als deze het referentie niveau bereikt dan is dat een waarschuwing en als alle drie van richting veranderen is dat een signaal dat de ADX top (bodem) moet confirmeren. |
Tactische Asset Allocatie | TAA. Duidt op een afwijkende strategie van de geplande Asset Allocatie, met het doel hogere opbrengsten te realiseren dan voorzien. |
Tadawul All Share TASI Index | Een representatieve index van de beurs in Riyad (Saudi Arabië). |
TAF | Term Auction Facility. Een term uit het pakket overheidsmaatregelen uit de crisis van 2009. Tweewekelijkse veiling van kortlopend (1 tot 3 maanden) krediet. |
Tag Along | Zie meeliftregeling. |
TAI | Trend Analysis Index van Adam White. De TAI wordt berekend uit de range van de laatste vijf waarden van een 26 weeks voortschrijdend gemiddelde van de koersreeksen en door dit te delen door de laatste close maal 100. White gebruikt de TAI als een exitsignaal maar zolang de waarde boven 1,2 ligt wordt hij niet geactiveerd. Zijn uitgangspunt is dat de trend in een dergelijk geval sterk is en door de TAI dan uit te schakelen voorkomt hij whipsaws. |
Taiex Index | De representatieve index van de effectenbeurs in Taiwan. |
Tail Risk | Staart risico. Dit begrip refereert aan de uiteinden van de Normale Verdeling. Veel beleggingsmodellen zijn gebaseerd op de Normale Verdeling maar blijken er vaak niet echt aan te voldoen. Men veronderstelt dat dit komt omdat men geen rekening heeft gehouden met het voorkomen van een Zwarte Zwaan. |
Tailor Rule | Een formule van John B. Taylor, die probeert aan te geven in hoeverre de Centrale Bank de rentevoet moet aanpassen, uitgaande van de inflatie en de gewenste groei. In eenvoudige vorm ziet de formule er als volgt uit: R = 1,5x + 0,5y + 1 waarbij R = rente; x = inflatie; y = gap in de groei. |
Takaful | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. Het is een verzekering die banken gebruiken tezamen met garantiestellingen om hun risico te verkleinen. |
Takuri | Een candlestick patroon. Het is een Hamer met een verlengde steel aan de onderkant, die tenminste tot driemaal de omvang van het lichaam reikt. Confirmatie geschiedt door een hoger slot de volgende dag. Het is een Reversal patroon met een succesrate van 66%. Vaak worden de begrippen Hamer en Takuri door elkaar gebruikt. |
TALF | Term Asset Backed Loan Facility. Een term uit het pakket overheidsmaatregelen uit de crisis van 2009. Het betreft leningen waarmede de Centrale Bank de handel weer probeert los te trekken, die stokt omdat de securitisatiemarkt op slot zit. |
Tamari Risk Index | van Meir Tamari. Om het risico te bepalen van individuele bedrijven werkt Tamari met zes indicatoren, die voor een gedeelte vastgesteld worden in gesprekken met accountants, bankiers en financiële onderzoekbureaus. Hij verdeelt 100 punten over zes categorieën: 1. De trend van de winstontwikkeling levert 25 punten op indien deze positief is over de laatste drie jaar. Een dalende winst is goed voor 15 punten afhankelijk van het jaar waarin verlies werd geleden. Drie verliesgevende jaren leveren niets op; 2. De verhouding tussen het eigen en het totaal vermogen. Bij een verhouding van 50% of meer worden 25 punten toegekend. 20-30% levert 10 punten op. Tussen 11 en 20% worden nog 5 punten toegekend. Daaronder niets meer; 3. De Current Ratio kan 20 punten opleveren; 4. De voorraadsnelheid kan goed zijn voor 10 punten; 5. Evenals de Debiteurenomlooptijd; 6. En het werkkapitaal. Bij de laatste drie baseert hij zich op vergelijkende cijfers van vergelijkbare bedrijven. Gesteld wordt dat 65% van de bedrijven met een score van minder dan 30% na twee jaar niet meer bestond. Bedrijven met een score boven 60 bestonden na twee jaar nog allemaal. |
Tangible Assets | Materiële Activa. Het totaal van de activa minus de immateriële activa. |
Tangible Common Equity | TCE. Een maatstaf van de financiële sterkte van een bedrijf. Het is het quotiënt van de Total Equity minus de Intangibles (goodwill) en preferred Stock enerzijds en de Tangible Assets anderzijds. In feite komt het neer op de liquidatiewaarde van het bedrijf. De Ratio wordt gebruikt om te berekenen hoeveel verlies een bank mag maken voordat de aandeelhouderswaarde geheel vernietigd is. |
Tangibles | Kas equivalenten van future contracten. |
Tangle | Dit moet de volgende generatie Blockchain worden. Het is de onderliggende techniek van de Iota munt (Miota munt). Tangle gebruikt een “alternative ledger system” in samenwerking met een aantal grote bedrijven en noemt zich dan ook “first market place powered by Internet of Things”van dr. di Liddo van Vectorvest. Het is een samenstel van Value, Safety and Timing. De indicator zou ontstaan zijn na de uitspraak van Draghi om alles te doen om de Euro te redden hetgeen tot gevolg had dat de overvloed aan liquiditeiten het bedrijfsleven aanzette tot het steunen op verschillende manieren van de aandelenkoers. Fundamentele en technische argumenten worden in de indicator samengevat. De indicator fluctueert tussen 0 en 2. |
Tantià¨me | Winstgebonden uitkering aan medewerkers van een bedrijf welke veelal behoren tot de hogere bestuurslagen. |
Tapering | Geleidelijke afbouw van de kwantitatieve verruiming in de Verenigde Staten. |
Tarbo Systeem | Een optieconstructie die bestaat uit het verkopen van Strangles circa veertien dagen voor de uitoefendatum en waarbij het aantal Puts en Calls bepaald wordt door de delta, die voor beide categorieën in absolute termen gelijk moet zijn. |
Target 2 | Trans-European Automated Real-Time Gross Settlement Express Transfer Het betalingssysteem dat binnen het Europees Stelsel van Centrale Banken wordt gebruikt voor eurobetalingen binnen Europa. Het systeem maakt gebruik van SWIFT. |
Target Date Fund | of Life Cycle Fonds. Beleggingsfonds dat zich onderscheidt doordat ze het risico afbouwt naarmate de vaste einddatum nadert. Het zijn fondsen die passen in de tendens dat pensioenopbouw meer en meer verschuift naar de toekomstige gepensionneerde. |
Target Redemption Forward | TRF. Het betreft een derivaat. Er wordt uitbetaald in iedere maand dat er winst wordt gemaakt. Als de uitbetalingen een bepaald niveau hebben bereikt dan expireert het derivaat. Komt de waarde onder een bepaald niveau dan moet de belegger bijbetalen. Een veel gebruikte onderliggende waarde is de Chinese Yuan. |
Targeted Long term Refinancing Operations | TLTRO. Het zijn vierjaars leningen van de ECB die tegen een vaste rente aan de banken beschikbaar worden gesteld onder de voorwaarde dat zij worden gebruikt voor de kredietverlening aan het Midden- en Kleinbedrijf of gebruikt worden voor de verstrekking van hypotheekleningen. Zie ook Funding for Lending. |
TARP | Troubled Asset Relief prograsm. Een term uit het pakket overheids-maatregelen uit de crisis van 2009. Een noodfonds, voorgesteld door Henry Paulson, dat financiële instellingen van hun riskante leningen moest verlossen. |
Tartar Bonds | Obligaties uitgegeven door Schotland. |
TAS Contract | Trade At Settlement. Contracten die afgesloten worden op een slotprijs die nog niet bekend is. |
TASE | Tel Aviv Stock Exchange. |
TASI-Index | De representatieve index van de effectenbeurs in Saoudi Arabië. |
Tatsuki Gaps | Een candlestick patroon waarbij in een uptrend (downtrend) een wit (zwart) lichaam een nieuwe high (low) zet nadat een gap met de voorgaande witte (zwarte) candlestick gemaakt is. Dit kleine lichaam wordt daarna gevolgd door een zwart (wit) lichaam van ongeveer dezelfde grootte dat opent ongeveer in het midden van het voorgaande witte (zwarte) lichaam. Dit is een bullish (bearish) continuation patroon. Tatsuki gaps komen niet vaak voor. |
Tawaruqq | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. In principe is het de verkoop van een asset tegen uitgestelde betaling. De koper verkoopt dezelfde asset daarna aan een derde. Zie ook Organised Tawaruqq. |
Tawaruqq munazzam | Een begrip uit de Islamitische financiële wereld. In principe is het de verkoop van een asset tegen uitgestelde betaling, met dien verstande dat de transacties via een of meerdere banken lopen. |
Tax Lien | Wanneer in Amerika belastingen op onroerend goed niet betaald worden kan de fiscus een claim op het betreffende vastgoed leggen. Hij kan deze claim op een veiling verkopen in de vorm van een certificaat dat rente draagt. Beleggers kunnen op deze veiling bieden en verkrijgen na betaling, gedurende een vastgelegde periode, een verkooprecht op het pand. Het voordeel voor beleggers is de vaak zeer hoge rente die kan oplopen tot 35%. Bieders dienen aan vele voorwaarden te voldoen, zodat het meestal Amerikanen of beleggingsinstituten zijn die bieden op de veilingen. Hetzelfde kan in bepaalde gevallen gebeuren met niet betaalde andere belastingen zoals bijvoorbeeld de inkomstenbelasting. In dat geval wordt de claim ook gelegd op andere bezittingen van de schuldenaar. |
Taxmageddon | Een term afkomstig uit de Verenigde Staten, die doelt op de verwachte belastingverhogingen voor 2013, die in de orde van US$ 500 miljard zouden liggen. |
Taylor Principle | Per 1% inflatie moet de rente met meer dan één percentage punt aangepast worden. Zie ook Taylor Rule. |
Taylor Rule | Volgens deze regel uit de monetaire politiek moet de Centrale bank de Interest Rate aanpassen onder invloed van veranderingen in de inflatie of in andere economische grootheden. Het waren John B. Taylor, Dale W. Henderson en Warwick McKibbin die deze regel voorstelden. Zij deden dit teneinde de prijsstabiliteit te bevorderen. Zie ook Taylor Principle. |
TCE | Tangible Common Equity. Een maatstaf van de financiële sterkte van een bedrijf. Het is het quotiënt van de Total Equity minus de Intangibles (goodwill) en preferred Stock enerzijds en de Tangible Assets anderzijds. In feite komt het neer op de liquidatiewaarde van het bedrijf. De Ratio wordt gebruikt om te berekenen hoeveel verlies een bank mag maken voordat de aandeelhouderswaarde geheel vernietigd is. |
TCO | Total Costs of Ownership. Een door de AFM opgestelde en voorgeschreven methode om alle kosten te tonen, die aan het houden van een bepaalde belegging verbonden zijn. De AFM noemt dit Kosten van de Beleggingsdienstverlening. Hieronder vallen (de opsomming is niet uitputtend) de transactiekosten (inclusief handelsgedrag), fondskosten, adviesvergoeding, beheervergoeding, prestatievergoeding, performance fee, bewaarloon, abonnementskosten, inlegkosten, kosten gestructureerde producten, belastingen (transactietaks). De kosten dienen over een bepaalde periode (bijvoorbeeld een jaar) gegeven te worden. Er moet over gerapporteerd worden. De regeling is nog onder studie bij de AFM, maar deze denkt hem in 2013 in te voeren. |
TD Camouflage | Een patroon van Tom Demark dat uitgaat van de relatie tussen de openingskoers en de slotkoers na een gap in de opening. Een bodem triggert een koopsignaal en een top triggert een verkoopsignaal. Een Camouflage bodem moet voldoen aan de volgende regels: L< L1; C< C1; C> O en een Camouflage top moet voldoen aan de volgende regels: H> H1; C> C1; C< O waarbij L = huidige Low; L1 = vorige Low; C = huidige Close; C1 = vorige Close; O = huidige Opening; H = huidige High; H1 = vorige High. |
TD Demand Line | Een opgaande trendlijn getrokken langs TD Points. |
TD Point | Een definitie van Thomas Demark van punten waarlangs trendlijnen getrokken kunnen worden. Een Low is een TD point als er aan weerszijden een hogere Low ligt. Om een High aan te kunnen merken als een TD Point moet deze aan weerszijden omgeven zijn door een lagere High. Men spreekt in dit geval van een Level 1 TD Point. Als er sprake is van twee lagere Highs (hogere Lows) dan spreekt men van een Level 2 Point, etcetera. Hoe hoger de level des te betrouwbaarder het TD Point als ankerpunt voor de trendlijn. |
TD Sequential Indicator | van Tom Demark. Een handelssysteem bestaande uit twee delen: een Buy Setup en een Buy Countdown. De Buy Setup wordt voorafgegaan door een slotkoers die hoger ligt dan de slotkoers van vier dagen daarvoor. De Buy Setup bestaat uit negen achtereenvolgende slotkoersen die ieder op zich lager moeten zijn dan de slotkoers van vier dagen daarvoor. Als de Buy Setup herkend wordt start de Buy Countdown. Hij bestaat uit dertien slotkoersen die lager zijn dan de Low van twee dagen daarvoor. De omgekeerde regels gelden voor een shortpositie. |
TD Supply Line | Een dalende trendlijn getrokken langs TD Points. |
Teaser Rate | De relatief lage aanvangsrente bij de Reset Hypotheken wordt vaak de Teaser Rate genoemd. |
Technical Valuation Index | TVI van Sascha Kever. Een Breedte Indicator die wordt opgebouwd uit waarderingspunten te geven aan afzonderlijke Indicatoren. Als een indicator positief is krijgt hij een 1 en als hij negatief is krijgt hij een 0. De waarden van alle gebruikte indicatoren worden opgeteld en het resultaat wordt daarna opgenomen in een nieuwe grafiek. Kever gebruikt de Stochastics (%K en %D afzonderlijk), het 5-,10-,- 20-, 40- en 60-daags Voortschrijdend Gemiddelde (opeenvolgende hogere/ lagere ligging) en de ROC10 (richting en ligging t.o.v 0). De TVI geeft bodems aan, Kever gerbuikt hem ook om divergenties te onderkennen. |
Technische analyse | Een vorm van markt analyse die uitgaat van vraag en aanbod en handelsvolume, waarbij men met behulp charts en formules gebaseerd op marktgegevens probeert vast te stellen in welke fase van haar ontwikkeling de markt zich bevindt. |
Technische Belegger | Een maandblad dat de ontwikkelingen op de wereldwijde effectenmarkten analyseert en becommentarieert uitgaande van de Technische Analyse. Het wordt uitgegeven door Vladeracken BV en wordt gratis aan haar klanten ter beschikking gesteld. |
Technische Notering | Bij de dit type notering worden er bij introductie geen nieuwe aandelen geplaatst. |
TED Spread | Het verschil tussen 3 maands-LIBOR en de US 3 maands-T Bill interest rate. Het is een indicator van het vertrouwen dat de banken in elkaar hebben. Hoe hoger des te groter het wantrouwen. De TED Spread wordt ook wel een stressmeter genoemd. |
TeeLine | Een 8-daags Exponentieel Voortschrijdend Gemiddelde. Dit gemiddelde wordt vaak gebruikt voor het volgen van de trend. |
Teltro | of LTRO. Long Term Refinancing Operations. Leningen op lange termijn (drie jaar) verstrekt door de ECB aan de banken van de Europese Unie. |
TEMA | Triple Exponential Moving Average. Ook wel Trix genoemd. Er wordt een Exponential Moving Average berekend over de gekozen periode. Hiervan wordt weer een Exponential Moving Average berekend en daarvan wordt opnieuw een Exponential Moving Average berekend, dit alles om nog minder ruis te verkrijgen. Formule: TEMA = ExpAverage(ExpAverage(ExpAverage(Close,n1),n2),n3) = ExpAverage(DEMA(Close,n1,n2),n3). |
Temporary Global Note | Niet rentedragende schuldpapieren, waarop geen rente wordt vergoed maar die op de einddatum afgelost zullen worden met de hoofdsom verhoogd met een na inschrijving vast te stellen vergoeding. Vervroegde aflossing is meestal mogelijk onder meer door bepaalde ontwikkelingen op belastinggebied. |
TenBaggers | 10-Baggers Aandelen waarvan de koers tenminste vertienvoudigt. |
Tendersysteem | Een door de Nederlandse overheid gebruikte emissiemethode van obligaties. Bekend gemaakt worden de couponrente en het aflossingsschema. Partijen kunnen dan een bod uitbrengen. Na de sluiting van de inschrijvingstermijn wordt door het Ministerie van Financiën vervolgens de uitgifteprijs vastgesteld. Zie ook Dutch Auction. |
Tenkan-Sen Lijn | Een Voortschrijdend Gemiddelde van de (Highest High+Lowest Low)/2 uit de Ichimoku Chart techniek van meestal 9 daagen, die tezamen met de Kijun-Sen lijn werk als een crossover systeem. |
TER | Total Expense Ratio of Kostenratio. Het zijn de jaarlijkse kosten van beleggingsfondsen gedeeld door het beheerd vermogen. In Nederland moet de TER vermeld worden in de bijsluiter. Hierin zijn niet opgenomen de transactiekosten en eventuele rentekosten. |
Term Auction Facility | Een instrument van de Fed om de liquiditeit in de Amerikaanse financiële markten te vergroten door tijdelijke extra liquiditeiten aan te bieden. |
Term Loan | Een lening van een bank waarvan de omvang, het terugbetalingschema en de (variabele) rente nauwkeurig zijn vastgelegd. Dit type leningen heeft meestal een looptijd van een tot tien jaar. |
Term Structure | Een curve die de effectieve rente percentages weergeeft van obligaties met verschillende looptijden. De helling van de curve geeft de snelheid aan waarmede het percentage stijgt of daalt naarmate de looptijd langer is. Zie ook Yield Curve. |
Termijnmarkt | De handel van contracten op goederen en financiële waarden waarvan de afhandeling in de toekomst geschiedt. |
TERP | Theoretical Ex-Rights Price. Zie Claim. |
Teterboro Index | van Kurt Thorup. Hij stelt dat men de sterkte van de economie en daarmede van de aandelenbeurzen kan afmeten aan de verkeersdrukte van Teterboro Airport. |
Tetherline indicator | TFS. Een trend-volg systeem van Bryan Strain. Hij telt de Hoogste en de Laagste Prijs van de 50 afgelopen dagen bij elkaar op en middelt ze dan door ze door 2 te delen. Kruisingen van de koersen met deze lijn vormen de aan- en verkoopsignalen. |
TEU | Twenty foot Equivalent Unit. Zeecontainer van 20 voet. |
Texas Ratio | Het is een maatstaf waarmede gecontroleerd kan worden of een bank al dan niet gezond is. De ratio werd ontwikkeld door Gerard Casssidy. Hij deelde non-performing assets zoals non-performing loans en real estate in bezit van de bank, door de som van de tangible common equity (kapitaal en reserves). Cassidy was van mening dat als de ratio 1,1 naderde de betreffende bank in problemen zou komen. |
Texas Shoot-out | Participanten in een joint-venture brengen ieder een bod uit op aandelen in de joint-venture. Het hoogste bod wint. |
TGE | Tokyo Grain Exchange. |
Thanksgiving Effect | Men gaat op Thanksgiving day een longpositie aan en men sluit deze op de volgende of de daaropvolgende dag. |
The 350 Swing Trade | van Barbara Star. Zij vervangt de RSI van 14 perioden door een RSI met 3 perioden en zij gebruikt een 50-lijn die de grens vormt tussen hausse en baisse. Zij voegt een Voortschrijdend Gemiddelde toe van deze RSI-3 van 3 en zij stelt dat deze goede turningpoints aan geeft boven (onder) de 80- (20-) lijn. Tot slot gebruikt zij de Donchian channels als extra informatiebron. |
The Five Minute Window | Dit is een andere naam voor een Trading Delay, een handelspauze van vijf minuten. |
Theta | Een maatstaf van het tijdsverval in optieprijzen. |
Thirty Day SEC Yield | Een vergelijkingsmaatstaf voor ETF’s die beleggen in obligaties. Het is een standaard berekening van de Securities and Exchange Commission die is gebaseerd op de interest van de laatste 30 dagen minus de kosten van het betreffende fonds. Dezelfde berekening wordt gemaakt voor obligatietypes en verschillende ETF’s. Men moet er dus een gestandaardiseerde vergelijkingsmaatstaf in zien van de opbrengsten van obligatie ETF’s. De uitkomst wordt gebruikt door beleggers in dit type ETF’s en bijvoorbeeld ook door traders als richtsnoer voor de rente. |
Three Bar Inside Pattern | Een patroon waarbij het slot links en rechts van de betreffende (de tussenliggende) bar beide hoger (lager) liggen. In het eerste geval wordt het beschouwd als een positief omkeerpatroon en in het tweede geval is het een negatief omkeerpatroon. |
Three Black Crows | Een Candlestickpatroon bestaande uit drie zwarte Candles waarvan de laatste twee openen binnen het lichaam van de voorgaande Candle. Het is een top reversal patroon op een hoog prijsniveau of na een voortgezette rally. |
Three Buddha Pattern | Dit candlestick patroon is vergelijkbaar met het Westerse Head and Shoulderpatroon. |
Three C Principle | 3-C Principle. Een begrip uit de Goodman Wave Theorie. Dit begrip omvat Compensation, Carryover and Cancellation. Dit principe moet de voorspellingen accurater maken (in vergelijk ook met Elliott Wave) en brengt het aantal mogelijke alternatieven aanzienlijk terug. Als bijvoorbeeld de 50% Retracement niet gehaald wordt of de prijzen schieten daar overheen dan wordt de target value gecompenseerd voor het verschil. Zolang het verschil blijft bestaan wordt het meegenomen (carry over) naar de volgende Swing en dat net zolang totdat het exces gebruikt is (cancelled). |
Three Day High/Low Method | van Larry Connors. Een korte termijn handelssysteem op ETF’s. Het systeem gaat alleen maar Long en het doet dit als er gedurende drie achtereenvolgende dagen telkens een lagere High en een lagere Low gezet is. Exit wordt er gegaan als de slotkoers boven het 5-daags Voortschrijdend Gemiddelde komt. Het systeem leent zich goed voor een Scaling-in strategie. |
Three Factor-Model | van Long Chen en Lu Zhang. In tegenstelling tot het Fama-French-Model en het daarop variërende Carhart Model gaan Chen en Zhang uit van het Relatieve Investeringsniveau (in relatie tot de Assets) en de Return on Assets naast de marktfactor Bà¨ta. Zij selecteren hiermede aandelen die relatief weinig investeren en die een relatief hoge ROA hebben. Dit type bedrijven zou hogere rendementen tonen. |
Three Gaps | Als er een bearish (bullish) candlestick patroon verschijnt na drie candles die ieder met een hogere (lagere) gap openen en nog hoger (lager) sluiten dan duidt dit op uitputting van de buying (selling) power. |
Three Inside Up | Een Candlestickpatroon. Het is een patroon bestaande uit twee candles dat bevestigd wordt door een derde. Bijvoorbeeld een Bullish Harami wordt gevolgd door een hogere top/hogere bodem. Thomas N. Bulkowski zet het op de tweede plaats van de acht meest betrouwbare candlestickpatronen. |
Three Methods | Dit is een bullish (bearish) candlestick patroon, bestaande uit vijf candles, Een lang wit (zwart) lichaam wordt gevolgd door drie kleinere meestal zwarte (witte) lichamen die binnen het bereik van de eerste witte (zwarte) blijven, waarna weer een grote witte (zwarte) candle verschijnt die hoger (lager) sluit dan het slot van de eerste.. |
Three Mountain Top | Een candlestick patroon dat een langer durend toppend proces laat zien door middel van drie opeenvolgende toppen, die ongeveer even hoog uitkomen. Vergelijkbaar met de Westerse driedubbele top. |
Three Outside Down | Het omgekeede candlestickpatroon van de Three Outside Up. |
Three Outside Up | Dit candlestick patroon bestaat uit een bullish engulfing gevolgd door een witte candle die hoger sluit dan het slot van de voorgaande dag. Thomas Bulkowski stelde vast dat dit candlestickpatroon in een downtrend in 74% van de gevallen waarin het voorkwam, op correcte wijze een bullish reversal aankondigde. |
Three Peaks and a Doomed House | van George Lindsay. Het is een patroon dat toppen en bodems van Bull markten kan voorspellen. Het bestaat uit drie toppen waarvan de afstand tussen top 1 en top 3 tenminste 6 maanden bedraagt, maar niet langer dan 10 maanden. Top 3 wordt gevolgd door een relatief scherpe val die zich in drie golven voltrekt volgens een abc-patroon en waarvan de bodem lager ligt dan de retracement niveaus van top 1 en 2. Van hieruit probeert men de aanstaande top te voorspellen. Deze zou volgens Lindsay moeten komen na zeven maanden en tien dagen. Lindsay ziet dit patroon graag als onderdeel van andere patronen. |
Three Pushes to the High | George Lane constateerde dat er drie golven, ieder met een hogere High, nodig zijn om tot een top te komen. In zijn analyse gaan deze drie Pushes gepaard aan een divergerende Stochastics. John Bollinger relateerde de Three Pushes aan zijn Bollinger Bands met de BB Impulse, het BB Momentum en de BB Trend. BB Impulse zal lagere waarden voor iedere Push geven, BB Momentum zal verzwakken en bij de tweede push een negatieve waarde geven en BB Trend blijft positief tijdens de eerste twee Pushes maar is negatief bij de derde. Het omgekeerde is het geval ten tijde van een dalende markt. |
Three River Bottom | Een candlestickpatroon bestaande uit een grote zwarte candle in een dalende trend, gevolgd door een kleine zwarte candle, die binnen het lichaam van zijn voorganger blijft, maar die een lagere low heeft. Tenslotte volgt er een witte candle met een klein lichaam, dat binnen het lichaam van de eerste candle blijft, maar onder het lichaam van de tweede candle. Vaak wordt dit patroon gezien als een bullish omkeer patroon, maar het is veelal een continuatie patroon, in de dalende trend. Vergelijkbaar met de Westerse driedubbele bodem. |
Three Stars in the South | Een zeldzaam candlestickpatroon. Bestaande uit: de eerste dag een lange zwarte candle met een lange onderste schaduw. De tweede dag een kleinere versie van de eerste dag met een lagere low dan de low van de eerste dag. De derde dag een kleine zwarte Marubozu waarvan de opening en de close binnen de range van de voorgaande dag liggen. Thomas Bulkowski stelde vast dat dit candlestickpatroon in een uprend in 86% van de gevallen waarin het voorkwam, op correcte wijze een bearish reversal aankondigde. |
Three White Soldiers | Drie opeenvolgende witte candlesticks die telkens hoger sluiten en waarvan ieder van de openingen ligt ter hoogte van het voorgaande slot. Dit patroon duidt op een krachtige vraag als het verschijnt na een periode van stabiele prijzen op een relatief laag niveau. |
Three-Line Break | Een charttechniek waarbij blokjes geplaatst worden telkens als er een hogere (lagere) slotkoers wordt gevormd, maar de richting van de chart wordt pas veranderd als de slotkoers boven de High of onder de Low van drie opeenvolgende voorafgaande dagen noteert. Zie ook Line. |
Threshold List | Een lijst van FTD’s opgesteld in opdracht van de SEC. Als aandelen eenmaal op deze lijst staan dan moeten zij binnen 13 handelsdagen worden uitgeleverd. Er kunnen restricties geplaatst worden op het verder short gaan in deze aandelen. |
Throw back | Een koerspatroon dat kan ontstaan na een koersuitbraak. Koersen hebben vaak de neiging om terug te keren naar het punt van uitbraak en pas daarna wordt de trend begonnen die in eerste instantie door de uitbraak werd ingezet. |
Throwover | Een situatie waarbij de koersen door een trendlijn breken om daarna weer terug te komen onder (boven) de doorbroken lijn. Zie ook False Move. |
Thrust Oscillator | van Tushar Chande. Een afgeleide van de Arms Index. Het is het quotiënt van de Advancing Issues maal Up volume minus Declining Issues maal Down volume en de Advancing Issues maal Up volume plus Declining Issues maal Down volume. Het is een marktbreedte indicator waarvan de divergentie met het koerspatroon belangrijk is. Formule: (Ai*aV) – (Di*dV) / (Ai*aV) + (Di*dV) waarbij Ai = Advancing Issues; aV = Up Volume; Di = Declining Issues ; dV = Down Volume. |
Thrusting Line | Een candlestick patroon waarbij een witte candle binnen het bereik maar onder het midden van de voorgaande zwarte candle sluit. In een uptrend is dit patroon bullish maar niet zo sterk als de Piercing Line. In een downtrend is het een bearish patroon tenzij er meerder na elkaar komen. |
TI | Trade Indicator. Men neemt het verschil van twee Exponentieel Voortschrijdende Gemiddelden en deze waarden worden daarna genormaliseerd met behulp van de Standaarddeviatie. Deze indicator lijkt veel op de MACD maar de beweeglijkheid wordt meer in de berekening betrokken. |
Tick | De minimum fluctuatie welke in de prijs van een investeringsobject mogelijk is. |
Tick Bar Charting | In tegenstelling tot de gangbare chartingtechnieken die op tijd gebaseerd zijn, is de Tick Bar gebaseerd op een gedefinieerd aantal trades. Deze techniek wordt geacht beter de trend aan te geven omdat hij bestaat uit meer referentiepunten. |
Tick Index | Dit is het aantal aandelen dat verhandeld wordt op een uptick minus het aantal aandelen dat verhandeld wordt op een downtick. Als de index boven 600 komt duidt dit op uitputting van de buying power en als hij onder -800 komt dan duidt dit op de vorming van een bodem. De index wordt meestal gebruikt tesamen met een andere techniek bijvoorbeeld met candlesticks. |
Tick Indicator | Het aantal effecten dat in de laatste uptick dan wel in de laatste downtick zat. |
Tick Volume | De hoeveelheid aandelen die verhandeld wordt per van tevoren vastgestelde tijdseenheid. |
Tien-jaar Effect | Onderzoek van Bel Air Investment Advisors heeft aangetoond, dat een decennium met een negatief rendement in het verleden altijd gevolgd werd door een decennium met een positief rendement. |
Tier 1 Kapitaal | Tier-1 duidt op een achtergestelde positie ten opzichte van de overige schulden. Voor de schuldenaar biedt de klasse 1 dus de grootste zeker-heid. Voor beleggers duidt de classificatie Tier-1 op groot risico. In ge-val van faillissement dragen alleen de aandeelhouders een groter risico. |
Tier 2 Kapitaal | Onderdeel van het Toetsingsvermogen. Uitgaande van het risico dat gedragen wordt in de balans van de onderneming komt dit kapitaal na het kernkapitaal. Het is verdeeld in twee categoreën: Aanvullend hoger kapitaal of Uppertier2 en Aanvullend lager kapitaal of Lowertier2 kapitaal. Het totale Aanvullend kapitaal mag niet groter zijn dan het kernkapitaal. |
Tier 3 Kapitaal | Het betreft kortlopende achtergestelde leningen die onder bepaalde voorwaarden mogen meetellen als toetsingsvermogen. |
TIER Kapitaal | Toetsingsvermogen. Het betreft een waarderingssysteem van vermogen, gezien vanuit het gezichtspunt van de uitgevende instelling. Er zijn verschillenden klassen lopend van Tier 1 tot Tier 3 Kapitaal. |
TIFKAT | The Institutions Formerly Known As Troika. |
Tijd-prijsmogelijkheid | TPO of Time Price Opportunity. Een hulpmiddel ten behoeve van het marktprofiel uit de kwantitatieve analyse waarbij koersstaven worden omgezet in cijfers die de opeenvolgende dagen aangeven van de te analyseren periode en die dan geplaatst worden in een kwadrant dat op de Y-as de prijzen weergeeft en op de X-as de tijd in omgekeerde volgorde. Bij een koersontwikkeling die in balans is, ontstaat er op deze wijze een normale verdeling. |
Tijddiversificatie | Hoe langer de periode is waarvoor men wil beleggen hoe kleiner het risico wordt. Malkiel stelde dat de standaarddeviatie (maatstaf voor beweeglijkheid) van de geannualiseerde rendementen afneemt in verhouding tot de tijdshorizon. Bijvoorbeeld als de standaarddeviatie voor een tijdshorizon van 1 (een) jaar 20% is, dan is deze voor een tijdshorizon van 16 jaar nog maar 4%. Het nut van deze vaststelling is betwist zowel in de wetenschap als in de praktijk. |
Tijdelijke lijfrente | Een uitgestelde lijfrente waarvan de uitkering slechts een beperkt aantal jaren plaatsvindt. |
Tijdserie | Een verzameling van observaties welke sequentieel en tijdgeïndexeerd is opgesteld. |
Tijdswaarde | Het verschil in prijs van een optie of warrant en zijn intrinsieke waarde, ook wel verwachtingswaarde genoemd. De verwachtings-waarde wordt bepaald door de verwachtingen van de markt ten aanzien van de toekomstige waarde van de optie (warrant), door de beweeglijkheid van de onderliggende waarde, door de looptijd van de optie (warrant), door eventuele dividenduitkeringen op de onder-liggende waarde en door de stand van de korte termijn rente. |
Tijdvenster | De periode die men bestudeert. Bijvoorbeeld 5 minuten, 1 uur, 7 dagen, 50 dagen of 100 dagen. |
Tijdzones | Afbakening van de koersbeweging in periodes. Vaak wordt hiervoor de Fibonacci reeks van getallen gebruikt. |
Time Price Opportunity | TPO of tijd-prijsmogelijkheid. Een hulpmiddel ten behoeve van het marktprofiel uit de kwantitatieve analyse waarbij koersstaven worden omgezet in cijfers die de opeenvolgende dagen aangeven van de te analyseren periode en die dan geplaatst worden in een kwadrant dat op de Y-as de prijzen weergeeft en op de X-as de tijd in omgekeerde volgorde. Bij een koersontwikkeling die in balans is, ontstaat er op deze wijze een normale verdeling. |
Time Sharing | Het kopen van verblijftijd in accomodaties. De belegger koopt het jaarlijkse recht op verblijf gedurende een bepaalde periode in een appartement, bungalow of op een schip. Zie ook Fractional Investing. |
Time Skew | De Implied Volatility van opties die expireren in een bepaalde maand wijkt af van de Implied Volatility van opties die expireren in een andere maand. Van dit fenomeen wordt onder andere gebruik gemaakt bij het leggen van kalenderspreads. |
TINT | Treasury Interest. Een Amerikaanse benaming voor Strips. |
TIPS | Treasury Inflation Protected Securities. Obligaties uitgegeven door de Amerikaanse overheid met een variabele coupon. De coupon bestaat uit een vaste (lage) basisvergoeding, waarboven op de jaarlijkse inflatiecorrectie wordt uitgekeerd. |
Titanic Syndrome System | van Bill Ohama. Een handelssysteem op de Dow Jones Industrials Index, gebaseerd op het koersverloop, op de New Highs/New Lows verhoudingen en op de Advance/Decline Line. |
TLAC | Total Loss-Absorbing Capital. Een voorstel van de FSB om banken bovenop de gewone kapitaaleisen nog meer maatregelen te laten nemen, bijvoorbeeld door de uitgifte van achtergestelde obligaties, teneinde de beschikbaarheid van vermogen om eventuele verliezen te kunnen opvangen, te vergroten. |
TLGP | Temporay Liquidity Guarantee Program. Het is een garantie van de Amerikaanse depositotoezichthouder op obligaties van banken. |
TLTRO | Targeted Long term Refinancing Operations. Het zijn vierjaars leningen van de ECB die tegen een vaste rente aan de banken beschikbaar worden gesteld onder de voorwaarde dat zij worden gebruikt voor de kredietverlening aan het Midden- en Kleinbedrijf of gebruikt worden voor de verstrekking van hypotheekleningen. Zie ook Funding for Lending. |
TMV Handelssysteem | van Barbara Star. Zij wil in één handelssysteem de Trend meenemen, het Momentum, de Volatiliteit en het Volume en kiest daartoe voor de`Keltner Channels (10), de ADX (10), een Volume Oscillator (20-1) en een CCI Histogram. Er dient gezocht te worden naar overeenstemming tussen de CCI (onder of boven nul) en de ligging van de koersen in de Channel (binnen of buiten de Channel). Spikes in de Volume Oscillator duiden op break-outs. De ADX (10) kleurt de koersen groen als hij stijgt en de koersen liggen boven hun MA8. Hij kleurt ze rood als hij daalt en de koersen liggen onder hun MA8. |
Tobin Tax | Het was de Amerikaan James Tobin die al in de dertiger jaren van de twintigste eeuw een belasting voorstelde op financiële transacties. Hij wilde daarmede de speculatie in valuta ontmoedigen. |
Tobin's Q | van James Tobin. Het is de marktwaarde van een product versus de reproductiekosten daarvan. Het wordt ook gebruikt om de marktwaarde van een bedrijf te stellen tegenover de boekwaarde van ditzelfde bedrijf. |
TOCOM | Tokyo Commodity Exchange. |
Toetsingsvermogen | Het buffervermogen dat bepaalde aangewezen instellingen moeten aanhouden. Onder deze instellingen vallen banken, beleggings-ondernemingen, clearinginstellingen, beheerders van collectieve belegginginstellingen in effecten en elektronischgeldinstellingen. |
TOM | The Order Machine. Een platvorm waarop opties op aandelen worden verhandeld. Het werd opgericht door handelshuis Optiver en oOnline broker BinckBank. |
Tomorrow-next | Een term uit de valutahandel. Normaliter volgt de levering twee dagen na de transactiedatum. Maar indien de transactie is opgezet met het oog op speculatie is men niet geïnteresseerd in levering. Vaak sluit de trader de transactie dezelfde dag maar als hij een overnight positie wil aanhouden wordt de positie gesloten op diezelfde dag tegen de slotkoers en ‘s ochtends opnieuw geopend. |
Tonkachi | Een witte of zwarte candlestick in een downtrend met aan de bovenzijde een zeer lange schaduw, die 2 tot 3 keer zo groot is als het lichaam. Het is een omkeerpatroon. |
Top | Hoogtepunt in de koersontwikkeling. Men onderscheidt onder andere de dubbele, de triple, de broadening, de Spike en de extended top. Een van de manieren om de aanwezigheid van een top vast te stellen is de volgende regel: iedere koers welke voorafgegaan wordt door drie en gevolgd wordt door twee lagere slotkoersen, kan beschouwd worden als een top. |
Top/Bottomfinder | TB-Fi van Paul Levine. Voortbordurend op zijn Midas ontwikkelde Levine een Top-Bodem Finder. De formule is als volgt: TB-Fi = [y(xi) – y(xi-eij)] / eij waarbij e = dij*(1-dij / D); xi = Cumulatief Volume van de dag; yi = Cumulatieve Gemiddelde Prijs van de dag; dij = Cumulatief Volumeverschil tussen dag i en dag j = xi – xj. |
Topix | Een index gebaseerd op aandelen genoteerd aan de Japanse beurs welke in zijn berekening vergelijkbaar is met de in Nederland bestaande CBS-index. |
Totaal Rendement Ratio | TRR van John B.Neff. De som van de (geschatte) winstgroei en het dividendrendement wordt gedeeld door de Koers/Winst verhouding. |
Totaal Vermogen | Eigen vermogen plus vreemd vermogen. |
Total Costs of Ownership | TCO. Een door de AFM opgestelde en voorgeschreven methode om alle kosten te tonen, die aan het houden van een bepaalde belegging verbonden zijn. De AFM noemt dit Kosten van de Beleggingsdienstverlening. Hieronder vallen (de opsomming is niet uitputtend) de transactiekosten (inclusief handelsgedrag), fondskosten, adviesvergoeding, beheervergoeding, prestatievergoeding, performance fee, bewaarloon, abonnementskosten, inlegkosten, kosten gestructureerde producten, belastingen (transactietaks). De kosten dienen over een bepaalde periode (bijvoorbeeld een jaar) gegeven te worden. Er moet over gerapporteerd worden. De regeling is nog onder studie bij de AFM, maar deze denkt hem in 2013 in te voeren. |
Total Expense Ratio | TER of Kostenratio. Het zijn de jaarlijkse kosten van beleggingsfondsen gedeeld door het beheerd vermogen. In Nederland moet de TER vermeld worden in de bijsluiter. Hierin zijn niet opgenomen de transactiekosten en eventuele rentekosten. |
Total Loss-Absorbing Capital | TLAC. Een voorstel van de FSB om banken bovenop de gewone kapitaaleisen nog meer maatregelen te laten nemen, bijvoorbeeld door de uitgifte van achtergestelde obligaties, teneinde de beschikbaarheid van vermogen om eventuele verliezen te kunnen opvangen, te vergroten. |
Total Return Index | Een index die in zijn berekening ook de dividenden meeneemt. |
Total Return Swap | TRS. Een ruil tussen twee partijen van bepaalde kasstromen en/of risico’s. |
Tower Bottom | Dit is een reversal candlestick patroon waarbij een groot zwart lichaam gevolgd wordt door een aantal kleinere candles en daarna door een of meerdere grote witte candles. |
Tower Deposit | Een instrument waarmede gepoogd wordt aan beleggers een hoger rendement te bieden op hun liquide middelen, door gebruik te maken van het verschil in wisselkoers dollar en euro. Stel de wisselkoers beweegt zich in de volgende drie maanden tussen 1,044 en 1,106 bij een huidige koers van $1,07 voor €1, dan ontvangt men 7% op jaarbasis. Wanneer de wisselkoers buiten deze grenzen stijgt of daalt dan is het rentepercentage 0,25. Er zijn vele varianten zoals de Step Up, de Digital Touch of de No Touch. |
Tower Top | Dit is een reversal candlestick patroon waarbij een groot wit lichaam gevolgd wordt door een aantal kleinere candles en daarna door een of meerdere grote zwarte candles. |
Towers | Reversal candlestick patronen waarbij een groot wit (zwart) lichaam gevolgd wordt door een aantal kleinere candles en daarna door een of meerdere grote zwarte (witte) candles. |
TP | De hoogste koers plus de laagste koers gedeeld door 2. |
TPO | Time Price Opportunity of tijd-prijsmogelijkheid. Een hulpmiddel ten behoeve van het marktprofiel uit de kwantitatieve analyse waarbij koersstaven worden omgezet in cijfers die de opeenvolgende dagen aangeven van de te analyseren periode en die dan geplaatst worden in een kwadrant dat op de Y-as de prijzen weergeeft en op de X-as de tijd in omgekeerde volgorde. Bij een koersontwikkeling die in balans is, ontstaat er op deze wijze een normale verdeling. |
TPS 1-2-3-4 System | van Larry Connors. Een korte termijn handelssysteem op ETF’s. Het systeem gaat Long als de ETF boven zijn 200 daags Voortschrijdend Gemiddelde ligt. Koop 10% van de gewenste positie als de 2 perioden RSI kleiner dan 25 is gedurende 2 achtereenvolgende dagen. Koop een extra 20% als de koers lager sluit dan de eerste “˜entry’ prijs. Koop een extra 30% als de koers lager sluit dan de voorgaande “˜entry’ prijs. Koop een extra 40% als de koers lager sluit dan de voorgaande “˜entry’ prijs. EXIT als de 2 perioden RSI boven 70 sluit. |
Track record | Prestaties van een bedrijf in het verleden. Men verstaat er ook onder de resultaten van een beleggingssysteem behaald in het verleden. |
Tracker | Exchange Traded Funds. Via de beurs verhandelbare, passief beheerde beleggingsfondsen, die de performance van een index volgen. Er zijn ETF’S op markt- en sectorindexen. Men maakt onderscheid tussen ETF’s op Cash-Basis en ETF’s op Swap-Basis. Zie ook ETF op Cash-Basis en ETF op Swap-Basis. |
Tracking Error | Een methode om het beleggingsresultaat van een fonds te vergelijken met de Benchmark. Per (gekozen) periode worden de gevonden verschillen in het rendement gekwadrateerd en daarna opgeteld. Uit dit totaal wordt de wortel getrokken en dat levert de Tracking Error op. Zie ook Active Share. |
Trade Price | De prijs van een effect waartegen daadwerkelijk wordt gehandeld. |
Trade Repository | De Financial Stability Board heeft een wereldwijde verplichting opgelegd aan juridische entiteiten om alle transacties in derivaten te melden. Hiertoe dient iedere vennootschap die derivaten koopt/verkoopt een LEI aan te vragen. Een Trade Repository is een entiteit die centraal de rapportage van derivaten verzamelt en deze bewaart in een transactieregister. De regeling is inmiddels iets versoepeld om vennootschappen, die niet actief handelen in dit soort producten van een LEI-verplichting te ontheffen. |
Trade Weighted US Dollar Index | Ook genoemd Broad Index. Een index gecreëerd door de Federal Reserve waarin 27 valuta op gewogen wijze zijn opgenomen. De bedoeling is een accurate methode te verkrijgen waarmede de dollarwaarde kan worden gemeten. |
Trading Band | Ook wel genoemd Enveloppe. Lijnen rondom de bars op de chart van een aandeel, een index of andere waarde. |
Trading Book | In het Trading Book worden de prijzen van alle gelimiteerde orders genoteerd rondom de actuele prijs. |
Trading Delay | Het is een uitgestelde opening van een fonds op een beurs in de Verenigde Staten. De eerste vijf minuten zijn bestemd om belangrijk nieuws betreffende het fonds bekend te maken en partijen de tijd te geven om de informatie te interpreteren. Deze vijf minuten worden ook wel “the five minute window” genoemd. |
Trading Halt | In de Verenigde Staten kan een effectenbeurs gedurende een handelssessie de handel in een fonds een of meer keer ophouden wanneer belangrijk nieuws van een fonds verwacht wordt ofwel wanneer men vermoedt dat een fonds niet meer aan de beurseisen voldoet. Een Trading Halt duurt meestal een uur. |
Trading Index | van Larry Williams. Het is een Overbought/Oversold Index. Deel de Stockratio door de Volume Ratio. Als het quotiënt beneden 0,40 ligt dan is dit Bullish. Boven 2 is de uitkomst Bearish. |
Trading Pause | Een regeling in de Verenigde Staten waaronder de handel in een fonds even gestopt wordt als de koers tenminste 10% afwijkt van een officiële koers, vastgelegd gedurende een voortschrijdende 5-minuten periode. |
Trading Plan | van Solomon Chuana. Chuana zoekt naar kruisingen van een Exponentieel Gemiddelde van 5 dagen en van 12 dagen, die geconfirmeerd moeten worden door een Stochastics Indicator, die in de oversold of overbought positie moet liggen. |
Trading Range | Het verschil tussen de hoogste en de laagste koers waarop gehandeld werd in een gegeven periode. Joe Ross definieerde met deze naam een patroon dat gelijk is aan een Ledge maar het heeft meer dan tien bars. |
Trading System | van Adam White. Een long entry wordt gesignaleerd als de laatste weekly high de hoogste is van de afgelopen vijf weken onder voorwaarde dat de weekly low van de laatste vijf weken hoger is dan de weekly low van de laatste 13 weken. Los de positie op als de laatste weekly low hoger ligt dan de helft van 1% van de prijs onder de hoogste low van de laatste 13 weken en een 5 weeks gedeeld door een 26 weeks voortschrijdend gemiddelde van de TAI is lager dan 1,2. Er wordt met dit systeem niet short gegaan. |
Trading with the Trend | van Donald Pendergast. Hij neemt het EMA50 van de slotkoers; het SMA5 van de dagelijkse hoogste koers en het SMA5 van de dagelijkse laagste koers. Zijn regels: Ga long als de prijs 5 ticks hoger is dan het MA5High en hoger is dan het EMA50; Ga Exit als de prijs 5 ticks lager is dan het MA5Low; Ga nooit long als er nog een short signaal uitstaat. De regels om short te gaan zijn het omgekeerde. |
Trailing Stop | Een stop die de koers op afstand volgt. Men bereikt hiermede dat een gedeelte van de winsten die gemaakt worden, wordt veiliggesteld als de koers een tegengestelde beweging maakt. |
Tranches | Onderdelen van een CDO of een SCDO die ontstaan doordat er een hiërarchische volgorde is ingesteld tussen de verschillende pakketten (lees tranches) van leningen. De rangschikking van de pakketten van boven naar beneden gaat gepaard aan een toenemend risico. Zie ook Equity Tranche, Mezzanine Tranche, Senior Bonds, Russian Doll en CDO Squared. |
Transactiekosten | De aan- en verkoopkosten van effecten die door de bank in rekening worden gebracht. |
Transactietaks | Een Tobin tax op financiële transacties welke in een beperkt aantal Europese landen is ingevoerd. In Frankrijk rekent men met 0,2% op aandelen van een bedrijf waarvan het hoofdkantoor in Frankrijk gevestigd is en waarvan de marktkapitalisatie tenminste €1 miljard bedraagt. Op afschriften wordt deze Franse Tobin tax afgekort als TTF. |
Transformfunctie | Een proces om veranderingen dan wel omzettingen aan te brengen. Hiervoor worden filters gebruikt zoals bijvoorbeeld een Voortschrijdend Gemiddelde. Dit VG is dan de Transformfunctie. |
Translatie effect | De invloed van wisselkoersveranderingen bij de omwisseling van buitenlandse winsten in de valuta van de moedermaatschappij. |
Translatie Reserve | Een reserve waarop de valutakoersverschillen geboekt worden, die voortvloeien uit de omrekening van de jaarrekeningen van buitenlandse dochters. |
Trap | Een valkuil, die voorkomt in een stijgende en in een dalende markt. De markt breekt uit na een aantal bewegingen die met hun grenzen opmerkelijk dicht bij elkaar blijven. De uitbraak keert na korte tijd weer terug binnen het oorspronkelijke patroon waarna de koers in de tegenovergestelde richting verder gaat. Het is dus een Bear- of een Bulltrap. |
Trapabs | Trailing Stop gebaseerd op absolute getallen (vaak Fibonacci). Het is de close plus of min een vaste marge. Ligt het slot boven deze indicator dan is de markt stijgend. Als het slot daar onder komt dan verandert de min in een plus en is de markt dalend. Zie ook Traprel. |
Traprel | Een trailing stop gebaseerd op relatieve getallen. Zie voor het overige Trapabs. |
Trash and Cash | Het tegenovergestelde van Pump and Dump. Een handelaar neemt een shortpositie in bij een klein fonds. Door het aanbieden daarna van enkele aandelen tegen steeds lagere koersen lokt hij een daling uit van de koers. Als de markt hem dan volgt rolt hij zijn shortposities op waardoor hij winst maakt. |
Treasuries | Schuldpapier van de Amerikaanse overheid uitgegeven door het Bureau of Public Debt. Men onderscheidt Treasury bills, Treasury notes, Treasury bonds en TIPS. |
Treasury Bill | T-Bill. Amerikaans overheidspapier met een looptijd bij uitgifte van één jaar of minder. |
Treasury Bonds | T-Bonds of Long Bonds. Amerikaans overheidspapier met een looptijd bij uitgifte van meer dan tien jaar tot 30 jaar. |
Treasury Interest | TINT. Een Amerikaanse benaming voor Strips. |
Treasury Note | T-Note. Amerikaans overheidspapier met een looptijd bij uitgifte van één tot tien jaar. |
Treemap | Een systeem waarbij de ontwikkeling van verschillende individuele fondsen met elkaar vergeleken wordt met behulp van de equivolume chartingtechniek. Men zet alle boxen onder en naast elkaar, afhankelijk van hoogte en breedte. Men kleurt de stijgende fondsen groen en de dalende rood. |
Trend | De richting van de markt. Een opwaartse trend wordt gekarakteriseerd door een opeenvolging van hogere bodems en hogere toppen. Een neerwaartse trend wordt gekarakteriseerd door een opeenvolging van lagere bodems en lagere toppen. |
Trend advisor | van Chuck Dukas. Dukas stelde een verzameling indicatoren vast die tezamen een antwoord moeten geven op de vraag in welke fase de trend zich bevindt. Hij gebruikt een Voortschrijdend Gemiddelde van de koersen, de Hoogste en Laagste koers en het gemiddelde hiervan, de ROC, de Stochastics en de Volume Oscillator. |
Trend Detection Index | Een indicator ontworpen door M.H.Pee om het begin en het einde van een trend aan te geven. De meest recente slotkoers wordt vergeleken met die van 20 dagen geleden. Dit momentum wordt daarop vergeleken met de absolute waarde van een 40-daags momentum. Formule: TDI20 = ΣAMom20 -(ΣAM40-ΣAM20) waarbij AMom20 = De absolute waarde van het 20-daags mom-entum over de afgelopen 20 dagen; AM40 = Het 20-daags absoluut momentum over de afgel-open 40 dagen; AM20 = Het 20-daags absoluut momentum over de afgel-open 20 dagen. |
Trend Intensity Index | Een indicator ontworpen door M.H.Pee die de aanwezigheid van een trend en de kracht ervan aangeeft. Hij bestaat uit een zestigdaags Voortschrijdend Gemiddelde, waarmede de slotkoersen van de laatste dertig dagen worden vergeleken. Positieve en negatieve afwijkingen van dit gemiddelde worden afzonderlijk opgeteld en daarna in de onderstaande formule gebracht. Een waarde boven 50 geeft een positieve trend aan en een waarde beneden 50 geeft een negatieve trend aan. Grote waarden van 80 en meer of van 20 en minder geven sterke kracht van de trend aan. Formule: 30-daagsTII = (ΣD+) / {( ΣD+)+ (ΣD-)}*100 waarbij D+ = positieve afwijkingen van het MA60; D- = negatieve afwijkingen van het MA60; MA60 = het 60 daags voortschrijdende gemiddelde van de slotkoersen. |
Trend Strength Cross Indicator | TSCI. Deze index geeft via een samenstel van 5 tot 10 gemiddeldes die op gelijke afstand van elkaar liggen en die bij voorkeur gekozen zijn via een optimalisatie proces, een zicht op het verloop van de trend. Iedere doorschrijding wordt gehonoreerd met een punt (positief of negatief) en wanneer het aantal positieve punten van de laatste 20 dagen boven de 50% van het totaal komt noemt men de markt bullish. Onder de 50% wordt hij als bearish gekenmerkt. Dit systeem schijnt goed te werken in valutamarkten. |
Trend Thrust Indicator | TTI van Buff Pelz Dormeier. Het is een verbeterde versie van zijn VW-MACD. Dormeier gebruikt een Volume-multiplier om het volume effect in de VW-MACD te versterken. |
Trend Trigger Factor | TTF van M.H. Pee. Het is een indicator die het begin en het einde van een trend aangeeft. Pee nummert de dag waarop de calculatie begint met 1, de dag daarvoor met 2 enzovoort totdat hij 30 dagen heeft genummerd. Hij berekent daarna een systeem dat een positieve trend aangeeft als de waarde boven 100 ligt en een negatieve trend als de waarde beneden -100 ligt. Zijn formule voor de TTF luidt dan als volgt: 15-day TTF = (Buy power – Sell power) / (0,5*(Buy power + Sell power))*100 waarbij 15-day Buy power = Highest High of (day 1 to day 15 inclusive) – Lowest low of (day 16 to day 30 inclusive); 15-day Sell power = Highest High of (day 16 to day 30 inclusive) – Lowest low of (day 1 to day 15 inclusive). |
Trend Vigor | van John F. Ehlers. De Trend Vigor toont de hellingshoek van de dominante cyclus amplitude. Positieve waarden duiden op een stijgende trend en omgekeerd. Sterke trends gaan gepaard aan grote waarden. |
Trendex Model | van E.S.C. Coppock. Het is een hulpmiddel uit de Technische Analyse om het begin van een Bullmarkt te identificeren. De som van een 14 maands- Rate of Change en een 11 maands- Rate of Change wordt gemiddeld met een 10 maands- Voortschrijdend Gemiddelde. Een koopsignaal wordt gegeven als de indicator beneden 0 ligt en vanuit een dieptepunt daarna de nullijn kruist. Verkoopsignalen worden niet gegenereerd. In eerste instantie refereerde Coppock aan deze indicator als het Trendex Model. Formule: Coppock = 10MA(ROC14+ROC11) waabrij 10MA = 10 maands- Voortschrijdend Gemiddelde; ROC14 = 14 maands- Rate of Change; ROC11 = 11 maands- Rate of Change. |
Trending Market | De markt beweegt zich in een opwaartse of neerwaartse richting. |
Trendlijn | Rechte lijn die een aantal markante punten in een koersgrafiek met elkaar verbindt. Een stijgende trendlijn verbindt de bodems in een stijgende trend, een dalende trendlijn verbindt de toppen van een dalende trend. |
Trendwaaier | Nadat een trendlijn getrokken is en de koersen zich verder verwijderen van deze lijn kan een nieuwe trendlijn getrokken worden, die het koersverloop dus dichter benadert. Zodra een derde trendlijn getrokken kan worden, worden de koersen geacht zich in een te steile weg te bewegen. Een einde van de beweging is dan in zicht en dit wordt bevestigd door een doorbraak van deze derde trendlijn. Zie ook Fan. |
Treuhand Rekeningen | Op deze rekeningen staan gelden die door buitenlanders via (bijvoorbeeld Zwitserse) banken voor risico van de buitenlandse opdrachtgevers buiten het betreffende land op deposito worden geplaatst. |
Treynor Ratio | Ook wel genoemd Reward to Volatility Ratio, berekent de overwinst ten opzichte van de risico vrije opbrengst die de markt biedt: TR = {Pr – RvO}/Bà¨ta waarbij TR = Treynor Ratio; Pr = Portfolio Return; RvO = Risicovrije Opbrengst; Bà¨ta = de Beta van de portefeuille. |
TRF | Target Redemption Forward. Het betreft een derivaat. Er wordt uitbetaald in iedere maand dat er winst wordt gemaakt. Als de uitbetalingen een bepaald niveau hebben bereikt dan expireert het derivaat. Komt de waarde onder een bepaald niveau dan moet de belegger bijbetalen. Een veel gebruikte onderliggende waarde is de Chinese Yuan. |
Tri-star | Drie Dojis die in dezelfde formatie liggen en ook dezelfde impact hebben als een Morning of een Evening Star. Het is een candlestick patroon dat zelden voorkomt maar zeer krachtig is. |
Tri-Star Patroon | Een candlestickpatroon dat voorkomt in een dalende markt en dat wijst op een omkeer. Het is dus een bullish patroon maar pas als de uitbraak een feit is, duidt het op een herstel van de markt. Het zijn drie Doji’s waarvan de middelste lager sluit. |
Triangular Moving Average | Het is een dubbel Voortschrijdend Gemiddelde (een VG van een VG) waarbij het middelste gedeelte van de koersgegevens het zwaarst weegt. |
Triggerline | Een veelgebruikte techniek bij mechanische handelssystemen, waarbij een tweede korterlopende lijn de eerste langerlopende lijn moet kruisen. Op de kruising wordt dan het signaal gegeven. |
Trigonomics | Een universeel handelssysteem van Cor Möls dat uitgaat van drie gemiddeldes ieder van een andere lengte (kort, middellang en lang). Uitgaande van de ligging ten opzichte van elkaar worden punten toegekend waarbij de ligging kort boven middellang boven lang drie punten oplevert en de ligging kort onder middellang onder lang -3 punten. In totaal zijn er 7 zogenaamde binaire waarden mogelijk. Een koopsignaal wordt gegeven als deze binaire waarde stijgt en een verkoopsignaal wordt gegeven als de binaire waarde daalt. Het type gemiddelde alsmede de parameters werden niet bekend gemaakt. Wel wordt vermeld dat de winst ca. 90% bedraagt. De winst-verlies ratio zou 5 tot 1 zijn. |
Trill | van Robert Shiller en Mark Kamstra. Een obligatie met een couponrente die overeenkomt met een miljoenste van het BBP van het voorgaande jaar. De overheid zowel als bedrijven zouden deze obligaties kunnen uitgeven. |
Trin Index | van Richard Arms. Ook wel genoemd Arms Index. Het is het quotiënt van de Advance-Decline Lijn en de voortschrijdende som van de hoeveelheid aandelen welke die dag verhandeld werd waarvan de slotkoers gestegen is ten opzichte van de voorgaande dag gedeeld door de voortschrijdende som van de hoeveelheid aandelen welke die dag verhandeld werd waarvan de slotkoers gedaald is ten opzichte van de voorgaande dag. Formule: Arms =(Σn AI – ΣnDI) / (ΣnUv / ΣnDv) waarbij AI = Advancing issues; DI = Declining issues; Uv = Up volume; Dv = Down volume; n = de dagen waarop de studie betrekking heeft. |
Triple A Rating | De beste beoordeling die een ratingbureau kan geven. |
Triple Witching Day | De vrijdag waarop in Amerika drie soorten optie-contracten expireren. Zie ook Freaky Friday. |
TRIX | van Jack Hutson, zie Moving Average Triple Exponential. |
Trommelpapier | Een begrip uit de tijd dat er nog papieren effecten waren. Het zijn de lange termijn beleggingen, waar niet naar omgekeken werd en die “in een blikken trommel” bewaard werden. |
Trough to Trough | Een maatstaf om tot een berekening van de cyclus te komen. Men rekent altijd van Bodem tot Bodem en nooit van Top tot Top. |
TRR | Totaal Rendement Ratio van John B.Neff. De som van de (geschatte) winstgroei en het dividendrendement wordt gedeeld door de Koers/Winst verhouding. |
TRsV Indicator | True Range specified Volume van Vadim Gimelfarb. In deze indicator wordt het dagelijkse Volume gedeeld door de Average True Range. Hiermede wordt gepoogd de shift in de balans van kopers en verkopers zichtbaar te maken. Een belangrijke toename van deze indicator (zeg 1,5 maal de TRsV van de voorgaande dag) indiceert een versterking van de strijd tussen de kopers en de verkopers hetgeen momenten karakteriseert waarop de trend verandert. Hij wordt gebruikt als ondersteuning van andere analyse methodes in plaats van het gebruikelijke volume histogram. Formule: TRsV = V / ATR waarbij V = Volume en ATR = Average True Range. |
True Directional Movement | Het verschil tussen de +DMI en de -DMI. Zie Directional Movement Indicator. |
True High | Een begrip van Welles Wilder. Het is de hoogste van de High of het Slot van de dag ervoor. Formule: TH1 = max(High1, Close1-1). |
True Internals | TI uit de Charting Technique True Internals & Peripherals van Richard J. Johnson. Het is het gemiddelde van de True High, de True Low, de Close en de voorgaande Close. Zie verder de True Internals en de True Mean. |
True Low | Een begrip van Welles Wilder. Het is de laagste van de Low of het Slot van de dag ervoor. Formule: TL1 = min(Low1, Close1-1). |
True Mean | TP uit de Charting Technique True Internals & Peripherals van Richard J. Johnson. Het is het gemdiddelde van de True High en de True Low. |
True Peripherals | TP uit de Charting Technique True Internals & Peripherals van Richard J. Johnson. Dit is de Directional Movement van Welles Wilder. Zie ook True Internals en True Mean. |
True Range | Dit is de grootste afstand tussen: de High van een bepaalde dag en de Low van diezelfde dag, of de High van een bepaalde dag en de Close van de voorafgaande dag, of de Low van een bepaalde dag en de Close van de voorafgaande dag. |
True Strength Index | TSI van William Blau. Dit is een variant op de Stochastics die de subjectief vastgestelde parameters vermijdt en die het TSI probleem van de range-limitation opheft. De snelle en de langzame parameter moeten elkaar kruisen waarbij de nullijn als trigger functionneert. Formule: TSI = 100(Es(Er(Mtm)) / Es(Er(|Mtm|))) waarbij Mtm = dagelijkse verandering van de close; |Mtm| = absolute waarde van Mtm; Er = exponentieel voortschrijdend gemiddelde van r dagen; Es = exponentieel voortschrijdend gemiddelde van s dagen. Zie ook Ergodic Oscillator. |
TruPS | Trust-Preferred Securities. Een trustmaatschappij (meestal in handen van een bank) plaatst preferente aandelen bij investeerders. De opbrengsten hiervan worden belegd in schuldpaper van dezelfde bank. Fiscaal niet aftrekbaar dividend wordt op deze wijze omgezet in fiscaal aftrekbare rente. |
Trust-Preferred Securities | TruPS. Een trustmaatschappij (meestal in handen van een bank) plaatst preferente aandelen bij investeerders. De opbrengsten hiervan worden belegd in schuldpaper van dezelfde bank. Fiscaal niet aftrekbaar dividend wordt op deze wijze omgezet in fiscaal aftrekbare rente. |
Trusted advisor | De centrale vermogensbeheerder of adviseur, die de klant terzijde staat ook in de beoordeling van de resultaten en kosten die de andere vermogensbeheerders van de betreffende klant behalen / in rekening brengen. |
TSE | Tokyo Stock Exchange. |
TSEC | Taiwan Stock Exchange. |
TSF | Time Series Forecasting. Met behulp van de regressielijn voorspelt men een hypothetische waarde van de koers door de regressielijn een (of meerdere) periode(s) vooruit te berekenen. |
TSFP | Treasury Supplementary Financing Program. Kortlopende leningen van Minister Geishner in de V.S. om de balans van de Amerikaanse Centrale Bank ter versterken. |
TSI | True Strength Index van William Blau. Dit is een variant op de Stochastics die de subjectief vastgestelde parameters vermijdt en die het TSI probleem van de range-limitation opheft. De snelle en de langzame parameter moeten elkaar kruisen waarbij de nullijn als trigger functionneert. Formule: TSI = 100(Es(Er(Mtm)) / Es(Er(|Mtm|))) waarbij Mtm = dagelijkse verandering van de close; |Mtm| = absolute waarde van Mtm; Er = exponentieel voortschrijdend gemiddelde van r dagen; Es = exponentieel voortschrijdend gemiddelde van s dagen. Zie ook Ergodic Oscillator. |
TSLF | Term Securities Lending Facility. Een term uit het pakket overheidsmaatregelen uit de crisis van 2009. Onder deze regeling kunnen banken hun minder liquide papier inruilen tegen Treasuries. |
TSX | Toronto Stock Exchange. |
TTF | Trend Trigger Factor van M.H. Pee. Het is een indicator die het begin en het einde van een trend aangeeft. Pee nummert de dag waarop de calculatie begint met 1, de dag daarvoor met 2 enzovoort totdat hij |