Een term waarmede The Economist de problemen beschreef die de fabrikanten in Nederland ondervonden na het ontdekken van de gasbel. Analisten zijn er in het algemeen van overtuigd dat de levensstandaard lager wordt door een overvloed aan natuurlijke hulpbronnen. Als gevolg van de exploitatie van deze hulpbronnen zou de waarde van de nationale munteenheid stijgen waardoor de concurrentiepositie wordt aangetast hetgeen leidt tot productievermindering en werkloosheid.